De rijke tuincultuur van de Groninger borgen De laingste onverdedigde grens wordt geslecht Zwitserland wijdt Gotthard-tunnel in Het Heerlijk Buitenleven in Slochteren f De 'stille capitulatie' van Canada voor de VS Wijkverpleging tegen boetes voor niet-leden Onrust in zand en grindhandel KUNST TROUW/KWARTET R H S 11 door Peter Karstkarel SLOCHTEREN „Het Heerlijk Buitenleven" is de titel van een tentoonstelling die een historisch overzicht geeft van de tuinen bij de Groninger borgen en buitenplaatsen. Enkele zalen in de fraaie Fraeylemaborg in Slochteren bieden ruimte voor een geschiedenis in hoofdlijnen, waarna de bezoeker in de uitgestrekte tuin van deze borg kan gaan dwalen om te ontdekken dat de natuur zich nauwelijks laat dwingen in een kunstmatig arrangement. De tuin rond en het park achter de borg ziet er hier en daar gehavend uit en het was nodig om voor het redden van de belangrijkste oude bomen de hulp van een boomchirurg in te roe pen. Als een praktisch verlengstuk van de tentoonstelling wordt in het souterrain dan ook een presentatie gegeven van de chirurgische werk zaamheden. AUerlei boomwonden en groeiwoekeringen uit de tuin zei! wor den getoond naast voorbeelden van mogelijke behandelingen. Zo wordt de bezoeker nog voor het begin van de documentaire tentoon stelling wegwijs gemaakt in een aan tal belangrijke boomsoorten die op het terrein aanwezig zijn. Er zijn fo to's van linden, de treur- en bruine beuk, de paardekastanje, zomereik, goudes, zwarte noot (de grootste van noord-Nederland en de bergiep. BIJ het historisch overzicht krijgt de Fraeylemaborg vanzelfsprekend de meeste aandacht. Er is veel kaart- en tekeningenmateriaal bijeengebracht en ook foto's geven een indruk van de ontwikkeling van deze tuin. De vroeg ste, gedetaiUeerde en betrouwbare plattegrond van de tuin dateert van circa 1780. Er ligt dan een streng formele tuin met zich langs rechte assen spiegelende perken en vijvers. Langs een centrale as kon men van de borg uit het vele honderden meters diepe terrein met het oog doorklie ven. In 1936 is er door A. Wigboldus een vogelvluchtkaart vervaardigd die de plattegrond en enkele andere bronnen ten grondslag heeft. Deze geeft een duidelijk beeld van de vol komen beheerste, geknipte en ge schoren natuur, die van bordpapier in elkaar gekunsteld lijkt. O rote delen van de tuin waren inge richt met een gebruiksdoel; er zullen vruchtbomen gestaan hebben en er zijn groenten en bloemen gekweekt. Op de plattegronden is de schelding tussen de gebieden die een consump tief nut hadden en die uitsluitend bedoeld waren voor een fraaie wande ling en een aangenaam verpozen soms nauwelijks te ontwaren. Er zijn ook tuinen bij borgen geweest die een heldere indeling hadden en zelfs tui nen bijvoorbeeld, die van Folkerda bij Bedum, die een puur consumptief doel hadden. De tuin van Fraeylemaborg bezit nog wat oud hout uit de tijd van de forme le tuin en ook de nog steeds open middenas herinnert nog aan de stren ge aanleg. Mogelijk komen ook de rococo-vazen en de beelden van Flora en Pomona uit deze tuin, maar er zijn ook sculpturen die uit andere tuinen en zelfs een paar die van een kerk stammen. Het zijn allemaal stijl- vreemde elementen in de Engelse landschapstuin, waarin de langgerek te strook grond omstreeks 1820 her schapen werd. Werd Fraeylema van een Franse for mele tuin tot een Engelse landschapstuin omgeploegd en is dat het geval geweest met de meeste ou de Groninger tuinen, er zijn ook enke le herinneringen aangetroffen van de in omvang beperkte Hollandse re- naissancetuin. Het mooiste voor beeld is te vinden op een schilderij van de borg Scheltkema-Nijenstein bij Zandeweer, waarop tussen de boomgaarden en groententuinen een siertuln voor bloemen is te ontwaren, die in een eenvoudig geometrisch pa troon is gerangschikt. Op het einde van de achttiende en het begin van de negentiende eeuw drongen langzamerhand de volko men nieuwe standpunten ten opzich te van de tuincultuur uit Engeland ook in Nederland door. De tuinen moesten zich meer natuurlijk in het landschap voegen en een sterke sug gestie van natuurlijkheid oproepen. De uiterlijkheden die het gevolg"wa ren van de nieuwe „natuurlijkheid" werden in Nederland in toenemende mate overgenomen, terwijl er nauwe lijks een bezinning geweest kan zijn op de veranderde houding ten opzich te van de natuur. Konden langs de Hollandse rivieren nog buitens aan gelegd worden, waarbij de kronkelen de paden, de dooizichtjes tussen schijnbaar spontaan opgeschoten boomgroepen en andere romantische aspecten goed aansluiten bij de be staande structuur van het landschap, in de polder- en veengebieden in het noorden van Nederland, waar veel buitens stonden en nog nieuwe ge sticht werden, gingen ze in feite in. tegen de bestaande landschappelijke situatie. Bovendien werden ze vrijwel geheel tot lusttuin ingericht: roman tische enclaves in agrarisch gebied. De tentoonstelling laat zien dat die nieuwe smaak spoedig in Groningen doordrong. De tuin van Ekenstein bij Applngedam is er een goed voorbeeld van. Op de ontwerptekeningen die L. P. Roodbaard waarschijnlijk in 1827 maakte is de formele aanleg met vruchtbomen en groentenperken nog te zien en is te volgen hoe de architect .T, n Mff- i f jj w mt e» 'ffllfÉl - 1 Een gewassen pentekening die Woellust bij Wildervank laat xien. De prent, gemaakt op perkament, dateert van voor 1764. gebruikmakend van enkele elemen ten van de oude tuin deze herschiep in soepele en romantische vormen. Toeristische kermis Er zijn ook tuinen die een oudere aanleg terugkregen. Die van Welgele gen bij Sappemeer was een siertuin met twee op de as van het huls gele gen rechthoekige vijvers en geometri sche boom- en bloemperken. Na ver wildering nam een nieuwe eigenaar in het begin van onze eeuw het initiatief om de tuin opnieuw te formaliseren. De formele tuin van de Menkema- borg in Uithuizen werd naar ontwerp van H. Copljn gereconstrueerd. Had deze landschapsarchitect uit de school van Zocher en Springer nog delen van de landschaptuin onge moeid gelaten, bij de uitvoering is de zaak nog formeler aangepakt; men heeft kennelijk naar de opmetingste- kenlng uit het begin van de achttien de eeuw gekeken. De toeristische ker mis die Nienoord bij Leek tegenwoor dig oplevert doet weinig meer herin neren aan het zeer complexe gebied dat omstreeks 1800 in beeld werd gebracht: een park- en boomgaardge- bled dat zich kennelijk wel erg goed voegde in de landelijke omgeving. Omdat er veel tuinen aan de orde komen, kunnen zij ieder slechts be knopt worden behandeld. Te zamen geeft het tentoongestelde materiaal een behoorlijke geografische en his torische doorsnede. De ontwikkeling van de tuinkunst moet de bezoeker er zelf uithalen, maar dat is met het prachtige, veelal nog niet eerder ten toongestelde materiaal een ge noegen. De aantrekkelijke expositie is tot 27 oktober in de Fraeylemaborg in Slochteren te bezoeken van dinsdag tot en met zondag van 10-12 uur en 13-17 uur; het park van de borg is dagelijks tussen zonsopgang en -on dergang open voor het publiek. BUrTENLAND door J. J. Moskou „Als je met z'n vijftienen in bed ligt hoef je niet bang te zijn voor aanrandig" is een grapje met een dubbele bo dem van een man die over het ilgemeen eerder werd ge waardeerd vanwege zijn te rughoudende uitspraken. Het ging over het Canadese lidmaat schap van de NAVO maar het is dui delijk wat Lester Pearsons achterlig gende bedoeling was. Daarvoor hoef je maar te kijken naar „de langste onverdedigde grens ter wereld." Als deelnemer aan het Atlantisch bondgenootschap, zo redeneerde de oud-premier van Canada, was het lznd politiek beter af dan in elke vorm van „splendid isolation", een zelfgenoegzaam isolement, uitslui- tend gericht op hoe kan het ook ÏS anders de grote buur in het zuiden. De beroemde 49ste breedtegraad die Jjjde twee Noordamerikaanse landen scheidt, blijkt meer gaten te hebben e'! dan menig Canadees lief is. De goede •^vriendschap, de intieme relatie die K; men heeft bereikt, bezorgt de overge- •PJ bleven Canadese patriotten slapeloze j nachten. Er waart namelijk een spook door Noord-Amerika, een op het eerst gezicht onschuldig idee dat ltt „vrijhandelszone" heet. Wie daarmee dit keer is begonnen speelt al geen rol meer. De kwestie Is trouwens stok- oud. *Echt serieus wordt de gedachte, die verstrekkende, zelfs mondiale conse- quenties heeft, sinds de herfst van 1977 genomen. In september van dat Jaar opperde de toenmalig Ameri kaanse ambassadeur In Ottawa Tho mas Enders het plan om de relatie met Washington te verstevigen. „Wat mij voor ogen staat heeft minder te maken met nieuwe instellingen dan wel met Intensiever informeel con tact, dat zich niet altijd maar op ministersniveau hoeft af te spelen. Op die manier zouden we tot een verbetering van de besluitvorming aan belde kanten van de grens ko men." „Zouden we om de opvattin gen op elkaar te kunnen afstemmen al niet in het voorstadium van de eigenlijke beslissingen heel informeel met elkaar kunnen praten? Dat alles natuurlijk met het oogmerk geen en kele mogelijkheid om elkaar te hel pen onbenut te laten," aldus Enders. Walter Gordon, een voormalige Cana dese minister van financiën, liet mer ken wat scepsis te hebben over het plan. Intussen had de senaatscom missie voor buitenlandse betrekkin gen publiekelijk de voordelen van een vrijhandelsstelsel ter discussie gesteld. Maar toen kwamen er In mei 1979 nieuwe parlementsverkiezingen en Joe Clark werd tot ieders verras sing vanuit het niets premier. Zelfs Helmut Schmidt kon er nauwelijks bij. Tijdens de enige ontmoeting, op de economische topconferentie in To kio, viel de bondskanselier niets be ters in dan de eerste vijftien minuten van het gemeenschappelijk ontbijt te besteden aan het geven van een his torisch waardeoordeel over Clarks voorganger Pierre Trudeau. Clark wist deze smaad waarschijnlijk niet meteen uit te wissen. Feit is wel dat hij nog in Tokio enige opmerkelij ke uitspraken deed. Zoals deze: „Wij zijn, zo denk ik, nu rijp genoeg om een objectief oordeel te vormen over onze belangen in de betrekkingen met de V8." En: „Sinds de invoering van de „Derde Optie" een poging van Ottawa om de relatie met de EG en Japan te versterken om zodoende minder afhankelijk te zijn van de VS is onze onafhankelijkheid van de VS ook werkelijk vergroof' In deze omstandigheden zou een „nationaal debat" over een vrijhandelssysteem tussen de VS en Canada .realistisch" zijn. Onvoorzien Dit soort losse opmerkingen hadden een onvoorziene uitwerking in de VS. zelfs in kringen waar het de gewoonte was, doof te zijn voor de Canadese belangen. Senator Edward Kennedy zelve kreeg visoenen. Heel Noord- Amerika zou één worden, met inbe grip van Mexico, zoals hij het noemde „het nieuwe Saoedi-Arabië". Ook de Califomische gouverneur Jerry InVGStGrGfl Brown zag grote dingen in het ver schiet. Het ministerie van economische za ken in Bonn heeft het uitgerekend. Een grondstoffenreus Noord-Ameri ka zou de volgende inbreng hebben ln de wereldwijde reserves: koper 25,2 procent; lood 47,1; zink 42,9; molyb- deen (een staalversterkend metaal) 63,9; wolffram 18,2; zilver 36,7; asbest 48,2 en nikkel 51 procent. Wie wil weten hoe de Westdultse eco nomie grootheden beoordeelt kan af gaan op de mening van minister Lambsdorff. Men moet er rekening mee houden, zei hij eind november 1979, dat de toelevering van grond stoffen het komende decennium niet zo probleemloos zal verlopen als de afgelopen dertig Jaar. Er kan de vol gende conclusie worden getrokken: de vier 'grote Angloamerikaanse mijnbouwstaten de VS, Canada, Au stralië en Zuid-Afrika, plus de grond- stofrijke Sowjet-Unie en China heb ben op het gebied van grondstof- en produktlecapaciteit méér dan hon derd ontwikkelingslanden samen. Wat zou zo'n vrijhandelszone van de VS en Canada betekenen? Er zou een Interne markt ontstaan met meer dan 242 miljoen verbruikers en met een bruto nationaal produkt over 1979 gerekend van meer dan 2560 miljard dollar. De EG met zijn 260 miljoen inwoners en zijn bruto produkt van 2380 miljard dollar zou vrijwel even sterk zijn. Maar op het terrein van de grondstoffen hebben beide Noord amerikaanse landen tegenover het arme Europa troeven in handen die voorzichtig uitgedrukt problemen kan geven. Op dezelfde wijze wakkerde hij de drang tot investeren aan met als doel op lange termijn de ontwikkeling van of deelneming aan producerende mljnbouwwerken. Er is natuurlijk een duidelijke beperking van de Westdultse deelneming ln de Sowjet- Unie en China. Blijven de vier Ang loamerikaanse landen over. Maar net ln Noord-Amerika, stelde gTaaf Lambsdorff tot zijn verdriet vast, worden barricades opgeworpen terwijl de Westdultse economie met haar harde valuta slechts open deu ren zou denken te vinden. Zo trappen in de VS, aldus de minister, de milieu beschermers op de rem en denkt men ln Canada vooral ln termen van „wat levert het óns op". In belde Noord amerikaanse staten breidt zich de vrees over een Europees-Japanse om klemming uit. Men wil, volgens het argument van het zelfbelang ln Cana da, de rijkdom aan grondstoffen lie ver zelf ten nutte maken, ofte wel verwerken, fn eigen land, met eigen mensen. De egelstelling van de Noordamerika nen gaat nog verder: ze vrezen ook de wijze waarop Europa en Japan bezig zijn op het vlak van de technologi sche vernieuwingen. Nog in 1963 had den de VS 27,3 procent van de wereld markt op het punt van de technolo gie, maar nu zijn ze ver teruggevallen. Neemt men 1963 en 1977 als uitgangs punt, dan is het wereldaandeel van Japan van 8,2 naar 23,7 procent geste gen; dat van West-Dultsland, Frank rijk, Engeland en Nederland samen iets teruggezakt van 46,6 naar 40,1 naar dat van de VS flink gezakt van 27,3 naar 16,1 procent. In Canada wordt procentueel slechts de helft van het aandeel van het bruto sociaal produkt van de Bondsrepubliek ge haald. De moeilijkheden in de Amerikaanse auto-Industrie en de daarmee verbon den wens om zich te beschermen te gen onwelkome concurrenten uit Eu ropa en Japan zijn slechts een indica tie voor de toenemende verwijdering van belangen. Schatten Tijdens de VN-zeerechtconferentie verdedigden vooral de Canadezen zich tegen de vraag van uitgesproken de Bondsrepubliek op een ongehin derde toegang tot de schatten ln de zeebodem. Graaf Lambsdorff: de re devoeringen werden beheerst door de tegenstelling van belangen tussen de grondstofproducenten (Canada. Au stralië en enkele belanghebbende ontwikkelingslanden) en de belan grijkste verbruikende landen. De lei dende rol van het Westdultse be drijfsleven mag niet in gevaar komen door het ontzeggen van de toegang tot de diepzee, werd ln de bondsrepu bliek gemopperd, maar wat moet men als de Noordamerikanen werke lijk gemene zaak gaan maken? Waarom, vraagt men zich ln Ottawa en Washington af, moeten we de Eu ropeanen en de Japanners aan grond stoffen helpen die veredeld Noorda merikaanse prod uk ten van de we reldmarkt verdringen?. In 1960 had den de VS nog 22 procent van de Industriegoederen. Nu ligt West- Duitsland op de eerste plaats met 19 procent, de VS op de tweede met 15 procent en Japan daar vlak achter. Het afgelopen Jaar verhandelden bel de landen van Noord-Amerika voor ongeveer 90 miljard Canadese dol lars. Ongeveer zeventig procent van in- en uitvoer gaat via de „Noord- Zuld-lljn." Daarbij vergeleken valt de handel met de negen EG-landen ln het niet. Tussen 1973 en 1979 viel de Canadese export naar de EG terug van 12,5 naar 10,6 procent en de in voer van 10,6 naar 9,2. Sinds de in werking treding van de nieuwe regels van de Tokioronde valt al tachtig procent van het goederenverkeer tus sen de VS en Canada niet meer onder de douaneregels. Dat betekent dat er bijna een vrijhandêlssltuatie is tus sen de twee grootste handelspartners in de wereld. De zuigkracht van het continent, waaraan Canada zich meer dan een eeuw lang door een verstandige driehoekspolitiek met de VS en GrootrBrittannië wist te ont trekken, begint te werken. En de poli- tleke gevolgen zijn voor te stellen. Achterhoede Twaalf jaar geleden schreef George Ball, de waarnemende Amerikaanse minister van buitenlandse zaken: „Canada strijdt, zo dank lk reeds lang, een achterhoedegevecht. De strijd zal zwaar zijn en naar ik ver moed uitzichtloos." Jaren daarvoor heeft de cynicus John Foster Dulles zeer zeker ook aan Canada gedacht toen hij zei: „Er zijn twee methoden om een vreemd land te veroveren. De ene is met wapengeweld, de andere is door met financiële middelen de eco nomie van het land te beheersen." Daar bepaalde sleutellndustrieën ln Canada nu al helemaal in Ameri kaanse handen zijn, heeft men dus voor de tweede manier gekozen. Want nog altijd is men aan belde zijden van de grens trots op het in april 1817 ondertekende Rush-Bagot-verdrag, het oudste nog van kracht zijnde de fensieverdrag ter wereld. Als de economisch unie tussen Cana da en de VS komt zal het aantal tegenstanders in Canada in ieder ge val niet groot zijn. Terwijl in 1964 slechts 33 procent van de geënquê teerden zich voor zo'n gemeenschap uitsprak, was er eind 1979 volgens een opiniepeiling^! een duidelijke twee derde meerderheid. Een Canadese econoom Karl Levitt heeft al een eti ket aangedragen voor zo'n ontwikke ling: „De stille capitulatie". 5 OOSCHENEN (AP) Ongeveer duizend gasten zullen vrijdag getuige zijn van de opening van 's werelds langste autotunnel: een 16,3 kilometer lange onderdoorgang onder het Qotthard- massief. Aan de tunnel ls tien Jaar gewerkt, negentien arbeiders hebben er het leven voor gelaten en de hele constructie heeft zo'n achthonderd miljoen gulden gekost. Maar toeristen uit West- en Noord-Europa kunnen, als alles goed gaat, hun reis naar de Middellandse Zee met twee uur bekorten. Al voor de opening vrezen verkeers- deskundigen dat de tunnel een nieu we flessehals zal worden op de belangrijkste noord-zuidverbinding, zeker als het zware vrachtverkeer de nieuwe route gaat gebruiken om zo snel mogelijk de autowegen van Oos tenrijk en Frankrijk te kunnen be reiken. Binnen drie maanden wordt er ten noorden van de Gotthard nog een (tunnel in gebruik genomen 9,2 kilo meter lang, twee buizen met elk twee rijbanen en nog duurder dan die on der de Gotthard plus Zwitserlands langste brug langs het meer van Lu- zern. Te zamen hebben deze drie pro jecten bijna twee miljard gulden ge kost, maar de superautoweg is daar mee niet voltooid Ér ontbreekt nog een stuk van veertig kilometer door het Italiaans sprekende kanton Tici- no en plaatselijke meningsverschil len over de exacte route kunnen de voltooiing hiervan nog een jaar of vijf ophouden. Op de aanvoerroutes naar de nieuwe Gotthard-tunnel zijn er vier rijstro ken. waarop met een snelheid van maximaal 130 kilometer mag worden gereden. In de tunnel zelf zijn slechts twee rijbanen en er geldt een maxi mumsnelheid van 80 km. Vandaar de vrees voor opstoppingen. De tunnel kan per uur achttienhon derd auto's in elke richting verwer ken. Is het aanbod in een van beide richtingen overstelpend bij voor beeld in de paasvakantie dan kan er eenrichtingsverkeer worden inge voerd, waardoor de capaciteit wordt opgevoerd tot 3600 per uur. Dat is net zoveel als er nu per dag door de Mont Blanc-tunnel gaan, met z'n 11,6 kilo meter tot dusver de langste autotun nel ter wereld. Verlies De Gotthard, die in de zomermaan den ook te passeren is over een 2.081 meter hoge pas. werd een eeuw gele den voor de eerste keer doorboord voor een spoorwegtunnel. Die is 14,6 kilometer lang en er passeren dage lijks ongeveer 240 treinen. Per jaar vervoerden die treinen ook zeshon derdduizend auto's en de Zwitserse spoorwegen reken al op een verlies van tachtig miljoen door het wegval len van deze autotreinen. Plannen om voor het gebruik van de snelwegen tol te heffen, hebben in het Zwitserse parlement weinig bijval ge kregen. Misschien zullen de Zwitsers zich nog bij referendum uitspreken over een voorstel om het vrachtver keer wel te laten betalen. Jaarlijks maken vijftig miljoen buitenlandse automobilisten gebruik van de Zwit serse autowegen. Sommige Zwitsers noemen de nieuwe tunnel dan ook al „het drielandengat": „De Italianen hebben hem gebouwd, de Duitsers gebruiken hem en de Zwitsers beta len ervoor." De Zwitserse toeristenin dustrie is bang dat de verkorting van de reistijd naar het zuiden zal leiden tot minder overnachtigen in Zwitser land. AMSTERDAM (ANP) De landelij ke actiegroep Wijkverpleegkundigen is fel tegen het opleggen van boetes aan mensen, die de hulp inroepen van een kruisvereniging, maar daar geen lid van zijn. Wanneer iemand, die geen lid is van zo'n vereniging, hulp wil hebben van een wijkverpleegkun dige, moet hij behalve lid worden, nog eens een boete van 45 gulden betalen. Volgens de actiegroep betekent deze maatregel voor de minder draag- krachtigen een hoge financiële drem pel. Daardoor worden aanzienlijk minder mensen bereikt, dan nodig zou zijn. Bovendien vinden de ver pleegkundigen dat het niet tot hun taak behoort om contributies en boe tes te innen. DEN HAAG (ANP) De Kamer van Koophandel voor Midden-Holland heeft de Vaste Kamercommissie voor Verkeer en Waterstaat de onrust van de ongeveer 400 ondernemingen langs de Hollandse he Llssel onder de aandacht gebracht. De ondernemingen, die te maken hebben met vervoer van en handel in zand en grind, zijn ongerust over plannen de handelsmogelijkheden te beperken of weg te nemen door het uitsluitend via de beurs sluiten van vervoersovereenkömsten. Volgens de Kamer van Koophandel heeft zich in de afgelopen tien jaar een sterke concentratie van afnemers van zand en grind door inbreng van buitenlands kapitaal voltrokken. Dat leidde tot sterke inkrimping van de handelsfunctie van de gecombineer de bedrijven. Voor de meeste van deze ondernemingen is het voortbe staan dan ook afhankelijk van het blijven fungeren als handelsbedrijf en het kunnen boeken van vaste jaar contracten voor het vervoer. Foto boven: De ingang van de Gotthard-tunnel aan de kant van Airoio. Foto onder: een beeld van de tunnel binnen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 11