De succesformule: muziektheater Boulez ontvouwt plooi voor plooi JOHANNUS JOHANNUS ORGELS JOHANNUS ORGELS JOHANNUS ORGELS JOHANNUS ORGELS ~mT ii i i""~ i'TT*a TROUW/KWARTET P 17 RHS 19 TfNSDAG 21 MEI 19B0 door Louwrens Langevoort Jrwijl de muziekwe- sr U bijna op zijn kop aat wanneer Pierre oulez als dirigent aan it werk is, toont die ereld zich duidelijk inder enthousiast anneer diezelfde Pier- Boulez als compo- it werkzaam is. In it Holland Festival is ilukkig veel aandacht r deze eigenzinnige Msman. it was al het geval In het illand Festival 1962 toen t orkest van de Südwest- a uit Baden-Baden onder ■ling van Boulez zei! de hplete Pli selon pli uit- orde in het Concertge- Jyw. wat een langdurig en - tousiast applaus ople- rde. 'aar verzorgt het Con- «bouworkest een inte- 2le uitvoering van Pli, ge- d door een leerling van lulez, Michale Tabachnik, "el op 21 juni in Den Haag, 5 °P 22 juni in Amsterdam. Radio Kamer Orkest 11 op 18 juni in Utrecht «t en Domaines horen. Boulez werd geboren in 1925 in het provinciestadje Mont- brison. Tot zijn zeventiende was hij een verwoed pianist die alle muziek alleen thuis aan zijn instrument door nam, want gelegenheid voor concertbezoek was er buiten Parijs toen nog nauwelijks. Hij studeerde wiskunde, wat hij echter opgal om zich vol ledig aan de muziek te wij den. In eerste instantie werd hij echter geweigerd aan het Parijse Conservatorium. Afgezworen Twee jaar later, als leerling van René Leibowitz, kwam hij in contact met de twintig- ste-eeuwse componisten, met name Schönberg en zijn school. De symfonie op. 21 van Webern en Lulu van Berg waren de werken die op Boulez diepe indruk maak ten. Leibowitz predikte een herziene opvatting van Schönberg's twaalftoonssys- teem, maar zijn leerling Bou lez zweerde dat systeem hele maal af. „Om na deze compo nisten nog iets te kunnen toevoegen aan de muziek, moet je die voorgaande gene ratie juist vergeten" of nog duidelijker: „Verbrand, wat je bewondert". Pierre Boulez zoals hij tijdens het Holland Festival 1962 zelf Boulez ging een eigen weg, liet zich niet leiden langs ge baande wegen. Hij is een al lesbehalve gemakkelijke componist. De luisteraar zal zich niet gauw betrokken voelen bij de compositie. Achter een klanken-fa?ade gaat een hyper-intellectualis tische structuur schuil. Ia „Pil selon pli" (gecompo neerd rond 1960) wordt „vouw na vouw" oftewel stukje bij beetje Mallarmé onthuld. Heel bewust koos Boulez de Franse dichter Stéphane Mallarmé omdat die „verder gaat dan een puur symbolisme. Bovendien kondigt zich in het werk van Mallarmé een kunstvorm aan die zich ontdaan heeft van banale uitingsvormen en door reinheid vèn materiaal en wetmatigheden een orde zijn Pli selon pli dirigeerde lijk universum creéert". In die uitingsvormen werd wel een verband gelegd met de door Boulez zeer bewonderde Debussy die ook op teksten van Mallarmé componeerde. Illustratief is Boulez' eigen visie op Debussy's opera „Pelléas et Mélisande". In zijn eigen woorden: „Hier is sprake van een conflict tus sen personages, geen vaag symbolisme." Boulez verdoe zelt in zijn vertolkingen van Pélléas het orkest dan ook niet in een impressionisti sche grauwsluier, maar roept directe klanken op en laat fel en expressief zingen. RuigE== Zo ook moet Pli selon pli klinken: ruig en direct. Wat niet wegneemt, dat Boulez' muziek best mag betoveren zoals In de drie improvisaties waarin de sopraansolo een sonnet van Mallarmé ten ge hore brengt Boulez had indertijd geen trek in een pianistische car rière omdat hij een hekel had aan Interpreteren. Als diri gent wil hij evenmin inter preteren; hij wil scheppen. In eigen werk bedeelt hij de mu sici vaak een scheppende taak toe. Zoals in .Eclats", waar de dirigent slechts een coördinerende functie heeft tussen een aantal instrumen talisten die vrij zijn te doen met datgene wat de compo nist hun geeft. In deze figu ren en de uitvoering daarvan schuilt een. mobiliteit, een toevalsfactor, ook wel alëató- tiek genaamd, maar gebruikt in een zeer beheerste mate. Opus 6 Dpus18N zijn leverbaar in verschillende modellen voor huiskamer, concertzaal en kerk, met de mogelijkheid tot een 30-jarig onderhoudsabonnement. Opus 20 Opus 60N zijn inmiddels wereldvermaard vanwege hun klank en speelmogelijkheden. :'i Opus 15 N zijn volledig getransistoriseerd, niet gevoelig voor temperatuur en vocht, stemming behoudend en behoeven vrijwel geen onderhoud. zijn verkrijgbaar bij ruim 70 dealers in Nederland, vanaf 7950.— Vraagt vrijblijvend alle inlichtingen bij: JOHANNUS Orgelbouw b.v. Morsestraat 28, 6716 AH EDE Telefoon 08380-19148* door Frans Straatman ongekende hoe- "eelheid aan opera en luziektheater; dertien nidukties om precies e zijn. Dat is de eerste ndruk voor wie bla- ert in het programma- "iveraicht met alle cul- irele lekkernijen die et Holland Festival It jaar te bieden heeft, ig treffender: twaalf lukties zijn speci- voor het festival op- t, waarvan zes i tot de categorie lidpremière loren. met een mengeling van jstalgie en nieuwsgierig- leid de programma-boekjes orkijkt voor de festivals i 1970 tot en met 1979, jjrlct op dat ln die zo nega- jf beoordeelde jaren zeven- l het muziektheater opval- ïde stimulansen heeft ge- jen vanuit ons jaarlijkse astfeest. blijkt heel wat kennis en ng opgedaan en een dltie opgebouwd. Dat fclt bet Holland Festival a het begin van de tachti- t jaren in staat zo uitbun- lg een kunstvorm te presen ten die artiesten bij elkaar sngt uit diverse hoeken lonisten, toneelmakers, ■ografen, muziekensem- i van diverse pluimage, akers in algemene l en al dan niet weten- ippelijke schatgravers). ste maal=== woordje „muziekthea- r" dook voor het eerst op in et programmaboekje van 71, ten dienste van een bui- ngewoon levendige show Ier onderdrukking, verzet I hoop op betere tijden in tijns-Amerika, getiteld Es- ranza (tekst Mies Bou- ys, muziek Bernard van urden, Theo Loevendie). ngekondigd als „jongeren iziektheater" omdat Espe- nza voornamelijk door jon- ren werd uitgevoerd en ikte op de belangstelling jong publiek. Het blijft erkwaardig dat dit aanste- lijke en succesvolle begin theater voor en door jon- ren pas in dit festival een rvolg krijgt met de pro- iktie van Vertrouw nooit trol, „een opera voor kin- iren (en hun ouders!)" zoals programmaboekje aan- indigt. werkstuk van de Engels- lan Peter Maxwell Davies irdt uit- en opgevoerd door iigdkoren, het Hofstad ugd Orkest, tienersolisten, geheel onder leiding van jeugdig ogende volwas- een (Lukas Vis, Lex Veelo, igenten en Henk Votel re- Te zien in Amsterdam 2), Den Haag (4), Eindho- (5) en Rotterdam (8 juni). iperanza was beslist niet eerste produkt in het ïwelijks te omschrijven links regisseuse Anne Marie Prins, midden de sopraan Marjanne Blok. Repetitiescène van De Aap: genre muziektheater. In 1966 bracht het festival het legen darische Labyrinth. Dat combineerde al van alles: muziek van Peter Schat, die ook het geheel ontwierp, to neel (onder andere Ank van der Moer en Ko van Dijk), opera, moderne dans (Koert Stuyf), koorddans, cabaret. Maar men wist dit nieuwe genre nog niet zo goed te benoemen; de ondertitel luidde dan ook: „een soort opera". Dolle avond ==s== Vrijwel alle grootheden die in het komende festival de aan dacht trekken als maker, vormgever of uitvoerder, hebben in de festivals der jaren zeventig hun opwach ting gemaakt en bleven op vallend terugkomen. Met name 1972 was een uiterst vruchtbaar jaar. Peter Max well Davies vertoonde toen met een Engelse groep The fires of London zijn grillige verbeeldingen over de mid deleeuwen. Willen Breuker brak toen samen met Lode- wijk de Boer en vele anderen de tent af in de komische opera Kain en Abel. En aan gezien Willem nog steeds niet uitgeraasd is, kan de produk- tie Boven Drijven van hem en zijn collectief best weer een dolle avond worden. Dat Breuker zich daarbij voor het eerst in traditionele theaterruimtes begeeft als de Amsterdamse Stadsschouw burg, versterkt het vermoe den. (In Amsterdam op 11, 13.14. 16 en 17 juni, verder in Rotterdam, Groningen, Win schoten, Middelburg en Utrecht). In 1972 stak Peter Schat fel getuigend zijn vinger uit: To you, een cantate, met een heel afwijkend samengesteld ensemble waarin veel gita ren, als protest tegen de Am sterdamse officier van justi tie die in de zomermaanden van 1971 instrumenten (meestal gitaren) in beslag liet nemen van de talloze hip- pie-achtige jongeren die ln straten en parken lekker mu ziek zaten te maken. Voor het festival 1980 heeft Schat zijn fantasie laten vlin deren in een oud-Chinees beeldverhaal dat gedanst, gezongen, geacteerd wordt onder de titel Aap verslaat de knekelgeest. Afitnftfil Dat festival van 1972 leverde niet alleen opvallend veel nieuwe stukken op, maar ook een nieuwe benaming voor het genre: actueel muziek theater. Behalve naar nieuwe uitdrukkingsmoge lij kheden en vormen, zochten enkele kunstenaars heel bewust naar nieuw publiek. Dat zou men vinden door buiten de geheiligde schouwburgen te gaan optreden, dacht men toen. Peter Schat ging het verst met de ballontent en openluchtpodium, ontwik keld door zijn groep Amster dams Elektrisch Circus. Enkele jaren achtereen werd dit buitengebeuren opge steld in het Amsterdamse Vondelpark, al of niet met tegenwerking van de autori teiten. In dat park (net zo'n magisch plekje in alterna tief-cultureel Amsterdam als Theater Carré) kwam wel de vaste parochie van Peter Schat opdraven plus wat 'nieuwsgierigen die toch ook net hun hondje moesten uit laten, maar in parken en lust hoven in andere stadsdelen waren de buurtbewoners met geen stokken uit hun huizen te slaan. Dag nieuw publiek! Maar Peter Schat liet zich niet uit het veld slaan, sloot een historisch compromis door het ooit verguisde Con certgebouworkest om de hals te vallen en combineerde dit ensemble met de Nederland se Opera Stichting voor de opvoering van zijn circusope ra Houdini. In Theater Carré en buiten het Festival! Het nieuwe publiek stroomde vanzelf toe. Roodwitte tent Eigenlijk had Peter Schats nieuwste creatie ook in Carré moeten gaan, maar het wordt, hoe passend symbo lisch, een prachtige rood-wit- te tent opgesteld in de para dijselijk mooie stadskweke- rij van Amsterdam, achter het landgoed Frankendael aan de Middenweg (7 t.m. 22 juni). Eddy Habbema stapte ook in 1972 het festival binnen, als één van de samenstellers/re gisseurs van een spektakei tje over het Einde, getiteld Apocalyps. Als toneelregis seur bij Toneelgroep Cen trum, later free-lance) bleek hij veel gevoel te hebben voor vormen met muziek; er ontstond een uiterst vrucht baar contact met een pro- duktiegroepje van Utrechtse studenten, waarin de huidige festivaldirecteur Frans de Ruiter, de motor was. Via spectaculaire produkties met middeleeuwse en vroeg- barokke stukken als De won deren van Sint Nicolaas (1973), Eumelio (1974) en See- lewig (1975) ontstond er een team van geestverwanten; heel belangrijk daarin de Antwerpse decor- en kos tuumontwerper Rudolf Co- rens. Na enkele jaren van stilte (er moest worden afge studeerd en er was geen geld), verzorgde dezelfde groep, maar nu toch profes sioneler in de uitvoering, vo rig festival zowel een barok- avond als een nostalgische terugblik op de roerige jaren twintig (Milhaud, Satie). Met kippen= Dit jaar mag Habbema de middeleeuwen laten herle ven in een spektakel dat zich gaat afspelen in verschillen de zalen en op het binnen plein van het Muiderslot (6 t.m. 14 Juni). Het jaartal 1280 is daarbij de verbindende factor, want toen werd naar alle waarschijnlijkheid het Muiderslot gebouwd, terwijl honderden kilometers zuide lijker (ln het thans noord- franse stadje Arras, ook wel bekend als Atrecht) ene Adam de la Halle een spel schreef met muziek erbij over de herder Robin en zijn liefje Marion. Een liefdesge- schiedenisje, waarin ook een ridder interveniëert. Kippen en schapen, kleding en mu ziek, licht en geluid, met alle middelen wil Habbema die tijd laten herleven. Maar het zal zeker niet zo dol worden als we kunnen ver wachten op de openings avond van 1 juni die Wim T. Schippers (cola-flesje in zee gieten, kerstboom in de zo mer op het Leidseplein, Hoe- pla-Haché-Servet-Van Oekel op tv, enz. enz.) mag vullen met zijn visie op het muziek theater in Elly of het beroem de stuk. Om Schippers' regis seur, manager en profeet Gied Jaspers te citeren: „Er moet eens een verse golf in het Holland Festival." In ieder geval staat de VPRO achter Jacques Plafond, ali as Wim Schippers, die zijn one-man-show met gebruik van vele mensen op 1 juni drie uur lang over het Neder landse volk laat stromen. Een vloedgolf? In ieder geval ligt de volgen de dag de lp van het gebeu ren bij uw winkelier. Want kunst is een big deal en mu ziektheater de succesformule die overal en in talloze com binaties kan worden ge bruikt om het hooggeëerd publiek te kietelen en te strelen. En nog meera== En dan hebben we nog ge zwegen van een opera over Thijl Uilenspiegel (van Jan van Gilse) die veertig jaar na ontstaan in wereldpremière gaat; over een collage van stuk ken uit tien opera's van HSndel; over de Omgekeerde we reld van Christian von Gluck in concertuitvoering door het Nederlands Kamerorkest; over Le Testament de Vil lon, op noten en woorden van de literator Ezra Pound; over ABCDEFG, of hoe het toegaat in landen waar lastige mensen in een psychi atrische inrichting terecht komen (tekst Tom Stoppard, muziek André Previn, uitvoe renden RO Theater en Rot terdams Philharmonisch Orkest); over Michaëls Jeugd en Terugkeer door de ogen en oren van muziekmagiër Karl- Heinz Stockhausen (eenma lig èn wereldpremière 14 juni in Amsterdam); over De Toekomst gaat het helemaal maken van Bram Vermeulen (de geschei den helft van Freek); en over een overjarige schoonheid, gekocht van de Keulse opera: Die Zauberflö- te van Mozart (alleen in Den Haag, 20 en 21 juni). Het doek gaat op.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 19