'Een dode gebruiker kan
de levende waarschuwen'
WAAR ZWEMMEN ZE IN JONGENSKLEDING
COSTER HEEFT DE KLEREN
r
i.
t l
3 t t tr it txxlx: r~
a ésf
cjë
Groeiend aantal slachtoffers drugs in Amsterdam
a
ffik jumk j
t. r
t |pm
DONDERDAG 25 SEPTEMBER 1980
door Frits van Exter
AMSTERDAM Het aantal mensen dat in Amsterdam in.
1980 de dood vindt door het gebruik van verdovende middelen
zal ongekend hoog zijn. De politie heeft tot op heden al dertig
slachtoffers geteld. In 1979 werden drugs negentien mensen
fataal. Artsen en hulpverleners hebben wel idefien over de
oorzaken, maar geen zekerheid. Sectie op de lichamen zou
niet allen hen maar ook de gebruikers belangrijke informatie
kunnen verschaffen. Justitie voelt daar echter vooralsnog niet
voor.
8lnds 1976 zijn er volgens de opgave
van de Amsterdamse politie 102 men
sen vermoedelijk aan verkeerd of
overmatig druggebruik gestorven.
Het Jaargemiddelde van '76 tot en
met '79 is achttien sterfgevallen.
Maandagavond trof de politie het
dertigste slachtoffer van dit jaar aan.
Het was een 40-Jarige man. afkomstig
uit Jordanië en woonachtig in de In
dische buurt in Amsterdam. Omdat,
zoals een politiewoordvoerder het uit
drukte. de omstandigheden van zijn
dood „verdacht" waren werd sectie
op het lichaam verricht. Dinsdag
avond kwam als voorlopige doods
oorzaak een overdosis van verdoven
de middelen vast te staan.
Vermoedelijk
Het is geen regel dat er sectie wordt
verricht op de zogenaamde „heroïne-
doden", eerder uitzondering. Meestal
wordt volstaan met een uitwendig
onderzoek van het lichaam. Als ie
mand levenloos wordt aangetroffen
met de injectienaald nog in zijn arm
kan dat voldoende zijn om als ver
moedelijke doodsoorzaak een over
dosis vast te stellen. Volgens een ge
meentelijke lijkschouwer kan na een
uitwendig onderzoek alleen onder
voorbehoud een doodsoorzaak wor
den gerapporteerd. Zekerheid kan
een inwendig onderzoek opleveren,
maar alleen de justitiële autoriteiten
hebben de bevoegdheid een sectie te
gelasten. Sectie is volgens de Amster
damse officier van Justitie mr. F. H.
von Meyenfeldt gerechtvaardigd als,
het vermoeden bestaat dat het sterf
geval een gevolg kan zijn van een
misdrijf. „Het is dan van belang met
het oog op een strafvervolging."
BIJ de Jordaniër uit de Indische buurt,
deden die omstandigheden zich ken
nelijk voor, maar bij vele andere „he-
rolnedoden" niet. Over hun dood
wordt geen definitieve zekerheid ver
schaft en vandaar dat er regelmatig
in het dagelijkse persbericht van de
politie, als weer iemand eenzaam in
een morsig hotel of portiek is gevon
den, te lezen staat: „De man is ver
moedelijk na het gebruik van een
overdosis verdovende middelen over
leden".
Kennis
Die onzekerheid frustreert artsen en
hulpverleners, maar ook gebruikers.
Zij zijn niet geneigd de cijfers van de
politie in twijfel te trekken maar me
nen belang bij de precieze doodsoor
zaak te hebben: welke stoffen of wel
ke combinatie van stoffen en in welke
dosering zijn de man of vrouw fataal
geworden?
Een van de mensen die over die ken
nis wil beschikken is de arts O. van
Brussel. Hij is verbonden aan het
veldwerkersteam van de gemeentelij
ke geneeskundige dienst en heeft da
gelijks met druggebruikers te maken.
„Ik zou het toejuichen als bij alle
vermoedelijke heroinedoden uitge
zocht wordt waaraan zij gestorven
zijn. Die informatie zou voor mij in
mijn werk van groot belang kunnen
zijn. Men gaat er nu meestal van uit
dat mensen sterven aan een overdo
sis heroïne en daar blijft het dan bij."
Van Brussel heeft het vermoeden dat
veel sterfgevallen veroorzaakt wor
den door het gebruik van alle moge
lijke giftige stoffen door elkaar: de
zogenaamde „cocktails". De verza
melnaam drugs omvat voor sommige
gebruikers een breed scala van mid
delen; van vliegtuiglijm tot heroïne.
Op de zwarte markt is een levendige
handel in alle mogelijke pillen. De
laatste tijd zijn het zware slaapmid
del Mandrax en soortgelijke prepra-
taten in zwang, vroeger was het kal
meringsmiddel Librium veelge
vraagd. Verslaafden nemen deze mid
delen ter vervanging van of in combi
natie met heroïne. En vooral dat laat
ste is levensgevaarlijk. Van Brussel:
„Mensen doen een keuze uit allerlei
medicijnpotten zonder zich erg te be
kommeren om samenstelling en uit
werking. Vaak nemen ze dan nog in
een soort versufte toestand er een
dosis heroïne bij. De herorne is dan
niet de doodsoorzaak, maar de cock
tail van middelen."
Onwetendheid
Een andere doodsoorzaak is volgens FthfSCh
hem onwetendheid over het gehalte
van de heroïne. Doorgewinterde ge
bruikers uit Amsterdam weten vaak
wat zij van hun vaste handelaar in
handen krijgen en hoe zij daarmee
om moeten gaan. Maar onervarenen
weten dat meestal niet. De heroïne
die voorradig is kan sterk van samen
stelling verschillen. Sinds kort is de
Invoer vanuit Azie verlegd naar het
Midden-Oosten. De Chinese heroïne
was sterk versneden, maar de Turkse
is veel puurder en dus krachtiger. Een
gebruiker die daarmee geen rekening
houdt kan zichzelf doden met een
dosis die hem vroeger hooguit een
paar uur een lichte roes zou geven. De
onwetendheid breekt vooral buiten
landers, die kortere of langere tijd in
Amsterdam verblijven, op.
Van Brussel wil dat zijn vermoedens
met feiten gestaafd worden. „Als
blijkt dat bepaalde medicijnen veel
in dodelijke cocktails gebruikt wor
den, kun Je met die wetenschap wat
doen". Hij denkt aan het voorlichten
van artsen en apotheken die voor
schrijven en verstrekken, maar vaak
niet op de hoogte zijn van het mis
bruik. „Voor de preventie kan dat van
groot belang zijn," aldus Van Brussel.
De arts wordt in zijn pleidooi voor
meer onderzoek naar de doodsoorza
ken bijgevallen door hulpverleners
zoals August de Loor, actief voor de
belangengroep van heroïnegebrui
kers MDHO en iemand naar wie ook
op het Amsterdamse stadhuis serieus
geluisterd wordt. Hij meent dat voor
al gebruikers gebaat kunnen zijn bij
secties: „Zij moeten weten wat hun
lichaam kan hebben en wat niet. En
zij moeten gealarmeerd worden als er
gevaarlijke troep op de markt is. Een
dode gebruiker kan een levende
waarschuwen. Maar dan moet Je we
ten waaraan hij gestorven is."
Van Brussel en De Loor zijn voor het
verkrijgen van de door hen gewenste
informatie afhankelijk van Justitie.
Officier van Justitie Von Meyenfeldt
maakt echter duidelijk dat volgens
de huidige richtlijnen gerechtelijke
sectie alleen in dienst kan staan van
het opsporings- en vervolgingsbeleid
en niet van de medische wetenschap.
Hij vraagt zich zelfs af of het ethisch
verantwoord zou zijn om sectie te
verrichten op alle vermoedelijke he-
roïnedoden. De arts
blijft daarbuiten. Hij vermoi
dat de „heroïnedoden" mei
verleners en de gebruikei
kunnen maken.
Si'
T X "X
IF" 1"Ti':"T"I-ryr r
t
'1
T i i
i .1
f
2.
1 T 7
t i i
i i i tiii i
.1
XI-, X
1
j
r i
f- i
a r x
L.L.
l l1 -
-
I.„T
1r1
IL
T: i
is,
LX.,.X. L
....-1 .- s
J
T
i r
I X
m M -£êl Üf^ll >*-¥''8, '-y*"gFl
Oersterke denim spijkerbroeken, modellen zoals Rollerskate (met kniestukken), standaard en met rits op achterzakken. Mt. 116-176. Van f 42.50 t/m f 57.50. Topklasse corduroy jeans met rits op achterzakken, (bordeaux, bruin, marine, camel, RAF) ML 116-176. Van f49.-t/mfj
Y-trui (marine, zwart, rood) Ml. 116-176. Van f45.- t/m f60.-. Schuingeblokte trui (div. kleuren) ML 128-176. Alle maten f35.-. Superparka (marine, groen) ML 128-176. Van 69.- I'm f98.-. Veel keus in modellen, stoffen en kleuren vanstoere winterjacks. Van f 59,- t/m 14
Soms in het overdekte, voor het A-diploma. Altijd bij Coster. Het bijzondere van Coster is, dat de jongens er meteen slagen. Men weet er wat ze willen
dragen. Coster weet trouwens ook dat de meeste moeders niet zwemmen in het geld. Duikt u maar eens in de kwaliteiten en de prijsjes van Coster.
Grote Marktstraat 34. Den Haag -
Rozemarijn 19-23. Leidschendam
- Haarlemmerstraat 115-117, Leiden
voor vader en zoon