Gevarieerd vierluik van vrouwenportretten Frank Zappa profileert zich als solo-gitarist Walta bewijst Schönbergs werk te kunnen spelen dSfcl Tilson Thomas temperamentvol en accuraat reUm&\ Nieuw solotoneel van Nel Kars Perfect spel met nagenoeg nieuwe band Voor liefhebbers van chansons over bruin bakken gesproken... Debuut bij Rotterdams orkest /beaujolaisS -village Rectificatie Nieuwe boeken DINSDAG 27 MEI 1980 KUNST/RADIO/TELEVISIE TROUW/KWARTET door André Rutten AMSTERDAM De actrice Nel Kars, die als beginnend actrice in het begin van de jaren zestig bij Ensemble en bij Arena gespeeld heeft, is sinds 1964 „op eigen wieken" verder gegaan met solo-to neel. Zij heeft overal in het land, op plek ken waar gezelschappen nooit spelen, een ruim publiek geamuseerd en ge boeid. dat verder weinig of geen to neel ziet. Aan de drie programma's die zij heeft opgebouwd, heeft zij nu een vierde toegevoegd. Het bijzondere ervan is dat de vier stukjes solotoneel, die het bevat, spe ciaal voor haar geschreven zijn door Nederlandse auteurs, met in één er van een liedje dat Harry Bannink voor haar heeft gecomponeerd. ..Carré Vrouwen" noemt zij dit pro gramma, waarin Joost Prinsen haar geregisseerd heeft. Vier vrouwen wor den er in geportretteerd, die nogal verschillend van aard zijn, zodat er een aardig gevarieerd vierluik ont staat Onbevangen, met prettige hu mor zorgvuldig maar levendig ge speeld, telkens in een andere, rake toonaard Vragen Ger Beukenkamp (van wie tweede Pinksterdag drie eenakters voor twee vrouwen Josée Ruiter en Liselore Gerritsen bij de Vara-tv gespeeld zijn) schreef voor haar „Ik praat daar graag een beetje over" Daarin laat hij een jonge vrouw rechtstreeks tegen de mensen in de zaal praten over wat haar bezig houdt: haar man kan in Twente pro motie maken, maar dan moeten ze wel weg uit de stad. waar zij haar leven lang gewoond en vrienden en familie heeft. Zij wikt en weegt hoe dat nu zit: komt de man in de eerste plaats, of kan de vrouw ook haar verlangens laten gel den vragen die zij de zaal stelt, zonder echt op een antwoord te reke nen natuurlijk. De ontknoping is ver rassend doodgewoon en onverwacht tegelijk Hannie Schaft De regisseur-schrijver Theo Kling die haar vorige programma geregis seerd had schreef voor haar twee stukjes: „Ik wil over Hannie Schaft niet praten" gebaseerd op een van de interviews, die de journalist Ton Kors gevoerd heeft om meer over de gefusilleerde verzetsstrijdster aan de weet te komen en een verzonnen ver haal „Colombijn-Roosmarijn". In het eerste speelt Nel Kars de ge ïnterviewde vrouw, die als Hanny in het verzet geweest is. maar niet ge pakt en niet gedood. Zij wil niet over Hanny praten alhoewel zij dat deels toch doet omdat zij niet wil dat er achteraf een heldin van ge maakt wordt. Zij was een gewone vrouw, die deed wat zij dacht dat er moest gebeuren. Zulke vrouwen zijn er nu ook. Het is onjuist voor het heden weg te vluch ten in een heldenverering die naar vroeger terugkijkt. Een reële, pittige vrouw Navrant Als Colombijn-Roosmarijn is Nel Kars een eenzame jonge assistent van een gevierde rondtrekkende clown (1909-1914), die haar in het per soonlijke vlak verwaarloost, maar bij wie zij toch blijft omdat zij van hem houdt. Haar clownsuitmonstering en de clownsattributen, waar zij al pra tende mee speelt, maken er een Iet wat navrant spelletje van. Een goede variatie in het geheel. De toneel-, tv- en filmscenarioschrij ver Hugo Heinen schreef voor haar in „Zusters" een spits portret van Mina Kruseman (1839-1922), schrijfster, zangeres, toneelspeelster en vurig strijdster voor de vrouwenemancipa tie. Hugo Heinen plaatst haar in een kleedkamer in Delft, wachtend tot dat zij haar lezing kan beginnen, on dertussen een brief schrijvend aan haar zuster in Nederlands Indië. Een monologue-interieur eigenlijk, die Nel Kars met clownsattributen in „Colombijn-Roosmarijn" van Theo King. Nel Kars uitstekend gelegenheid geeft de zelfbewuste, strijdlustige, wat kokette en ook daardoor boeien de, stijlvolle jonge vrouw raak uit te beelden Fraai kostuum In een fraai kostuum zoals dames van de betere kringen toen droegen, door Nel Kars zoals de andere costuums zelf ontworpen en gemaakt. Voor zij naar het toneel ging heeft zij zich aan de Rietveld academie in Amster dam bekwaam in mode en kostuum- kunde. Die kostuums en wat stoelen zijn praktisch haar enige attributen. Een prettig boeiende avond. De pre mière ervan was de vrijdagavond voor Pinksteren in het nog niet offici eel geopende eigen theatertje van mi- me-speler Rob van Reijn aan de Haarlemmerdijk; dat, nog niet hele maal voltooid, nu al bijzonder aan trekkelijk is. Er zijn liefhebbers van Franse L sons die zich vastgeroest voelu hun collectie favorieten. Daarin ft zijn er liefl^bbers die dat nog q k pas zijn en die moeite hebben thuis te raken op dit gebied, dit Nederland te zeer in de verdnikl staat. Voor beide groepen bete] I het boekje van Ignace Schretlen, I onlangs bij uitgeverij Harlekijn ist gebracht onder de titel „Voor woord een gevoel", wellicht een i winst. Te meer daar het een via weinige Nederlandstalige bod over het Franse chanson betreft, W niet boven de prijs van een ei tt.f uitkomt. ISl De opzet van Schretlens boekje is het chanson, en in ruime mate ]i )e ook het hedendaagse, te belich ed' zoals het functioneert in de samei >Jn ving en als spiegel van de samei iar ving. Die opzet pretendeert méèri *s er wordt waargemaakt: je moet ia mg kleine honderd pagina's die het bo 'e je telt geen diepgaande studie or wachten. De voetnoten, die haast iel geen enkele pagina ontbreken, suj °r reren een zekere grondigheid. M er de informatie die ze verschaffen, 1st treft vaak détails die, hoewel aan in om te weten, niet bepaald onmisb zijn. In jed In het tweede gedeelte van zijn bi n[ komt Schretlen met „vijf nieuwe er zichten". Hij beschrijft deze vu M een wat gevoelsmatig uitgangspi er waarbij „mei '68", „melancholie" ei< „verlangen" trefwoorden zijn. Oi ril gens kun je chansonniers als Max er le Forestier en Serge Lama nat' nt lijks meer „nieuw" noemen, n 10 misschien doelt Schretlen op het m dat dit boekje een vervolg is op zl 1978 verschenen „Ik droom wat minder". Hierin bespreekt hij werk van een alweer iets oudere de van chansonniers, gerang; naar thema's als liefde, doodl vriendschap. Het derde deel is f interessantst. Schretlen schetst 11 in de geschiedenis van het Canadese lied en er komen chai niers in ter sprake die in Nederli nog nauwelijks bekendheid hebbil Het boek is voorzien van zo'n zes tekstfragmenten en een welka duidelijke Nederlandse vertaüJT Achterin is een discografie en praktische informatie opgenomen door Stan Rijven ROTTERDAM Frank Zap pa is en blijft een fenomeen in de popmuziek die met zijn veertien „dienstjaren" nog steeds de veerkracht bezit om te verrassen. Zijn vaste jaarlijkse bezoek aan ons land vond zaterdagavond in de Ahoy- hal plaats waar hij met een opvallen de nieuwe benadering een boelend en afgerond concert gaf. Nieuw was vooral de toegenomen aandacht voor gitaar en syntheziser naast de ver minderde complexiteit en grilligheid die doorgaans de structuur van zijn composities kenmerken. Daardoor kregen oude songs een volstrekt nieu we interpretatie mee, terwijl hij bo vendien opvallend veel recent en nog niet eerder uitgebracht werk liet horen. Frank Zappa tijdens een van zijn soli in de Rotterdamse Ahoyhal. Foto Lu r»n Rossen Eigenzinnig Deze nestor van de rock heeft in die veertien jaar een bijna dwangneuroti sche werklust aan de dag gelegd als componist, tekstschrijver, producer en coach van nieuw talent. Per jaar verschenen er gemiddeld twee elpees die weliswaar wisselend van kwaliteit waren, maar die steeds eigenzinnige en soms briljante muziek lieten ho ren, die moeilijk toegankelijk was voor de doorsnee luisteraar Zijn eigen aandeel was deze keer aan zienlijk groter dan vorig jaar, aange zien hij zich steeds meer als sologita rist profileert. De Zappa-nieuwe stijl had deze keer geen percussionisten meegenomen en gekozen voor een kleine band, die met Zappiaanse dis cipline hecht en op hoog niveau musi ceerde. Gitarist/zanger Ike Willis en toetsen man Tommy Mars waren de enige oudgedienden. De extra gitarist Ray White bleek ook in vocaal opzicht een goede aanwinst te zijn. Met Willis nam hij het grootste gedeelte van de zang voor zijn rekening. Bassist Ar thur Barrow en drummer David Lo geman completeerden de begeleiders die verschillende malen met Zappa als dirigent een orkestrale kracht aan de dag legden. Verfrissend In EZ Meat kwam dat nog het sterkst naar voren toen het synthezlserspel van Mars symfonische vormen aan nam en het leek alsof de groep ELO gepersifleerd werd. Het gat dat geval len was door het achterwege laten van percussie-Instrumenten werd ge- ADVERTENTIE door Adr. Hager DEN HAAG „Mijn liefste wens is dat men mijn muziek nog eens op straat zal flui ten." Deze wens van de com ponist Arnold Schönberg is tot nog toe niet uitgekomen. Voor wat betreft zijn hels moeilijke vioolconcert zal dat ook wel nooit gebeuren. Het is niet het eerste concert dat onspeelbaar wordt genoemd (denk aan Brahms), doch Schönberg maakt Speciaal vandaag Het Narrenfeest. Tijdens de vier vorige Festivals of Fools heeft de Israëlische filmer Jaques Katmor de bonte ge beurtenissen van dit interna tionale theatergebeuren ge volgd en een film gemaakt die nu, aan de vooravond van het vijfde Narrenfeest, een voor proefje geeft van wat de geluk kige, vrolijke, dwaze en vrije mensen te bieden hebben. Ned. I 21.55 uur Brandpunt besteedt aan dacht aan de toeneming van het binnenlands toerisme en de prijs van zo'n vakantie. Verder een voorbeschouwing van de Europacup-finale Ham burger SV-Nottingham Forest, woensdag in Madrid. Ned 2 21.30 uur De erfgenamen van meneer pastoor. Documentaire van Dolf Reijmers over katholiek Nederland. De belangstelling voor het priesterschap loopt sterk achteruit, maar gaat het werk van meneer pastoor toch gewoon door? Ned 2 22.05 uur het de vertolker inderdaad ongeloof lijk moeilijk. Dat het echter wel kan worden ge speeld. bewees Jaring Walta, de con certmeester van het Residentie-or kest in het laatste keuzeconcert van dit seizoen. Hij deed dit huzarenstuk je voor de tweede keer, de eerste keer had vorig jaar juni plaats in de serie Vanuit Schönberg. Dit concert stond trouwens geheel in het teken van de „Vanuit."-series met werken van Schönberg, Webern en Janacek, drie geslaagde projecten. Jaring Walta, ditmaal begeleid door de komende vaste dirigent Hans Vonk. werd terecht beloond met een ovatie. Hij bewees de materie van Schönbergs concert volledig te be heersen, zijn weergave was magis traal. Subtiel was de verklanking van de nog altijd indrukwekkende Fünf Or- chesterstücke van Webern. Muziek die eindigt nauwelijks nadat het is begonnen, nauwelijks-ook hoorbaar. Taras Bulbas. de kozakkenhoofd- man, is de centrale figuur in de gelijk namige Slavische rapsodie naar Go gol van Janacek. Er kleefden schoon heidsfoutjes aan de uitvoering en Hans Vonk wist een kennelijk ver moeid orkest niet meer te inspireren tot een prestatie van niveau. Meer een kijk- dan een luisterspel is het slagwerkconcert Third Construc tion uit 1941 van John Cage (de First en Second Construction dateren res pectievelijk uit 1939 en 1940 en zijn onderdelen van een uitgebreid oeuvre voor slagwerk). Alles wat maar iets met slagwerk te maken heeft, stond nu uitgestald. Frank van der Kraan en zijn medewerkers maakten van dit stuk een spectaculair gebeuren. Tijdens het concert kreeg Pleter Veens tra, artistiek directeur van het Haagse orkest, uit handen van de Tsjechische ambassadeur namens het ministerie van cultuur van zijn land de Janacek-medaille. Het is een onderscheiding uit erkentelijkheid voor de verbreiding van Janaceks muziek. Het afgelopen Jaar verschenen Sheik Yerbouty en het drieluik Joe's Gara ge waarmee hij een breder publiek wist te bereiken, vermoedelijk we gens zijn beter in het gehoor liggende werkwijze Zodoende was de Ahoyhal niet alleen uitverkocht maar vooral gevuld met jonge bezoekers die een bijna twee uur durend concert uit één stuk kre gen voorgeschoteld. Hoog niveau Zonder adempauze vloeiden de num mers in elkaar over, slechts tussen de toegiften door mocht de zaal applau disseren. Het had er dan ook alle schijn van dat Zappa puur gefixeerd was op de perfecte uitvoering van zijn platen; betrokkenheid bij een zaal blijkt voor hem een nutteloze bezig heid te zijn. door W. H. Wolvekamp ROTTERDAM Het is op merkelijk hoeveel Jonge musi ci zich de laatste tijd, soms zelfs na een reeds geslaagde carrière als instrumentalist, met groot succes gaan toeleg gen op orkestdirectie. Tot de vele jeugdige dirigenten, die thans de aandacht vragen, behoort Michael Tilson Thomas, stammend uit een Oosteuropese familie. Zijn benoeming in 1969 tot assistent-diri gent van het Boston Symfonisch Or kest vormde de opmaat tot een snel en spectaculair succes als orkestlei der. Twee jaar later volgde hij Bern stein op als dirigent van de .Young People's Concerts". Deze Jonge Amerikaan heeft onlangs in ons land concerten geleid van het Residentie-orkest, het Radio Filhar monisch Orkest en het Concertge bouworkest Met het tweede concert in de Beethoven-cyclus, die deze maand in de Doelen wordt gegeven, maakte hij vrijdag zijn Rotterdams debuut. Het programma vermeldde onder andere de 2e Leonore-ouvertu- re en de zevende symfonie. Wie Michael Tilson Thomas Beetho- vens zevende symfonie heeft zien diri geren, denkt onwillekeurig aan de door Eduard Hanslick in zijn boekje „Vom Musikalisch-Schönen" gebe zigde uitdrukking „Tönend bewegte Formen". Want inderdaad, het visue le beeld van deze uiterst beweeglijke dirigent klopte deze avond geheel met het klinkend resultaat van de uitvoering. In een lange reeks jaren hebben wij veel voortreffelijke reproducties ge hoord van Beethovens zevende sym fonie. maar zelden kwam het vulca- nisch element in het bijzonder in de laatste twee delen van deze symfonie, zo levensecht en overtuigend over. Daar had de dirigent geen partituur voor nodig. Het uit het hoofd dirige ren was hier de natuurlijkste zaak van de wereld. Deze wijze van dirigeren sloten grote accuratesse en souplesse bij de weer gave van de muziek niet uit. Wel moet hier eerlijkheidshalve aan worden toegevoegd dat Thomas in zekere zin het bed gespreid vond. Want het is juist deze zevende symfonie die in een vrij recent verleden door het RPhO onder voortreffelijke dirigen ten vaak ten gehore werd gebracht Murray Perahia Voor de pauze gaf de in 1947 te New d Ignace Schretlen: Voor elk wota, een gevoel, uitgegeven door Hai pa kijn te Westbroek, 96 pag., geil q( streerd, prijs 14,90. br dicht met de gitaren en de synthesi zer waardoor de medley van „You didn't try to call me" en „I ain't got no heart" van Freak Out een geheel nieuwe versie kreeg. Voor het overige werd voornamelijk geput uit recent en splinternieuw ma teriaal zoals Pick me en I don't wan na get drafted, een heel verfrissende aanpak die in vergelijking met vroe ger relatief commerciëler genoemd mag worden. De lange gitaarsolo's deden af en toe vlak aan, hoewel hij in The Illinois Bandit veel goed maakte. Nogal on begrijpelijk was het schaarse gebruik van dia's die viermaal geprojecteerd werden kis visuele ondersteuning maar voor de rest geheel achterwege bleven. De drukke, continue wisse lende lichtshow had minder overda dig gemogen bij dit concert, dat qua geluid voorbeeldig helder en uitgeba lanceerd klonk. Zappa weet nog steeds te boeien, zij het dat hij moet waken voor een te mechanische uitvoering van zijn werk waarin perfectie het van de emotie wint. ADVERTENTIE I ctfvB geïmporteerd door koopmans bruinier b v v amsterdam Vredeman de Vries I Poolse kerk gevondi J Van onze kunstredactie GDANSK Een schilderij ln katholieke kerk in de noord-Poe havenstad Gdansk, waarvan de i ker totnogtoe onbekend was, i worden toegeschreven aan de Ned landse meester Hans Vredeman Vries. Tot deze conclusie is een gn van Poolse experts gekomen die schilderij, getiteld De Kruisiging een schoonmaakbeurt aan een ni re inspectie hebben onderworpen Op het schilderij staat onderop I jaartal 1597 te lezen. i Vredeman de Vries leefde van tot 1604. In de periode van 1592 1595 moet hij onder meer in Gdai (het vroegere Dantzig) hebt gewerkt. AMSTERDAM Door een stand is het artikel van onze red teur Jan van Galen over het Bri omroepbestel van zaterdag jl. fou: in de krant gekomen. In het arti dat op pagina 13 stond, volgden ni tussenkop Structuur, de hoofdst ken Pay Television. Channel 4. O promts. Regio Londen, Concurren Minder winst. TV bij het ontbijt Voorbeeld. De juiste volgorde van de hoofdst ken na de inleiding moet zijn: Geni tijd, Structuur, Regio Londen, 0 currentie, Minder winst, Pay tell sion, Channel 4, Compromis. TV het ontbijt en Voorbeeld. Het ontbreken van een chronoK sche volgorde is ten koste gegaan' de duidelijkheid van het artikel. 01 excuses daarvoor. York geboren pianist Murray Perahia een auditie van het in 1794/5 gecom poneerde planoconcert in Bes (in chronologische volgorde van ont staan het eerste). Dit minst uitgevoerde van Beetho vens vijf pianoconcerten kwam op verzoek van de solist in plaats van het oorspronkelijk aangekondigde derde concert in c kl. Reeds verschil lende malen trad Perahia bij het RPhO op. Ook nu weer onderscheid- •de zijn spel zich door grote levendig heid, scherp geprofileerde ritmiek en een opvallend spaarzaam pedaal ge bruik. Philips en de wetenschap, vefli van een onderzoek naar relaties t sen universitaire en industriële n arch in de vaste stof fysica door projectgroep Wetenschap en San* leving aan de centrale interfacult van de Universiteit van Amsterd» Ultg. SUA, Amsterdam. 191 blz. 18.90. Het bonten hoofd, H. Koek* schrijft over oorlog en vrijheid, o leving en vernietiging. Uitg. BnS Utrecht. 141 blz. geen prijsopgs' Onderweg, roman van J. Feenst Uitg. Scribae, Antwerpen. 472 btt ƒ49.95.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 4