Jongen met paard in
perfecte avonturenfilm
Bacteriën
gaan nooit
met vakantie
Hernieuwde aandacht voor klassieker
Jerry Lewis op zijn retour
Music-hall ratjetoe
Dubieus
misdaad
verhaal
The Black Stallion
De linkshandige uitzendkracht
The Great McGonagall
Feedback
Prolongaties
en reprises
Harakiri, Prima della revoluzione
VRIJDAG 18 JULI 1980
FILM
TROUW/KWARTET P 6 - RHS 3
door W. Wielek-Berg
Een film over een jongetje en een
droompaard die ontsnappen van een
brandend schip, aanspoelen op een
«ibarre, verlaten kust waar de hengst
I de jongen meermalen het leven redt
en die later samen een grote race
winnen, gebaseerd op een serie van
zestien succesromans (geschreven
ij door Walter Farley)die moet toch
wel uit de naden barsten van compu-
ter-romantiek en ontelbare malen ge-
Jherkauwde clichés over dieren met
menselijke eigenschappen en knapen
'e B die de grote Amerikaanse prestatie-
e droom zozeer in de botten hebben dat
ze niet rusten voor ze iets hebben
gewonnen. Maar nee Corrol Bal-
«nu.......
lard, bekend door korte films, heeft in
zijn speelfilm-debuut „The Black
ncf Stallion" (naar men mag aannemen
met raad en daad bijgestaan door
executive producer" Francis Coppo
la, maar die moet in die Ballard dan
toch wel iets gezien hebben) een klein
wonder verricht. Hij heeft, door zich
volkomen in te leven in het onder
werp, door overdaad en sentimentali
teit te schuwen, door voor elke rol een
acteur te kiezen die hem past als een
handschoen, door een nooit aflatend
gevoel voor ritmme en timing, kort
om: door perfectionisme, vakman
schap en artistieke bevlogenheid van
een platgetrapt thema een prachtige
film gemaakt.
Neem nu het begin, de brand op het
schip. Hoe vaak hebben we in ram
penfilms zo'n calamiteit niet mogen
aanschouwen: geren van hot naar
haar, vlammen die op de meest on
verwachte plaatsen uitslaan en
schreeuwende overjarige sterren ver
zwelgen of tijdelijk de pas afsnij
den u weet wel. Maar in „The
Black Stallion" is die brand niet
adembenemend en macaber door
goedkope, spectaculaire effecten,
doch door zijn echtheid, zijn eenvoud
zou je bijna zeggen. En de romanti
sche scènes op het strand (de dans
van de jongen met het paard in de
golven) missen, hoewel ze door een
geheimzinnig waas omgeven zijn, el
ke schijn van. mooifilmerljhet is als
of Je een oergebeuren ziet voltrekken.
Na dit schitterende begin zou de over
gang naar hiet alledaagse Ameri
kaanse leven gemakkelijk een anti
climax en een stijlbreuk kunnen zijn.
Maar Ballard handhaaft zijn inge
houden kracht. Misschien is de race
aan het eind wel het meesterlijkste
stuk van de film: geen opgeklopte
spanning omdat het paard telkens
wordt ingehaald en dan toch net op
het nippertje wint, alleen bijna mono
toon gedreun van paardehoeven en
een hengst die recht op zijn doel
afstormt omdat het niet anders kan.
Moeiteloos
Meer dan twee jaar is er gezocht voor
er een jongetje werd gevonden dat
geschikt leek voor de hoofdrol. Kelly
Reno voldoet moeiteloos aan alle ei
sen: aanminnig kippig en met paar
den opgegroeid als hij is leeft hij in
die film, hij speelt niet. Verder zijn er
prachtige (soms kleine) karakterrol
len van Mickey Rooney als de trainer,
Teri Carr als de moeder en Clarence
Muse als een oude neger die de vraag
opwerpt of het paard eigenlijk niet
wild zou moeten blijven. Het is een
voordeel, niet een nadeel, dat die
vraag niet wordt uitgediept en opge
lost: Ballard laat veel dingen onon
derzocht en onbeantwoord, dat ge
beurt in het leven ook. Hij laat losse
draden hangen, niet uit onmacht
maar uit superioriteit.
Een oude wijsheid wordt in „The
Black Stallion" weer eens bevestigd:
er wordt nooit iets nieuws verteld, er
wordt telkens opnieuw verteld.
Amsterdam-Alhambra 1: Rotter-
dam-Alhambra 2; Den Haag-Me tro-
pole a.1.
Kelly Reno speelt de hoofdrol in The Black Stallion.
Itr ere van de heropening van het
rdamse theater Desmet met
live Great McGonagall is een zeer
•mde film uit de mottenkist ge-
ild een zich geheel in music-hall
irs afspelende slapstick-komedie,
klucht of zotte satire of alles tege-
Meestentijds valt je de mond
van verbazing over de povere
liteit van het gebodene, soms kan
een klein glimlachje af, eerlijk is
eerlijk.
Joseph McGrath heeft het ding gere
gisseerd en de naam Peter Sellers
prijkt met dikke letters in adverten
ties en reclamemateriaal. Alsof hij er
een glansrol in vervult, maar hij be
perkt zijn optreden tot een kort
vrouwtjes-makerijtje: als kribbige
koningin Victoria zorgt hij voor enig
tè snel wegebbend vermaak. Van be
gin tot eind op het doek is Spike
Milligan in de titelrol van William
McConagall, een doodarme, ongelet
terde, imaginaire Schotse wever, die
op latere leeftijd besluit dichter te
worden. Voornamelijk adellijke per
sonen springen zeer wreed met hem
om, voortdurend wordt hij bespot,
gehoond en mishandeld zodat het
niet leuk meer is, in generlei opzicht.
Nadat hij ook nog bij een overval van
zijn versleten schoenen is beroofd,
krachtdadig in elkaar geramd en in
het water gekieperd sterft hij. Aange
zien hij een vervelend persoon is in
een rare film, te kinderachtig om bi
zar genoemd te worden, komt zijn
voortijdig einde toch nog te laat.
Amsterdam-Cine D Desmet.
Jerry Lewis, door sommigen gekarak
teriseerd als voorloper van Woody
Allen en Mel Brooks en door Europe
se, voornamelijk Franse critici in zijn
bloeitijd geadoreerd (zij dichtten
hem allerlei maatschappijkritische
achtergedachten toe, misschien had
den ze gelijk maar ik heb het er nooit
aan af kunnen zien) heeft acht jaar
lang geen film gemaakt. In een televi
sie-interview vertelde hij, dat zijn
angst om een van zijn werken-voor-
de-hele-familie vertoond te zien vóór
of neen harde pomoproduktie hem
het zweet in de handen had gedreven
en dientengevolge fataal geremd,
maar hij kwam niet geloofwaardig
over de druiven leken onmiskenbaar
zuur.
Uit zijn come back „Hardly Working"
„De linkshandige uitzendkracht",
blijkt in elk geval zijn bijna tragische
onzekerheid: als hij denkt dat het
publiek een van zijn „gags" niet zal
begrijpen doet hij hem nog eens dun
netjes over, als hij vreest dat een grap
niet helemaal gelukt is idem dito.
Alsof hij hard en aanhoudend tegen
doven schreeuwt.
Het gevolg is, dat zijn film een traag
en lomp ritme heeft, fataal voor een
slapstick-comedy, die het moet heb
ben van de ijlende vaart waarmee de
ene gekkigheid op de andere volgt,
alsof de maker put uit een bodemloos
reservoir.
Bovendien is „Hardly Working"
(waaraan hij ongetwijfeld hard heeft
gewerkt) hopeloos gedateerd: het ver
haal over een clown die het in de
wereld van de postbodes probeert te
maken bevat alle Amerikaanse cli
chés van de jaren vijftig. Of hij die al
dan niet probeert door te prikken
(volgens mij dus niet) is volstrekt
irrelevant: ze zijn intussen al vanzelf
ter ziele gegaan en andere hebben
jhun plaats ingenomen.
Maar daarvan heeft Jerry Lewis geen
weet, of hij wil er geen weet van
hebben. Met zijn doorgroefde, oud-
middelbare hoofd beweegt hij zich
tobbe rig door de mini-rampen die hij
zelf heeft aangericht (bij benzine
pompen, in restaurants en uiteraard
bij de post) als een brontosaurus ver
dwaald in 1980. W. W.-B.
Amsterdam-City 1 en Cineac Dam
rak 1; Rotterdam-Lumière 1; Den
Haag-Cineac en verder in 12 theaters
overal ln het land, a.l.
Aan het slot van Feedback vraag je je
onwillekeurig af, wat de zin van deze
film is. Het verhaal speelt zich af in
het milieu van de kleine misdaad,
maar aan de rand van het „grote
kwaad": handel in drugs, beroving,
gewelddadigheid. Het spreekt van
zelf, dat er conflicten ontstaan met de
rechtspraak. De film is in haar geheel
gewijd aan zo'n conflict.
Het verhaal: Rick Dawson, samenle
vend met een tweetal Jonge vrouwen,
krijgt een oproep om voor „de rech
ter" te verschijnen. Hi zoekt hulp van
den wat sinistere advocaat, en krijgt
te horen, dat hij zich verdedigen moet
tegen een aanklacht van „conspira
cy". Wat die conspiracy precies in
houdt blijft de hele film door geheim:
het kan om contacten gaan in ver
band met de drug handel; om politie
ke contacten, inbraak het blijft
vaag „conspiracy".
Het lijkt overigens verder geheel bij
zaak, want het enige waar de film zich
op concentreert is, het systeem van
„voorlopig vrij laten", op borgtocht
onder storting van een geldbedrag of
op erewoord.
Willekeur
Wat in de film hier en daar goed
geschetst is, is het schamele onderwe
reldmilieu waarin Dawson verkeert.
De wijken waarin de man ronddoolt
schijnen op zich tot misdaad te ani
meren. Maar of dit de tendens is
geweest die van de film moest uitstra
len, kan ik niet zeggen. Want even
snel als die suggestie in de film op
komt, wordt zij ook weer los gelaten.
Wat wel duidelijk naar voren komt, is
de willekeur in het Amerikaanse
rechtssysteem. Alleen wordt het in de
karikatuur van een rechter zo dik
erop gelegd, dat de zaak weer twijfel
achtig wordt. Dubieus, dat is de beste
typering voor de film als geheel.
Feed Back-City 3
ADVERTENTIE
Maar u wel.
Neem daarom desinfekterende
Unicura zeep mee.
Opgewassen tegen
binnen- en buitenlandse bacteriën.
bevat 1% ICC
Iniet gebruiken voor kinderen beneden 3 jaar]
Herfstsonate Klassieke film van Ing-
mar Bergman met Ingrid Bergman en
Liv Ullmann in de hoofdrollen. De
gehele week in Camera, Groningen.
Die Blechtrommel Film van Volker
8chlöndorff naar de roman van Gün-
ter Grass met een unieke inbreng van
David Bennent als Oskar, de kleine
trommelaar. De gehele week in City 6,
Amsterdam.
Meneer Hulot met vakantie Klassie
ke komedie van en met Jacques Tati.
De gehele week in Springhaver,
Utrecht.
Last Tango in Paris Navrante en
ontroerende film van Bernardo Ber-
tolucci met Richard Burton en Maria
Schneider in de hoofdrollen. De gehe
le week in Tivoli, Apeldoorn
..10" Aardige komedie van Blake Ed
wards over een droomvrouw die van
plastic blijkt te zijn. De gehele week
Tuschinski 4, Amsterdam: Cineac
2. Den Haag; Scene, Arnhem; Catha-
"Jne 2, Utrecht; City 2, Groningen
Stalker Mysterieus meesterwerk van
Andrei Tarkowskl, een Russisch re
gisseur die in zijn eigen land niet
wordt geëerd. De gehele week in Kri-
terion, Amsterdam.
Umberto D Prachtige film van Vitto-
rio de Sica uit 1951, over de fatsoenlij
ke armoede van een oude heer. De
gehele week Liga '68. Groningen.
La Notte De film waarmee Michelan
gelo Antonioni twintig jaar geleden
beroemd werd, met in de hoofdrollen
Marcello Mastroiannl, Jeanne Mo-
reau en Monica Vitti. 18 en 19 Juli
't Venster, Rotterdam.
I Vitelloni Een van Federico Fellini's
vroege films (1953) realistisch en au
tobiografisch. De gehele week in Kri-
terion, Amsterdam en Lantaren. Rot-
terdam.
De Luiaards uit het vruchtbare Dal
Alleraardigste Griekse satire van Ni
kos Panayotopoulos over de slaap als
levensdoel. De gehele week ln Film
huis Den Bosch.
Fabrüdo en Agoatinho, de hoofdpersoon in Prima della revoluaione.
De twee films die deze
week, in het kader van
het „zomerprogram-
ma" van Film Interna
tional (films die in het
verleden slechts met
een karige roulatie be
deeld zijn geweest), zijn
uitgebracht zijn Hara
kiri van de Japanner
Mas aki Kolayashi en
Prima della revoluzione
(„De jaren voor de revo
lutie") van Bernardo
Bertolucci.
Zoals bekend is het genoem
de zomerpro gramma voor
een belangrijkdeel gewijd
aan Japans en Italiaanse
films. Er is verschil tussen het
een en het ander. De terug
blik op het Japanse filmen is
interessant vanwege het exo
tische erin, naast natuur
lijk de kwaliteiten van de
filmers persoonlijk. Voor de
rest heeft het Japanse filmen,
zoals hier ter plaatse al eerder
is betoogd, ternauwernood
belnvloedlngswaarde. Het is,
over het geheel genomen, zo
strikt nationaal beperkt, dat
er sociaal of cultureel geen
dialectiek mee is aan te gaan.
Het kijken naar Japanse
films is, enkele westers ge
oriënteerde uitzonderingen
daar gelaten, een culturele
luxe.
Dat is ook het geval met „Ha
rakiri". Een prachtig opge
bouwde film, maar die je van
begin tot het einde emotio
neel volledig koud laat. Het
(in onze ogen sterk melodra
matische) verhaal is, met alle
heftigheid die erin zit opge
sloten, uitgewerkt in een ui
termate strak gehouden rit
me. De architectuur is strak;
de aan de dag tredende bewo
genheden worden in even gro
te strakheid in de hand ge
houden; de dialogen bezitten
de strenge waardigheid van
een klassiek ingetoomde le
venshouding. Onder invloed
van deze aspecten maakt de
film zeker een diepe indruk;
geen menselijke maar een
zuiver esthetische indruk.
Volgens Kobayashi zelf stelt
hij in het verhaal van „Hara
kiri" via inkleding in oude
vormen (de gebruiks- en le
vensvormen van de oude sa
moerai een actueel pro
bleem aan de orde: het pro
bleem van „het gezag, van de
militaire hiërarchie". Het kan
waar zijn, maar dan toch uit
sluitend binnen de kaderhj-
nen van Japans nationa
lisme.
Plaag
Het gaat in het verhaal om
„de verdediging van de eer".
Oude samoeraieer, die kan ei
sen, dat een in het nauw ge
brachte man zich zelf het le
ven beneemt. In de film
wordt dat gedaan door een
jonge Japanner, die zich bij
een voornaam adellijk huis
aanmeldt, met het verzoek
om voor het huis harakiri te
mogen plegen. Binnen de
context van de tijd is dat
„dreigen" met harakiri een
soort plaat voor de edele he
ren geworden; ze zijn daarom
geneigd om dat „eervolle
voornemen" met geld af te
kopen. De jonge Japanner
had geld nodig, omdat zijn
vrouw en kind doodziek wa
ren, de schoonvader een
voormalige samoerai geen
geld meer had en er medische
redding nodig was. De edele
heer bij wie hij zich aanmeld
de dwingt hem tot het open
snijden van de buik (met
bamboe zwaarden, omdat de
jongeman zijn metalen
zwaard heeft verkocht). Zijn
schoonvader, de samoerai,
wreekt die dood. In over
maat.
De vorm is de vorm van „de
woordelijke vertelling", afge
wisseld door gewelddadige
acties. Zolang het verhaal, uit
de mond van de vaders am oe-
rai, aan de gang is vertoont
de film de hierboven genoem
de klassieke ingetogenheid.
Iets ervan is nog bewaard in
de wraakacties van de vader,
al beginnen de kaders van de
klassieke strengheid hier wel
te kraken. Belangwekkend
om naar te kijken; niet echt
fascinerend.
Profetisch
Dat fascinerende is er wel bij
het terugzien van Bertoluc
ci's film „Prima della revolu
zione". De film dateert uit het
midden van de jaren zestig,
de Jaren van het veelbeloven
de revolutionaire elan, dat
met name veel studenten, in
zonderheid uit burgermilieu,
in zijn greep had. Gezien te
gen de achtergrond van de
internationale (westerse) ont-
wikkelingen sindsdien op so
ciaal, politiek en ethisch ge
bied, heeft de film een haast
profetische kwaliteit.
De .smaak van de revolutie"
is .zoeter" gebleken dan haar
realisering. Van de revolutie
denkbeelden uit de tijd,
waarin Bertolucci zijn film
maakte, is weinig in reële da
den omgezet. Zo er al in onze
dagen op de gebieden van po
litiek, samenleving en moraal
sprake is van een herziening
van waarden, dan hebben zij
nauwelijks iets gemeen met
het (in laatste instantie toch
niet wezenlijk gemeende) „af
scheid van het goede bur
gerdom".
De hoofdpersoon van de film
is de Jongeman Fabrizio, wo
nend in Parma, afkomstig uit
een zeer welvarend bourgeois
milieu. De jongen meent dat
hij „lijdt" aan zijn tijd en de
sociale omstandigheden van
zijn tijd, maar hij wordt feite
lijk vooral gekweld door zijn
jeugdige onervarenheid, wat
door hem beleefd wordt in de
vorm van heimwee naar iets
onbekends.
Fabrizio is „communist",
zonder te beseffen dat hij het
communisme aanhangt van
wege een sfeer. Hij maakt
zich geen zorgen over zijn
welvarend burgerlijk be
staan; het is voor hem alleen
maar pikant om het als dubi
eus te bezien en de marxist te
spelen voor zich zelf, zijn
communistische mentor, de
onderwijzer Cesare, en een
vriend Agostinho. Deze is af
komstig uit hetzelfde milieu
als Fabrizio. Hij is hartstoch
telijker en oprechter. Eerlij
ker dan Fabrizio kijkt hij op
zijn klasse, die van de bour-
geoise, neer. Hij lijdt er on
der. dat hij de persoonlijke
moed mist om definitief met
zijn omgeving te breken en
alleen maar ertoe komt om
van tijd tot tijd „weg te lo
pen". Een demonstratie,
maar in zich een IJdel gebaar.
De zaken nemen voor Fabri
zio een sterke wending, wan
neer Agostinho tijdens het
zwemmen in de rivier veron
gelukt. Fabrizio denkt aan
zelfmoord van Agostinho,
maar is daar niet zeker van.
Hij voelt zich door de dood
van zijn vriend voor een keu
ze geplaatst. De tijd van wei
felen, van nostalgisch uitzien
naar iets onbekends is
voorbij.
De gebeurtenis valt samen
met het bezoek aan Fabri-
zio's huis van een jeugdige
tante van hem, haast een leef
tijdgenote, de jongste zuster
van zijn moeder, Gina. Zij
komt uit Milaan; zij is een
zenuwpatiënte, met een over
heersende hysterisch sensue
le drang. Zij lijkt een typische
representatie van de deca
dentie van Fabrizio's bour
geois milieu. Die decadentie
heeft een tegenhanger in een
verstarde bigotte godsdienst
zin bij Fabrizio's ouders en
specifiek zijn grootmoeder.
Sensualiteit
Ook tegenover Gina speelt
Fabrizio zijn kwasi-marxis-
tisch spel. maar hij laat zich
gewillig inspinnen door haar
sensualiteit. Die is voor hem
een bevrijding, zij maakt hem
vrij van zijn pseudo-commu-
nisme, zijn pseudo-revolutio-
naire drang. Hij ziet in, dat
het proletariaat hem koud
laat, hij heeft zelfs een afkeer
voor de banaliteit ervan. Bre
kend met Gina keert hij terug
tot zijn jeugdliefde, het meis
je Clelia, rijk, gedwee in haar
godsdienstigheid, de ideale
vrouw voor iemand die zijn
horizon heeft ontdekt in een
welvarend en elegant burger
bestaan.
De beelden waaruit het ver
haal is opgebouwd schijnen
een tamelijk grillige volgorde
te hebben, tot je als toeschou
wer binnen de persoonlijk
heidssfeer van de figuren
bent gelaten. Dan wikkelt het
geheel zich af volgens de
strakke lijn van een tragisch
noodlot.
Fabrizio maakt zich schuldig
jegens zich zelf en zal daar
door altijd een sombere
vreemde blijven binnen zijn
elegant bourgeois bestaan.
Hij is gedoemd de vader te
worden van een nieuwe Fa
brizio. In dat opzicht heeft
Bertolucci's film een profeti
sche kwaliteit gehad. De re
volutie is haar eigen weg ge
gaan, zonder zich veel gele
gen te hebben laten liggen
aan „het burgerlijk zoet van
de revolutie" uit midden-zes
tig.
Harakiri Amsterdam
The Movies; Den Haag
Kijkhuis. Prima della Revo
luzione; Amsterdam-Krite-
rion.