ef, zoetelijk, maar onopgesmukt 'Ware geschiedenis' biedt spanningsloos vertier Jnverbiddellijke oorlog jp kleinschalig formaat Vijftigspeelfilms en honderd korte films Festikon '80 itig jaar Australische film Hide in plain sight he big red one FILM de negentiende keer t door het Verenigd Ne- nds Filminstituut een itieve filmweek gehou- onder de titel FESTI- '80. De filmweek begint september en eindigt de Een „filmstorm" die jestal dagen duurt. Nóg lier dan de Rotterdamse van Film Interna- nog meer eisend van het opnemingsvermogen van de ifeld opnieuw toestromende) bbers dan de manifestaties International. Per slot van gaat het ook om „educatie", "ilm International met zijn manifestaties zich vooral itreert op informatie: de film- ;r op de hoogte brengen van de actuele filmkunst gaande door D. Ouwendijk "Staat dan tegenover dat, zoals ►or de organisatoren zelf wordt ireven, het „doel" van het Festi- in de eerste plaats dient te wor- zocht in het vertonen van nieu- imm) films en andere audiovi- produkten die van belang kun- S6l6Cti6 Ün voor mensen uit het onder- sociaal cultureel werk, filmhui bibliotheken, maatschappelijk sociaal medische instellingen, roepen etc." of het sociaal-cultureel werk (met na me de sociale en pedagogische acade mies)". Kortom, het Festikon wordt aangeboden om „kennis te maken met audiovisuele middelen als leer- en discussiemiddel voor onderwijs en/of vormingsdoeleinden." In vertoning komen niet minder dan vijftig speelfilms en meer dan hon derd korte films (animatiefilms, do cumentaires en korte speelfilms. Uit de cijfers blijkt, dat ook de organisa toren van het Festikon behept zijn met de kwaal van de kwantitatieve normering, die sinds jaar en dag bij de vele filmmanifestaties bespeur baar zijn. zeggen, dat niets schijnt te zijn loten. Alsof de organisatoren len bij de opsomming van „be- ebbenden" en „liefhebbers" enige categorie te hebben meld gelaten voegen zij er als- a mensen aan toe die bezig zijn en opleiding voor het onderwijs De selectie wordt bepaald door de hoeveelheid aanbiedingen en minder door geconcentreerd geestelijke bete kenis: liever zo en zoveel films over een sociaal verschijnsel (om ons tot dit voorbeeld te beperken), dan een enkele, die met haar scherpte en grondigheid alle verdere detaillerin gen of uitweidingen overbodig maakt. Het programma van de speelfilms heeft als zwaartepunten Indiase en Hongaarse films. Om welke reden die twee landen specifiek zijn uitgekozen wordt niet vermeld. Het lijkt een wil lekeurige greep: laten we deze keer India en Hongarije maar eens bij de kop nemen. Stilistische overeenkom sten bestaan er niet, ideologische evenmin. En de beweegreden, dat zo iets wel eens „interessant" is, is gezien tegen de achtergrond van de doelstelling te schraal. Vertoning staat vast van de Indiase films „The chess players", „The ele phant God". „Onweer in de verte" en „Company Limited" van Satayit Ray, „Edkin Pratidin" met „Parashu- ram" van Mrinal Sen, plus nog „Nis- hat" van Shyam Senegal. Uit Honga rije komen (ten dele opnieuw) opdra ven: „Angi Vera" van Pal Gabor, „Zondagskinderen" van Janos Rosa en „Familienest" van Bela Tarr. Ver der een retrospectief (waarom, wordt ook al niet verklaard) van Istvan Szabo. Als „nieuwe films" worden genoemd „Ravendans" uit Finland, „Septem ber wheat" uit Duitsland, „Herfstma- rathon" van de Rus Georgi Daniela. een film van Schlöndorf uit 1971, zelfs wordt als nieuw aangeduid de film van Ate de Jong „Bekende gezichten, gemengde gevoelens". Thematisch Zoals van een Festikon, in de zin waarin het zich in ons land ontwik keld heeft, te verwachten valt zijn er ook z.g. „thematische filmprogram ma's te zien". Die thema's zijn (en de titels spreken m.i. voor zich zelf): „Conflict tussen culturen", „Wonen en Werken", „Film en Politieke Vor ming", „Film rond 1930" (gezien de geschiedenis zou midden '30 en daar na meer aangewezen zijn dan fond '30, waartoe ook het einde van de jaren '20 gerekend moeten worden), „Film en pedagogiek", „Vrouw en film". Het thema „vrouw en film" is voor de zondag bewaard, die dag is traditio neel „vrouwenfilmdag". Het generale thema is onderverdeeld in vijf sub thema's: „vrouwen en fascisme", „vrouwen en islam" (wat weten we er filmisch van af? of gaat het om een actueel stokpaardje?), „vrouwenge zondheid" (is gezondheid niet iets al gemeen menselijks?) „lesbische rela ties" en „wat moet je als vrouw met de media?". Bij „vrouw en gezond heid" worden mannen niet toegela ten, wat een beetje naar taboeisme riekt. Als je zo'n summier overzicht geeft over wat er tijdens het Festikon '80 te beleven valt, merk je pas goed hoe zeer dat „Festikon" toe is aan een nadere bezinning op zich zelf. Op zijn wezenlijk nut en de stereotypie van zijn aanpak. Het Festikon lijkt hard aan vernieuwing toe. Vertoningen in Singer, Laren. Inl. Bureau Festikon, Steynlaan 8, Hil versum. Tel.: 035-17645, namens: Henk Maurits, Esther Thie. D. Ouwendijk september begint het Filmmuseum met een serie voofstellingen, die een indruk moeten van wat Australië in een periode van zestig jaar, van 1896-1956, op het gebied van de t heeft gepresteerd. De Australische film is in ons land niet of nauwelijks bekend, zijn er in dat land tevens werelddeel volgens de verstrekte gegevens in de genoemde le niet minder dan „500 speelfilms en vele duizenden journaalfilms en documentaires xiuceerd. ttrospectief van zestig jaren is toiseerd door 'het National Archive van Australië'het retrospectieve overzicht van Uische films dat voor buiten- distributie is samengesteld," een eerste bijdrage van Au- aan internationale „uitwisse- itiviteiten" zich afvragen waarom, te kn van af 1896, slechts een peri- an zestig jaar in retrospectief aangehouden. De eenvoudige is, dat in '56 nog een „voorlopig 1 speelfilm werd gemaakt, die Australisch geld werd gefinan- Deze film kon slechts op «e schaal worden uitgebracht, in dat zelfde jaar de eerste ®euitzendingen begonnen. voor de teevee gemaakte nebben we in ons land enkele •ten kunnen zien. Produkten hinden op een belangwekkende ^enheid en nationaal besef, «i de jaren 70". vermeldt de ..cinemateek" uitgave van het juseum, „kwam door gewijzig- istandigheden de speelfilmpro- weer op gang en deze beleefde [loop van tijd een spectaculaire mg." pakket films dat te zien zal '«voor voorvertoning een vier- ïo en> t w Sentimental Blo- W19, gemaakt door Raymond ,0rd. 40 000 Horseman uit 1940, gemaakt door Charles Chauvel. „Back of Beyond" door John Heyer, daterend uit 1954 en Jedda uit 1955, wederom gemaakt door Charles Chauvel. Lievigheid Het interessantst uit dit viertal is „Sentimental Bloke", wat te vertalen is als „een goeie vent". Het verhaal bezit die lievigheid uit de genoemde periode, d wz. de periode voor de verharding van de maatschappelijke gevoelens ten gevolge van de later komende crisisjaren. Op- en onder gang van mensen wisselden elkander af als licht en schaduw. In die trant is ook het verhaal van de „goeie vent" geregisseerd. De hoofdpersoon is een jongeman, die in het leven de kantjes er af loopt en omgang heeft met „verderfelijke vrienden", gokkers en drinkers. Door hun toedoen komt hij voor een half jaar in de gevangenis. Als hij ontsla gen wordt, is hij vast voornemens een beter leven te gaan leiden. Hij heeft het geluk Doreen, een „fatsoenlijk meisje" te ontmoeten, trouwt met haar en wordt ten slotte eigenaar van een farm door een oom van Doreen bij diens sterven aan het paar afge staan. De film heeft de aantrekkelijkheid van eerlijke eenvoud. Je krijgt de overtuiging dat de spelers geloofden in de figuren die zij hadden uit te beelden, zodat ze willig konden wor den opgenomen in het totale beeld van de film. De leidraad in de regie was, het recht toe recht aan filmen, zonder veel complicaties, in onopge smukt geloof aan de mensen en hun omstandigheden. Dat zelfde is terug te vinden in de „40 000 Horsemen", gemaakt ter herinne ring aan het aandeel, dat de Australi sche cavallerie heeft gehad bij de gevechten in het Midden-Oosten ten tijde van de eerste wereldoorlog. Bij zonder spectaculair zijn de tochten van de cavallerie door het woestijn zand en de gevechten'die ontstaan bij confrontaties met de Duitsers. De re gie is vakkundig goed in de massale gevechtsscènes, met de dynamiek van een ruiterij in aanval als belang rijkste spectaculair gegeven. Daar tussendoor is een liefdesverhaal ver werkt. In dezelfde aandoenlijke senti mentaliteit als het verhaal van „de goeie vent". Een tikje zoetelijker mis schien, maar helemaal in de trant van de oude romantische prenten uit het tweede decennium van deze eeuw. Dat is welbewust zo „getoonzet": emotionele verheerlijking van het verleden in een nieuwe oorlogstijd (1940). Onopgesmukt De films „Back of Beyond" en „Jed- Hacklin (James Caan) en zijn vriendin door D. Ouwendijk Als je bij een film de verzekering meekrijgt, dat het gaat om een in oorsprong „ware geschiedenis" bekruipt je altijd een lichte achterdocht. Is er in het verhaal zoveel onwaarach tigs opgenomen, dat je onvermijdelijk aan de levensechtheid erin gaat twijfelen? Of moet misschien op oneigenlijke gronden je meegevoel met figuren en/of verhaal worden opgewekt? Je blijft met vragen zitten. In hoeverre is het „waar gebeurde" gemaskeerd? Misschien zelfs zo gemaskeerd, dat er geen enkele verbinding meer met de oorspronkelijke, „ware geschiedenis" bestaat. da" houden zich bezig met het Au- stralische binnenland. Dat binnen land wordt beheertst door „de woes tijn". In „Back of Beyond" wordt een indruk gegeven van de ZWare levens omstandigheden voor de blanken, die zich in het hart van Australië geves tigd hebben. Een man rijdt met een vrachtwagen een geregelde dienst tussen een tweetal woestijn,steden": kleine verzamelingen houten wonin gen. Een uitputtende tocht over on gebaande wegen, dwars door een soort mystisch maanlandschap. Wat in deze film wederom opvalt is, het onopgesmukt menselijke, dat een bij na onmogelijk verhaal tot een waar achtig drama van onverzettelijkheid en alledaagse levensmoed maakt. De film „Jedda" is een speelfilm in optima forma. Het drama van een inboorlinge, die wordt grootgebracht in het huis van een blanke veehouder en op de drempel van volwassenheid ontvoerd wordt door een inboorling uit de bushes. De man wordt door zijn stam verstoten, omdat hij met zijn ontvoering een stamzede heeft ge kwetst. Hij ziet geen uitweg meer en doodt ten slotte zich zelf en het meis je door zich in de duizelingwekkende diepte van een afgrond te laten vallen. Wat de film aantrekkelijk maakt is de naïeve trant van haar opbouw. Een naïviteit die afgewisseld wordt door imponerende natuurbeelden. Het drama dat ontstaat door het conflict tussen beschaving en primitiviteit is wat te opzettelijk van toon, om als psychologisch drama te kunnen boei en. Maar er wordt in geen enkel op zicht neerbuigend op primitieve cul tuur neergezien. Je voelt eerder sym pathie voor verzoening dan afkeer ervan. Alleen is er nog geen weg naar het hoe. De film is belangwekkender door de kwestie die aan de orde wordt gebracht dan door haar makelij. In Hide in plain sight, een eerste door James Caan geregisseerde film, gaat het om zo'n „in oorsprong" waar ver haal. De hoofdpersoon is een vader, die, door toedoen van de politie-auto- riteiten in Buffalo, genoodzaakt is geweest om acht jaar te zoeken naar zijn zoontje en dochtertje, nadat zij met hun moeder en een „nieuwe" vader waren ondergedoken. In de film is die periode van acht jaar op zich genomen een voor een film on bruikbare tijdsperiode terugge bracht tot een aantal maanden. De (ware) achtergrond is een besluit ge weest van de politie in Buffalo om een einde te maken aan de domine rende invloed van enkele grote gang sters. Een voor hen werkende meelo per, Jack Scolese, wordt herkend bij een bankoverval en wordt door zijn bazen geprest zichzelf aan te geven. De politie weet hem, onder voorspie geling van volledige verdwijning, over te halen om zijn „bazen" te ver klikken. Hij komt volgens de belofte vrij, maar moet, om aan de wraak van de onderwereld te ontkomen, onder duiken. Hij is. ter wille van zijn res pectabele naam bij de rechter, die over hem moet oordelen, getrouwd met de vroegere vrouw van de arbei der Thom Hacklin. Samen met haar en de twee kinderen van Hacklin ver dwijnt Scolese naar een plaats, die door de politie, bij welke Hacklin informeert, stelselmatig geheim wordt gehouden. Er worden proces sen gevoerd, maar er blijkt voor Hac klin niets anders op te zitten dan zelf „detective" te spelen en de kinderen op te sporen. Voor zover de film een levensdocument moet zijn, gericht te gen kwalijke politiepraktijken, is zij vrij zwak. Het loopt allemaal te veel over de afgesleten rolletjes van pre cies hetzelfde soort „thrillers". Routi ne per slot loop Caan lang genoeg mee in het filmbedrijf om ook als regisseur een cliché filmdramatiek in geijkte vorm aan te kunnen routi ne is het sleutelwoord voor de film. Routine die zorgt voor een glad ver loop van het verhaal, voor plotseling optredende geloofwaardige spannin gen, voor de karakteristiek van de figuren die het verhaal moeten dra gen. Maar op de lange duur krijg je je bekomst van politie-lui, die slordig in het pak zitten, eeuwig en altijd op broodjes of pinda's kauwen. Ze zijn net voldoende voor een paar uur spanningsloos vertier, meer niet. Amsterdam: Alhambra I Een scene uit „The sentimental Bloke" (Filmmuseum) TROUW/KWARTET P 15 H 11 S 17 j0AG 19 SEPTEMBER 1980 D. Ouwendijk lie big red one, een oorlogsfilm van Samuel Fuller, zouden veel autobiografische gegevens verwerkt. Fuller heeft namelijk in de tweede wereldoorlog deel uit gemaakt van de divisie, onder de naam „the big red one" historie heeft gemaakt. Volgens het beeld van de film zou divisie steeds als eerste zijn ingezet tot het bereiken van initiële gevechtsdoelen, zoals het en van bruggehoofden. divisie is door Fuller in zijn film gebracht tot een peloton, onder ering van een sergeant. De oor- i kleinschalig formaat, zodat het iiijke gezicht ervan pregnanter ■orden In veel opzichten is Ful- arin geslaagd. rgeant is een oud gediende uit rste wereldoorlog, een gevechts- me. die alleen goed kan functio- aïs menselijke hoedanigheden ii genegeerd of op zijn minst n opgeschort, tot zij de veilig- van het vecht-machine gewor- idividu niet meer in gevaar kun- irengen. Die veiligheid van de machine vormt een garantie de veiligheid van de andere •hines van eigen kleur. •ft met betrekking tot zijn 1, dat hij niet uit is geweest iverering". De vijf soldaten persoonlijke gezicht aan de n gegeven vier infante- Jen hun sergeant vormen met teid in „overleven" een be- ™jt de grootste glorie van een niet bestaat in het vechten of nnen, maar in het feit van het n blijven. Zoals Fuller het zegt: den uit een oorlog worden her en betreurd, maar worden niet Een van de soldaten van het peloton in The big red one. de helden in de geschiedenis, zelfs al hebben zij de heldhaftigste dingen gedaan." Het kleinschalige in het door Fuller gefilmde oorlogsbeeld vernietigt vol ledig alle ideeën van soldateske glo rie. Het enige dat overblijft is, een onverbiddelijke weerbaarheid, waar in elk toegeven aan gecultiveerd menselijk denken of gevoelen direct levensgevaar oplevert. Het gros van de oorlogsfilms wordt overheerst door „het spektakel". Spektakel in de vorm van massale acties onder een pompeus vuurwerk van flitsend afge schoten raketten, van ontploffende granaten en imponerende kanonna- des. Maar zo'n spektakel is, zoals Ful ler laat zien, opgebouwd uit reeksen moorddadige individuele handelin gen. Het „kelen" van vijandelijke sol daten is alleen maar een onderdeel van een „geslaagde militaire actie." Een onverschillig onderdeel, dat in zijn wezenlijke gebeuren een gruwel blijft. Het is van levensbelang voor de soldaat als vechtmachine, dat hij zijn afkeer voor die gruwel vergeet en dat wordt door de sergeant aan zijn on dergeschikten vier overlevenden geleerd. Het oorlogsverhaal dat de Sergeant en zijn vier overlevenden ervaren heeft een sterk overtuigend accent. Je krijgt bij het zien de ge waarwording, dat wat je ziet ook met de waarheid klopt. Op een paar uit zonderingen na. De individuele acties blijven de gehele film door geloof waardig. alleen heeft het bewust kleinschalig maken het nadelige ge volg, dat je onvermijdelijk op de ge dachte komt, alsof er maar één pelo ton Amerikaanse soldaten aan we reldoorlog twee heeft deelgenomen. Natuurlijk zijn die soldaten bedoeld als prototypen en als zodanig ook volstrekt geloofwaardig. Maar je moet hier wel een verklarende rede nering toepassen. .Misser Zo zijn er meer details. Zoals de be valling van een jonge Franse moeder in een op de Duitsers veroverde tank. Deze bevalling vindt plaats, nadat in hinderlaag liggende Duitse soldaten die zich in onmogelijke kadaver discipline laten afslachten alle maal uit de weg zijn geruimd. De dood wordt dan melodramatisch opgevolgd door nieuw jong leven. De scène heeft alle pathetische nadruk kelijkheid van een willekeurig inge laste „vondst"; een dramatische vondst ter wille van het publiek. Maar die vondst is in de film een enorme misser. Het is niet uitgeslo ten, dat Fuller met een „ware gebeur tenis" is komen opdraven. Maar alles wat waar gebeurd is, is nog niet als zodanig bruikbaar. Men denke maar eens in, dat een schilder een zonson dergang boven zee precies zo zou schilderen als hij waarneemt. Het ge volg is kitsch. De bevallingsscène in de tank is kitsch van eenzelfde orde. Maar aan welke film mogen geen schoonheidsfouten kleven? En „the big red one" is als geheel een zeer fascinerende film. Amsterdam: Bellevue, Cinerama, Ri-. alto, Den Haag: Apollo 1, Babylon 1 en in verschillende andere steden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 11