De Maharishi vliegt tweemaal daags
Vreugde in de herfst
(AG 25 JUNI 1980
TROUW/KWARTET
H 11
gijn de laatste tijd heel wat oosterse sekten en religies
nnen onze grenzen tot openbaring gekomen. Zij alle
skiën zware wissels op de goedgelovigheid van de mensen.
maar de zeer westers georganiseerde beweging van de
transcendente meditatie van de Maharishi Mahesj Jogi maakt
het op dit punt wel erg bont. Zo zou het misdaadcijfer dalen.
wanneer in een stad maar genoeg TM-beoefenaren wonen.
Wie heel erg zijn best doet, wordt beloond met de kunst van
het zweven.
door Jan Oeurtz
de vele oosterse
ileken tot geestelij-
ontwikkeling die de
Itlopen Jaren het
elijk halfrond over
bid hebben, stelt de
scendente Medlta-
«reging de goed ge
heid van belang
enden wel bijzon-
r op de proef.
het twee keer twintig
tuten per dag beoefenen
p de meditatietechniek ko-
i geestelijk en lichamelijk
moeiteloos binnen
eik. En, zo beweert de
eging, het heeft hele-
il niets te maken met reli-
of filosofie. Niettemin
bet men voor de instructie
b de TM-techniek een hin-
ritueel doormaken met
e bloemen, zoete vruchten
een ongebruikte witte
tek.
D 40.000 mensen in Neder-
1 TM-leraren zorgen van-
|3600 TM-centra ervoor dat
aantal mediterenden nog
toeneemt. (De cijfers
joverigens afkomstig van
M-ers zelf.) De Transcen-
Meditatiebeweging
een „geestelijke multi-
te zijn, met zeer
apte verkooptechnie-
L Een verhaal over mislei-
l en bedrog.
rarrenaHM
Ie TM-beweging wordt door
istaanders vaak geïden-
ierd als „die lui die zeg-
i dat ze kunnen vliegen".
lad beweren vertegen-
Wrdigers van de TM-bewe-
g dat vliegen mogelijk is en
i al gedaan wordt.
let verwarrende is echter dat
pt gewone mensen springen
|uden noemen, door TM-
ien aangeduid wordt met
t eerste stadium van vlie-
zoals blijkt uit het vol-
gesprekje met twee
sraren, na een voorlich-
iavond in een Zeeuws pro-
'stadje.
rZIJ heten Rik Jung en Paul
£nJ Wanrooy, van de „resi-
ptie van het tijdperk den
ihting" (zo noemen zij
B centrum) in Roosendaal,
len jullie vliegen? Hun
ord is een glimlachend
Seknik. Hoe hoog? Schater-
md: „We zijn beginnende
fers." Bedoelen jullie met
écht zweven, of ge-
opspringen vanuit de
lit, ook wel „hoppen"
nd? Rik Jung: Ja, met
>en wordt een bepaald
Üum van vliegen aange-
l Het daaropvolgende sta
dium is werkelijk zweven." En
dat laatste stadium is door
jullie nog niet bereikt, zeker?
„Eh, neewij zijn flinke
hoppers, zou ik zeggen. Maar
ik heb anderen wél al echt
zien zweven." Laatst werd In
een VPRO-programma door
een TM-leraar toegegeven dat
het stadium van echt zweven
nog niet bereikt is. En jullie
zeggen van wel. Hoe zit dat?
„Bijna iedereen is in het stadi
um van hoppen, ik denk wel
99 In zijn algemeenheid is
het dus juist dat het stadium
van zweven nog niet bereikt
is. Maar er zijn mensen die
kunnen vliegen, zeer zeker."
Jullie leider, Maharishi Ma-
hesh Yogi kan wel echt vlie
gen, zeker? „Ja, die vraag
werd hem onlangs in een
Duits TV-interview gesteld en
hij antwoordde: ik vlieg twee
keer per dag met dertigdui
zend Sidhi-beoefenaars (Sid-
hi- speciale techniek zoals
o.a. vliegen, letterlijk: vol
maaktheid, jg.). De Maharishi
beweert dus dat er al zo'n
dertigduizend TM-beoefe-
naars vliegen, niet hoppen
maar echt zweven? „Ja, als
hij vliegen zegt dan bedoelt
hij ook vliegen, neem ik aan."
En daarnet zei je dat 99 nog
in het stadium van hoppen is,
en dat maar een enkeling echt
kan zweven. Hoe zit het nu?'
„Eh, nee Maharishi zei dat
hij echt vliegt, mét dertigdui
zend anderen. (Schaterend:)
Die anderen hoppen dan mis
schien."
Bedrog'
Een opvallend propaganda-
punt van de TM-beweging is
het zogenaamde 1 procentsef
fect. Dat houdt in dat als in
een stad of streek één procent
van de bevolking aan TM
doet, de misdaadcijfers in dat
gebied omlaag gaan.
Volgens een TM-brochure is
dit wetenschappelijk aange
toond in elf proefsteden in de
Verenigde Staten, over de pe
riode 1972-'73. Goed nieuws
dus voor de criminologen.
Prof. J. van Weringh, van het
criminologisch instituut van
de Universiteit van Amster
dam denkt er echter het zijne
van: „Ach, dat slaat toch ner
gens op! Er is niet eens gedefi
nieerd wat criminaliteit is, er
zijn geen criteria vastgesteld,
dit is gewoon bedrog. Bij een
eerlijk onderzoek moeten alle
gegevens bekend zijn. Maar
ditgewoon boerebedrog!"
De beide TM-leraren lachen
meewarig over de uitspraak
van prof. Van Weringh. Rik
Jung: „De professor heeft vast
het eigenlijke onderzoek niet
gelezen. Dat is echte een zéér
wetenschappelijk onderzoek
js
jr
~J£SliBPr'
waarin het verband wordt
aangetoond tussen het aantal
TM-beoefenaars en de afname
van criminaliteit, verkeerson
gevallen en ziekenhuisop
names."
Rapport
Het „eigenlijke onderzoek"
blijkt een rapport te zijn van
tien kantjes, uitgegeven door
de Maharishi European Re
search University in Zwitser
land (waar ook het hoofdkan
toor van de TM-beweging ze
telt). Het gaat over het afne
men van serious crimes in elf
Amerikaanse steden, en is ge
baseerd op Uniform crime re
ports van de FBI.
Er wordt niet in gedefinieerd
wat men onder „serious cri
mes" verstaat, noch wordt
erin vermeld hoe men aan het
aantal TM-beoefenaars per
stad is gekomen. Dat laatste
kan ook helemaal niet, want
men kan alleen registreren
hoeveel mensen de TM-tech-
niek geleerd hebben, en niet
hoeveel mensen er na een tijd
je weer mee stoppen. De TM-
beweging is immers geen ver
eniging en heeft dus geen le
denbestand.
Overigens bleek een vergelij
king van het TM-rapport met
de originele FBI-cijfers zeer
leerzaam. In de FBI-statistie-
ken komt de categorie serious
crimes helemaal niet voor.
Bovendien blijken de mis
daadcijfers (total crime in
dex) in die elf steden in 1973
helemaal niet gedaald te zijn,
maar gestegen, en wel met ge
middeld 20,3 procent. Over
een verband tussen TM-beoe-
fening en het aantal verkeers
ongevallen en ziekenhuisop
names wordt tenslotte in het
TM-rapport met geen woord
gerept.
Verandering
Het past overigens in de ver
koopstrategie van de TM-lera
ren om de effecten van de TM-
techniek enigszins te overdrij
ven. Tijdens een lezing vertelt
TM-leraar Rik Jung dat men
na één keer mediteren soms al
een enorme verandering bij
zichzelf kan constateren.
Hij illustreert dit met een ver
haal over een man die na een
keer mediteren volledig gene
zen was van zijn ruimtevrees.
Na enig aandringen wil hij
zelfs naam en toenaam van de
persoon in kwestie meedelen.
Bij navraag ontkent deze ech
ter dat er van een plotselinge
genezing sprake was.
Rik Jung vertelt dat er in Ne
derland scholen zijn waar
klassikaal aan TM gedaan
wordt. Wederom geeft hij op
aandringen de naam van een
school, namelijk de Albert
Schweitzer-Scholengemeen-
schap in Geleen. Een docent
van die school ontkent echter
iedere vorm van klassikale
TM-beoefening. Tot zijn spijt
overigens want hij vindt dat
„TM een erg positieve invloed
heeft op het concentratiever
mogen van de leerlingen".
Zonder fouten
Tijdens de voorlichtings
avond in het Zeeuwse provin
ciestadje lossen de twee TM-
leraren elkaar af bij het op
sommen van de vele gunstige
effecten van de TM-beoefe
ning. Zij stellen onder meer
betere studieprestaties, meer
promotiekansen, geestelijke
ontwikkeling en verlichting,
en genezing van diverse wel-
vaartszlekten in het vooruit
zicht.
TM-leraar Rik Jung: „Als je
TM doet, kom je in contact
met de oerbron van het den
ken, met het pure bewustzijn.
Daardoor verbeteren élle li
chamelijke functies, er is een
gunstige uitwerking op astma
en op hartziekten, een te hoge
bloeddruk gaat omlaag
Bij deze woorden veert een
van de toehoorders overeind
met de vraag: „En te lage
bloeddruk?" „Die gaat om
hoog", haast de spreker zich
te veizekeren, en met een
snelle blik op het postuur van
de vragenstelster voegt hij er
terloops aan toe: „Ook het li
chaamsgewicht wordt genor
maliseerd. Het bereikbare
doel van TM is denken en han
delen zonder fouten, een toe
stand van verlichting."
Natuurlijk komen er uit het
publiek ook vragen over de
meditatietechniek zelf. De
beide leraren weigeren echter
consequent die te beantwoor
den. Zo is de strategie van de
TM-beweging: wie na het ho
ren van de fantastische uit-
werking van TM meer over de
techniek zélf wil weten, moet
naar de vervolg-avond komen,
die steevast een paar dagen
later gehouden wordt.
Het enige dat men kwijt wil
over de techniek zelf is de
prijs: variërend van 90 gulden
voor een scholier tot 450 gul
den voor een echtpaar met
een modaal inkomen. Van dat
geld mag de TM-leraar overi
gens maar vijftien procent
zelf houden. Hij moet dus
hard werken en aan zoveel
mogelijk mensen de TM-tech
niek verkopen teneinde in zijn
eigen levensonderhoud te
kunnen voorzien, en ook nog
de kosten van zijn lerarenop
leiding 15.000 gulden voor
'n acht maanden durende op
leiding in Zwitserland) terug
te verdienen. De prijs hoeft
echter geen bezwaar meer te
zijn want de provincie Gelder
land geeft renteloze leningen
aan „studenten" van de TM-
lerarenoplelding.
Geheimhouding
Van de Inkomsten uit TM-cur-
sussen wordt een ander deel
gebruikt voor de onderhouds
kosten van de TM-centra, en
de rest gaat naar de landelijke
stichting met de fraaie naam
Stichting Onderwijs in de We
tenschap der Creatieve Intel
ligentie (OWCI). Deze stich
ting betaalt jaarlijks weer een
bedrag aan de internationale
organisatie in Zwitserland.
In het boekjaar '77-78 was dat
bijvoorbeeld 1.265.779 gulden."
In datzelfde jaar kocht de Ne
derlandse Stichting OWCI het
landgoed Hooge Boekei in En
schede voor anderhalf miljoen
gulden (exclusief kosten), dus
ze houden nog genoeg over.
De Maharishi heeft zijn zaken
goed geregeld en zijn invloed
in de landelijke stichting is
groot.
Vetorecht
Zo werd in de Nederlandse
stichting één Jaar na oprich
ting een statutenwijziging
doorgevoerd, waardoor de
Maharishi, via een vertegen
woordiger, het voorzitter
schap van de stichting kreeg,
en tevens het vetorecht over
alle in vergaderingen geno
men beslissingen.
En de vergelijking met een
multinational wordt bijna let
terlijk als men bedenkt dat de
Maharishi pogingen heeft on
dernomen om bedrijven in
Frankrijk en in Engeland over
te nemen, teneinde de arbei
ders twee keer twintig minu
ten per dag te laten medite
ren. TM verhoogt immers de
produktiviteit. De bedrijfs
overnames zijn echter afge
ketst op hevig verzet van de
arbeiders.
Mantra
Rest nog de vraag wat er ei
genlijk gebeurt met iemand
die de TM-techniek beoefent. 2
Tijdens de vervolgavond krij- r
gen belangstellenden van de
TM-leraar te horen dat men
tijdens de TM-cursus een
mantra krijgt, een betekenis
loze klank, die de gedachten
leidt naar het pure bewust-
zija
In werkelijkheid zijn mantra's:
namen van halfgoden uit het
hindoeïsme, en houdt de me
ditatietechniek in dat men in I
gedachten aan één stuk door
die naam herhaalt. Het resul-
taat is dat men het denkver
mogen tijdelijk kan uitscha
kelen zonder ook tevens het;
bewustzijn te verliezen (zoals
bijv. wèl gebeurt tijdens de
droomloze slaap).
Het effect van dit bewust zon
der gedachten zijn kan inder
daad op korte termijn gunstig
zijn op het fysieke vlak. Uit
een Amerikaans onderzoek Z
(„Snapping" van Flo Conway
en Jim Siegelman) blijkt ech
ter dat op wat langere termijn
TM ernstige psychische en
emotionele stoornissen kan
veroorzaken.
Zouden dóérom aspirant TM-
beoefenaars vóór de TM-cur-
sus een medische vragenlijst
moeten invullen, waardoor de
TM-leraar bijvoorbaat niet
verantwoordelijk gesteld kan
worden voor eventuele nare
gevolgen?
Vreemde lijst
Het is overigens een heel
vreemde medische vragen
lijst, want de personalia van
de beantwoorder staan er ge
woon bij, en bij nader inzien
blijkt het formulier tevens een
contract te zijn waarin men
zich verbindt tot het bijwonen
van Olie TM-lessen, en tot vol
ledige geheimhouding van
wat men in die lessen leert.
His Holiness Maharishi Ma-
hesh Yogi heeft zijn zaken
goed geregeld. Vertaald is zijn
naam dan ook: „Zijne Heilig
heid de grote ziener Mahesh
die één is met het Goddelij
ke". En zo laat de eerste de
beste zich toch niet noemen.
Nietwaar?
De schrijver van deze bijdrage,
Jan Geurtz, is free lance
journalist te Aardenburg.
i Het woord „herfsttij" doet vrien
delijk en mild aan, al ligt er een
lekere weemoed over het af-
cheid van de zomer, het naderen
ïan de winter. In zijn recente
loek over de grote problemen die
nze samenleving teisteren, heeft
rof. Nijkamp kennelijk in toch
rat andere zin over de herfst
edacht.
Vant hij laat er geen twijfel over bestaan,
dat onze samenleving een samenleving in
ontbinding is het Westen heeft zijn
zieleheil afhankelijk gemaakt van mate
riële welvaart als de diepste bron van
menselijk geluk, en trilt nu op haar
grondvesten. En dat is niet alleen „omdat
üj met een „nul-groei" of een „min-groei"
gwioegen zal moeten nemen, maar vooral
omdat haar diepere geestelijke basis en
haar oriëntatie-punt aan het wankelen
üjn geraakt, en de zekerheden van weleer
langzaam zijn weggegleden." (17)
Weer een nieuwe „doomsday"-denker,
ïult u wellicht zeggen. Toch treft Juist
«terk in dit boek, dat Nijkamp niets wil
weten van enige vorm van moedeloos
heid. Hij stort zich met animo in de pro
blematiek van de arbeid, van het milieu,
van de energie, van de reclame en van de
Woof tussen rijke en arme landen, en
P°ogt op basis van een uitgesproken nor
matieve visie aan te geven, hoe verant
woorde stappen uit de hedendaagse be
klemmende situatie te zetten zijn.
Pakket van ideeën:
Ben en ander doet hij in een kader van
wat hij noemt: het zoeken naar een inte-
Paal ontwikkelingsprogram, een „consis-
'ent en onderling samenhangend pakket
van ideeën dat beoogt de gToeikwalen van
°nze samenleving te bestrijden door een
oriëntatie op een normatief verantwoorde
door prof. dr. B. Goudzwaard
ontwikkeling van de samenleving."
Er zijn reeksen van voorstellen in vervat,
variërend van een stimulering van ar
beidsintensieve activiteiten en een kriti
sche begeleiding van de technologie
(123v), tot aan het verminderen van de
afstand tussen wonen en werken, extra
heffingen op energieverslindende con
sumptiegoederen. eventueel energierant
soeneringen (151v), een afschaffing van de
etherreclame, een herziening van interna
tionale kredietsystemen enz.
Naast deze meer gedetailleerde voorstel
len schetst Nijkamp ook de contouren
van een nieuwe structuur voor het ar
beidsbestel, gebaseerd op harmonie en
coöperatie, waarbij binnen het kader van
door de overheid aangegeven globale en
indicatieve richtlijnen werknemers, over-
heid(?), kapitaalverschaffers en consu
menten in harmonie en coöperatie zoeken
naar een gezonde ontwikkeling voor de
bedrijfstak waarvan men deel uitmaakt,
door middel van een soort ontwikkelings-
raad voor elke bedrijfstak. (113)
Cultuuranalyse
Geen doomsday-denker dus maar een
idealist? Wie dat denkt, zou opnieuw een
verkeerde indruk krijgen van dit toch niet
zo gemakkelijk te plaatsen boek. Nij
kamp is geen wilde activist, zijn voorstel
len worden geboren uit een zorgvuldige
en genuanceerde cultuuranalyse, waarbij
hij poogt bijbelse normen aan te leggen.
Het is helder en leesbaar geschreven en
de auteur geeft er blijk van de meest
recente literatuur zorgvuldig te hebben
verwerkt.
Hij richt zich vooral tot zijn gereformeer
de mede-christenen (het boek is opgeno
men in de publikatiereeks van het GSEV,
het Gereformeerd Sociaal en Economisch
Verband) en zou misschien het best kun
nen worden gekenschetst als een moder
ne cultuur- en maatschappijkritiek op
Schilderiaanse wijze.
De naam van prof. K. Schilder wordt in
het boek niet genoemd, maar onder meer
in de centraal gestelde ontwikkelings
idee, die teruggaat op ons aller cultuur
mandaat, zijn duidelijk Schilderiaanse
trekken te ontwaren, evenals trouwens in
de vaak terechte kritiek van Nij
kamp op de vruchten van moderne theo
logie, en zijn scepsis ten aanzien van
bijvoorbeeld de Wereldraad van kerken.
Shalom
Toch zou ik het jammer vinden, wanneer
deze kenschets door sommige lezers van
deze recensie zou worden verstaan als een
signaal, dat dit boek voor hen van minder
betekenis is. Een boek als dit dringt ons
te zamen opnieuw naar de kernvragen toe
de kernvragen rond onze eigen levens-'
stijl, onze eigen samenlevingsstructuur,
en naar de noodzaak van een daadwerke
lijke verandering van gezindheid.
Ook zijn eigen visie op een ontwikkelings
plan bindt Nijkamp aan de voorafgaande
constatering: „een ontwikkelingsplan
richt zich op onze gezindheid, onze motie
ven en op onze bereidheid mee te werken
aan een noodzakelijke verandering (refor
matie) van de samenleving. Pas na een
fundamenteel veranderingsproces kan
zo'n program via individuele en politieke
beslissingen leiden tot een samenleving
die meer dan thans de trekken van
een waarachtige „shalom" vertoont (blz.
84).
Toch rijzen hier bij mij ook vragen. Welk
uitzicht bestaat er op dat noodzakelijke
fundamentele veranderingsproces in de
menselijke gezindheid? En bestaat, zo
lang dat uitblijft, ook niet het gevaar dat
de reeksen van concrete voorstellen die
Nijkamp doet, ofwel volstrekt in de lucht
blijven hangen, ofwel worden „toegepast"
los van de geestelijke samenhang waarin
hij ze heeft bedoeld?
Ik ken Nijkamp, en weet wat hij onder
een geïntegreerd ontwikkelingsplan ver
staat. Maar de gedachte van een geïnte
greerd ontwikkelingsplan kan op zichzelf
beschuuwd o zo gemakkelijk worden mis
bruikt ten dienste van de moderne waan.
dat wanneer wij in onze samenleving le
ren wat systematischer en geïntegreerder
te „plannen," onze hedendaagse kwalen
wel weer te genezen zullen zijn. En dat zal
het laatste zijn wat Nijkamp beoogt
fi-ph nnr?aflm h pi H
Daarom voel ik mij meer thuis bij het slot
van Nijkamps boek. Grootse toekomst
plannen en -visies zijn niet doorslagge
vend, schrijft hij daar, maar wel „eenvou
dige gehoorzaamheid". We moeten een
voudig beginnen met het pad te gaan van
wat normen als rechtvaardigheid en rent
meesterschap concreet van ons vergen,
zonder aan de verleiding toe te geven van
het ontwikkelen van finale blauw
drukken.
Het prachtige beeld wordt door Nijkamp
gebruikt van de olielamp, zoals die in de
tijd van het Oude Testament werd ge
bruikt, en die slechts een beperkte licht
kring verspreidt. Als het Woord van God
een licht is voor onze voet, is het in die
zin: „Dit beeld impliceert, dat het hier
niet om een enorme lichtbundel ging die
de weg naar de toekomst over een grote
afstand verlichtte. Integendeel, stap voor
stap diende een weg gezocht ze worden, in
vertrouwen op het schijnsel van de lamp.
Vanuit dit geloofsvertrouwen dient ge
werkt te worden aan de vele problemen
van de toekomst." (249)
Het beeld van de stap zou ik zelf willen
uitbreiden tot dat van de sprong. We zijn
in onze vooruitgangszieke samenleving in
zulke ontstellende problemen terecht ge
komen, dat we het vertrouwen in de klei
ne stapjes wat meer „matiging" geen
ruimte meer voor „snelle"/ economische
groei (blz. 156) enz. als in toenemende
mate onwaarachtig dienen te ervaren, als
niet meer corresponderend met de grote
nood van onze tijd.
Geen keus:
We zullen openlijk moeten spreken van
de noodzaak van een terugval van onze
consumptiestandaarden, en van een af
stand nemen van een dodelijke bewape
ningsrace. Want tegenover een religieuze
verslaving zoals we nu rondom ons aan
treffen, helpt geen langzame en voorzich
tige ontwenningskuur.
We hebben geen andere keus, dan in diep
vertrouwen op Wie ons alleen redden kan,
gezamenlijk een sprong te wagen. Want
als het pad voor ons finaal is opgebroken,
is dat het wat de olielamp ons te zien
geeft.
Misschien ben ik hier wat onbillijk tegen
over Nijkamp, wellicht laat ik hier te veel
doorspelen vanuit welke achtergrond ik
persoonlijk de crisis in ons Nederlandse
partijdemocratie momenteel ervaar.
Maar daarom sluit ik ook met des te meer
instemming aan bij wat hijzelf als slotpa
ragraaf in zijn boek heeft opgenomen:
„Jesu meine Freude". DOt bepaalt ons
gezamenlijk toekomstperspectief. Het is
een vreugde uit die toekomst te durven
leven. Het geeft de moed om Juist nu
vérder te gaan.
Prof. dr. P. Nijkamp, Herfsttij der voor
uitgang, uitgeverij de Vuurbaak Gronin
gen. 1980. 266 bl*. Prijs 23,50.