•IER PLANT
Over een vrolijke
spring-in-'t-veld
en zijn neefjes
Weekendpuzze!
b!
ts
I
is
2
it
ipy
I
rs
bQ
<D
Kortsjnoj start
als favoriet
m
m
A
B
m
m
ië AA
A
Dammen in
Paramaribo
w
m,
m
m
m
m
m
W/,
O
m
B
B
&TERDAG 26 JULI 1980
—VARIAa
door henk van halm
rijs en
ma.
heer
I. (0
kt
en tol
tuss
ngi
.00
1337!
OUD
n. 7
Kort na de oorlog met vriendjes
spelend op een terrein waar een
huis van gebombardeerd en dat
sindsdien door de hele buurt ge
bruikt werd om er tuin- en ander
afval op te storten, vond ik een
plant die een aardig eind boven
me uittorende. Op zich zelf niets
bijzonders, want er waren in die
tijd heel wat planten die dat de
den. Maar het bijzondere aan déze
plant waren de bloemen: groot en
roze, in aantallen van tien vijf
tien helemaal boven aan de op
merkelijk dikke, roodachtig ge
kleurde stengel.
We dachten allemaal dat het een
soort orchidee was, want veel or
chideeën hadden we toen nog niet
gezien. Het duurde een tijdje vóór
we van iemand te horen kregen
dat het een reuzenbalsemien was,
neefje van het bekende vlijtig
Liesje.
Na die eerste kennismaking ver
huisde de plant natuurlijk naar
onze achtertuin, een operatie die
niet al te best lukte, want de plant
ging zienderogen achteruit, maar
produceerde toch nog gauw wat
vruchten, voor ze ter ziele ging. En
wat voor vruchten! Toen we eraan
kwamen, sprongen ze uit elkaar,
de een na de ander, en toen we er
een met de volle hand pakten,
bewoog dat ding zo griezelig als
een lnsekt dat uit de vuist wilde.
Na dat gewriemel lagen er in de
open hand witte harde zaden
naast ineengerolde slierten, die
van de vrucht waren overge
bleven.
Het Jaar erna kwam overal spring
zaad op, waar mijn vader niet erg
blij mee was, al hadden we in die
tijd nog geen zorgvuldig onder
houden tuin.
Tegeltering
Zo verliep mijn eerste kennisma
king met de reuzenspringbalse-
mien. Een van de laatste ontmoe
tingen ermee had ik aan de Zui
dengelse rivier de Exe, zoals ik de
vorige keer berichtte. Dat was vo
rig jaar, want pas in deze dagen
komen de planten in bloei. In tui
nen, maar vooral opvallend veel in
straattulnen of zomaar tussen de
tegels tegen een huls aan. Want
deze van huisuit tropische plant
lk schreef de vorige keer al dat hij
uit Voor-Indië stamt doet het
hier best, vooral als hem vriende
lijk gezinde mensen na een stren
ge winter voor nieuwe uitzaai zor
gen. De zaden kunnen best wat
kou hebben, maar in een Ijzig
voorjaar sterven de meeste kiem-
planten, wat op zich zelf nog geen
ramp hoeft te zijn, want Je hebt er
al gauw te veel van. In het zachte
re Zuidengelse klimaat kunnen ze
gemakkelijker zonder menselijke
hulp overleven en verwildert de
plant op allerlei vochtige plekken.
Niet kieskeurig
Maar goed, toch is het wel zo'n
mooie en ook interessante plant
dat je er best een paar kunt tolere
ren ln de tuin, op een beschaduwd
plekje, maar liever nog in de zon,
uit de loop en waar toch maar
weinig groeit. Reuzenspringbalse-
mlen neemt met weinig genoegen.
Vorig Jaar groeide er een hele bos
van tussen de blauwe stoepstenen
van een huls aan de Amsterdamse
Keizersgracht en de planten vro
lijkten die schaduwkant van de
gracht twee maanden lang op met
hun uitzonderlijke roze bloemen.
Roze van verschillende intensi
teit, want in de tijd dat Impatlens
glanduligera, zoals ze in de boeken
heet (lmpatiens: Latijn voor onge
duldig, glanduligera: klierendra-
gend), hier is Ingeburgerd, zijn er
allerlei kleurschakeringen ont
staan. Het mooist vind ik zelf de
planten met oudroze bloemen met
een Iets donkerder roze bloemblad
dat een zakvormlge „spoor"
vormt. In die spoor die bij de aan
dunne stelen hangende bloemen
naar achteren wijst, wordt nectar
gevormd, waar vooral hommels op
af komen. Zelfs in smalle straatjes
in de binnensteden vliegen die
dikke harige insekten op het
springzaad. Je vraagt Je dan wel af
waar die hun nesten hebben.
Gemzaad
Naaste familie is, zoals vermeld,
het vlijtige Liesje, bekende ka
merplant die in Oost-Afrika hele
berghellingen kleurt. Wie van de
lezers Liesje bij de hand heeft, kan
aan de bloemen gemakkelijk na
gaan, wat daarvan de spoor is,
want die steekt als een rolronde
staart aan de achterkant van de
bloem naar beneden. Bedoeld
voor heel langtonglge Insekten,
want andere kunnen niet bij de
nectar aan het eind van de spoor
komen. Oostindlsch is de bijna
altijd gevuldbloemlge balsemien,
die vroeger meer dan tegenwoor
dig in tuinen werd gekweekt en
'daarom algemeen als „grootmoe-
dersplant" wordt beschouwd. De
gevuldbloemigheid brengt net als
de lange spoor van Liesje die
gebouwd is op Afrikaanse insek
ten, niet op Nederlandse met
zich mee dat er zelden zaad wordt
gevormd. En toch is dat juist een
van de aardigheden, waaraan het
springzaad zijn naam dankt.
Explosieve vruchten
Goed te zien niet alleen bij de
reuzenspringbalsemien, maar ook
bij twee wel in het wild bij ons
voorkomende soorten: het groot
en het klein springzaad. De laatste
had oorspronkelijk ook een ande
re nationaliteit dan de Nederland
se, want Mongolië ls de plaats van
herkomst. Wat geen beletsel is
voor de ongeveer een halve meter
hoge plant om op talloze plaatsen
te verwilderen, zodat hij nu voor
komt in veel verwaarloosde tui
nen, in bossen en overhoeken,
waar hij zich uitbundig met het
wegspringende zaad verspreidt.
Dat zit in een langwerpige groene
Een ongevleugelde roofwants, op
het uitgroeiende vruchtbeginsel
van klein springzaad loerend op
voorbijkomende insekten, die
doosvrucht, die niet verdroogt,
maar ook als hij rijp is groen en
sappig blijft. Vijf wanden vormen
die vrucht, duidelijk te zien aan de
iets donkerder naden ertussen. De
vorm van die wanden maakt dat
er al groeiende spanning op de
naden komt te staan, zodat er als
de vrucht rijp ls maar een heel
lichte aanraking nodig ls een
regendruppel, het passeren van
een dier, het tasten van een
nieuwsgierig mens om het hele
geval uit elkaar te laten springen.
Daarbij rollen de vruchtwanden
zich op als een losgelaten veer en
worden de ronde zaden wegge
schoten.
worden gegrepen met de knipme
sachtig gebogen voorpoten en uit
gezogen met de spitse gekromde
„snavel"
De naam klein springzaad slaat
niet op de afmeting van de plant,
maar op de grootte van de bloe
men. Die zijn nauwelijks meer dan
een centimeter groot en geel met
iets oranje. Ze lijken wat op leeu
webekjes. Die van het groot
springzaad zijn veel groter, een
centimeter of twee, geler en dun
ner, haast doorschijnend. Dit
springzaad hoort wel in ons land
thuis, waar het vrij zeldzaam te
vinden is in vochtige bossen, zoals
grienden en beekbossen. De mees
te kans heb je in de Achterhoek,
waar ik het op heel wat plekken
tegenkwam.
Horizontaal. 1. soort bijl, 3. rijtuig, 7.
vlaktemaat, 10. voertuig, 11. tussen-
zetsel, 12. bedekt bloelende plant. 14.
plaats ln de Oudheid, 15. oliehoudend
zaad, 18. soepel, 20. wolvlokje, 21.
insekten eter, 23. houten vat, 24. on
heil aanbrengende godin, 25. huis
dier, 27. kippenloop, 29. niet gespan
nen, 31. gebakje, 33. landbouwwerk
tuig, 34. ondernemingsraad (afk.), 35,
pers. voomaamw., 36. voorvoegsel, 37.
opgeld, 39. tijding, 41. deel van een
boom, 43. gewichtje, 45. papegaai, 47.
deel van de hals, 49. vordering, 50.
troefkaart, 51. vrucht, 53. nonsens, 55.
editie (afk.), 56. boom, 58. grondsoort,
59. trustee (afk.), 60. Europeaan, 61.
zekere dans, 62. godin der aarde.
Verticaal. 1. lokspijs, 2. zuidvrucht, 3.
toiletartikel, 4. spil van een wiel, 5.
voorzetsel, 6. muzieknoot, 8. bouwval,
9. bar, 11. stuk stof, 13. tennisterm, 16.
dommel, 17. lnsekt, 19. bars, 21. om
slag, 22. onderricht, 24. levendig. 25.
sober, 26. verhaal, 28. ketting zonder
einde, 30. plomp, 32. lof, 37. putem-
mertje, 38. vreemde munt, 39. ver
keerd, 40. eekhoorn (gew.), 42. positie
ve electrode, 44. boom, 46. keur, 48.
steen, 50. dwaas, 51. deel van het jaar,
52. Europeaan, 53. jongensnaam, 54.
tijdperk, 57. familielid, 58. koning van
Basan.
Oplossing tot en met woensdag a.s.
per briefkaart sturen naar: Dagblad
Trouw/Kwartet, postbus 859, Am
sterdam.
Links boven vermelden: weekend
puzzel.
Oplossing vorige puzzel.
Horizontaal. 1. ramee, 6. memel, 11.
rog, 12. nat, 14. ris, 16. al. 18. anker, 20.
Ao, 21. nster, 22.,aspekt. 23. eb, 24.
ma, 26. os, 27. sl, 28. pro, 30. pat, 32.
alm, 34. k.o., 35. ga, 37. of, 38. el, 40.
mare, 41. larie, 42. atol, 43. ml. 44. em,
45. r.o., 47. e.k., 49. Epe, 51. Ems, 53.
por, 56. as, 58. in, 59. To, 61. do. 62.
Selene, 64. regiem, 65. in, 61. regie, 69.
ka, 70. gem, 72. rek, 73. mat, 75. mo
len, 76. renet.
Verticaal. 2. ar, 3. monter, 4. eg. 5
taks, 7. er, 8. mispel, 9. es, 10. karet,
12. n.n. 13. te, 15. notie, 17. lab. 18.
arm, 19. ras, 20. aks, 25. a.p. 26. Ot, 28.
porie, 29. Og, 31. adrem, 32. af. 33.
meter, 34. kam, 36. alm, 37. oer, 39.
lok, 44. Ee, 46. op, 48. basis, 50. poedel,
51. en, 52. st., 54. orgaan, 55. roman,
57. sen, 58. Ier, 60. ore, 61. dek, 63.
egel. 67. er. 68. ik, 70. go, 71. me 73. Me.
74. te.
Prijswinnaars vorige puzzel
De boekenbonnen gaan naar: M. Vis
ser, Hoogstraat 9 te Hasselt, G. Jans
sen, Dorpsstraat 80 te Lexmond en
W. v.d. Meer, Zuideinde 91 te Roe-
lofarendsveen.
gefc
ren
>rg»
'9
CO
tsJ
Als eerste emissie geef ik u de
maandelijkse uitgiften van de
Duitse Bondsrepubliek en West-
Berlijn. Ter gelegenheid van het
18e internationale congres over
gehoors too missen in augustus te
Hamburg, verscheen een zegel van
90 pf, waarop in blinde reliëfdruk
een oor, omgeven door impulste
kens van een geluidsoscillograaf.
Voorts herdenkt de postdienst
met een zegel van 50 pf het feit dat
„bijbelspreuken" zijn 250e uitgaaf
beleeft. Dit werk, dat sinds 1731
jaarlijks verschijnt en op initiatief
van Nikolaus Ludwlg graaf van
Zinzendorf van de broederschap
der hernhutters destijds van start
ging, is een soort gebedenboek
met teksten, overwegingen en lie
deren voor elke dag van het jaar.
Het verschijnt heden ten dage in
een oplaag van 1 miljoen exempla
ren ln 28 talen. Een derde zegel (50
pf) toont de H. Benedictus van
Norcla (480-547), stichter van de
orde der Benedictijnen en door
paus Paulus VI ln 1964 tot patroon
van Europa uitgeroepen. En van
WestrBerlijn twee zegels (40 en 60
pf) wegens het feit dat 150 Jaar
geleden onder koning Friedrich
Wilhelm IU het eerst museum van
de stad ls geopend. Op de zegels
een medaillon uit de 12e eeuw en
een houten beeld „lezende monni
ken", in 1932 gemaakt door Ernst
Barlach. Van Frankrijk deze
maand nog twee bijzondere zegels
en dan kunnen de Frankrijk-ver
zamelaars met vakantie gaan,
want de eerstvolgende zegel ver
schijnt pas 1 september. Er kwam
in omloop een zegel van fr 1.60,
gewijd aan de energiebronnen van
onze aarde naar aanleiding van
het XXVIe internationale congres
over geologie, dat deze maand te
Parijs wordt gehouden. Op de ze
gel een symbolisch beeld van het
onderwerp. De zegel van fr 2.50
herinnert aan het Franse expedi-
tieleger van 6000 man onder gene
raal graaf van Rochambeau, dat
200 jaar geleden te Newport (Ver.
Staten) landde en het zijne er toe
bijdroeg om samen met anderen
de Britse troepen aldaar te vers
laan. Op de zegel een Franse offi
cier met een vaandel tegen de ach
tergrond van de Franse vloot ln de
haven van Newport. Aan hetzelfde
feit herinnert ook een zegel van de
Ver. Staten. Op deze zegel een
naar het leven weergegeven over
zicht van de indrukwekkende
Franse armada. In 1781 trokken
de Fransen met de soldaten van
generaal Washington en Lafayette
en in samenwerking met een vloot
onder admiraal de Orasse op naar
Virginia en brachten daar de Brit
ten op 19 oktober een vernietigen
de slag toe. Van Italië meld ik u
alsnog twee emissies. In de fraaie
reeks „toerisme" kwamen weer
vier grootformaat-zegels in om
loop; de gekozen onderwerpen zijn
Erice in Sicilië, Ravello aan de
Tyrrheense kust, Roseto ln de
Abruzzen (Adriatlsche kust) en
Salsomaggiore ln de provincie
Emilia. De andere emissie bestaat
uit strip van twee zegels met een
tussenstrook naar aanleiding van
de tentoonstelling ln Florence ge
wijd aan de Medici; op de zegels
lire 170 kunstwerken uit de 15e
eeuw en op de strook het wapen
van de familie de Medici. Van de
vele zegels, welke niettemin in ver
band met de XXIIe Olympische
Spelen 1980 worden uitgegeven,
noem ik u de volgende twee emis
sies: van de Duitse Democratische
Republiek een tweede serie (de
eerste verscheen in april van dit
jaar): drie zegels met reproducties
van schilderijen betreffende judo,
zwemmen en wielrijden en een vel
letje met een beeld van zeilen. En
van San Marino vijf zegels waarop
wielrennen, korfballen, hardlopen,
vrije oefeningen van gymnastiek
en polsstok hoogspringen.
PxOCIlAMBLAUAftRjVER A
|^l7MNi:WPO*in3üj
li
IBj
O
CD
Het heeft enige tijd geduurd, maar
uiteindelijk hebben Kortsjnoj en
Poloegajevski besloten om in Bue
nos Aires te spelen. Dictatoriale
regimes hebben vreemd genoeg al
tijd een zekere voorliefde voor het
schaakspel gehad en de Argentij
nen sprongen dan ook in, toen in
Europa de belangstelling teleur
stellend was. Schaken als opium
voor het volk; Je kunt beter bewe
gingsloos achter een bord zitten,
dan revolutie maken, hebben de
machthebbers natuurlijk gedacht.
Ik moet er in dit verband nog wel
op wijzen dat Argentinië eigenlijk
alleen in West-Europa een besmet
land is. Toen vlak na het wereld
kampioenschap voetbal, ook de
Schaakolympiade in Buenos Aires
werd gehouden, heeft geen com
munistisch land een boycot zelfs
maar overwogen. Trouwens ook
Cuba, dat zijn vrachtauto's via
Argentinië invoert, was er. De
Russen zullen dit keer Poloe met
het grootste genoegen hebben ge
stuurd, want was het ook niet Ar
gentinië, dat de graanleveranties
aan de Sovjetunie overnam, toen
Carter naar aanleiding van de in
val in Afghanistan de graanexport
stopzette. Sport en politiek heb
ben alles met elkaar te maken,
ook als er ogenschijnlijk geen
moeilijkheden zijn.
Dat alles neemt niet weg dat wij
ongetwijfeld een interessante
match tegemoet gaan. Over het
algemeen wordt Poloegajevski
kansloos geacht, maar zijn match
tegen Tal toonde dat hij beter in
vorm was dan ooit, terwijl Kortsj
noj 's resultaten de laatste tijd wat
tegenvallend zijn. De verschrikke
lijke Viktor heeft lange tijd al
geen toernooi meer gewonnen.
Een belangrijk element in een
tweekamp tussen twee nagenoeg
gelijkwaardige spelers in de psy
chologie. Poloe is op dit terrein in
het nadeel. Kortsjnoj heeft niet
alleen het morele gelijk van de
dissident, hij is scliaaktechnisch
voor Poloe vaak een leermeester
geweest. Ook in de Sovjet-tijd
toen Kortsjnoj het al moeilijk had
met de autoriteiten heeft Poloega
jevski hem willen helpen als offici
euze secondant. Kortsjnoj heeft
altijd een zeker zwak voor Poloe
overgehouden, en als de laatstge
noemde erin slaagt een wat vrien
delijke sfeer rond de tweekamp te
creëren, moet hij tot een verras
sing in staat worden geacht. Hier
bij een oude partij tussen de beide,
spelers, die dateert uit het Rus
sisch kampioenschap van 1960.
Wit: Poloegajevski
Zwart: Kortsjnoj
ira#
9^1
*B
I»
Bi Ai.
RA
A
A
UB#
II
IJ
n
S
AH
Diagram 1
1. d2-d4 Pg8-f6, 2. c2-c4 g7-g6, 3.
Pbl-c3 d7-d5, 4. Pgl-f3 Lf8-g7, 5.
Ddl-b3 d5xc4, 6. Db3xc4 0-0, 7. e2-
e4 Pb8-a6 (De Prins-variant, die
tegenwoordig nauwelijks meer
wordt gespeeld, omdat Uhlmann
het zetje 8. Lg5 heeft gevonden.) 8.
Lfl-e2 c7-c5, 9. d4-d5 (Volgens de
H# 1' SN?1
HjlH B
LH
Diagram II I
theorie ls 9. c6x Le6 zeer goed voor
zwart). 9. e7-e6, 10. 0-0 e6xd5,
11. e4xd5 Lc8-f5, 12. a2-a3 Tf8-«8,
14. Tfl-dl Pf6-e4, 15. Lcl-e3 Pe4-
d6 (Zwart is bevredigend uit de
opening gekomen, nu hij het stop-
veld d6 heeft weten te veroveren.)
16. Dc4-f4? (Volgens Kortsjnoj
was 16. Db3 noodzakelijk.) 16.
PdG-e4! (Zeer verrassend, maar
het slaan op c3 is nu plotseling een
sterke dreiging.) 16. Pc3-b5
Lg7xb2, 17. Tal-a2 Lb2xg7
(Kortsjnoj is een geboren verdedi
ger, die niet zal nalaten zo'n pion
netje te pakken.) 18. Le2-c4 Pe4-f6,
19. Pb5-d6 Pf6-h5, 20. Pd6xb7 Dd8-
c8!, 21. Df4-d6
(zie diagram 1).
Zo op het oog is wit er niet slecht
aan toe. Hij heeft zijn pion terug.
Na 21. Db7x zal hij zich op a6
schadeloos stellen, terwijl dan in
het vervolg c5 zwak is. Kortsjnoj
komt echter met een curieuze zet,
die duidelijk maakt dat wit aan de
rand van de afgrond staat: 21.
Pa6-b8! (Plotseling staat Pb7
echt in, terwijl op 22. Pc5x Lf8!
komt met damewinst.) 22. Lc4-b5
(Een slimmigheidje: 22.Lf8, 23.
Le8x Ld6x, 24. Pd6x en wit heeft
zich meer dan voldoende gered.)
22. Tc8xc3!, 23. f2xe3, Lg7-f8,
24. Dd6-d8 Dc8xb7, 25. Lb5-c4.
Zie diagram n
25. Pb8-c6! (De tweede kracht-
zet van het paard. Op 26. dc6x
Td8x, 27. cb7x volgt gewoon: 27.
Tdlxt) 26. Dd8-h4 Pc6-a5, 27.
Lc4-fl Db7-b3, 28. Ta2-d2 Db3xe3t
29. Kgl-hl Lf8-«7 (Wel zo eenvou
dig was 29. Pb7) 30. Dh4-a4
De3-c3, 31. d5-d6 Le7-f6, 32. d6-d7
Ta8-d8, 33. Td2-e2 Kg8-g7. 34.
Khl-gl Dc3-b3, 35. Da4xb3,
Pa5xb3, 36. h2-h3 Ph5-g3, 37. Te2-
e3 Pg3xfl, 38. Tc3xb3 Lf5-c2 en
wit gaf op.
s
p»
Van de vier zonetoemooien zijn er
al twee verspeeld en het begint er
steeds meer naar uit te zien, dat
het in december in Bamako ont
zettend zwaar zal worden voor de
deelnemers. Hoewel er dan in de
eerste plaats met elkaar zal wor
den geknokt om de wereldtitel
moet zeker ook rekening worden
gehouden met de uitzonderlijke
klimatologische omstandigheden,
want afgezien van de Afrikanen is
niemand daaraan gewend, of het
zouden de debuterende Braziliaan
Lelio Marcos of de winnaar van de
Amerikaanse zone de Haitiaan
Bernard Robillard moeten zijn.
Laatstgenoemde heeft sinds zijn
jeugdwereldtitel weinig meer van
zich laten horen, maar in Parama
ribo heeft hij door het winnen van
de zone voor o.a. Koeperman en
de ex-Russische jeugdkampioen
Weltman laten zien, niets aan
kracht te hebben ingeboet. Van
daag bespreken we het duel tus
sen Robillard en een van de teleur
stellende Surinaamse deelnemers,
die hun traditionele finaleplaats
nu liever ook waardevast gemaakt
zouden zien.
Wit: Robillard
Zwart: Waldring
I. 32-28 19-23 2. 28x19 14x23 3. 37-
32 10-14 4. 35-30. Hoewel Robillard
destijds al blijk gaf van een rede
lijke theoretische kennis en een
voorliefde voor de modernere
speelstijlen is deze openingsbe
handeling toch altijd nog een lust
voor het oog.
4. 20-25 5. 33-29 14-19 6. 40-35 5-
10 7. 45-40 10-14 8. 41-37 14-20 (ge
bruikelijker is 17-22, maar veel
verschil maakt het niet). 9. 30-24
19x30 10. 35x24 17-22 11. 31-27 Na
tuurlijk geen 46-41 wegens 25-30
waarna op 14-10 simpel 9-14 en 22-
28 volgt.
II. 22x31 12. 36x27 11-17 13. 50-
45. Meestal wordt deze zet hier
achterwege gelaten, dit in ver
band met varianten uit de partij
Kuyken-Wlersma 73, en vervan
gen door 38-33 of 46-41. Later kan
dan altijd nog worden gekozen
tussen 40-35 of 50-45.
13. 6-11 14. 38-33 17-21 15. 46-41
11-17 16. 33-28!? Heeft Robillard
deze opening bewust zo gespeeld?
Belangrijk is in ieder geval, dat
wit na 16. 42-38 21-26 17. 4842 4-10
wel verplicht wordt tot 33-28, om
dat 18. 41-36 1-6! weer leidt tot de
kritieke positie uit de al genoemde
partij Wiersma-Kuyken, met ana
lytisch verloren spel voor wit. Als
'u dat nog eens wilt nakijken, kan
dat in b.v. het matchboek Sij-
brands-Andrelko, want ook in die
match deed zich deze stand voor,
zij het met een minimaal verschil
(zetverwisseling).
Vanuit diagram 1. kan zwart op
twee manieren verder. Met 16.
.4-10 17. 28x19 18-22 18. 27x18
12x14 om daarna een aanval op de
vijandelijke voorpost op veld 24 in
te zetten. Bij een normaal vervolg
gaat het dan verder met 19. 32-28
14-19 20. 40-35 19x30 2l. 35x24 10-
14 (21. 9-14 22. 44-40 14-19 23. 34-
30! 25x32 24. 37x28 ad-llb 25. 28-22
s
i
Éff
s
st
m
KS
3
s
s
O
p
a
B0
e
8
S
s
e
Positie na 16. 33-28
17x28 26. 39-33 enz.) 22. 45-40 a. 14-
19 23. 40-35 19X30 24. 35x24 9-14 25.
44-40 14-19 26. 40-35 19x30 27.
35x24 13-18! en de dreiging 21-26
en daarna 17-22 en 18-23 beslist de
aanval, a. Daarom lijkt 22. 28-23
nog wel het beste, maar dan krijgt
wit b.v. 22. 13-18 23. 23x12 7x18
24. 45-40 8-13 25. 29-23 20x29 26.
23x12 17x8 27. 34x23 1-7 erg veel
moeite om zijn voorpost op veld 23
te handhaven, terwijl het zeer
waarschijnlijk is, dat zwart nog
betere plannen ter beschikking
staan. Ook andere verdedigings
mogelijkheden van schijf 24 blij
ken weinig effectief te zijn.
(Zwart moet in plaats van 164-
10 natuurlijk niet het tempo 16
1-6 spelen, want dan volgt na 17.
28x19 18-22 18. 27x18 12x14 uiter
aard 19. 34-30 25X23 20. 24-19 13x24
21. 32-27!)
In de partij speelt Waldring vanuit
de diagramstand 16. 21-26.
Daarmee verspeelt hij, op het eer
ste gezicht wel een tempo voor de
aanval. Als we dat wat nader be
kijken, blijkt dat toch van groot
belang te zijn.
17. 28x19 18-22 18. 27x18 12x14 19.
32-28 16-21 Zwart wü eerst het
witte centrum verzwakken. Be
slist geen gek idee.
20. 37-32 17-22 21. 28x17 21x12 22.
32-28 14-19 23. 40-35 19x30 24.
35x24 9-14 25. 45-40 14-19 26. 40-35
19x30 27. 35x24 4-9 28. 41-37 9-14
29. 44-40 14-19 30. 40-35 19x30 31.
35x24. Nu blijkt dat wit helemaal
niets kan bereiken tegen de voor
post op veld 24, zodat Waldring
omschakelt op een taaie verdedi- wit zelfs nog dankzij een verras-
ging- sende eindspelfinesse.
3113-19 32. 24x13 8x19 33. 42- 59. 10-4! 38-42 60. 4x45! Prachtig,
38 20-24 34. 29x20 15x24 Hoewel want 4x34 was nog remise door 31-
wit nu wel iets beter staat, loopt 36-41. Nu volgt 39-34 met vangstel-
een groot gedeelte van dit soort ling op en na 42-48 wint 45-34! Een
partijen rustig de remisehaven leerzaam duel.
binnen en dat lijkt hier ook zo te
gaan aflopen.
35. 38-33 2-8 36. 34-29 12-18 37.
29x20 25x14 38. 39-34 7-12 39. 49-44
1-7 40. 44-40 3-9 41. 40-35 19-24 (er
dreigde 37-31 en 48-42). 42. 43-39
12-17 43. 48-42 14-20 44. 34-29 7-12
45. 42-38. Waarschijnlijk al in tijd
nood verdedigt zwart zich niet op
de meest veilige manier.
45. 20-25 46. 29x20 25x14 47. 35-
30 9-13 48. 30-24 14-19? Na 17-22
zou remise binnen bereik zijn ge
komen, maar nu maakt zwart het
zichzelf nog erg moeilijk.
49. 37-32 19x30 50. 28-23 18x29 51.
33x35 13-19 52. 38-33 19-23 53. 35-30
17-22 54. 30-25 12-18 55. 25-20 8-13
56. 20-15 22-28 57. 33x22 18x38 58.
15-10 26-31? Hier had 23-28 nog net
remise opgeleverd, maar nu wint g