De prijs der
eenzaamheid
Menten noemt sfeer
bij proces 'bedorven'
EG-begroting voor
1980 vrijwel rond
Na 12 jaar terug in park
waar leeuw hem aanviel
Mensonterende" toestand
onder Turkse christenen
Rechter billijkt
maatregel Pais
Schadevergoeding
voor met lood
vergiftigde koeien
Vluchtelingenwerk vraagt maatregelen ™>eten schrijven
en redt automobiliste ETSS&mJttSi
Echtpaar ontwaakt
1 Verdachte zegt onschuldig te zijn aan massamoord
DINSDAG 1 JULI 1980
BINNENLAND
TROUW/KWARTET
9
Meer belangstelling voor Maurice Gilliams
door Leo Kleijn
ROTTERDAM Pieter Menten heeft gisteren voor het laatst getracht de bijzondere
strafkamer van de Rotterdamse rechtbank ervan te overtuigen dat hij part noch deel heeft
gehad aan een op 7 juli 1941 in het toenmalige Polen gepleegde massamoord. In felle
bewoordingen hekelde hij de „bedorven sfeer" rondom het tegen hem gevoerde proces, dat
Volgens hem de rechtsstaat aan het wankelen heeft gebracht.
ANTWERPEN Maurice Gilliams, die zoals bekend is,
op 4 oktober in Amsterdam de driejaarlijkse Prijs der
Nederlandse Letteren 1980 ontvangt uit handen van
koningin Beatrix, mag zich de laatste tijd in toenemende
belangstelling verheugen, zoals dat ook het geval is met
■zijn te lang veronachtzaamde landgenoot Cyriel Buysse.
Van de nu bekroonde auteur verscheen vijf jaar geleden
zjn Verzameld werk ln herdruk.
De 81-jarige verdachte bedolf op de
vijftiende en laatste zittingsdag de
rechtbank onder een stroom van grie
ven die duidelijk moesten maken dat
hij het slachtoffer van een ongekende
hetze is geworden. Hij was ruim zes
uur aan het woord om, zoals hij het
zelf noemde, af te rekenen met zijn
belagers. Tijdens een van zijn schaar
se interrupties sprak de president,
mr. P. J. C. Schipper, zijn bewonde
ring uit voor de volharding die Men
ten aan de dag legde
Minder te spreken was de president
over de zijns inziens beledigende uit
latingen van Menten aan het adres
van A. J. van der Leeuw, medewerker
van het Rijksinstituut voor oorlogs
documentatie. Vooral deze deskundi
ge in het proces-Menten moest het bij
de afrekening ontgelden. Toen Van
der Leeuw onbetrouwbaarheid voor
de voeten werd geworpen, werd Men
ten gemaand beledigingen achterwe
ge te laten en „zich beschaafd op te
stellen".
Voordat Menten de gelegenheid
kreeg zijn zeer veel lettergrepen tel
lend „laatste woord" te spreken,
vroeg zijn toegevoegde raadsman,
mr. E. W. J. H. de LiagTe Böhl om een
voortzetting van het in de Sowjet
Unie ingestelde archiefonderzoek. De
verdediger zei „in het geheel niet con
tent" te zijn over het resultaat waar
mee prof. dr. W. R. Veder vorige week
uit Moskou terugkeerde.
Archiefstukken
De Nijmeegse hoogleraar heeft in de
Russische hoofdstad weliswaar vast
gesteld dat onmiddellijk na de oorlog
de naam van Menten niet in verband
is gebracht met oorlogsmisdaden,
maar Böhl meende dat meer docu
menten geraadpleegd hadden moe
ten worden. Die niet voor Veder beke
ken stukken zouden zich volgens de
raadsman elders in Rusland kunnen
bevinden. Böhl wil dat onomstotelik
komt vast te staan dat na de in Pod-
horodce gepleegde massamoord Men
ten door ooggetuigen als dader is
genoemd. Naar zijn mening zou dat
uit nog niet geraadpleegde, buiten
Moskou bewaarde, archiefstukken
kunnen blijken.
De raadsman vroeg de rechtbank
Veer opnieuw naar de Sowjet-Unie af
te vaardigen, ditmaal in gezelschap
van de Amsterdamse hoogleraar mr
C. F. Rüter. Na kort beraad liet de
president weten dat het verzoek niet
zal worden ingewilligd voordat de
rechtbank over de zaak-Menten als
geheel uitspraak heeft gedaan. De
motivering van dit besluit zal naar
zijn zeggen in het vonnis te vinden
zijn.
Menten zelf weidde aan dat archief
onderzoek ook nog een enkel woord.
Hij zei er steeds op te hebben aange
drongen en noemde het „misdadig"
dat het openbaar ministerie en de
rijksrecherche het niet nodig hadden
geoordeeld de Russische archieven te
raadplegen.
Volgens Menten hebben ook andere
instanties zich jegens hem ernstig
misdragen. Hij noemde het ministe
rie van Justitie; de Amsterdamse
rechtbank, die hem in 1977 tot vijf
tien Jaar gevangenisstraf veroordeel
de; en de Hoge Raad die onder pres
sie het Haagse vonnis vernietigd zou
hebben. In dat vonnis werd het open
baar ministerie het recht ontzegd
Menten te vervolgen.
'Onschuldig'
BRUSSEL (Reuter, AFP) De ministers van buitenlandse
zaken van de negen landen van de Europese Gemeenschap
hebben gisteren de EG-begroting voor 1980 goedgekeurd,
waardoor er een eind kan komen aan de financiële crisis van
de EG die nu al een half jaar duurt.
Weinig onbesproken latend, zette
Menten uiteen waarom de Haagse
rechters het bij het juiste eind had
den. Omstandig betoogde hij ook dat
de in Rotterdam tegen hem uitge
brachte dagvaarding nietig is en dat
Nederlandse rechters niet de be
voegdheid hebben hem te veroorde
len. Maar bovenal bezwoor hij de
rechtbank dat hij onschuldig is. „Ik
heb niets gedaan en u kunt mij niet
veroordelen." HIJ kondigde aan te
zullen vechten totdat hij gerehabili
teerd is.
In zijn verweer dat betrekking had op
het requisitoir, betichtte hij het open
baar ministerie van „boze bedoelin
gen", tot uiting komend in een ver
keerde voorstelling van zaken. De of
ficier van justitie heeft zich naar zijn
oordeel ten onrechte verlaten op de
verklaringen van getuigen, van wie
het merendeel zou lijden aan „hallu
cinaties en syndromen".
De drie Poolse zusters die hebben
beweerd dat Menten bij de executie
een vuurwapen hanteerde, zouden
hun verklaring hebben afgelegd on
der de invloed van ..stimulerende me
dicijnen".
Pieter Menten
De ministerraad ging gisteren ak
koord met een serie voorstellen uit
het Europese parlement, die de Euro
pese schatkist dit jaar dertig miljoen
gulden extra gaat kosten. De Euro
parlementariërs hadden deze amen
dementen afgelopen vrijdagin
Luxemburg ingediend Het geld is
vooral bedoeld ter stimulering van
regionale ontwikkeling in econo
misch zwakke gebieden.
In Luxemburg meende men gisteren,
dat na de goedkeuring door de minis-
Voorschotten onderwijs
DEN HAAG (ANP) Minister Pais
(onderwijs) mag de loonbelasting en
sociale premies van leerkrachten per
1 juni een maand later aan de school
besturen uitbetalen. De eis van de
bonden van schoolbesturen van ka
tholiek en protestants-christelijk on
derwijs, is hiermee afgewezen.
Zo luidde gisteren in kort geding het
vonnis van de president van de recht
bank in Den Haag, mr. J. H. Blaauw.
De rechter bepaalde echter tevens
dat de minister onrechtmatig heeft
gehandeld door over de ingreep in de
maandelijkse voorschotten op de per
soneelskosten geen overleg te plegen
met de bonden. Hoewel er geen wette
lijke verplichting bestaat tot dit over
leg is de bewindsman „maatschappe
lijk verplicht" de bonden over derge
lijke zaken te raadplegen, aldus het
vonnis.
De minister wil uit bezuinigingsover
wegingen de betaling van de loonbe
lasting en sociale premies van leer
krachten een maand opschuiven.
Daarmee spaart hij dit jaar 226 mil
joen gulden uit.
De katholieke en protestants-christe
lijke schoolbesturen vrezen, dat door
de ingreep een aantal scholen in fi
nanciële problemen komt. Bovendien
is er volgens hen geen sprake van
echte bezuiniging maar van een
„boekhoudkundige vondst". Het na
delig effect voor de scholen is echter
blijvend, zo menen de schoolbe
sturen.
Ondanks het onrechtmatig handelen
van Pais heeft de rechter hem niet
verboden de maatregel uit te voeren
omdat dit volgens hem een te zware
bestraffing zou zijn. Mr. Blaauw
dringt er wel bij de minister op aan in
het vervolg met de schoolbesturen te
overleggen.
DEN HAAG (ANP) In voorgaande
jaren zijn er bij werken voor de Rijks
waterstaat twee gevallen geweest
waarbij koeien loodvergiftiging heb
ben opgedaan en schadevergoedin
gen werden uitgekeerd. De gevallen
deden zich voor in Moordrecht en in
Hagestein. In het eerste geval be
droeg de vergoeding ongeveer 18.000
gulden en in het tweede geval werd
ongeveer 40.000 gulden uitgekeerd.
terraad, de begroting van het lopende
jaar niet meer dan een hamerstuk zal (jr6luD06t6
zijn als het parlement volgende week
op de juli zitting in Straatsburg bij
elkaar komt.
Eind vorig jaar weigerden de voor het
eerst direct gekozen vertegenwoordi
gers van de bevolkingen van de negen
EG-landen de begroting aan te ne
men, omdat het landbouwbeleid al
leen al meer dan de 70 procent van de
uitgaven zou eisen. In de nu vrijwel
vastgestelde begroting gaat echter 73
procent naar de landbouw, maar de
parlementariërs hebben er dertig mil
joen voor regionale ontwikkeling bij
weten te krijgen en dat was eind
december vorig jaar een van de strui
kelblokken.
Ook al was er geen begroting, de EG
bleef doordraaien, elke maand mocht
de gemeenschap een twaalfde deel
van de begroting van vorig jaar uit
geven.
In het bijzonder hekelde Menten het
motief van de officier om naast een
rijheidsstraf een geldboete tegen hem
te eisen. Volgens de officier had hij
Menten, belust op geld en goed, in
zijn vermogen willen raken. Menten
voerde aan dat hij al sinds 1939 in zijn
vermogen is geraakt en dat hij met
name de laatste vier jaar aanzienlijke
financiële schade heeft geleden.
Daarbij wees hij erop dat de branden
in zijn woningen in Biaricum en Ier
land hem een vermogen hebben ge
kost
Hij verweet de officier, met geen
woord gerept te hebben over het
„psychisch leed" dat hem en zijn om
geving is berokkend en dat hij „niet
te beschrijven" noemde. „Dat laat
hem ijskoud", zei Menten.
De rechtbank zal op woensdag 9 juli
uitspraak doen.
Gilliams werd op 20 Juli 1900 in
Antwerpen geboren. Hij wordt dus
binnenkort 80 Jaar. Onder lezers
van thans is zijn bekendste werk
de roman uit 1936, „Elias of het
gevecht met de nachtegalen". Een
Jaar na het verschijnen van het
boek echter ontmoet Gilliams de
man die het in de boekhandels
zonder veel succes had aangebo
den. De man, zo vertelt Jeroen
Brouwers de anecdote in „Zacht
jes knetteren de letteren", zal aan
de auteur eens uitleggen wat de
reden is. „Een kinderboekora
kelt hij, „moet groter van formaat
zijn en vol staan met illustraties.
Als ge nog iets voor kinderen
schrijft, zeg aan uw uitgever dat
hij uw werkje op de markt brengt
zoals anderen prentenboeken".
Troost
Gilliams is door een boekhande
laar die het niet verder bracht dan
het eerste deel van de titel ook
getroost: „Verhalen ontleent aan
de bijbel zijn in Vlaanderen niet
Tri v i i populair. Ge zult eens wat anders
o o Wanneer Gilliams in 1925 als dich
ter met een uitgave in eigen be
heer debuteert, herkent Paul van
Ostaijen onmiddellijk zijn talent
Naast een aantal onvolkomenhe
den in woordgebruik, in het ont
breken van evenwicht tussen ab
stracta en concreta, het verhevene
en nederige, signaleert hij een sen
sibele waarneming van de buiten
wereld in „De dichter en zijn scha
duw. Gevolgd van Een Jong reizi
ger" en een eerlijker verhouding
tot de natuur. Hij twijfelt niet aan
zijn begaafdheid: „Daar worden
wonderen op de plaats waar uw
mond uw ogen vindt", schrijft Van
Ostaijen.
Bibliofiel
Aanvankelijk geeft Gilliams zijn
gedichten uit in door hem zelf met
de hand gedrukte bundels in be
perkte oplaag. In 1927 komt.Een
zame vroegte", in 1929 „De fles in
■de zee", in 1932 „Het Maria-leven".
In 1933 verschijnt nog in eigen
beheer „Het verleden van Colum
bus". In 1938 verschijnen deze
bundels, te zamen bij Meulenhoff
te Amsterdam. Van het boek wor
den 500 exemplaren gedrukt, alle
drukkunst blijkt een bibliofiele
UTRECHT (ANP) Het echtpaar De
Watervoort uit Utrecht heeft zondag
snel gereageerd, toen vlak bij zijn
woning een auto de Kromme Rijn in
reed. De 24-jarige bestuurster was in
een bocht de macht over het stuur
kwijtgeraakt en door de schrikhek-
ken heen gevlogen.
Het echtpaar werd *8 morgens wak
ker van de klap en rende naar de
waterkant. Terwijl de vrouw de auto
vasthield om te voorkomen dat hij
wegdreef, trok de man de bestuurster
door het portierraam op de kant. Ze
mankeerde niets.
Van onze parlementsredactie
DEN HAAG De vereniging voor Vluchtelingenwerk wil dat
de regering met spoed maatregelen neemt om een eind te
maken aan de „mensonterende" situatie waarin honderden
christen-Turkse asielzoekers in ons land verkeren. In een brief
aan premier Van Agt vraagt het vluchtelingenwerk om ver
korting van de asielprocedure en het beschikbaar stellen van
tijdelijke opvangcentra.
De nieuwe asielzoekers zijn ingetrok
ken bij hun geloofsgenoten in Almelo
en Hengelo. Volgens het Vluchtelin
genwerk zijn de gevolgen hiervan zo
wel voor deze mensen zelf, als voor de
plaatselijke bevolking ernstig en ver
ontrustend. De Turken zitten hutje
bij mutje opgepakt. De gemeentebe
sturen van Hengelo en Almelo heb
ben de regering al eerder van de ernst
van dcee situatie op de hoogte ge
steld.
Een van de belangrijkste ooraak en
hiervan is volgens de vereniging voor
Vluchtelingenwerk de langdurige
procedure die de asielzoekers moeten
doorlopen. Het duurt veelal een half
jaar, alvorens zij te horen krijgen hoe
over hun aanvrage is beslist. De wet
telijke termijn is een maand.
De vereniging dringt er bij Van Agt
op aan deee termijn de hand te hou
den. Oewvzen wordt op unanieme uit
spraken van de Tweede Kamer in
deze zin. Het ontbreken van enig per
spectief tijdens de wachttijd, maakt
volgens de brief dat de hulpverleners
noodgedwongen met lege handen
staan.
Zo kan geen beroep worden gedaan
op de regeling die een voorkeursbe
handeling bij huisvesting mogelijk
maakt. Ook andere vormen van hulp
verlening kunnen niet van de grond
komen, zolang de positie van de asiel
zoeker onzeker is. De vereniging pleit
daarom voor opvangcentra voor tij
delijke bewoning.
geneigdheid. Het boek is niet iets
als een neutraal produkt, maar
iets als van de auteur zelf.
Het is dan ook niet vreemd ln de
bundel een versregel te lezen als
„GIJ proeft de weemoed niet van
een dun fransch boek".
Innerlijkheid
Gilliams koestert grote bewonde
ring voor Paul van Ostayen, aan
wie hij een essay wijdde (1952).
Overigens neemt hij afstand tot
hpt letterkundig leven en neemt
hij geen deel aan allerlei activltei-
ARNHEM (ANP) Het Burgers safaripark in Arnhem verwelkomde gisteren dank zij de
Olympische Spelen voor gehandicapten een bijzondere gast uit Finland; de invalide Voitto
Korhonen. Ruim twaalf jaar geleden werd de nu 39-jarige journalist in het toen gloednieuwe
safaripark in Arnhem aangevallen door een leeuwin, uit zijn auto getrokken en ongeveer
twintig meter door het dier het park ingesleurd.
De Fin is dezer dagen voor het eerst
weer terug in Nederland. Voor de
Finse radio en het nationale persbu
reau in zijn land verslaat hij de
Olympische Spelen voor gehandi
capten.
Voitto Korhonen hij woont vijftig
kilometer ten oosten van de Finse
hoofdstad Helsinki was in 1968 ln
Nederland voor een behandeling
door een paragnost. Hij was toen al
aan beide benen verlamd.
Op 29 mei in dat jaar bezochten hij
en zijn vrouw het safaripark. Kor
honen probeerde de leeuwen door
een geopend autoraampje te foto
graferen. Een leeuwin besloop de
auto van achteren en trok de invali
de man eruit. Het autoportier ging
waarschijnlijk open, doordat de
man van schrik met zijn arm de
deurknop raakte.
De leewin beet de Fin niet alleen in
zijn arm, maar vooral ook in diens
hoofd. Diverse littekens en een ge
deukte linkerslaap heeft Korhonen
aan zijn avontuur overgehouden.
Schuimblussers
Ernstig gewond werd hij destijds
overgebracht naar het Gemeente
ziekenhuis in Arnhem. Na een
maand kon hij worden vervoerd
naar Finland, waar hij ook nog on
geveer een maand in een ziekenhuis
vertoefde.
Viotto lacht nu om de slome snuit van een leeuw.
Korhonen ontmoette gisteren op
nieuw de parkwachters die hem uit
de klauwen van de leeuwin en haar
soortgenoten bevrijdden. Die red
ding gebeurde met karabijnschoten
in de lucht en gebruik van schuim-
blusapparaten, waardoor de leeu
wen achteruit werden gedreven
Het voorval gebeurde enkele weken
na de officiële opening van het safa
ripark Enkele jaren later is daar
nog eens een treinmachinist door
leeuwen verwond.
Korhonen is dus nu als journalist
terug in Nederland. Hij is ondanks
zijn handicap een actief zwemmer,
maar hij is ditmaal geen lid van de
Finse ploeg bij de gehandicapten-
spelen.
Vier jaar geleden in het Canadese
Toronto, deed hij wel mee aan de
Olympische Spelen voor gehandi
capten, maar hij zwom zich toen
niet in de prijzen. Hij was wel enke
le keren Fins gehandicapte-zwem-
kampioen. Vorig jaar. tijdens de in
ternationale Stoke Mandeville ga
mes in Londen, behaalde hij twee
medailles op zwemnummers.
Hij vindt het jammer in Arnhem
niet sportief te kunnen deelnemen.
Hij doet echter niet meer aan top
sport, zegt hij, sinds de geboorte
van zijn twee kinderen.
Omarmd
Het avontuur in Burgers safaripark
herinnert hij zich nog als de dag van
gisteren. De geur van het schuim uit
de brandblusapparaten ruikt hij nu
Directeur Van Hooff vertelt Korhonen iets over het safaripark.
nog, zegt hij glimlachend. Ook weet
hij nog goed zijn armen om de nek
van de leeuwin te hebben geslagen,
toen het dier hem met haar tan
den in zijn nekvel van de auto
wegsleepte.
Uiteindelijk raakte Kornhonen be-
wustloos. Pas in het ziekenhuis
kwam hij weer bij. Parkwachter en
„redder" Herman Appelio vertelde
hem gisteren tijdens een rit met een
trein door het inmiddels behoorlijk
veranderde safaripark nog enige de
tails. De vraatzuchtige leeuwin is
inmiddels overleden.
ten. Hij is geen humanitair expres
sionist zoals tijdgenoten als Wies
Moens en Gijssen, die zich in die
dagen met de mensheid wilden
verbroederen. In tegendeel, hij is
een dichter der innerlijkheid ge
noemd, die waakt over zijn indivi
dualistische afzondering.
„De man voor het venster" heet
typerend genoeg een soort jour
naal dat loopt van 1932 tot 1940 en
dat van groot belang is voor ken
nis omtrent de auteur over wiens
leven weinig meer bekend is dan
verhuld uit zijn werk blijkt. Hij
draagt altijd een zakmicroscoopje
bij zich „voor het miniscule, wrie
melende leven"; hij ziet neer op
wie „zonder intelligentie, dit is
zonder pijn. wenst te leven". En
hij beschrijft hoe hij 's nachts bij
een lamp bleef zitten „als op een
wereld die van God en de men-
schen vertane is". De eenzaam
heid doortrekt leven en werk; de
wanhoop acht hij „een (misschien
ontaarde) vorm van energie".
Tekening
Zijn gedichten tonen de kernach
tige tekening van de werkelijk
heid die hij van een afstand be
kijkt en die hij elegisch van toon
beschrijft. Kenmerkend voor zijn
visie op het leven is het pseudo-
religieuze gedicht „Lazerus" De
man zingt „van sterven zalig" in
de groeve, maar moet zijn „scha-
melte" hernemen door Christus'
opwekking. Hij heft het hoofd,
„maar om ons hard niet te bedroe
ven 'bleven zijn ogen dicht'In
de elgiëen, balladen en in de pseu-
do-reiigieuze gedichten, die dus
tamelijk apart van visie zijn.
spreekt Gilliams zich ondubbel
zinnig uit over zijn „fier en droef
bestaan", waar landschappen,
mensen en relaties hem niet kun
nen overtuigen van de zin van het
vergankelijk bestaan. Distantie
tot het leven is wezenlijk, evenals
de onmogelijkheid tot vermen
ging van droom en werkelijkheid:
„Een man kauwt heel zijn leven
rapen, achter de rozen die hij
mint".
Bondigheid
Opvallend aan zijn gedichten is de
bondigheid van uitdrukking,
waarvan, zoals Victor van Vries
land terecht opmerkt, „de geraffi
neerde werking voornamelijk be
rust op een vooral voor die jaren
(1920-1930) onvergelijkelijke be
heersing en toepassing van de as
sonance."
Hij noemt de poëzie van Gilliams
„teder en intensief, muzicaai en
van een bedwelmende aardsheid,
die toch overal het zichtbare ver
diept en doorlicht".
Ook in zijn proza ontwaart men
een uiteenzetting van kinderlijke
conflicten, van strijd met de „on
zalige droomverbeeldingen". Gilli
ams zelf spreekt van een ziekelijke
verbeeldingskracht die tot bre-
kens toe uitput. Zijn verhalen heb
ben een sterk autobiografisch ka
rakter. In „Winter te Antwerpen"
(1953) roept hij zijn kinderjaren op
suggestieve en stylistisch fraaie
verzorgde wijze op, waardoor die
dichterlijkheid ontstaat die al zijn
proza bezit. Zijn proza is ook sterk
symbolisch en gelijkt daarin op
poëzie.
De lezer dient daarom vooral ver
dacht te zijn bij de lectuur ..Elias
of het gevecht met de nachtega
len." Veel details en gebeurtenis
sen staan Ln direct symbolische
relatie tot de tegenstelling van
droom en daad. De roman is ook
autobiografisch genoemd. Gilli
ams maakt bij de presentatie van
zijn verhaal gebruik van de ma-
nuscriptfictie:Aan het begin ver
telt een zekere Olivier Bloem hoe
de beide cahiers waaruity het
boek bestaat tot ons komen. In
het eerste cahier is Elias zelf aan
het vertellen over zijn kinderjaren
waarin zijn overgevoeligheid en
verbeeldingskracht contrasteert
met de instelling van zijn vier jaar
oudere realistische neefje.
Zelfkoesteraar
Olivier Bloem (en dat is Gilliams
natuurlijk) schrijft: „Reeds zijn
kindertijd was vol van graag aan
gekweekte zelfpijniging, die uit de
emotie van overschatte teleurstel
lingen is ontstaan. Hij noemde
zich met bepaalde ijdelheid een
zelfkoesteraar." Het verhaal is
fragmentarisch: „Het zijn veeleer
melodische verschuivingen dan
dat ze eigenlijke verhalen zouden
zijn; ze hebben een onmerkbaar
begin en eindigen bijna niet. Zij
ontleden met merkbaar zelfbeha
gen wat hij graag noemde „Het in
afzondering bedreven poëtische
kwaad".
In het tweede cahier vertelt de
fictieve vriend Bloem de rest van
het levensverhaal Elias blijkt po
gingen gedaan te hebben zich aan
de realiteit aan te passen als archi
tect en socialist, pogingen die
op een mislukking uitlopen
Elias verliest de strijd tegen de
nachtegalen, tegen de romanti
sche zinsbegoocheling. En Olivier
Bloem besluit zijn inleidende
woord: „Hij leed en stierf aan een
soort smart die als het vergaan
van onszelf is, die alle troost af
wijst. Hij was graag over zichzelf,
eerder dan over een ander, ver
wonderd." Een betere karakteris
tiek van Maurice Gilliams is er
niet.
door R. L. K. Fokkema