Vlanagement textiel kan beter
Olie-overschot moet OPEC
dwingen tot uniforme prijs
Recessie geen oplossing voor olieprobleem
lolland Expo II kiest zee
Fibrotex
mogelijk
failliet
Britse olie duurder
dan OPEC-gemiddelde
ndustriebond FNV kritisch over bedreigde bedrijf stakken
Minder
miljonairs
[arende exportmanifestatie naar Verre Oosten
Saoedische olie-minister Jamani:
Ten Cate Fashion
behoudt 130 banen
Disconto in
VS verlaagd
Wereld moet reageren op prijssignalen van de markt
ÏÜ5 ffJPAG 30 MEI 1980
FINANCIEN EN ECONOMIE
TROUW/KWARTET P11-R13-HS17
j onze redactie economie
(STERDAM „De werkgevers, met name in de kledingin-
strie, zullen in de ware zin des woords opnieuw 'ondeme-
ts' moeten worden. De confectie-industrie is immers niet
ten ten onder gegaan door prijsconcurrentie maar ook aan
icurrentie op het gebied van verkooptechnieken, het snel
adequaat inspelen op marktontwikkelingen, kwaliteits-
rk, modieuze artikelen met korte levertijden en een gedilfe-
itieerd produktenpakket.
t is een van de conclusies van de
ustriebond FNV in een nota over,
textiel- en kledingindustrie; twee,
bekend, noodlijdende bedrijfs-
n. In een van de stellingen die
nota begeleiden staat dat willen de
ide branches nog een kans maken,
i de kwaliteit van de bedrijfsvoe-
g moet verbeteren.
industriebond zou daarom vanuit
beperkte verantwoordelijkheid
dat ondernemingsbeleid met
gevers moeten onderhandelen
bet totale ondernemingsbeleid.
leedgewoontes
de kwaliteit van het manage-
t, is de nota niet erg te spreken,
name vindt de bond dat de on-
lemers veel te weinig hebben ge
geerd op de sterk veranderde
edgewoontes. Vaak is gesteld dat
ernstige textielcrisis van 1974/75
oorzaakt zou zijn door een plotse-
ge aanzienlijke importstijging van
dkope kleding.
werkelijke oorzaak zou echter
leer zijn dat een door een grote
ep mensen gevraagde kleding (je-
T-shirts, parka's, truien) nauwe-
s meer in Nederland werd ge-
akt. Bovendien betekende de ont-
ieling naar informelere kleding
op plaatsen waar men vroeger
urig in het pak moest verschijnen
ten verlies aan afzetmogelijkheden
or bijvoorbeeld de herenbovenkle-
iglndustrie.
ode
En hij vervolgt: „Zeker, nu er aanwij
zingen zijn dat de Nederlandse man
terugkeert naar de betere soorten kle
ding moet de leiding van de ondeme-
meingen via produktinnovatie, korte
re levertijden en goede kwaliteit het
zojuist beschreven gat zien te
dichten".
Loonkosten
Kritiek op management dus. Maar
hoe zit het dan met de al zo vaak
beschreven hoge loonkosten. De nota
geeft toe dat de loonkosten in de
Nederlandse textiel op Zweden na de
hoogste in de wereld zijn. Tegelijker
tijd is ook de arbeidsproduktiviteit in
de Nederlandse textielnijverheid ech
ter zeer hoog.
Daarom haalt de industriebond met
instemming een artikel aan uit Eco
nomisch Statistische Berichten van
15 december vorig jaar waarover deze
krant destijds ook vrij uitvoerig be
richtte. In het artikel staat dat hogere
lonen en gestegen arbeidsproduktivi
teit elkaar praktisch opheffen en dat
daardoor de Nederlandse concurren
tiepositie tussen 1966 en 1975 nauwe
lijks is verslechterd.
Loonkosten
zijn wel degelijk confectiebedrij-
die snel op de mode inspelen,
tar in dat verband citeert de nota
klacht uit werkgeverskringen
arin werd gezegd dat „een modisch
dingbedrijf moeilijk terecht kan
de Nederlandse textielindustrie
or levering van stoffen, red.), ge
il ook de lange levertijden.
pn zou corduroy stof uit de Chinese
ilksrepubliek sneller in huis hebben
vanuit Enschede. Bij zulke ver-
hijnselen lijkt eerder sprake van
echt management dan van bedrei-
injdoor buitenlandse concurrenten,
u-ent de industriebond. Volgens de
laat de industrie hier duidelijk
n liggen.
Spelen de loonkosten in de visie van
de Industriebond FNV dan helemaal
geen rol? Zo is het ook weer niet. Men
geeft toe dat de kledingindustrie er
wel degelijk veel last van heeft. Door
de aard van het produktieproces is
produktiviteitsverhoging daar veel
moeilijker dan in de textielindustrie,
die met steeds ingewikkelder appara
tuur werkt.
Textielcomplex in Dordrecht
De kledingbedrijven hebben op uit
gebreide schaal een stuk produktie
uitbesteed wat uiteraard nadelig was
voor de werkgelegenheid. Hoewel aan
de andere kant juist door die loonver-
deling een deel van de werkgelegen
heid overeind bleef: de totale produk-
tiekosten, samengesteld uit hier en
elders vervaardigde kleding werd
gedrukt.
De loonkostenstructuur was ook van
belang bij de import uit het Verre
Oosten, al moeten we dat belang vol
gens de nota niet overschatten. Ove
rigens vindt de industriebond dat im
port uit landen als Hongkong en Tai
wan bemoeilijkt'moeten worden om
dat de bevolking daar van de met
Amerikaans of Japans kapitaal opge
richte bedrijven niets wijzer wordt.
Van onze sociaal-economische
redactie
DEN HAAG De kans is groot dat
het Enschedese textielbedrijf Fibro-
tex definitief gaat verdwijnen, on
danks een CDA-motie die de Tweede-
Kamer gisteren aannam. Vandaag
wordt waarschijnlijk het faillisse
ment uitgesproken. Minister van Aar-
denne (economische zaken) wilde gis
teren niet toezeggen dat hij met over
heidsgeld zal voorkomen dat daar
mee de produktie van gordijnstof en
dekens wordt ontmanteld.
Fibrotex (400 arbeidsplaatsen) is het
belangrijkste onderdeel van de drie
maanden geleden in elkaar gezakte
Nederlandse Bontweverij. Er was
toen al acht miljoen gulden in gesto
ken door het ministerie van economi
sche zaken. Nadien is drie miljoen
besteed aan een onderzoek naar toe
komstkansen voor Fibrotex en aan
het intussen open houden van het
bedrijf. Het onderzoek wees uit dat
Fibrotex kansen heeft als er tenmin
ste twee miljoen aanvullend op tafel
komt en het pakket deken-produktie
zou kunnen worden uitgebreid met
het dekenspakket van een andere,
Brabantse fabriek, Raaymakers/Di-
das, die dan in ruil andere paketten
zou krijgen van onder meer Fibrotex.
Van Aardenne betoogde dat Fibro
tex, op grond van de richtlijnen voor
steun aan bedrijven, niet in aanmer
king komt voor die aanvullende twee
miljoen gulden. Pogingen van het mi
nisterie om een andere geldschieter
of een samenwerkend bedrijf voor
Fibrotex te vinden, mislukten. Bo
vendien wil Didas de eigen dekenpro-
duktie niet inruilen. Didas heeft zelf
ook al uitstel van betaling. De onder
zoekers van Fibrotex hadden ge
dacht dat een ruil daarom mogelijk
was, maar Didas wil eerst andere kan-
sen bekijken. Intussen is onzeker of
Fibrotex het dekenpakket van Didas
zal krijgen.
Het Kamerdebat van gisteren was
aangespannen door Rienks (PvdA).
Hij wees op de onderlinge verweven
heid tussen textielbedrijven en de
.handel, en vreesde dat met het ver
dwijnen van Fibrotex andere bedrij
ven in problemen raken. Hij voorspel
de dat tussen de 1000 en 2000 arbeids
plaatsen op punt staan te ver
dwijnen.
Minister Van Aardenne had een CDA-
motie ontraden, en wilde ook na aan
neming ervan niet toezeggen de mo
tie te zullen uitvoeren. Buikema
(CDA) had erop gewezen dat Neder
land nog drie dekenfabrieken heeft.
Daaivan gaat Fibrotex zonder ingrij
pen verloren, en is de toekomst van
Didas onzeker. Misschien is er in het
najaar nog maar één over, zo waar
schuwde Buikema, en Van Aardenne
beaamde dit. Toch wilde de minister
niet toezeggen Fibrotex te heipén
draaiend te blijven totdat de toe
komst van Didas duidelijk is. Wel liet
hij weten binnen een maand te ko
men met een „kaderregeling" voor de
overheidssteun aan de industrie in de
sectoren wol en katoen, rayon en lin
nen. Bovendien krijgt de Tweede-Ka
mer volgende week een notitie over
de stand van zaken met de herstruc
turering in de textiel.
DEN HAAG (ANP)
Het aantal miljionairs
in Den Haag en omge
ving is tussen 1970 en
1975 voor het eerst te
ruggelopen. In 1970 wa
ren dat er nog 756, vijf
jaar later nog maar 588.
Deze mensen bezitten
samen zo'n slordige 1,2
miljard gulden.
Dit blijkt uit cijfers
van het Centraal Bu
reau voor de Statistiek.
Het bereau berekende
ook, dat in Den Haag en
omgeving relaftef de
meeste mensen wonen
met een vermogen van
meer dan honderd dui
zend gulden: 25 per dui
zend inwoners. In Am
sterdam en Rotterdam
was dit cijfer 14 i 15. In
de rest van het land be
duidend meer. 21 k 22.
Wel is het gemiddelde
vermogen van de groep
welgestelden in Den
Haag lager dan elders:
344.000 gulden, tegen
vier ton in Amsterdam.
Het CBS tekent hierbij
aan dat de gemeente
Den Haag zijn voor
sprong op dit gebied
snel aan het verliezen
is.
in onze redactie economie
HSTERDAM De varende exportmanifestatie Holland Expo n gaat definitief door. Als
volg van de wat traag op gang komende belangstelling van het bedrijfsleven voor deze
rende expositie naar het Verre Oosten was het enige tijd onzeker of Holland Expo II wel zee
u kiezen.
t blijkt nu wel het geval te zijn. Het is de bedoeling dat, evenals dat West-Duitsland, Frankrijk en Enge-
met Holland Expo I het geval was, - -
ook Holland Expo n zal worden aan
gevuld met een gerichte „follow up".
Het ministerie van economische za
ken heeft hiervoor al toezeggingen
gedaan.
Wel wil de bond import uit landen als
India toestaan. De nota herinnert er
in dit verband trouwens aan dat het
Multi Vezel Akkoord (dat de handel
regelt tussen West-Europa en de ont
wikkelingslanden) aan bijvoorbeeld
India een sterkere exportgroei toe
staat dan aan Hongkong.
Op het gebied van concurrentie is de
industriebond wel bezorgd over de
toekomstige toetreding van Spanje,
Portugal en Griekenland tot de EG.
Deze landen hebben een vrij goed
ontwikkelde en goedkoop werkende
textiel- en confectie-industrie. De
nota stelt daarom de eis dat inpas
sing van de drie landen plaatsvindt
zonder verlies aan arbeidsplaatsen.
De ruimte voor een nationale econo
mische politiek in Nederland wordt
voortdurend kleiner, aldus de nota.
Toch kan de overheid wel degelijk
iets doen. De industriebond vindt dat
er haast is bij het uitwerken van een
strategie, gericht op een absoluut mi
nimum waaronder produktie en
werkgelegenheid niet mogen dalen.
De overheid zou aan dit strategisch
minimum inhoud moeten geven en
tevens moeten aanduiden welke sec
toren in de textiel en confectie behou
den moeten blijven.
De industriebond meent ook even
als de werkgevers in de confectie-
industrie dat loonveredeling voor
behouden moet zijn aan de industrie
en dat handelszaken als C&A en
Vroom Dreesman zich daarmee
niet mogen bezighouden.
LONDEN De Saoedische olie-minister, Jamani, heeft gisteren verklaard dat de olieprijzen
in de herfst, of mogelijk in het voorjaar, zullen instorten onder invloed van overschotten. Hij
zei bovendien, dat zijn land op korte termijn geen verdere olieprijsstijging overweegt. Jamani
deed deze uitspraken tijdens een vraaggesprek met het in Londen verschijnende Saoedische
dagblad Asharq Al-Awsat.
In de Middle East Economic Survey
verscheen daarop een publikatie
waarin oliedeskundigen melding ma
ken van hun sterke vermoedens, dat
Saoedi-Arabië zijn enorme reserves
zal aanwenden om de markt zonodig
te dwingen tot stabilisatie.
Aangenomen wordt, dat Saoedi-Ara
bië al in 1981. en niet pas in 1987, in
staat is een project uit te voeren dat
produktie van de huidige 9,5 miljoen
vaten per dag op 12 miljoen brengt.
Bovendien zou het land tijdelijk een
produktie kunnen bereiken van 14
miljoen vaten.
Zware klap
Igens de organiserende instantie,
Nederlands Centrum voor Han
sbevordering (NCH), is de interes-
de manifestatie voldoende om
doorgaan ervan te wettigen. Op
moment hebben ruim 70 bedrij
en instellingen deelneming toege-
d. Daaronder onder meer Holec,
n Schelde Verolme, DSM, Heine-
n, Douwe Egberts, SHV, Internatio
lller en Fokker.
teindelijk wordt gerekend op zo'n
5 deelnemers, waaronder met name
aantal kleinere en middelgrote
drijven. Voorts zullen ook de grote
derlandse banken, het ministerie
landbouw en andere groeperin-
zoals de gemeente en haven van
nsterdam, deelnemen. Er bestaat,
Igens het NCH, een goede spreiding
de sectoren kapitaalgoederen, con-
nentenprodukten, agrarische en
anlsche sector.
;ven miljoen steun
t ministerie van economische za-
zal de varende exportmanifesta-
steunen met een bedrag van ruim
ren miljoen gulden, zijnde de helft
sde totale kosten. Het is de bedoe-
ig dat begin 1981 zal worden ge
ut Tijdens de periode 10 januari
16 februari 1981 zullen de volgende
len in het Verre Oosten worden
gedaan: Taiwan, Zuid-Korea,
Igkong, Filippijnen, Indonesië,
eisië en Singapore.
en en China ontbreken in dit lijst-
Niet, aldus het NCH, omdat er
r deze gebieden geen belangstel-
zou bestaan. Reden is, dat men
de hand van. de ontvangen sug-
Bes en in overleg met het ministe
fan economische zaken een keuze
ft moeten maken wat betreft de te
Oeken landen. Een land als Japan
U zou „fysiek een te grote belas
vormen", zo zegt het NCH, dal
snt dat Japan alleen al een soort-
Uke exportmanifestatie zou recht-
rdigen. Wat China betreft denki
n met name via Hongkong contac
met de Volksrepubliek te kunner
fcen.
teressante markt
tNCH noemt het Verre Oosten een
ir interessante markt voor een aan-
produkten en diensten, waarin
(Ierland is gespecialiseerd. Ook
«waardige technologie heeft daar
goede mogelijkheid. De totale
>ei van de markt in het Verre Oos-
is op jaarbasis nog steeds onge-
15 procent, wat een uitzondering
in de wereld.
4and zijn hier de laatste jaren al actief
bezig hun exportpositie te verbe
teren.
Eerder was het de bedoeling op weg
naar het Verre Oosten ook het Mid
den-Oosten (weer) aan te doen naar
dit gebied werd vorig jaar een soort
gelijke varende exportmanifestatie
Expo n niet alleen kunnen inhaken uitgestuurd doch uiteindelijk heeft
op het recente bezoek van premier men gemeend, hiervan toch te moe-
Van Agt aan het Verre Oosten, maar ten afzien. Het Midden-Oosten, aldus
ook kunnen bijdragen aan een zekere het NCH, werd namelijk vorig jaar al
inhaal van Nederlandse commerciële intensief en niet zonder succes
belangen in dit gebied. Landen als „bewerkt".
Volgens het NCH zal de Nederlandse
manifestatie in de vorm van Holland
NIJVERDAL (ANP) Nijverdal-ten
Cate is bereid de alternatieve plan
nen voor haar noodlijdende dochter
onderneming Ten Cate Fashions, die
werden uitgewerkt door een werk
groep van de ondernemingsraad, in
grote lijnen te volgen. Dit werd giste
ren bekendgemaakt door het bestuur
van Nijverdal-ten Cate. Hierdoor zul-
',len ongeveer 130 van de 500 arbeids
plaatsen behouden blijven.
Het plan houdt in dat bepaalde com
merciële activiteiten alsmede de spe
cifieke finishing-activiteit van het be
drijf in Almelo worden gecontinu
eerd. De weef- en veredelingsactivi-
teiten in Oldenzaal worden stopgezet.
In dit bedrijf werken 350 mensen. VerraSSinfT
Degenen die bij Fashion moeten af-
vloeien krijgen een voorkeursbehan
deling bij het vervullen van de naar
schatting 100 arbeidsplaatsen in het
concern. Bovendien gaat Ten Cate in
Oldenzaal nieuwe activiteiten starten
die werk geven aan 70 tot 80 mensen.
Jamani zei in het vraaggesprek:
„Tenzij er belangrijke politieke
strubbelingen ontstaan in het Mid
den-Oosten, die de olieproduktie
drastisch verminderen, verwachten
wij dat olievoorraden belangrijk zul
len stijgen. De prijs zal daardoor on
der druk komen te staan."
LONDEN (Reuter) De prijs van ruwe olie uit het Britse deel van de
Noordzee wordt met terugwerkende kracht verhoogd met twee dollar
en komt daarmee op bijna 36 dollar per vat. De prijsstijging gaat terug
tot 20 mei. Dit is bekend gemaakt door de Britse Nationale oliemaat
schappij (BNOC).
Tot dusver berekenden de Engelsen een prijs van gemiddeld 34 dollar
per vat van 159 liter. In kringen van de olie-industrie wordt verwacht,
dat de British Petroleum Company (BP) eveneens haar huidige olie
prijs (34,25 dollar per vat) met twee dollar zal verhogen.
De gemiddelde prijs per vat ruwe olie die door de OPEC wordt
berekend, bedraagt momenteel ongeveer 30,75 dollar per vat.
Tenzij op korte termijn wordt beslo
ten tot een uniforme olieprijs door
alle OPEC-leden, zal dit een zware
klap zijn voor de olie-exporterende
landen, aldus Jamani, die eraan toe
voegde dat „de oliebroeders blijkbaar
nog niet zo van de noodzaak van een
uniforme prijs zijn doordrongen." De
olieminister herinnerde eraan, dat
olie-overschotten het afgelopen jaar
groter zijn geworden, ondanks een
flinke terugval in de Iraanse oliepro
duktie.
Jamani gaf toe dat Saoedi-Arabië
kortgeleden heeft overwogen de olie
prijs per vat op te trekken van 28 tot
30 dollar. Hij zei echter zo verrast te
zijn door de snelheid waarmee andere
OPEC-leden achtereenvolgens dit
voorbeeld volgden, dat hij snel van
gedachten is veranderd.
Het doel dat Saoedi-Arabië voor had
met de laatste olieprijsstijging was
een stapje dichter bij een uniforme
olieprijs voor alle OPEC-leden te ge
raken. Westerse olie-deskundigen
zeggen niet te geloven dat Saoedi-
Arabië in staat is tot een uniforme
prijs te komen die onder de dertig
dollar per vat ligt. Jamani lijkt zijn
hoop nu definitief te hebben geves
tigd op een olie-overschot als middel
om de prijzen onder controle te
brengen.
Op het ogenblik overtreft de produk
tie het verbruik in de wereld met
zeven procent de OPEC-produktie.
Dat staat gelijk aan twee miljoen
vaten olie per dag. De gemiddelde
prijs die de OPEC per vat ruwe olie
berekent bedraagt ongeveer 30,75
dollar per vat.
Saoedi-Arabië, Koeweit en Bahrein
hebben gezamenlijk de „Gulf Petro
chemical Industries" opgericht, een
petrochemisch bedrijf, dat 1000 ton
methanol en 1000 ton ammonia per
dag gaat produceren. De Bahreinse
minister van industrie en ontwikke
ling zei, dat dit project moet worden
.gezien als eerste stap in de richting
van gecoördineerde strategie van het
Golf-gebied.
AMSTERDAM (Reuter) Het be
stuur van het stelsel van centrale
banken in de VS heeft het officiële
bankdisconto met een vol procent
verlaagd van 13 naar 12 procent.
De verlaging wordt gerechtvaardigd
door de aanzienlijke daling van de
rente op kortlopend krediet in de
vrije markt, zo meent het bestuur.
Van onze redactie economie
AMSTERDAM Als de wereld uit is op verdere economische groei zullen
verbruikers, regeringen en energieproducenten moeten reageren op de
prijssignalen van de wereldolie- en -energiemarkt.
Dit betekent:
het loslaten van prijsbeheersing en het
aanpassen van belastingmaatregelen, zodat
energie zijn marktprijs kan vinden
het bieden van voldoende motivering en
gelegenheid aan energieproducenten om op
elk terrein meer energiebronnen tot ontwik
keling te brengen
het aanmoedigen van onderzoek naar al
ternatieve,^niet-eindige energiebronnen en
het aanmoedigen van door industriële en
persoonlijke verbruikers te nemen maatrege
len tot energiebehoud.
Tot deze conclusie komt een beleidsstudie-
groep, verbonden aan de British Petroleum
Company (BP), in een brochure, getiteld:
Alweer een oliecrisis? Opgemerkt wordt, dat
het probleem niét is, dat de wereld op een
bepaald moment in de volgende eeuw „zon
der olie zal komen te zitten". Het oliepro
bleem is veeleer dat de wereld binnen de
komende tien jaar zal moeten overschakelen
van een aanbod, dat gedurende de vijftig
jaren vóór 1973 nog met 5'/j procent per jaar
toenam, naar een aanbod dat afneemt.
Naar verwachting zal in de tachtiger jaren de
beschikbare hoeveelheid niet veel groter zijn
dan in 1978. En tegen het begin van de jaren
negentig zal deze hoeveelheid waarschijnlijk
zelfs geringer worden. Dat is onvermijdelijk,
omdat de snelheid waarmede nieuwe olievel
den worden gevonden achterblijft bij de snel
heid waarmede de produktie van de bestaan
de velden terugloopt.
VS en OPEC
De twee belangrijkste en meest invloedrijke
factoren in elk toekomstscenario voor olie
zijn de energiepolitiek van de Verenigde Sta
ten en die van de OPEC-landen. De VS zijn de
grootste energieverbruikers en grootste olie-
importeurs van de wereld.
Wat er in dat land gebeurt heeft vanouds een
afspiegeling gevormd van hetgeen de rest
van de wereld te wachten staat. Zoals de VS
in de jaren zeventig hun energietekort expor
teerden, kunnen ze, aldus BP, ook de wereld-
oliecrisis tot een oplossing brengen en wel
door hun economie minder afhankelijk te
maken van geïmporteerde olie.
In het grondgebied van staten aangesloten
bij de OPEC (Organization of Petroleum Ex
porting Countries) bevindt zich meer dan 80
procent van alle aangetoonde oliereserves in
de niet-communistische wereld. Ruim 30 pro
cent ligt in het gebied van één lidstaat, te
weten Saoedi-Arabië. Na 1973 zijn de OPEC-
regeringen de volledige verantwoordelijkheid
gaan dragen voor de prijsstelling voor olie (en
sinds 1973/75 ook voor het produktiebeleid).
De in 1973/74 opgetreden drievoudige prijs
stijging voor ruwe olie heeft het tot ontwikke
ling brengen van nieuwe oliebronnen in be
paalde gebieden, zoals de Noordzee, en van
andere energiebronnen elders ter wereld,
zoals steenkool in Australië, zeker gestimu
leerd, aldus BP. Het algemene beeld, dat uit
de periode 1974/79 naar voren komt is echter,
dat eerdere ramingen inzake de olie-, steen
kool- en kemenergievooreiening voor de peri
ode 1980/85 omlaag zijn gegaan.
Onvoldoende
Volgens de brochure hebben de olieprijsver
hogingen van 1973/74 de producenten niet
duidelijk kunnen maken wat de markt bereid
was voor nieuw gewonnen olie te betalen. De
mate, waarin de verbruikers gedurende 1974/
79 als reactie op de prijsverhoging olie door
alternatieve energiebronnen vervingen, was OndGF druk
onvoldoende om een snelle terugkeer van de
vraag naar olie te voorkomen toen de indu
striële activiteit in 1976/79 weer aantrok.
pijn van een economische recessie, dat de
markt zijn evenwicht kan hervinden.
Als de pijnlijke stimulans van 1979 effect
sorteert valt, volgens BP, op lange termijn
(1990-2000) een concurrerende energiebalans
te voorzien, met prijzen die geen veelvoud
boven, en met economische streefcijfers die
niet al te ver onder het huidige niveau liggen.
Maar op de middellange termijn (1980-1990)
kan de sinds 1973 verloren tijd niet meer
worden ingehaald. Evenals in 1975 kan er in
1980 voor olie een tijdelijk leveringsoverschot
ontstaan, naarmate de vraag met het teruglo
pen van de economische activiteit afneemt.
Anderzijds zullen de inkomsten van de grote
olie-exporteurs door de prijsexplosie van
1979 enorm toenemen, wat sommigen van
hen kan doen besluiten de produktie te be
perken om een daling van de olieprijs te
voorkomen.
Tegen 1978 begon deze vraag het effectieve
aanbod te overtreffen. Het stopzetten van de
Iraanse olie-export in de eerste maanden van
1979 gaf de stoot tot de crisis, die tot op
heden nog onopgelost is. Zolang de olievraag
zich niet heeft aangepast aan het beschikba
re olleaanbod zal de prijs blijven stijgen, zo
zegt BP. en zullen de aangelegde voorraden
in de importerende landen verder slinken.
Evenals in 1974 is het hoofdzakelijk door de
De wereld zal een recessie doormaken, waar
van de diepte en de duur onzeker zijn. Het
aanhouden van deze recessie zal echter geen
oplossing brengen voor het olieprobleem, om
dat de voor een omschakeling vereiste inves
teringen er door worden vertraagd. En wan
neer de economie weer aantrekt zal de vraag
naar olie het aanbod opnieuw onder druk
zetten, zo zegt BP. Voor de duur van de jaren
tachtig kan elke belangrijke toename in de
vraag slechts worden opgevangen met sup
plementaire, door enkele producerende lan
den „naar goeddunken" te leveren olie.
Deze supplementaire export zal eerder ten
goede komen aan de buitenlandse activa van
de producenten dan aan hun binnenlandse
economische groei. De ervaringen van 1979
doen vermoeden dat een grotere vraag naar
dergelijke supplementaire olie wel eens onge"
dekt zou kunnen blijven althans geduren^
de de komende vijf jaar met het gevolg dat
de prijs weer omhoogschiet.
En hoe meer hij omhoogschiet, hoe minder de
belangrijke leveranciers genegen zullen zijn
de produktie van supplementaire olie op te
voeren, omdat hun inkomsten uit export van
de normale produktie toch al voortdurend
toenemen. Zij zouden in feite alleen maar olie
in de grond verruilen voor financiële activa in
het buitenland.
Volgens de brochure is een hervatting van de
economische groei buiten de OPEC-landen
alleen mogelijk indien stijgingen in de vraag
naar olie gedurende 1980-'85 beperkt blijven
tot hoeveelheden waarin kan worden voor
zien door een grotere produktie uit niet
OPEC-bronnen. Na 1985 gaat de produktie
van supplementaire OPEC-olie een minder
zekere rol spelen. Als de prijs intussen stabiel
zou blijven kan er omstreeks 1985 voor de
grootste producenten een reële prikkel ont
staan om hun inkomsten uit olie-export ten
behoeve van hun eigen economie te verho
gen. En de vraag naar hun olie kan tegen die
tijd dermate elastisch geworden zijn dat dit,
anders dan in 1979, alleen maar te bereiken i«
door het produceren van grotere hoeveel
heden.