De prijs der eenzaamheid Menten noemt sfeer bij proces 'bedorven' EG-begroting voor 1980 vrijwel rond Na 12 jaar terug in park waar leeuw hem aanviel Mensonterende" toestand onder Turkse christenen Rechter billijkt maatregel Pais Schadevergoeding voor met lood vergiftigde koeien Vluchtelingenwerk vraagt maatregelen ™>eten schrijven en redt automobiliste ETSS&mJttSi Echtpaar ontwaakt 1 Verdachte zegt onschuldig te zijn aan massamoord DINSDAG 1 JULI 1980 BINNENLAND TROUW/KWARTET 9 Meer belangstelling voor Maurice Gilliams door Leo Kleijn ROTTERDAM Pieter Menten heeft gisteren voor het laatst getracht de bijzondere strafkamer van de Rotterdamse rechtbank ervan te overtuigen dat hij part noch deel heeft gehad aan een op 7 juli 1941 in het toenmalige Polen gepleegde massamoord. In felle bewoordingen hekelde hij de „bedorven sfeer" rondom het tegen hem gevoerde proces, dat Volgens hem de rechtsstaat aan het wankelen heeft gebracht. ANTWERPEN Maurice Gilliams, die zoals bekend is, op 4 oktober in Amsterdam de driejaarlijkse Prijs der Nederlandse Letteren 1980 ontvangt uit handen van koningin Beatrix, mag zich de laatste tijd in toenemende belangstelling verheugen, zoals dat ook het geval is met ■zijn te lang veronachtzaamde landgenoot Cyriel Buysse. Van de nu bekroonde auteur verscheen vijf jaar geleden zjn Verzameld werk ln herdruk. De 81-jarige verdachte bedolf op de vijftiende en laatste zittingsdag de rechtbank onder een stroom van grie ven die duidelijk moesten maken dat hij het slachtoffer van een ongekende hetze is geworden. Hij was ruim zes uur aan het woord om, zoals hij het zelf noemde, af te rekenen met zijn belagers. Tijdens een van zijn schaar se interrupties sprak de president, mr. P. J. C. Schipper, zijn bewonde ring uit voor de volharding die Men ten aan de dag legde Minder te spreken was de president over de zijns inziens beledigende uit latingen van Menten aan het adres van A. J. van der Leeuw, medewerker van het Rijksinstituut voor oorlogs documentatie. Vooral deze deskundi ge in het proces-Menten moest het bij de afrekening ontgelden. Toen Van der Leeuw onbetrouwbaarheid voor de voeten werd geworpen, werd Men ten gemaand beledigingen achterwe ge te laten en „zich beschaafd op te stellen". Voordat Menten de gelegenheid kreeg zijn zeer veel lettergrepen tel lend „laatste woord" te spreken, vroeg zijn toegevoegde raadsman, mr. E. W. J. H. de LiagTe Böhl om een voortzetting van het in de Sowjet Unie ingestelde archiefonderzoek. De verdediger zei „in het geheel niet con tent" te zijn over het resultaat waar mee prof. dr. W. R. Veder vorige week uit Moskou terugkeerde. Archiefstukken De Nijmeegse hoogleraar heeft in de Russische hoofdstad weliswaar vast gesteld dat onmiddellijk na de oorlog de naam van Menten niet in verband is gebracht met oorlogsmisdaden, maar Böhl meende dat meer docu menten geraadpleegd hadden moe ten worden. Die niet voor Veder beke ken stukken zouden zich volgens de raadsman elders in Rusland kunnen bevinden. Böhl wil dat onomstotelik komt vast te staan dat na de in Pod- horodce gepleegde massamoord Men ten door ooggetuigen als dader is genoemd. Naar zijn mening zou dat uit nog niet geraadpleegde, buiten Moskou bewaarde, archiefstukken kunnen blijken. De raadsman vroeg de rechtbank Veer opnieuw naar de Sowjet-Unie af te vaardigen, ditmaal in gezelschap van de Amsterdamse hoogleraar mr C. F. Rüter. Na kort beraad liet de president weten dat het verzoek niet zal worden ingewilligd voordat de rechtbank over de zaak-Menten als geheel uitspraak heeft gedaan. De motivering van dit besluit zal naar zijn zeggen in het vonnis te vinden zijn. Menten zelf weidde aan dat archief onderzoek ook nog een enkel woord. Hij zei er steeds op te hebben aange drongen en noemde het „misdadig" dat het openbaar ministerie en de rijksrecherche het niet nodig hadden geoordeeld de Russische archieven te raadplegen. Volgens Menten hebben ook andere instanties zich jegens hem ernstig misdragen. Hij noemde het ministe rie van Justitie; de Amsterdamse rechtbank, die hem in 1977 tot vijf tien Jaar gevangenisstraf veroordeel de; en de Hoge Raad die onder pres sie het Haagse vonnis vernietigd zou hebben. In dat vonnis werd het open baar ministerie het recht ontzegd Menten te vervolgen. 'Onschuldig' BRUSSEL (Reuter, AFP) De ministers van buitenlandse zaken van de negen landen van de Europese Gemeenschap hebben gisteren de EG-begroting voor 1980 goedgekeurd, waardoor er een eind kan komen aan de financiële crisis van de EG die nu al een half jaar duurt. Weinig onbesproken latend, zette Menten uiteen waarom de Haagse rechters het bij het juiste eind had den. Omstandig betoogde hij ook dat de in Rotterdam tegen hem uitge brachte dagvaarding nietig is en dat Nederlandse rechters niet de be voegdheid hebben hem te veroorde len. Maar bovenal bezwoor hij de rechtbank dat hij onschuldig is. „Ik heb niets gedaan en u kunt mij niet veroordelen." HIJ kondigde aan te zullen vechten totdat hij gerehabili teerd is. In zijn verweer dat betrekking had op het requisitoir, betichtte hij het open baar ministerie van „boze bedoelin gen", tot uiting komend in een ver keerde voorstelling van zaken. De of ficier van justitie heeft zich naar zijn oordeel ten onrechte verlaten op de verklaringen van getuigen, van wie het merendeel zou lijden aan „hallu cinaties en syndromen". De drie Poolse zusters die hebben beweerd dat Menten bij de executie een vuurwapen hanteerde, zouden hun verklaring hebben afgelegd on der de invloed van ..stimulerende me dicijnen". Pieter Menten De ministerraad ging gisteren ak koord met een serie voorstellen uit het Europese parlement, die de Euro pese schatkist dit jaar dertig miljoen gulden extra gaat kosten. De Euro parlementariërs hadden deze amen dementen afgelopen vrijdagin Luxemburg ingediend Het geld is vooral bedoeld ter stimulering van regionale ontwikkeling in econo misch zwakke gebieden. In Luxemburg meende men gisteren, dat na de goedkeuring door de minis- Voorschotten onderwijs DEN HAAG (ANP) Minister Pais (onderwijs) mag de loonbelasting en sociale premies van leerkrachten per 1 juni een maand later aan de school besturen uitbetalen. De eis van de bonden van schoolbesturen van ka tholiek en protestants-christelijk on derwijs, is hiermee afgewezen. Zo luidde gisteren in kort geding het vonnis van de president van de recht bank in Den Haag, mr. J. H. Blaauw. De rechter bepaalde echter tevens dat de minister onrechtmatig heeft gehandeld door over de ingreep in de maandelijkse voorschotten op de per soneelskosten geen overleg te plegen met de bonden. Hoewel er geen wette lijke verplichting bestaat tot dit over leg is de bewindsman „maatschappe lijk verplicht" de bonden over derge lijke zaken te raadplegen, aldus het vonnis. De minister wil uit bezuinigingsover wegingen de betaling van de loonbe lasting en sociale premies van leer krachten een maand opschuiven. Daarmee spaart hij dit jaar 226 mil joen gulden uit. De katholieke en protestants-christe lijke schoolbesturen vrezen, dat door de ingreep een aantal scholen in fi nanciële problemen komt. Bovendien is er volgens hen geen sprake van echte bezuiniging maar van een „boekhoudkundige vondst". Het na delig effect voor de scholen is echter blijvend, zo menen de schoolbe sturen. Ondanks het onrechtmatig handelen van Pais heeft de rechter hem niet verboden de maatregel uit te voeren omdat dit volgens hem een te zware bestraffing zou zijn. Mr. Blaauw dringt er wel bij de minister op aan in het vervolg met de schoolbesturen te overleggen. DEN HAAG (ANP) In voorgaande jaren zijn er bij werken voor de Rijks waterstaat twee gevallen geweest waarbij koeien loodvergiftiging heb ben opgedaan en schadevergoedin gen werden uitgekeerd. De gevallen deden zich voor in Moordrecht en in Hagestein. In het eerste geval be droeg de vergoeding ongeveer 18.000 gulden en in het tweede geval werd ongeveer 40.000 gulden uitgekeerd. terraad, de begroting van het lopende jaar niet meer dan een hamerstuk zal (jr6luD06t6 zijn als het parlement volgende week op de juli zitting in Straatsburg bij elkaar komt. Eind vorig jaar weigerden de voor het eerst direct gekozen vertegenwoordi gers van de bevolkingen van de negen EG-landen de begroting aan te ne men, omdat het landbouwbeleid al leen al meer dan de 70 procent van de uitgaven zou eisen. In de nu vrijwel vastgestelde begroting gaat echter 73 procent naar de landbouw, maar de parlementariërs hebben er dertig mil joen voor regionale ontwikkeling bij weten te krijgen en dat was eind december vorig jaar een van de strui kelblokken. Ook al was er geen begroting, de EG bleef doordraaien, elke maand mocht de gemeenschap een twaalfde deel van de begroting van vorig jaar uit geven. In het bijzonder hekelde Menten het motief van de officier om naast een rijheidsstraf een geldboete tegen hem te eisen. Volgens de officier had hij Menten, belust op geld en goed, in zijn vermogen willen raken. Menten voerde aan dat hij al sinds 1939 in zijn vermogen is geraakt en dat hij met name de laatste vier jaar aanzienlijke financiële schade heeft geleden. Daarbij wees hij erop dat de branden in zijn woningen in Biaricum en Ier land hem een vermogen hebben ge kost Hij verweet de officier, met geen woord gerept te hebben over het „psychisch leed" dat hem en zijn om geving is berokkend en dat hij „niet te beschrijven" noemde. „Dat laat hem ijskoud", zei Menten. De rechtbank zal op woensdag 9 juli uitspraak doen. Gilliams werd op 20 Juli 1900 in Antwerpen geboren. Hij wordt dus binnenkort 80 Jaar. Onder lezers van thans is zijn bekendste werk de roman uit 1936, „Elias of het gevecht met de nachtegalen". Een Jaar na het verschijnen van het boek echter ontmoet Gilliams de man die het in de boekhandels zonder veel succes had aangebo den. De man, zo vertelt Jeroen Brouwers de anecdote in „Zacht jes knetteren de letteren", zal aan de auteur eens uitleggen wat de reden is. „Een kinderboekora kelt hij, „moet groter van formaat zijn en vol staan met illustraties. Als ge nog iets voor kinderen schrijft, zeg aan uw uitgever dat hij uw werkje op de markt brengt zoals anderen prentenboeken". Troost Gilliams is door een boekhande laar die het niet verder bracht dan het eerste deel van de titel ook getroost: „Verhalen ontleent aan de bijbel zijn in Vlaanderen niet Tri v i i populair. Ge zult eens wat anders o o Wanneer Gilliams in 1925 als dich ter met een uitgave in eigen be heer debuteert, herkent Paul van Ostaijen onmiddellijk zijn talent Naast een aantal onvolkomenhe den in woordgebruik, in het ont breken van evenwicht tussen ab stracta en concreta, het verhevene en nederige, signaleert hij een sen sibele waarneming van de buiten wereld in „De dichter en zijn scha duw. Gevolgd van Een Jong reizi ger" en een eerlijker verhouding tot de natuur. Hij twijfelt niet aan zijn begaafdheid: „Daar worden wonderen op de plaats waar uw mond uw ogen vindt", schrijft Van Ostaijen. Bibliofiel Aanvankelijk geeft Gilliams zijn gedichten uit in door hem zelf met de hand gedrukte bundels in be perkte oplaag. In 1927 komt.Een zame vroegte", in 1929 „De fles in ■de zee", in 1932 „Het Maria-leven". In 1933 verschijnt nog in eigen beheer „Het verleden van Colum bus". In 1938 verschijnen deze bundels, te zamen bij Meulenhoff te Amsterdam. Van het boek wor den 500 exemplaren gedrukt, alle drukkunst blijkt een bibliofiele UTRECHT (ANP) Het echtpaar De Watervoort uit Utrecht heeft zondag snel gereageerd, toen vlak bij zijn woning een auto de Kromme Rijn in reed. De 24-jarige bestuurster was in een bocht de macht over het stuur kwijtgeraakt en door de schrikhek- ken heen gevlogen. Het echtpaar werd *8 morgens wak ker van de klap en rende naar de waterkant. Terwijl de vrouw de auto vasthield om te voorkomen dat hij wegdreef, trok de man de bestuurster door het portierraam op de kant. Ze mankeerde niets. Van onze parlementsredactie DEN HAAG De vereniging voor Vluchtelingenwerk wil dat de regering met spoed maatregelen neemt om een eind te maken aan de „mensonterende" situatie waarin honderden christen-Turkse asielzoekers in ons land verkeren. In een brief aan premier Van Agt vraagt het vluchtelingenwerk om ver korting van de asielprocedure en het beschikbaar stellen van tijdelijke opvangcentra. De nieuwe asielzoekers zijn ingetrok ken bij hun geloofsgenoten in Almelo en Hengelo. Volgens het Vluchtelin genwerk zijn de gevolgen hiervan zo wel voor deze mensen zelf, als voor de plaatselijke bevolking ernstig en ver ontrustend. De Turken zitten hutje bij mutje opgepakt. De gemeentebe sturen van Hengelo en Almelo heb ben de regering al eerder van de ernst van dcee situatie op de hoogte ge steld. Een van de belangrijkste ooraak en hiervan is volgens de vereniging voor Vluchtelingenwerk de langdurige procedure die de asielzoekers moeten doorlopen. Het duurt veelal een half jaar, alvorens zij te horen krijgen hoe over hun aanvrage is beslist. De wet telijke termijn is een maand. De vereniging dringt er bij Van Agt op aan deee termijn de hand te hou den. Oewvzen wordt op unanieme uit spraken van de Tweede Kamer in deze zin. Het ontbreken van enig per spectief tijdens de wachttijd, maakt volgens de brief dat de hulpverleners noodgedwongen met lege handen staan. Zo kan geen beroep worden gedaan op de regeling die een voorkeursbe handeling bij huisvesting mogelijk maakt. Ook andere vormen van hulp verlening kunnen niet van de grond komen, zolang de positie van de asiel zoeker onzeker is. De vereniging pleit daarom voor opvangcentra voor tij delijke bewoning. geneigdheid. Het boek is niet iets als een neutraal produkt, maar iets als van de auteur zelf. Het is dan ook niet vreemd ln de bundel een versregel te lezen als „GIJ proeft de weemoed niet van een dun fransch boek". Innerlijkheid Gilliams koestert grote bewonde ring voor Paul van Ostayen, aan wie hij een essay wijdde (1952). Overigens neemt hij afstand tot hpt letterkundig leven en neemt hij geen deel aan allerlei activltei- ARNHEM (ANP) Het Burgers safaripark in Arnhem verwelkomde gisteren dank zij de Olympische Spelen voor gehandicapten een bijzondere gast uit Finland; de invalide Voitto Korhonen. Ruim twaalf jaar geleden werd de nu 39-jarige journalist in het toen gloednieuwe safaripark in Arnhem aangevallen door een leeuwin, uit zijn auto getrokken en ongeveer twintig meter door het dier het park ingesleurd. De Fin is dezer dagen voor het eerst weer terug in Nederland. Voor de Finse radio en het nationale persbu reau in zijn land verslaat hij de Olympische Spelen voor gehandi capten. Voitto Korhonen hij woont vijftig kilometer ten oosten van de Finse hoofdstad Helsinki was in 1968 ln Nederland voor een behandeling door een paragnost. Hij was toen al aan beide benen verlamd. Op 29 mei in dat jaar bezochten hij en zijn vrouw het safaripark. Kor honen probeerde de leeuwen door een geopend autoraampje te foto graferen. Een leeuwin besloop de auto van achteren en trok de invali de man eruit. Het autoportier ging waarschijnlijk open, doordat de man van schrik met zijn arm de deurknop raakte. De leewin beet de Fin niet alleen in zijn arm, maar vooral ook in diens hoofd. Diverse littekens en een ge deukte linkerslaap heeft Korhonen aan zijn avontuur overgehouden. Schuimblussers Ernstig gewond werd hij destijds overgebracht naar het Gemeente ziekenhuis in Arnhem. Na een maand kon hij worden vervoerd naar Finland, waar hij ook nog on geveer een maand in een ziekenhuis vertoefde. Viotto lacht nu om de slome snuit van een leeuw. Korhonen ontmoette gisteren op nieuw de parkwachters die hem uit de klauwen van de leeuwin en haar soortgenoten bevrijdden. Die red ding gebeurde met karabijnschoten in de lucht en gebruik van schuim- blusapparaten, waardoor de leeu wen achteruit werden gedreven Het voorval gebeurde enkele weken na de officiële opening van het safa ripark Enkele jaren later is daar nog eens een treinmachinist door leeuwen verwond. Korhonen is dus nu als journalist terug in Nederland. Hij is ondanks zijn handicap een actief zwemmer, maar hij is ditmaal geen lid van de Finse ploeg bij de gehandicapten- spelen. Vier jaar geleden in het Canadese Toronto, deed hij wel mee aan de Olympische Spelen voor gehandi capten, maar hij zwom zich toen niet in de prijzen. Hij was wel enke le keren Fins gehandicapte-zwem- kampioen. Vorig jaar. tijdens de in ternationale Stoke Mandeville ga mes in Londen, behaalde hij twee medailles op zwemnummers. Hij vindt het jammer in Arnhem niet sportief te kunnen deelnemen. Hij doet echter niet meer aan top sport, zegt hij, sinds de geboorte van zijn twee kinderen. Omarmd Het avontuur in Burgers safaripark herinnert hij zich nog als de dag van gisteren. De geur van het schuim uit de brandblusapparaten ruikt hij nu Directeur Van Hooff vertelt Korhonen iets over het safaripark. nog, zegt hij glimlachend. Ook weet hij nog goed zijn armen om de nek van de leeuwin te hebben geslagen, toen het dier hem met haar tan den in zijn nekvel van de auto wegsleepte. Uiteindelijk raakte Kornhonen be- wustloos. Pas in het ziekenhuis kwam hij weer bij. Parkwachter en „redder" Herman Appelio vertelde hem gisteren tijdens een rit met een trein door het inmiddels behoorlijk veranderde safaripark nog enige de tails. De vraatzuchtige leeuwin is inmiddels overleden. ten. Hij is geen humanitair expres sionist zoals tijdgenoten als Wies Moens en Gijssen, die zich in die dagen met de mensheid wilden verbroederen. In tegendeel, hij is een dichter der innerlijkheid ge noemd, die waakt over zijn indivi dualistische afzondering. „De man voor het venster" heet typerend genoeg een soort jour naal dat loopt van 1932 tot 1940 en dat van groot belang is voor ken nis omtrent de auteur over wiens leven weinig meer bekend is dan verhuld uit zijn werk blijkt. Hij draagt altijd een zakmicroscoopje bij zich „voor het miniscule, wrie melende leven"; hij ziet neer op wie „zonder intelligentie, dit is zonder pijn. wenst te leven". En hij beschrijft hoe hij 's nachts bij een lamp bleef zitten „als op een wereld die van God en de men- schen vertane is". De eenzaam heid doortrekt leven en werk; de wanhoop acht hij „een (misschien ontaarde) vorm van energie". Tekening Zijn gedichten tonen de kernach tige tekening van de werkelijk heid die hij van een afstand be kijkt en die hij elegisch van toon beschrijft. Kenmerkend voor zijn visie op het leven is het pseudo- religieuze gedicht „Lazerus" De man zingt „van sterven zalig" in de groeve, maar moet zijn „scha- melte" hernemen door Christus' opwekking. Hij heft het hoofd, „maar om ons hard niet te bedroe ven 'bleven zijn ogen dicht'In de elgiëen, balladen en in de pseu- do-reiigieuze gedichten, die dus tamelijk apart van visie zijn. spreekt Gilliams zich ondubbel zinnig uit over zijn „fier en droef bestaan", waar landschappen, mensen en relaties hem niet kun nen overtuigen van de zin van het vergankelijk bestaan. Distantie tot het leven is wezenlijk, evenals de onmogelijkheid tot vermen ging van droom en werkelijkheid: „Een man kauwt heel zijn leven rapen, achter de rozen die hij mint". Bondigheid Opvallend aan zijn gedichten is de bondigheid van uitdrukking, waarvan, zoals Victor van Vries land terecht opmerkt, „de geraffi neerde werking voornamelijk be rust op een vooral voor die jaren (1920-1930) onvergelijkelijke be heersing en toepassing van de as sonance." Hij noemt de poëzie van Gilliams „teder en intensief, muzicaai en van een bedwelmende aardsheid, die toch overal het zichtbare ver diept en doorlicht". Ook in zijn proza ontwaart men een uiteenzetting van kinderlijke conflicten, van strijd met de „on zalige droomverbeeldingen". Gilli ams zelf spreekt van een ziekelijke verbeeldingskracht die tot bre- kens toe uitput. Zijn verhalen heb ben een sterk autobiografisch ka rakter. In „Winter te Antwerpen" (1953) roept hij zijn kinderjaren op suggestieve en stylistisch fraaie verzorgde wijze op, waardoor die dichterlijkheid ontstaat die al zijn proza bezit. Zijn proza is ook sterk symbolisch en gelijkt daarin op poëzie. De lezer dient daarom vooral ver dacht te zijn bij de lectuur ..Elias of het gevecht met de nachtega len." Veel details en gebeurtenis sen staan Ln direct symbolische relatie tot de tegenstelling van droom en daad. De roman is ook autobiografisch genoemd. Gilli ams maakt bij de presentatie van zijn verhaal gebruik van de ma- nuscriptfictie:Aan het begin ver telt een zekere Olivier Bloem hoe de beide cahiers waaruity het boek bestaat tot ons komen. In het eerste cahier is Elias zelf aan het vertellen over zijn kinderjaren waarin zijn overgevoeligheid en verbeeldingskracht contrasteert met de instelling van zijn vier jaar oudere realistische neefje. Zelfkoesteraar Olivier Bloem (en dat is Gilliams natuurlijk) schrijft: „Reeds zijn kindertijd was vol van graag aan gekweekte zelfpijniging, die uit de emotie van overschatte teleurstel lingen is ontstaan. Hij noemde zich met bepaalde ijdelheid een zelfkoesteraar." Het verhaal is fragmentarisch: „Het zijn veeleer melodische verschuivingen dan dat ze eigenlijke verhalen zouden zijn; ze hebben een onmerkbaar begin en eindigen bijna niet. Zij ontleden met merkbaar zelfbeha gen wat hij graag noemde „Het in afzondering bedreven poëtische kwaad". In het tweede cahier vertelt de fictieve vriend Bloem de rest van het levensverhaal Elias blijkt po gingen gedaan te hebben zich aan de realiteit aan te passen als archi tect en socialist, pogingen die op een mislukking uitlopen Elias verliest de strijd tegen de nachtegalen, tegen de romanti sche zinsbegoocheling. En Olivier Bloem besluit zijn inleidende woord: „Hij leed en stierf aan een soort smart die als het vergaan van onszelf is, die alle troost af wijst. Hij was graag over zichzelf, eerder dan over een ander, ver wonderd." Een betere karakteris tiek van Maurice Gilliams is er niet. door R. L. K. Fokkema

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 9