n
Boerin doet meer dan boer
Tekening van een lezer
\rouw Commentaar
elngehuwde in nadeel bij
jziging successiewet'
Ramen gelapt.
SPIERPIJN!
grote behoefte aan 'liefdespil'
een nieuwe coupe voor beatrix
i, ibetrachting (1)
betrachting (2)
Zij werkt mee op het bedrijf - hij steekt in de huishouding geen hand uit
'Is er koffie?
O nee? Dan kom ik
straks terug
icriminatie gesignaleerd
ïke
)DAG 18 APRIL 198»
BINNENLAND
TROUW/KWARTET
5
n werk
ig is.
:e biji
Zij w
?derli
dt oi
a
m k
VI
vert
vert
het
die
i," hel
iel dari
het
anda;
per
te ku
tot
1250
j aal
t de
w «1
ns een klassiek, in de journa-
circulerend verhaal zijn er
ingrediënten, waarmee je al-
belangstellende lezers kunt
;en: relegie, koningshuizen,
en mysteriën. Een wat cynisch
maar het zal wel kloppen
op deze vier componenten
televisiefilm „De dood van
prinses" van de Britse filmer
lony Thomas gebouwd en de
igstelling daardoor zal toe
ren, mede dankzij het voorbe-
nd publiciteitswerk van Wie-
Van Agt en Smit-Kroes
isdagavond ongehoord groot
geweest.
r, al gaat dan een klassieke
op het zal ook heel wat
irlanders bij het trage voort
elen van het omstreden pro-
wel op dezelfde manier ver
zijn. Was dat nu alles? Was
werkelijk nodig dat omwille
leze beelden zulke recht ho-
•ele en excellente mensen als
Carrington en Van Agt zich
in het stof wierpen om achter
op. bij voorbaat, zich te ver-
iuldigen over wat de heer
las had gewrocht?
hien zien de wèl geschokten
hierboven weergegeven ver-
een nieuwe uiting van onbe-
[want om te begrijpen moet je
f lijk erg ver gaan; een van de
okten meende later tijdens
levisiediscussie zelfs te mogen
[reren dat de CIA of de zio-
i erachter zaten). Toch moet
logelijk zijn vanuit die verba-
pver zoveel lawaai om niets.
te komen tot een andere interpre
tatie van de film. Laurens ten Cate
gaf tijdens diezelfde televisiedis
cussie al aan, dat je met evenveel
recht de film kunt zien als een
illustratie van de manier waarop
een journalist te werk kan gaan om
te achterhalen hoe bepaalde feiten
zich hebben afgespeeld en hoe het
totaalbeeld is. Dan verdwijnen de
prinses en haar minnaar helemaal
naar de achtergrond. Dan wordt
ook de onderzoekende journalist
de hoofdpersoon en worden alle
onzekerheden die hij ontmoet en
niet ontrafelen kan, het centrale
gegeven.
Als je op dat spoor van Ten Cate
doorgaat en heus, dat is niet te
ver gezocht; dat mag ieder zonder
journalistieke ervaring op zijn en
ons gezag aannemen dan ont
staat er voor de Nederlandse kij
ker een beeld hoe dikwijls er in de
journalistiek sprake is en moet zijn
van een ten dele kennen en ten
dele oordelen ook al is er nog zo
diep en zo energiek gegraven. Als
die conclusie na woensdagavond
duidelijker dan ooit is ingeprent
bij televisiekijkers, krantelezers en
journalisten, dan is dat toch nog
een aardig winstpunt.
En tenslotte nog een praktische tip
voor de andere zendgemachtigden
die deze film zullen uitzenden en
verder geen sores willen hebben:
geef het produkt niet de aan een
damesroman herinnerende titel
„De dood van een prinses" mee,
maar kijk eens bij de Kuifje-strips
of daar niet een goeie nieuwe titel
te vinden is.
ijverschijnselen rondom de
ling van de televisiefilm „De
van een prinses" zijn de
van het vermelden waard,
rbaasde mr. J. M. Landré
toe&dagavond de luisteraars naar
MCRV-radio met de medede-
dat en Tros-voorzitter
'n ^et NOS-bestuur te-
erlijkepitzending hadden gestemd,
gebeuijat de Tros uitgaat van het
pe dat geen enkele minder-
;ekwetst mag worden." Dat is
ssant en kan verstrekkende
quenties hebben. De Tros is
bijvoorbeeld de omroep die regel
matig en zelfs met zoiets als en
thousiasme „het theater van de
lach" in de huiskamer brengt
een programma dat zeker als kwet
send mag worden beschouwd voor
mensen met een goede smaak.
Misschien kan daarom in de vol
gende vergadering van het Tros-
bestuur de vraag onder ogen wor
den gezien of men uitgaande van
het door Landré geformuleerde
principe niet moet werken aan de
liquidatie van de Tros.
gen eePs deze vereniging kent de nieu-
ondanks wijzigingen, toch nog
en rzwaring van de belastingdruk
terwijl die druk
kritieifhitig procent afneemt voor ge-
n.
overlijden van een echtgenoot
jijolgens het COC, een gezamen-
cjrmogen van maximaal 700.000
worden vrijgesteld- van suc-
,ijechten. Niet-gehuwde samen-
Ie partners vallen echter al
de successieheffing, wanneer
gezamenlijk vermogen van
lan 200.000 gulden hebben,
et meerdere worden zij, vol-
it COC. bovendien aanzienlijk
er belast dan gehuwden.
et-gehuwden wordt bovendien
door Clsca Dresselhuys
WAGENINGEN Boerinnen werken harder dan boeren. De
gemiddelde boerin op een veehouderij werkt 77 uur per week,
haar man „maar" zeventig. Dat de vrouwen op de boerderij
langere werkweken maken dan hun mannen, komt doordat zij
een dubbele taak hebben: zij draaien namelijk op voor het
hele huishouden en voor een deel van het werk op de boerde
rij, terwijl hun mannen alleen maar op het bedrijf werken.
Boeren blijken in de huishouding nauwelijks een hand uit te
steken. Dat hoeft ook niet, zeggen hun vrouwen, want ze
werken immers zo hard! Boerinnen werken gemiddeld onge
veer 27 uur per week in het bedrijf, de rest vijftig uur
werken ze in de huishouding.
Gezien deze fikse werkweken, zou je
denken, dat zowel de boerinnen als
hun mannen wel een hoge dunk van
haar werk zouden hebben, maar niets
is minder waar. Het werk van de
vrouwen wordt erg ondergewaar
deerd, zowel door de mannen als door
de boerinnen zelf. Ze praten er voor
namelijk over in verkleinwoordjes:
,,Ik help eventjes mee, ik knap wat
klusjes op voor m'n man, anders
komt hij niet klaar, ik loop wat rond
te frunniken in de stal."
Toen dertig boerinnen uit verschil
lende delen van het land op verzoek
van een groep vrouwelijke studenten
van de Landbouwhogeschool in Wa-
geningen (de zogenaamde Boerinnen-
groep) eens een weeklang precies hun
werktijden bijhielden, waren ze zelf
het meest verbaasd van de lange
werkweken, die ze bleken te maken.
Dat hadden ze duidelijk niet ver
wacht. „Ik heb de eerste dag naar die
cijfers zitten kijken en ik dacht: 'dat
kan nooit'. Ik had altijd gedacht, dat
ik veel minder deed. Je hebt er geen
erg in, Je doet het gewoon. Een hele
boel dingen reken je niet mee."
Na de verbazing, kwam de voldoe
ning, dat ze toch heel wat meer blij
ken te doen, dan ze zelf, maar ook
hun mannen denken. „Wat ik op de
boerderij doe, valt me mee. Ik dacht
eigenlijk dat het minder was. Ik vind,
dat ik toch aardig wat voor mijn man
doe." Een vrouw vertelde trots, dat
haar man, na het zien van haar werk-
lijst, gezegd had, dat ze voorlopig
maar niet weg moest lopen, omdat ze
toch wel erg veel deed.
De drie vrouwen van de Boerinnen-
groep, die dit onderzoek gedaan heb
ben, Connie Valkhoff, Trudy Loeffen
en Maria Litjens vinden het best leuk,
dat er zulke duidelijke gegevens uit
naar voren kwamen, ook al waarschu
wen ze ervoor dat hun gegevens maar
van dertig boerinnen afkomstig zijn.
Overigens hebben ze wel gezorgd
voor een spreiding over het land en
een naar leeftijd. Hun onderzoek was
eigenlijk een V2n de eerste naai het
leven en werken van Nederlandse
boerinnen.
„Er is altijd van alles onderzocht over
boeren, hun werktijden, hun proble
men en zo voort. Maar met boerinnen
heeft eigenlijk nog nooit iemand zich
speciaal beziggehouden; die hingen
er maar voor spek en bonen bij. Ook
hier in Wageningen is nooit veel aan
dacht aan boerinnen geschonken.
Toen hier steeds meer meisjes gingen
studeren, veranderde dat. In 1978
hebben we naast de bestaande boe
rengroep een boerinnengroep opge
richt. Met die groep willen we speci
aal aandacht gaan besteden aan de
positie van de boerin," vertelt Connie
Valkhoff.
Naast het onderzoek „Achter gaat
voor" (waar „achter" staat voor het
boerenbedrijf) heeft de Boerinnen-
groep onlangs een documentaire film
gemaakt over het leven van Neder
landse boerinnen. Deze film „Als je
met een boer trouwt" wordt op het
ogenblik op verscheidene plaatsen in
het land op aanvraag vertoond.
Vanzelfsprekend
Wat de onderzoeksters vooral opviel
in hun gesprekken met de boerinnen,
was het feit, dat alle vrouwen het
vanzelfsprekend vinden, dat zij door
hun huwelijk met een boer, ingescha
keld worden bij het boerenwerk. En
dat terwijl daarover voor het huwe
lijk vrijwel nooit gesproken is en het
meisje uiteindelijk met de jongen ge
trouwd is om hemzelf en niet om het
feit, dat hij een boer is. Nu blijken
veel boerinnen van afkomst boeren
dochters te zijn, zodat ze natuurlijk
wel enigszins op de hoogte waren van
het leven op een boerderij en ze ook
vaak aan him moeders wel gezien
hebben, wat het betekent om met een
boer te trouwen.
„Je weet wat Je te doen staat en waar
je voor komt te staan" drukte een van
de ondervraagde boerinnen het nuch
ter uit. Ook kwamen er vaak opmer
kingen als „het is nu eenmaal zo", of
„er zit niets anders op". Eén boerin
zei: „Ik had altijd gedacht, dat ik
niets hoefde te doen op het bedrijf.
En dat is ook zo: ik mag meehelpen,
het hoeft niet" (maar inmiddels werkt
ze per week wel 44 uur mee op het
bedrijf en zou het zonder haar hulp
beslist niet gaan).
Broodnodig
Dat hun hulp broodnodig is, beseffen
de meeste boerinnen zeer goed. Zij
zijn tenslotte degenen, die dagelijks
met het geld omgaan en weten dat ze
zich beslist geen knecht kunnen per
mitteren. Daardoor is er ook nauwe
lijks sprake van een keuze van de
boerinnen om mee te werken: ze moe
ten gewoon, omdat er te veel werk is
voor één persoon en te weinig geld
voor een betaalde kracht.
Wanneer de vrouwen gevraagd werd,
waarom ze meewerken op het bedrijf,
zeggen ze dan ook allemaal dat het
nodig is, doordat er te veel werk is
voor hun man alleen. Veel vrouwen
fean-l
e leeTERDAM (ANP) Het bij de Tweede Kamer ingediende
bedo#ntwerp met betrekking tot de wijziging van de succes-
in Pift, waarin onder andere de belasting op erfenissen wordt
in Saield, is discriminerend voor niet-gehuwde samenwonen-
i een in alleenstaanden. Dit is het oordeel van de Nederlandse
parnjiiging tot Integratie van Homoseksualiteit COC over het
Dntwerp.
Tekeningen, bij voorkeur in liggend for
maat, sturen aan Trouw, jury politieke
prent, postbus 859, 1000 AW Amster
dam. Naam en adres aan de achterzijde
vermelden. Voor geplaatste prenten is er
een boekenbon.
verlangd dat zij een gemeenschappe
lijke huishouding kunnen aantonen
van minstens vijf jaar, wat voor ge
huwden niet nodig is. Naar het idee
van het COC is dat ronduit belache
lijk, zeker wanneer men bedenkt dat
tegenwoordig een op de vier huwelij
ken op een echtscheiding uitloopt.
Een ander discriminerend element,
dat in het nieuwe wetsontwerp ge
handhaafd wordt, betreft, volgens
het COC een vrijstelling in het schen
kingsrecht. Ouders kunnen kinderen
bij hun huwelijk 25.000 gulden schen
ken. zonder dat daar belastingen over
betaald moet worden. Dergelijke
schenkingen kunnen ouders niet
doen althans niet zonder belasting
plicht aan kinderen, die gaan sa
menwonen.
zeggen er wel bij, dat ze het werk zelf
ook wel leuk vinden.
Wat voor werk doen boerinnen eigen
lijk op het bedrijf? Het voeren van
kalveren en schapen en ander jong
vee, melken en schoonmaken van
melkapparatuur, koeien voeren, stal
schoonmaken, koeien vastzetten, erf
schoonmaken, moestuin verzorgen,
helpen bij bevallingen van koeien,
het zelf afwikkelen van de bevallin
gen van schapen, aardappels rooien
en knollen plukken. Al dit werk doet
de boerin naast haar gewone huls-
houden (de meeste boerderijen heb
ben vier tot acht kamers om schoon
te houden) en de zorg voor het gezin
(alle ondervraagde vrouwen hadden
tussen de twee en vijf kinderen).
Daarnaast zijn er dan nog de zoge
naamde „inspring-taken": dat zijn
onverwachte dingen, waarbij de
vrouw moet helpen.
Achter gaat voor
Als het gaat om een keuze tussen het
werk voor (de huishouding) of hét
werk achter (het bedrijf), gaat „ach
ter" altijd voor. Als het „achter" druk
is, moet „voor" maar blijven liggen.
„Als hij roept, dan moet ik komen.
Dan is er meestal wel iets aan de
hand en dan laat ik maar vallen wat
ik vast heb, als het tenminste niet
kapot kan vallen."
Dat de huishouding alleen al erg veel
tijd vraagt, is duidelijk als je de
grootte van de huizen en de gezinnen
bekijkt. Bovendien vergt bij voor
beeld het schoonmaken extra veel
tijd, doordat de meeste hulzen oud en
bewerkelijk zijn en ze, doordat ze
tegen het bedrijf aanliggen, heel
gauw weer vuil zijn.
Dat „achter" altijd voor gaat, ook in
financieel opzicht, vinden de meeste
vrouwen wel begrijpelijk, maar toch
ergert het hen wel eens.
„Van het bedrijf moet je ten slotte
leven, dan wacht ik nog wel een jaar
tje met m'n nieuwe vloerbedekking"
zegt een van de boerinnen. „Het be
drijf gaat altijd voor, dat vind ik niet
onlogisch, ten slotte moet je ervan
leven. In het begin accepteerde ik dat
niet zo erg, toen zag ik alles anders.
Hij is misschien ook wel veranderd,
maar hij vindt huishoudelijke dingen
„ergens" maar bijkomstig. Ik moet de
was altijd in de kamer drogen, een
wasdroger dat vindt hij kolder," zegt
een andere boerin. Een ander zegt:
„Ik had een paar jaar geleden ge
spaard voor een nieuwe vloerbedek
king, maar hij moest perse een hooi-
kanon hebben. Dus daar ging m'n
vloerbedekking, dat verdween in het
hooikanon. Als dat altijd voor zou
komen, zou ik wel opspelen, hoor.
Laatst moest hij een mestverspreider
hebben. Toen zei ik: je gaat maar
naar de smid en koopt dat ding, maar
ik weet dat hij ook droogtrommelS
verkoopt, dus dan koop je tegelijker
tijd maar een droogtrommel. Want
als dat allemaal lijen kan. dan kam
het voor mij ook wel eens een keertje
lijen."
Veel vrije tijd hebben boerinnen ze
ker niet. Meestal alleen af en toe een
uurtje tussendoor en 's avonds laat
en zondags, hoewel dan weer sokken
gestopt en versteld wordt. De tijd, die
de vrouwen over hebben, is zo ver
snipperd over de dag, dat ze er niet
veel mee kunnen doen. Daar komt
nog bij dat overdag vrij nemen en iets
voor jezelf doen eigenlijk niet hoort
op een boerderij. „Overdag moet je
altijd werken, geen ontspanning. Dat
is nou eenmaal gewoon, dat mag niet,
dat vinden ze hier gek. Ik zou het wel
willen doen, wat fietsen met iemand,
maar dat gebeurt hier niet." „Vroeger
was ik altijd bang, dat de mensen me
hier zouden zien zitten. Maar die tijd
heb ik nu gehad. Schei maar uit, ik
had de stopkous onder m'n kussen
voor als m'n schoonmoeder bin
nenkwam."
Geen wonder dus dat bijna alle boe
rinnen zeiden, graag eens wat meer.
tijd voor zichzelf te hebben (Onder
zoekster Connie Valkhoff vertelde,
dat ze eigenlijk nog nooit een boerin
is tegengekomen, die niet overspan
nen was geweest).
Uit het feit, dat een boerin zo hard
meewerkt in het bedrijf en nooit
beroerd is, om ook nog eens wat werk
van haar man over te nemen, wan
neer dat moet, zou je denken te ma
gen afleiden, dat de boer op zijn beurt
ook wel eens een handje zal meehel
pen in de huishouding, bij de afwas of
zo. Maar dat is niet waar: boeren doen
nauwelijks iets. of niets in het huis-,
houden, ook niet wanneer hun vrouw
ziek is. „Een boerenman krijg je
slecht aan het huishouden, omdat ze
dat nooit gedaan hebben. Ergens is
het misschien wel verkeerd, maar hij
zal nog geen kopje koffie voor zichzelf
inschenken." „Hij doet heel weinig,
mijn man heeft ook werk zat. Zon
dags af en toe eens afdrogen, maar
heel weinig," vertelt een boerin, die
per week 18 urn langer werkt dan
haar man. „Hij doet helemaal niets in
het huishouden, dat vind ik jammer.
Ook niet met het kind. Toen ik voed
de. kwam hij wel eens binnen om te
vragen of er al koffie was. Dan ging
hij weer weg, iets anders doen en
kwam pas weer terug, als ik klaar was
met voeden. Dan kon ik koffie
zetten."
En ten slotte de boerin, die zegt „hij
hoeft van mij binnen niets te doen,
hij heeft het al zo druk. Dan moet hij
maar lekker gaan zitten koffie drin
ken," terwijl ze zelf zo'n 90 uur in dë
week werkt.
Morgen in Trouw een gesprek met
een boerin over haar leven en
werken.
ADVERTENTIE
Er zijn allerlei manieren om spierpijn
op te lopen. Dat is zó gebeurd.
Gelukkig is er ook een voortreffelijke
manier om er snel weer vanaf te
komen. Inwrijven met Algesal maakt
de spieren los en soepel. Algesal
brandt niet op de huid, geeft geen
vlekken en heeft gelukkig een
heel aangenaam parfum. Zorg dat'
u altijd een tube in huis hebt. Algesal
is uitsluitend verkrijgbaar bij apotheker
en drogist. Lees vooraf de gebruiks
voorschriften. Algesal als bewegen
pijn doet.
en, dial
tg. Def
Meppl
geil
i ovei
keling)
er Gei
teud:
m een]
(229 I
A. de ft
d. Tol
•oman.
Alphi
Een liefdespil. Een ding dat je
maar hoeft in te slikken en aller
ogen zijn op je gericht. Een klein
tabletje, waardoor Je letterlijk
onweerstaanbaar wordt voor de
andere sekse. Dat zou nog eens
wat zijn. En laten we eerlijk we
zen: als ze zo'n pil uitvonden,
zouden mannen er vast net zo
hard om staan te dringen als
vrouwen. Alleen: als je volwassen
bent en een beetje weet wat er in
het leven tot de mogelijkheden
en onmogelijkheden behoort, ge
loof je niet meer in zulke wonder
baarlijkheden. Misschien wel als
je nog een romantische tiener
bent, de ene dag na de andere
hevig verliefd op jan en alleman.
Dat heeft de redactie van „Club",
maandblad voor jonge meisjes,
wel gemerkt. Het blad beloofde
zijn lezeressen al die geweldige
resultaten als ze „Lovdaline"
zouden slikken, een opzienbaren
de vinding, natuurlijk uit Ameri
ka: „Vijf januari 1970 werd in een
laboratorium in Boston een ont
dekking gedaan. Professor
Weichman ontdekte een stof die
't leven van miljoenen mensen
(ook dat van jou!) zou kunnen
veranderen: Lovdaline".
De aankondiging werd gevolgd
door de ongeloofwaardigste „be
wijzen": Joan, een Amerikaans
journaliste, had tien jaar na de
vinding een interview met de
prof. Die had zijn ontdekking wel
op proefdieren geprobeerd („ze
bleken Ineens een enorme aan
trekkingskracht uit te oefenen op
het andere geslacht") maar zou
geweigerd hebben de nieuwe stof
op mensen te testen. Joan kreeg
een beetje Lovdaline, waarvan ze
eerst niet veel merkte. Maar aan
de lunch met de prof begon het:
„Tijdens het voorgerecht keek
hij me langdurig in de ogen. Tij
dens het hoofdgerecht nam hij
mijn hand in zijn hand en na het
toetje probeerde hij me te zoe
nen". Diezelfde avond trachtten
verscheidene wethouders haar te
versieren toen ze de raadsverga
dering moest verslaan, en vrien
den vochten er om wie haar naar
huis mocht brengen. Kort en
goed. na Joans artikel over het
wondermiddel was Amerika niet
meer te houden en werd Lovdali
ne de grote rage. „Club" was de
eerste die 5000 „Llefdespillen"
wist te importeren, en evenveel
lezeressen konden er eentje krij
gen. Het blad heeft een betaalde
oplage van 130.000 exemplaren,
zodat het dringen werd.
Dat stond allemaal, met een foto
van „prof. Weichman" in zijn la
boratorium, in het aprilnummer
van het blad dat al in de tweede
helft van maart bij de abonnees
lag. Geïnteresseerden moesten
een bon invullen, waarop behalve
naam en adres ook hun beweeg
redenen en de verwachte resulta
ten. Vóór 1 april. Een aprilgrap
dus die de lezertjes wel dóór zou
den hebben. Dat verwachtte
Club althans. Maar het effect van
Lovdaline, „absoluut onschul
dig" genoemd, bleek minder on
schuldig dan bedoeld: ruim 7000
abonnees stuurden de bon com
pleet ingevuld terug, waarvan
maar een klein aantal de grap
had begrepen. „We zijn er van
overtuigd dat al die meisjes echt
op Lovdaline zitten te wachten",
zegt hoofdredactrice Els van
Baaren. „Dat hadden we abso
luut niet verwacht. Toen er zo'n
vijfhonderd serieuze reacties bin
nen waren, dachten we de zaak
nog te kunnen oplossen door ze
allemaal een briefje te sturen met.
de mededeling dat het om een
mop ging. Maar later bedachten
we dat het niet aardig was de
inzendsters er zo met hun neus
op te drukken dat ze er ingetrapt
waren. Waarschijnlijk hebben ze
de bon stiekum ingestuurd, en we
willen niet dat ze thuis uitgela
chen worden. Het waren er intus
sen trouwens al veel te veel om
persoonlijk te antwoorden."
De beste oplossing leek om in het
(juist verschenen) meinummer
op de zaak terug te komen. On
der de kop „Lovdaline, een bitte
re pil" schrijft de redactie: „Wij
geven het eerlijk toe: we hadden
nooit gedacht dat zoveel Club
lezeressen ons bericht over de
Lovdaline-pil serieus zouden ne
men. Wij hadden er toch zo dui
delijk het woord „1 april" in ge
zet. Maar ja. Er zijn een heleboel
meisjes die ons op ons woord
hebben geloofd en die zitten nu
met de teleurstelling dat ze het
zonder die wonderpil moeten
stellen. Want Lovdaline is een
fantasieprodukt, bedacht door
de redactie. Gewoon als april
grap. En dat is geen leuk nieuws
als je denkt dat deze pil je proble
men voor je zal kunnen oplossen
Sorry, zo hebben we het niet be
doeld."
De redactie van het blad is nu
bezig de lawine van reacties op
de bonnen te selecteren. „Som
mige uitspraken zijn heel boei
end", zegt mevrou Van Baaren.
„Ze hebben soms veel weg van
een noodkreet. Misschien gaan
we er een brochure van samen
stellen, in de geest van: hoe onge
lukkig zijn onze tieners?"
„Haar haar zit zo stijf', schreef
een eersteklassertje van de Co-
meniusschool in Zeist op, toen
de kinderen gevraagd werd hoe
ze de nieuwe koningin vonden.
De Rotterdamse kapper John
Postmus die al heel wat ontwer
pen van modekapsels op zijn
naam heeft, is het daar voor hon
derd procent mee eens. Er kan
veel meer van prinses Beatrix'
haar gemaakt worden, vindt hij:
„Wat dat betreft blijft ze beslist
achter bij haar zusters, vooral
bij Irene, die is erg modieus.
Mijn klanten vinden dat trou
wens ook; iedereen zegt dat het
tijd wordt dat ze eens iets anders
probeert." En wat zou Beatrix
dan met haar kapsel moeten
doen? Daar heeft de kapper zo
zijn eigen gedachten over die hij
op papier zette ook. Eerst bestu
deerde hij honderden foto's van
baar in allerlei bladen, want het
nieuwe kapsel moet aangepast
zijn aan het karakter en het
voorkomen van de prinses. En,
zegt hij, je moet natuurlijk reke
ning houden met de waardigheid
van een vorstin; voor de eerste
vrouw van het land kun je geen
wilde kapsels maken. Drie ont
werpen maakte hij, waar we er
twee afdrukken. Plus. ter verge
lijking, een foto (uit 1966) van
prinses Beatrix zoals iedereen
haar en haar haar het beste kent.
En nu maar hopen dat ze Trouw
vandaag onder ogen krijgt.