Jarenlang juichen en jammeren 1966 1967 1968 1969 ITIRPAG 11 OKTOBER 1980 TROUWKWARTET 25 samenstelling: Leen de Ruiter Schaepmans „hoogste ideaal", de samenbundeling van de christe lijke partijen, wordt vandaag vervuld. Maar door Kuypers stel ling gaat een streep: „We waren nooit één, we zijn het niet en zullen het nooit worden." (De Standaard van 29 april 1878) precies honderd jaar later is het CDA er. Nadat de Rooms-Katho lieke Staatspartij, ARP en CHU tussen de beide wereldoorlogen in tal van kabinetten hebben sa mengewerkt, komt nog in de be zettingstijd de roep om hereni ging van de twee protestants- christelijke partijen tot één christelijke volkspartij (Trouw van februari 1945). Het blijkt een illusie: in oktober 1945 is al dui delijk dat de fusie niet door zal gaan en dat slechts federatieve samenwerking mogelijk is. De linkervleugel van de CHU gaat dat nog te ver; zij stapt over naar de PvdA (de zgn. doorbraak). Het anti-papisme tiert nog welig in de naoorlogse opbouwjaren en de r.-k. bisschoppen gooien in 1954 wat olie op het vuur met hun mandement dat katholieken verbiedt lid van het NVV te zijn. Ook noemen zij het onverant woord de weg van de doorbraak te gaan. Aan het eind van de jaren vijftig vinden rooms-katholieken en protestanten elkaar gemakkelijk op Europees politiek niveau aan gezien, zo vinden zij, het chris tendom geconfronteerd wordt met uitgesproken anti-christelij ke stromingen. De kentering komt in zicht: protestanten ver schijnen op KVP-lijsten in het zuiden des lands (1958), in Klun- dert ziet men verkiezingsbiljet ten van CHU en ARP voor het zelfde raam (1963). Tegenover De Quay (KVP) „na een periode van elkaar dulden, is nu het tijd perk gekomen waarin men el kaar zoekt en met elkaar wil pra ten" staat overigens nog de visie van Mulderije (CHU) „we moeten niet te snel zijn, uiteinde lijk is ons streven één christelij ke partij, zonder katholieken". Niet lang daarna wordt echter de afbrokkeling van de KVP zicht baar. Hoe reageren Trouw-lezers op het jarenlang gescheiden optrek ken en de uiteindelijke toenade ring en eenwording van de drie grote christelijke partijen? Op deze pagina hebben we een groot aantal brieven van lezers die tus sen 1950 en 1980 in Trouw zijn gepubliceerd, opnieuw (en sterk bekort) afgedrukt. De conclusie kan slechts zijn dat de lezers zeer verschillend hebben gereageerd op wat de partijbesturen voor ogen stond. (Ter vergelijking staan hieronder de belangrijkste nieuwsfeiten sinds 1966). H oktober: val van het kabi- net-Cals in „de nacht van Schmelzcr" 15 februari de KVP verliest acht van de vijftig Kamerze tels 24 april: eerste vergadering van ..De Achttien", delegaties van KVP. ARP en CHU. die een officieel toenaderingsbe raad vormen. mei: CHU-voorzitter Tllanus ziet geen heil in fuseren. 14 februari: de fractievoorzit ter» Schmelzer. Mellema en Blaheuvel spreken zich in mi gezamenlijk televisie-op- orden uit voor een „samen uit -samen thuis". 27 februari KVP-radicalen trerlaten de partij, oprichting van de PPR december De KVP heeft haast met „De Achttien". Zij zou zelf wel met een 'CDU' rillen beginnen. Iapril: de a r.-radicalen staan zeer sceptisch tegenover een verdere samenwerking met de KVP mei: CHU. ARP en KVP in Noord-Holland en Gelderland besluiten de statenverkiezin gen van 1970 in te gaan met één programma. september, de KVP dreigt een ultimatum te stellen aan AR en CH voor verdere samen werking. Geëist worden een minimumprogram en een ge meenschappelijke lijsttrek ker. Voorzitters CH en AR rea geren afwijzend. oktober: Schmelzer. Biesheu vel en Mellema spreken in Dronten de verwachting uit dat hun partijen in 1971 geza menlijk de verkiezingen zul len ingaan. oktober: 69 anti-revolutionai ren sturen een open brief aan het AR-partijconvent: tot el ke prijs moet worden voorko men dat onder de naam van een christelijke concentratie een centrumgroepering ont staat. december: een 'centrumge spreksgroep' van CHU-leden vindt dat de top van de Unie te 'links' is. 1970 maart: het bestuur van de ARP wijst er in een brief a%n de leden op dat de vorming van een partij met CHU en KVP. niet aan de orde is. mei: Unie-voorzitter Van Hulst vindt dat de tijd van gescheiden optrekken voorbij is. november. De Arjos heeft gro te bezwaren tegen het concept urgentieprogram van de drie partijen december: de hoogste orga nen van de drie partijen stel len het gemeenschappelijke urgentieprogram definitief vast. 1971 juni: ARP-voorzitter Veerman wijst de vorming van één christelijke partij op dit mo ment af. Juli: het Democratisch Cen trum (een KVP-groepering on der leiding van dr Couwen- berg) vindt dat KVP. ARP en CHU snel een moderne volk spartij moeten vormen. december: Beernink is som ber over de toekomst van de CHU 1972 februari: de „contactraad" wordt gevormd, het perma nente overlegorgaan van de drie partijen. Prof. Steen kamp is voorzitter april: een deel van de a r -dele gatie en de afgevaardigden van de KVP staan in de con tactraad lijnrecht tegenover elkaar in het gesprek over de grondslag van de christelijke partijformatie. begin mei: fel verzet in CHU tegen vorming van één chris telijke partij. eind mei: de KVP-top acht de fusie mislukt. ARP-voorzitter Veerman doet de suggestie een „unie van christelijke de mocratische politiek" te vormen. najaar: Veerman noemt in de contactraad éen mogelijke naam voor de nieuwe partij: „Christen-Democratisch Ap pel". Hij is hiermee de 'uitvin der' van de naam CDA 1973 april/mei: vorming van het ka binet-Den Uyl met KVP en ARP erin en CHU erbuiten. De vergaderingen van de par tijraden van de drie partijen, die op 19 mei zouden beslissen over de christen-democrati sche samenwerking, worden uitgesteld. juni: de drie partijraden spre ken zich uit voor vergaande samenwerking in het CDA (KVP: 67 tegen 18. ARP: 170 tegen 38. CHU: 435 tegen 176 stemmen). september: de afstand tussen de CHU (die in de oppositie is) en de ARP (die het kabinet steunt) is groter dan ooit. zo blijkt op vergaderingen van Unieraad CHU en partijbe stuur ARP. november: het bestuursor gaan van het CDA wil één lijst van de drie partijen. 1974 april: AR-fractielelder Aan- tjes: Het CDA moet aan een politiek profiel gaan werken. „Geen rempedaal voor links, geen gaspedaal voor rechts" mei: de fracties van KVP. ARP en CHU in de Eerste Kamer besluiten tot een ver gaande samenwerking. december: de partijraden van KVP en ARP en de Unieraad van de CHU aanvaarden de statuten van het CDA. 1975 februari: Unievooraltter Van Verschuer cons teert een men- taliteitskloof tussen ARP en CHU februari: voormalige leden van ARP en CHU richten als tegenhanger van het CDA de Reformatorische Politieke Federatie op. april: het CDA gaat officieel functioneren als federatie. Prof. Steenkamp is voorzitter van het dagelijks bestuur. juli: ernstig meningsverschil tussen AR en CH aan de ene kant en KVP aan de andere kant over de grondslag van het CDA augustus: AR-fractieleider Aantjes houdt zijn „Bergre de": „Het aanvaarden van het Evangelie als richtsnoer mag geen vrijblijvende zaak zijn". september: KVP weigert elke concessie aan de ARP. KVP- voorzitter Vergeer: de discus sie over het CDA is afgelopen. De Unieraad van de CHU vraagt de ARP om duidelijk heid december de Unieraad van de CHU vindt de „ene lijst" van het grootste belang 1976 maart: de ARP-top schikt zich in het onvermijdelijke: meewerken aan het tot stand komen van het CDA. ARP- voorzitter De Boer vraagt om meer medewerking van de CHU. CDA-bestuur legt ont- werp-program van uitgang spunten voor aan KVP. ARP en CHU april: Goudzwaard is tegen de vorming van één CDA-liJst. Honderd a r. kaderleden roe pen alle kiesverenigingen op tegen een gemeenschappelij ke lijst te stemmen. mei: meerderheid van de CHU is voor één lijst. september, groot verzet In AR-top tegen Andriessen als CDA-llJsttrekker in 1977. oktober: Van Agt stelt zich beschikbaar als lijsttrekker. 1977 april: Van Agt verweert zich bij de opening van de verkie zingscampagne tegen de kri tiek dat het ethisch reveil ge lijk zou staan met restauratie of het „terugdraaien van de klok" 25 mei: verkiezingen voor de Tweede Kamer: PvdA wint tien zetels en is met 53 zetels de grootste partij, het CDA krijgt 49 zetels, één meer dan de drie partijen gezamenlijk hadden. december: het CDA-congres staat pal achter Van Agt, die een formatie-akkoord met de WD wist te bereiken. 1978 juni: Aantjes waarschuwt voor een tweedeling in de Ne derlandse politiek. De CDA- fractie zal volgens hem dienen te waken voor een eigen identiteit van het CDA. oktober: CDAAR-Kamerlid Van Houwelingen vreest dat het CDA een middenpartij wordt. „Dat is volstrekt in strijd met wat het CDA als christelijke partij zou moeten zijn." Vice-voorzitter Faber van het CDA (tevens Kamer lid) laat zich kritisch uit over de koers van zijn partij en over het tot nu toe gevoerde kabinetsbeleid. oktober: De CDA-commissie „grondslag en politiek hande len" verwerpt de gedachte om van CDA-vertegenwoordlgers te vragen dat zij de grondslag van het CDA persoonlijk aan vaarden. 1979 februari: Arjos-voorziter Klaas de Vries probeert op de Podium-pagina van Trouw duidelijk te maken dat „het CDA nog niet rijp voor een fusie". November: Steenkamp vraagt dringend „elkaar niet te pas en te onpas met de bijbel om de oren te slaan". 1980 20 mei: Goudzwaard bedankt voor het CDA. 13 september: de CHU wordt opgeheven. 25 september 1980: De CDA- werkgroep Niet Bij Brood Al leen overweegt een eigen par tij op te richten. 27 september: de ARP wordt opgeheven. 3 oktober: de KVP wordt op geheven. 11 oktober het CDA wordt opgericht. [april 1952: roomsen zouden de tand eens in eigen boezem leten steken en zich rea- seren hoe zij soms op Ihertsende. in ons oog hoogst ongepaste wijze over de meest verheven en heerlijke waarheden van hun kerkelijk geloof spre ken of er moppen over tappen. Lunteren mr dr M P. Th. Th. v.d. Hoop v. Slochteren juli 1952: ït verwondering las ik t stukje van de heer J. P Is die voorstander is van n fusie tussen AR en CH leeft de heer Pels zich wel ïaliseerd dat een nog 'ter stemmenverlies het 'volg zou zijn? Ik ben er- 'an overtuigd dat zeer vele sgenwoordige CH-stem- ters dan over zouden gaan aar een andere partij lalfweg Ph Vos juli 1952: 'aarom de krachten ver hipperen op het politieke r' en niet op één protes- ants-christelijk front de tembusstrijd aanbinden, odat, wij in de volksverte- onwoordiging onze stem is een eenheid kunnen la- én horen. Amsterdam J. v. Straalen juni 1956: en CH-belijders vere- jun: ei nigt u in een chr. partij voordat de nacht valt. Dwingt deze samenwer king van uw leiders af. want de principiële ver schillen zijn minimaal. 's-O. J.R. 30 juni 1956: Tegenover de macht van het socialisme en katholi cisme moet gesteld worden de eenheid van de reforma torische Christus-belijders. Amsterdam H.J.W. 14 juli 1956: Ik geloof dat er bij ARP en CHU een voldoende ver schil van opvatting, in elk geval van aanvoelen der dingen is, om een afzonder lijk bestaan te wettigen Enkhuizen H Huizinga Jz 17 juli 1956: Uit bovenstaande fei ten blijkt dus dat de wil tot eenwording bij de a r. wel aanwezig was. maar bij de c.h. ontbrak Daarom lijkt het mij juist dat alle c.h - kiesverenigingen zich tot het hoofdbestuur van de Unie wenden en verzoeken het voorstel tot federatieve samenwerking alsnog in behandeling te nemen Zutphen H. Koerselman 17 april 1958: Waarom treden wij wel vaak bij raadsverkiezingen als één groep naar buiten en niet bij verkiezingen voor Prov. Staten of Twee de Kamer? Eén blok tegen rooms en rood. Maar dan ook onder alle omstandig heden Z. D V 27 januari 1962: De laatste tijd leest men telkens over een streven tot toenade ring tussen de protestantse partijen en de KVP. Als voormalig r.k. Vlaming be grijp ik daar niets van. Is' Rome soms verdraagzaam geworden? Ja. waar het per se niet anders kan. wel. In Spanje echter niet Als de Nederlandse protestanten hun politieke kracht „op lossen" in een Nederlandse (of Europese) CDU. dan isoleren zij zich daarmee van hun geloofsgenoten in het grootste deel van de rest van Europa. Delft G. Derkinderen 24 juni 1963: Wat trekt de a.r.'s toch zo tot het CHU? Laten wij een doorbraak niet forceren De CHU is toch heel anders als de ARP. Moet nu deze partij verloren gaan? En dat ten koste van een christelijke partij Amersfoort H. van Ruller 24 juni 1963: De ARP mag nooit steun zoeken bij een partij die uit verschillende soorten kie zers bestaat. Als er achter uitgang is. is dat in hoofd zaak te wijten aan de lei ding. Zij gaat schipperen en luistert niet naar wat de bijbel leert en houdt geen vaste koers zoals dr. A. Kuyper. Op het ogenblik regeren de vakbonden en gaat Mammon vooraan en de christelijke politiek blijft buiten de Kamer Nunspeet J H. Cramer 16 april 1964: De heer Beernink zegt: het kan niet. De heer Roolvink zegt: het moet. Daar ben ik het mee eens. Men hoeft toch niet over alle dingen precies eender te denken Een huwelijk kan vijftig jaar gelukkig zijn zonder dat de partners het in alles eens zijn. Zo kan het ook in de politiek. Utrecht C. H. 81igman-Bakker 20 oktober 1966: Ik waag het om mijn broe ders in de AR en CHU te vragen om zich eens te be raden. wat hen nog kan binden in de toekomst. Misschien is de kloof tus sen onze beide partijen dan nu eindelijk groot ge noeg om zich te bezinnen in wijsheid en in nederig heid te bedenken of het z^ moet en of 't niet anders kan Diemen C. Koole 9 maart 1967: Freule Wittewaall van Stoetwegen zei in een tv- uitzending op een vraag hoe in kringen der CHU gedacht werd over een christen-democratische unie in ons land dat in de achterban der geestver wante CH nog een anti-Ro me-stemming aanwezig is (o.a.) op zekere eilanden. Een bedroevende mening, vind ik en laten wij hopen onjuist, geheel uit de tijd in 1967. Daarvoor valt thans het accent te zeer op hetgeen Rome en de Refor matie samenvoegt in plaats van op wat hen ver deelt. Die achterban is vol gens mij niet meer aanwe zig in de CH doch is reeds lang vertrokken naar een andere chr politieke partij. Rotterdam P de Wit 15 februari 1968: Als men werkelijk bewo gen evangelisch durft te zijn. is veel mogelijk. Maar dat was voor mensen in nood. gelijk Christus ook altijd bezig was voor men sen in nood zowel geeste lijk als lichamelijk. Nog maals: wat wil men voor een CDU? Radicalen let op uw zaak. Haren E. Hof s tra 23 februari 1968: In brede kringen van ARP en CHU geldt het inzicht dat een fusie van ARP en CHU bij de eerstvolgende Kamerverkiezingen zeer veel stemmen zal doen ver liezen en volstrekt onder worpen zal doen worden aan de KVP. Zowel de bin nen- als de buitenlandse politiek zal beheerst wor den door de KVP Geen sprake meer van vrijheids zin voor de aanhang van ARP en CHU Apeldoorn F. C. Strang 22 oktober 1969: Ik zie niet in waarom wij het zouden moeten betreu ren dat de CDU in Duits land niet meer aan de rege ring deelneemt. Kijk. en daarom ben ik blij dat Trouw het werk van „De Achttien" kritisch volgt. Juist om zoiets vaags te vermijden in Nederland als de Duitse CDU. Delft D. van Santen 23 oktober 1969: Drs. Tilanus identificeert wel heel gemakkelijk de protestants-christelij ke kringen met de AR- en CH- kring. terwijl o.a. juist door de ongeloofwaardigheid van die partijen velen zich van die partijen afgewend hebben. Arnhem G. J. ter Horst 8 november 1969: De heren, met en zonder drs. en mr. en prof. dr. heb ben heftig gereageerd op wat „De Achttien" hebben voorgesteld Reeds eerder, na de kabinetsformatie van 1967. hebben de zg. spijtstemmers te kennen gegeven dat zij in meer linkse richting willen varen met de regeringsschuit. Als de heren 69 de overwinning zouden behalen, is gezien ook de houding van de Ar- jossers. de verwarring com pleet en zullen velen van de ARP een conclusie trekken Den Haag G. Meijer 20 juni 1970: Eindelijk is de kogel door de kerk Feddema en de zijnen hebben zich voorlo pig meer dan mond-radica len getoond. Hopelijk zul len zij de komende tijd tot het inzicht komen dat „christelijke" politiek ook buiten de confessionele partij, hoe evangelisch, ra dicaal enz. ook, mogelijk is. Amstelveen E. Kroon 27 juni 1970: Als ik prof. Verkuyl (op het AR-convent. red.) hoor be togen moet ik denken aan een haring, hij is wel lekker maar heeft een rode graat. Rotterdam-Overschie mevr. Sj. Bette Procé 4 juni 1971: Alle vrome uitspraken en goede bedoelingen ten spijt, ziet het er nu toch naar uit. dat we een Neder landse CDU krijgen. Zij. die van mening zijn dat christelijke politiek per de finitie in het centrum thuishoort, moeten nog even wachten met het aan richten van een feestmaal, want de ARP kan het zin kende schip nog verlaten Zutphen Arend J. Heidema 6 april 1972: Laat ieder die het niet eens kan zijn met een dergelijke grondslag van de nieuw op te richten partij al het mogelijke doen om van de ARP-dele- gatle in de Contactraad te eisen dat zij geen genoegen zal nemen met een semi- christelijke partij, of zoals Biesheuvel op 2 maart in Leeuwarden zei: we zullen moeten streven naar één grote christelijke partij en geen surrogaat daarvan Sint Annaparochle G. J. Klifman 13 april 1973: De suggestie van prof. Ros- cam Abbing om de KVP, ARP en CHU om te zetten in een „rechtse" en een „linkse" partij op christe lijke grondslag lijkt me een positieve bijdrage om een duidelijke opstelling te verkijgen en daarmee de regeerbaarheid van ons land weer mogelijk te ma ken. Het is nu eenmaal een feit dat christenen, luiste rend naar hetzelfde Evan gelie. toch van mening ver schillen over de opdracht die uit de navolging van Christus voortvloeit. Voorschoten A. Schouten 17 mei 1973: Wat mij zo spijt is dat de christenen in 1946 meen den weer in hun AR-, CH-. SOP en GPV-hokjes te moeten terugkruipen in plaats van mee te doen in de gematigd progressieve partij van de oude Drees. Daarin hadden ze een machtige evangelische in vloed kunnen hebben, dat heb ik persoonlijk ervaren. Nu worden ze gedwongen als „houthakkers en water dragers" te fungeren van mannen als Gruyters, die het christendom zo onge veer als de wortel van alle kwaad beschouwen. Almelo J. Gorselink 27 december 1973: Het is nu tijd om zich af te vragen of verdere mede werking aan de partij nog verantwoord is. Allen die staan achter de beproefde beginselen onzer ARP en niet akkoord kunnen gaan met het besluit van partij bestuur en partijraad, heb ben nu de taak een samen bundeling te bevorderen van allen die het voortbe staan van een zelfstandige ARP ter harte gaat. Wageningen W. Berghuis 2 april 1974: De invloed van kerk en christenheid in de Neder landse samenleving daalt onrustbarend. De poging van de christelijke partijen om samen via het CDA de ze funeste ontwikkeling te vertragen en te stoppen verdient onze steun. Be treurenswaardig is daarom het schamper commentaar van Trouw over het CDA. Niet minder te betreuren is de negatieve houding van heel wat dominees. En de ze predikanten én deze mensen van Trouw zou ik willen aanraden de cursus „Logisch denken en hande len" te volgen. Velp J. Draisma 28 augustus 1975: De door de KVP voorgesta ne, naar onze mening half slachtige, opvatting ten aanzien van het punt: het Evangelie wel in ons bla zoen en in onze statuten maar niet noodzakelijk ook, als beginsel van de man die het moet uitdra gen, zijn voor mijn vrouw en mij onverteerbaar. Juist die halfslachtigheid is naar onze mening de grondoor zaak van de enorme afval in onze kerken, onze vere nigingen. onze politieke partijen. Haarlem B. van Dijk 31 maart 1976: Het wordt voor de ARP hoe langer hoe moeilijker om met CHU en KVP sa men te werken. Want vele kiezers willen dat niet en eisen dat de AR met een eigen lijst uitkomt. Ge beurt dit niet dan stem men ze op de SGP of een andere partij die beginsel handhaaft. Ook wordt er veel werk verricht om een Reformatorische Kiesvere niging op te richten. Daar is in mijn omgeving nogal veel belangstelling voor want velen willen beslist geen CDA en zeggen: wat vroeger kon kan nog. Nunspeet J. H. Cramer 15 februari 1977: Het is voor velen die voor heen AR of CH stemden een gewetensvraag hoe men zich moet opstellen bij de komende verkiezing ten opzichte van het poli- tiek-oecumenisch CDA. Wanneer men echter weet uit welke kerken SGP en GPV zijn ontstaan, dan hebben ze niet veel wat lokt om met hen mee te doen. De SGP zweert bij de veelal taaie leer der vade ren. Het GPV meent alleen de kerkelijke wijsheid in pacht te hebben. Ik ben er niet zeker van dat bij een overheersing van deze par tijen onze godsdienstige en politieke vrijheden nog wel gewaarborgd zijn. De Bilt Goris van der Hoeven 2 februari 1978: Voor ons is de Evangelisch Progressieve Volkspartij een groot geschenk. Wij zijn het totaal niet eens met het CDA, een partij die naar onze stellige me ning is ontstaan uit be houdzucht, Wij vrezen dat de zwakkeren in onze maatschappij de dupe gaan worden van de rege ring-Van Agt. Haarlem J T H. in t Hout 16 februari 1978: Neen iemand die tegen alle geweld is, kan geen van beide kiezen: noch EPV noch CDA. Een echte christelijke partij moet werken aan alles wat vrede en gerechtigheid in de we reld kan bevorderen. Hilversum C. van Rijn 1 november 1978: Willen de heren Boersma. Van Houwelingen, Schol ten en Faber ons nu werke lijk wijs maken, dat ze zo weinig benul van de poli tiek hebben, dat ze niet wisten dat het CDA alleen maar een grauwe midden partij kon worden? Niet al le bloedgroepen verdragen elkaar bij een transfusie en de „bloedgroepen" waren toch bekend vóórdat tot transfusie van de KVP werd overgegaan? Maastricht K. G. de Vries 1? februari 1979: Het CDA garandeert een vreedzame en gelijkwaar dige samenleving en af schaffing van de apart heidspolitiek. Zolang een beroep wordt gedaan op de Heilige Schrift en men voor Christus buigt, zal God dit CDA zegenen. Leiden mevrouw v. d. Molen-de Groot 22 maart 1980: Er zou een nieuw politiek reveil moeten komen van protestants Nederland te gen de verroomsing van het CDA of nog beter ware het dat ARP en CHU bre ken met het CDA en het moedige besluit zouden moeten kunnen nemen om over te gaan tot de oprich ting van een grote protes tantse volkspartij waarin plaats moet zijn voor alle democratisch denkende en handelende protestantse kiezers ongeacht het kerkgenootschap waartoe zij behoren. Het zou nu de tijd moeten zijn de rijen te sluiten omdat wij nooit mogen dulden dat wij ons in het keurslijf van een an dere politieke overtuiging laten persen. Arnhem K. Siegelaar 3 oktober 1980: Helaas is op zaterdag 27 september 1980 de aloude anti-revolutionaire partij overgeleverd aan de schoonpraters, de stout- schreeuwers. het grauwe, grijze, zoutloze midden, de goden van deze eeuw. Mo ge het verbond met de Heer der Heren deze cata strofale weg doorbreken, is onze wens en vurige hoop. Amsterdam J. Buisman

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 25