Groei nodig voor de derde wereld van een lezer rouw vlaggen volgens de richtlijnen Commentaar Helijk erkend vreemdeling in onze poorten Minister De Koning: armoedebestrijding niet vergeten I.ONZE GROOTSTE V'JANDEN ii afscheid vrije tijd dagje koningin IDAG 11 APRIL 1980 BINNENLAND TROUW/KWARTET 5 I^Juurlijk zijn wij blij en ingeno- ^|n met de uitspraak van de Am- \Adamse rechter in het kort ge- dat de Voorburgse volleybal- liging Corbulo tegen ons had ipannen. Blij, omdat de uit- ik uiteraard een zekere per- ilijke voldoening geeft, maar mal ook omdat de rechter ons jk heeft erkend op grond van i ons aangevoerde princi- journalistieke overwegingen. :ite heeft de rechter nu erkend, 'rouw gelijk heeft met zijn al uitgedragen en in de prak- van de sportverslaggeving toe- ite stelling, dat persvrij- ook inhoudt dat journalisten voetstoots verplicht kunnen m een gekochte naam uit en naar buiten te brengen en dat laai slechts tot een groter eer •rie van de geldgever, hijnlijk gaat het om een iteit, maar dat is schijn die it in d r'e^t' s'v"'creclame 's een istig en langs nauwelijks zicht- e paden gaand euvel en de nkere rijvers ervan zijn in de praktijk m vervelend en irriterend als de JjJ! isen die 's nachts met verf de geesten en spuitbussen langs de manleiten gaan om met hun teksten rsoonl ncdedelingen het milieu en het tzelde te vervuilen nog af- jen van alle andere overlast, elling redactie van Trouvr heeft van tot dbe8'n van de opkomst van de kunst eredame in de sport om een rtal te noemen: dat was in 1969 geweigerd om passief mee te ral di^0 °P een stroorn die door sloopt eren (en belanghebbenden) in nte voeging was gezet. Trouw deed toto'! eerst als eenling, maar later is ikkig een belangrijk deel van iet Is Nederlandse pers gevolgd. Ook a bellij radio en televisie het besef rass^kroeid dat in feite de sponsors end, z* te spannen, deze dwingen de eur tel te overtreden (want de om- Herefcwet verbiedt nadrukkelijk re in de gewone uitzendingen). Dat standpunt is de redactie van Trouw niet altijd in dank afgeno men en soms was er van de kant van de zakelijk belanghebbende sponsors duidelijk sprake van intimidatie. Eindelijk werd er veertien dagen geleden een daad gesteld door het aanspannen van een kort geding tegen onze krant; een geding dat wij geen ogenblik ontlopen of gevreesd hebben, om dat in de loop van de jaren onze overtuiging op dit punt behoorlijk gehard was, maar vooral ook om dat wij ons in de praktijk van de berichtgeving steeds konden voe gen naar de regels die de georgani seerde pers- en sportorganisaties voor deze kwestie hadden ont worpen. Bij en rondom het kort geding is het wel eens voorgesteld of de redactie v«.n Trouw bezig was met een don quichotterige solo-actie, maar in feite was het precies omge keerd. In de praktijk van de afge lopen tien jaar zijn er langzamer hand regels voor deze kwestie ont staan en Trouw heeft niet alleen hartelijk meegeholpen die regels te ontwerpen, maar zich in de prak tijk daar ook steeds aan gehouden. Dat heeft de rechter gisteren er kend en daarmee heeft hij duide lijkheid geschapen, waarmee naai onze mening de pers en de georga niseerde sport alleen maar gebaai zijn. Om nog even persoonlijk te eindi gen. De redactie van Trouw heeft een beetje tegen haar zin, maar toch beslist niet mét tegenzin door dit kort geding naar buiten moeten brengen, dat wij geen bin dingen hebben met wie dan ook en dat wij evenmin verbindingen wen sen te hebben, die ons door ande ren worden opgelegd. Wij streven in onze berichtgeving onafhanke lijkheid na. Dat de rechter heeft geoordeeld dat wij ons daarmee op het goede pad bevinden, stemt ons tot voldoening. iude 6 "Vei 4i stompzinnig. Dat karakte- past naar onze mening bij ïf standpunt van het ministerie 0 buitenlandse zaken om de iferdamse rabbijn David Li- al niet te ont/angen. De heer thai wilde ab voorganger van j liberaal-joodie gemeente in terdam (en caarmee als verte- xdiger vzp een groot deel de joodse gemeenschap in de fdstad) spreken over de ont- gst van de TLO-vertegenwoor- :r Sartawi cp het ministerie van enlandse ziken door mr N. van één vai de topambtenaren dat miniiterie. formele argument waarmee ministère hem afpoeierde, is veel a' te dingen. De heer inthal teeft de Zweedse natio- teit en het is buitenlanders in land formeel niet toegestaan met ie binnenlandse politiek ons hnd bezig te houden (en yaar maken tegen de Neder- se toenaderingspogingen tot 'LOmag inderdaad ais zodanig n aangeduid), dat is een zeer formeel stand- cat alleen maar hanteerbaar cfe steriele omgeving waarin riandse zaken (als het haar iste uitkomt) politiek denkt ten bedrijven. Ten aanzien heer Liliënthal zijn nog wel andere overwegingen aan te Ten eerste zou het niet zo zijn als ook een ambtenaar litenlandse zaken zich eerst Jan de Koning heeft het niet gemakke lijk, hoewel je dat aan de onverstoorbare minister voor ontwikkelingssamenwer king niet af zult zien. Zijn voorganger Jan Pronk spreekt van De Konings „goe de wil, hij heeft het hart op de goede plaats en is niet eens zo'n slecht politi cus", maar kraakt de „ongeïnspireerde" Nederlandse houding ten aanzien van de ontwikkelingssamenwerking af. Ook uit geestverwante hoek is de CDA- bewindsman kritiek niet bespaard geble ven. De ARJOS verwijt hem nu economi sche groei hier niet meer te „verkopen" is deze te willen „slijten" aan ontwikke lingslanden, terwijl te weinig aandacht wordt besteed aan armoedebestrijding in de derde wereld. Het CNV verbaast zich over „het ver trouwen van de minister inzake het gun stige effect van de particuliere expansie van Nederlandse ondernemingen in ont wikkelingslanden". En de Raad van Ker ken verwijt De Koning dat hij bij het bespreken van de macro-economische re laties in de wereld vergeet wat de effec ten zijn voor de allerarmsten binnen ontwikkelingslanden. De internationale structuren, aldus de Raad van Kerken, zijn mede oorzaak van de toenemende onrechtvaardigheid binnen ontwikke lingslanden. De kritiek balde zich samen op de structuurnota „Ontwikkelingssa menwerking in weretdeconomisch per spectief', die minister De Koning een half jaar geleden publiceerde. door Nico Kussendrager en Wlm Wlrtz DEN HAAG „Of de kritiek op mijn beleid feller is gewor den, betwijfel ik," zegt minister Jan de Koning (Ontwikke lingssamenwerking). „Ik ben politiek minder uitgesproken dan mijn voorganger Pronk, maar ik houd staande dat de hoofdlijnen van het Nederlandse ontwikkelingsbeleid over eind zijn gebleven. De houding ten aanzien van ontwikke lingshulp en de houding in internationale onderhandelingen is niet wezenlijk veranderd." Twee punten van kritiek lopen als een rode draad door het gesprek: het belang dat de bewindsman hecht aan economische groei voor ontwikkeling van de derde wereld, waarbij hij vol gens de criticasters te weinig oog zou hebben voor armoedebestrijding, en zijn kennelijk vertrouwen ln het be drijfsleven en de rol die dat speelt ln het ontwikkelingsproces. De Koning stelt vast dat economi sche groei ln de derde wereld alléén geen enkele zekerheid biedt voor een ontwikkeling die aan alle bevolkings groepen ten goede komt. Maar: „Wat wij Internationaal .kunnen doen is desondanks het belang van economi sche groei benadrukken. In het bila terale overleg tussen donorlanden en landen die ontwikkelingshulp ont vangen; red. kan dan de nadruk worden gelegd op het belang van ver deling binnen ontwikkelingslanden. In mijn structuurnota ligt de nadruk op die macro-economische structuur. Het ls één spoor, clat Je niet zelfstan dig moet zien. Het andere spoor, dat lk zeker niet vergeet, ls de directe armoedebestrijding. De minister haalt de Venezolaanse ontwlkkelingsdeskundlge Perez Ouerrerro aan, die De Koning on langs na een rede voor de VN voor hield dat bevrediging van basisbe hoeften onderwijs, gezondheid zorg, hulsvesting, voeding geen voorwaarde is voor ontwikkeling van de derde wereld. De westerse landen, aldus de Venezolaan, zijn er voor ver antwoordelijk dat de ontwikkelings landen kansen krijgen ln de werelde conomie. Die landen zélf maken wel uit op welke wijze zij zich ontplooien. „Dat," aldus De Koning, „geeft glas helder het verschil van mening weer." 'Voorzichtigheid' De Koning maant tot „voorzichtig heid" wat betreft het willen beïnvloe den van het binnenlandse beleid van ontwikkelingslanden. „WIJ hebben de meeste boter op ons hoofd. De ont wikkelingslanden zijn erg zuinig op hun pas verworven soevereiniteit, die voor hen Iets heel anders ls dan onze vanzelfsprekende zelfstandigheid." Tijdens de laatste VN-conferentie over handel en ontwikkeling (Unctad) was Nederland voorstander van het Instellen van een groep deskundigen die het beleid van zowel ontwlkke- lings- als ontwikkelde landen zou moeten beoordelen, zonder dat dit orgaan overigens maatregelen zou kunnen nemen. „Ik meen," zegt mi nister De Koning, „dat een dergelijke Internationale beoordeling een be langrijke stap kan zijn om tot veran deringen te komen." „Deze wereld ls nog steeds een Jungle, waar het recht van de sterkste geldt. Onze nationale economie daarente gen heeft de hoofdtrekken van de merclële contacten te gaan zitten Maar Je hebt wel de mogelijkheid om voor bedrijven (en dan heb lk het met name over multinationals) gedragsre gels af te spreken in EO- en in OESO- verband." De Koning noemt het overleg dat hij heeft met de zuivelindustrie over melkpoeder (gebruik daarvan is vaak nadelig voor gezondheid van arme mensen ln de derde wereld) De bewindsman pleit voor een ge dragscode voor multinationals die „zo verplichtend mogelijk" moet zijn. .Jk heb daarnaast vertrouwen ln de morele druk die ztd uitgaan van een orgaan dat het werk van de multi nationals beoordeelt." Ondernemers doen doorgaans wat des ondernemers is: winst maken en het bedrijf veilig stellen. Je kunt hen niet eens kwalijk nemen dat ze weinig of geen rekening houden met de be langen van ontwikkelingslanden 'Kortzichtig' markteconomie, met een groot aantal correcties (van studiekostenfinancie ring tot een ziekteverzekering en ou dedagsvoorziening)." Iets dergelijks staat de bewindsman voor ontwikkelingssamenwerking ook Internationaal voor ogen. Hij spreekt van noodzakelijke „verande ringen ln de bestaande internationale economische orde, in plaats van een totaal andere orde", zoals veel ont wikkelingslanden voor ogen zweeft. even afvroeg waarom de Amster damse joodse gemeente haar voor ganger uit het buitenland moet halen. Ten tweede: de heer Li liënthal woont al negen jaar in ons land en hij heeft daarbij steeds blijk gegeven belangen voor te staan en te willen behartigen, waarvoor geen Nederlander zich zou hoeven te schamen als zoiets van hem werd gevraagd. Maar afgezien van deze op de persoon van de heer Liliënthal toe- gespitse overwegingen: er is in de afgelopen jaren in Nederland dui delijk sprake van een tegengesteld beleid als waarop buitenlandse za ken zich nu uitsluitend om zich zelf te dekken beroept. Het beleid van de Nederlandse regerin gen van de afgelopen tien, vijftien jaar is er juist op gericht geweest de deelneming van de vreemdelin gen in onze poorten aan de politiek te bevorderen. We zijn er zelfs al serieus mee bezig om buitenlan ders die hier geruime tijd zijn (zoals de heer Liliënthal) stem recht voor de gemeenteraden te geven. Als dan nu opeens zo'n buitenlander als vertegenwoordi ger van een groep Nederlanders naar buiten treedt, blijkt de over heid bij monde van één van haar topambtenaren te menen een „niet thuis" te mogen afgeven. Het is bot en stompzinnig van die man; naar ons eigen persoonlijk gevoelen is het voor Nederlanders iets om je over te schamen. Tekeningen, bij voorkeur in liggend for maat. sturen aan Trouw, jury politieke prent, postbus 859. 1000 AW Amster dam. Naam en adres aan de achterzijde vermelden Voor geplaatste prenten is er een boekenbon VADER EN ZOON KHOMEINI De Koning: enige minister voor ontwikkelingssamenwerking die naar huis kan worden gestuurd omdat hij te weinig doet. „De oude orde biedt de aanknopings punten," aldus De Koning. De Nationale adviesraad voor ont wikkelingssamenwerking (NAR) heeft voorlopig zijn oordeel over het belang van het vrije marktmechanis me voor het ontwikkelingsproces op geschort. De Koning daarover: „Een commandostructuur met een bin dend karakter, een plan-economie voor de hele wereld, wil niemand. Daarom moet Je de negatieve kanten van het vrije marktmechanisme om zetten ln positieve. Bij voorbeeld door het opzetten van een grondstof fenfonds (evenwichtiger Inkomsten voor ontwikkelingslanden, red.), ver ruiming van de handelsmogelijkhe den, een regeling van het zeerecht, afspraken over ontwikkelingshulp en de schulden van ontwikkelingslan den." „Op die manier kun je de derde wereld tegemoet komen." Bedrijfsleven De kritiek dat hij erg veel oog heeft voor het bedrijfsleven noemt de mi nister aanvankelijk een „onderge schikt punt" Hij wijst op de honderd miljoen gulden die is uitgetrokken voor verkopen van bedrijven die in het belang zijn van ontwikkelingslan den. Eind 1979 was van dat geld nog geen cent besteed, maar nu is. aldus De Koning, de honderd miljoen vrij wel vol met „heel behoorlijke trans acties" Als voorbeelden noemt hij een zuiger voor Egypte, een oplei dingsschip voor de visserij In Mexico, kranen voor de haven Bombay. Zeker de helft van de aanvragen van het bedrijfsleven ls afgewezen, omdat de verkopen waarvoor ondersteuning werd gevraagd niet „ontwikkelings gericht" waren. Voordeel van de „pot' van honderd miljoen is. aldus De Koning, dat „ex portbelangen nu tot dat bedrag gelo kaliseerd blijven" Doorpratend over de rol van de on dernemingen blijkt dat hij mogelijk wat „makkelijker praafover het be drijfsleven dan zijn voorganger De Konings structuurnota schrijft aan de overheid een beperkte rol toe ten aanzien van de activiteiten van het bedrijfsleven „De overheid heeft," aldus de minister voor ontwik kelingssamenwerking. „maar beperk te mogelijkheden om tussenbeide te komen in de relaties tussen bedrijven en ontwikkelingslanden. Het zou erg onverstandig zijn om tussen meer dan vijftig miljard gulden aan com- De Koning noemt een dergelijk ge drag „kortzichtig. Het straft zichzelf Als je met een bedrijf grote schade aanricht aan het milieu in een ont wikkelingsland. dan hoef je er niet op te rekenen dat Je daar snel terug kunt komen." Maar bedrijven kunnen bij voorbeeld werkgelegenheid in een ontwikke lingsland schaden (textielindustrie vernietigt hulsnijverheid van thuis werkers) zonder dat daarmee hun continuïteit wordt aangetast. Er zijn wat dat betreft tal van voorbeelden aan te voeren. Desondanks blijft het vertrouwen van de minister in het bedrijfsleven kennelijk overeind „Niet een persoonlijk vertrouwen zonder meer. Daarvoor ken ik de we reld goed genoeg. Wel het vertrouwen dat ondernemers op langer zicht ln eigen voordeel, en diis ook ln dat van de ontwikkelingslanden zullen han delen Dat gezamenlijk belang van ontwik kelde- en ontwikkelingslanden (inter dependentie) klinkt voortdurend tij dens het internationale overleg over ontwikkelingssamenwerking. Maar het blijft beperkt tot een paar landen die roepen in de woestijn. De Verenig de Staten. Oroot-Brittannlé en West Duitsland bij voorbeeld, laten zich weinig gelegen liggen aan de gedach tengang dat meer hulp en meer han delsmogelijkheden voor de derde we reld meer afzetmogelijkheden voor westerse bedrijven inhoudt, en daar door mogelijkerwijs een opleving van de economie. „Juist daarom moeten we die .inter-dependentie' signalen blijven geven," zegt De Koning „Maar vergis je niet: internationale handel is van slechts zeer geringe betekenis voor de Amerikaanse eco nomie. Bovendien slaat een ontwik kelingssamenwerking daar bij de kie zers nauwelijks aan." Dat is in Nederland wel anders. De Koning: „Ik zeg wel eens tegen de buitenlandse collega's dat lk de enige minister ben op mijn gebied die kan worden weggestuurd omdat hij te weinig doet" De Joegoslavische toponderhande laar Midodrag Cabric zei onlangs dat de invloed van Nederland in de derde wereld is afgenomen, terwijl ons land veel minder actief is bij Internationa le onderhandelingen. .Als de rest van de rijke landen niet meedoet heeft het weinig zin Je luidruchtig te pre senteren." aldus De Koning. In het verleden meer dan op het ogenblik heeft Nederland geprobeerd met ge lijkgezinde landen (Scandinavië. Bel gië. Canada, iets te bereiken in het Noord-zuid-overleg. „Het gelijkgezin dengesprek." aldus De Koning, „ver loopt niet slecht, maar we hebben minder de neiging ons met veel pre tenties te laten horen We zitten niet op een punt buiten in het heelal van waaruit we de wereld uit z'n voegen kunnen tillen." Er mag de laatste Jaren dan erg weinig worden gevlagd, reken maar dat heel wat Nederlanders ter gelegenheid van de dertigste april een vlag hebben aange schaft Maar weten ze ook alle maal wat er mee te doen? Uithan gen natuurlijk, maar hoe? Het lijkt zo simpel: vlag aan de stok, even hijsen en klaar. Maar er bestaan zelfs voorschriften voor. Een vlag moet een afmeting van twee bij drie meter hebben, in elk geval lets in die verhou ding. Kleiner mag dus wel, maar niet bij voorbeeld vierkant. Dat een vlag, ook halfstok, niet over de grond moet slepen, is logisch. Een versierinkje op het rood-wlt- blauw ls niet toegestaan behal ve met uitdrukkelijke toestem ming van de Koningin, maar wie zal haar daarom vragen? en een nachtje over laten wapperen mag evenmin; alle vlaggen moe ten bij zonsondergang binnen worden gehaald. We weten dit dank zij Shipmate Vlag in VIaardingen, een bedrijf dat bijna een halve eeuw binnen- en buitenlandse vlaggen, wim pels en vaandels maakt, en nu een herdruk van de „richtlijnen voor het Juiste gebruik van de Nederlandse vlag" heeft uitgege ven. Uit die richtlijnen citeren we: „Een vlag die versleten ls. scheuren vertoont, ln hevige mate ls verkleurd of zodanig vuil geworden ls dat behoorlijk reini gen niet meer mogelijk ls, mag 'nimmer worden uitgehangen, noch voor andere doeleinden worden gebruikt, maar moet op onopvallende wijze worden ver brand." Weg dus met die stokou- we vlag, geen t-shlrtje van maken en niet voor de deur verbranden. Nog Iets: „Het bezigen van de vlag voor louter verslering moet worden beschouwd als een ern stig gebrek aan eerbied voor ons hoogste nationale symbool." Vlaggedoek gebruiken voor dra perieën mag overigens weer wèl, 'hoewel dat toch ook louter ver slering ls. Er bestaat nog een wimpel ook. Die mag er niet altijd bij, maar alleen als het gaat om: de ope ning van de Sta ten-Oeneraal; be zoeken van leden van het Ko ninklijk Huls; koninklijke of prinselijke verjaardagen (als die op zondag vallen, mag 't ook nog op maandag), de herdenking van het „8tatuut van het Konink rijk" (15 december). In het alge meen mag de wimpel worden ge bruikt om daarmee de twee-een heid van het koninkrijk en het Oranjehuls tot uitdrukking te brengen. Ook op bevrijdingsdag dus? Mis. De verbondenheid met Oranje schijnt niets met de be vrijding te maken te hebben, want dan mag wel de vlag, maar niet de wimpel uit, evenmin als op andere nationale feest- en her denkingsdagen, gemeentelijke eeuwfeesten of bezoeken van vreemde staatshoofden, hoe be vriend ook. Oaat de vlag halfstok, dan komt de wimpel er net zo min aan te pas. en ook voor het halfstok hijsen bestaan richtlijnen: „Eerst wordt de vlag vol gehesen, daar na wordt zij langzaam en statig neergehaald, totdat het midden van de broeking op de helft van de normale hoogte is gekomen. Vervolgens wordt de vlaggelljn vastgemaakt Bij het neerhalen van een halfstok gehesen vlag wordt de vlag eerst langzaam en statig vol gehesen en daarna op dezelfde wijze neergehaald. BIJ halfstok vlaggen moet de vlag vrij kunnen uitwaaien, alleen wanneer de vlag het verkeer hin dert mag de vlag licht worden opgebonden." Door onbekendheid, aldus de brochure, wordt onze vlag veelal verkeerd gebruikt Vandaar deze richtlijnen. Ingewikkeld? Ver geet dan niet dat het maar richt lijnen zijn en geen wetten. Wie het fout doet, gaat heus niet de gevangenis ln. De Oranjeverenigingen hebben het extra druk dit Jaar: op konin ginnedag ook nog de troonsover- dracht en op 5 mei een lustrum- herdenking, de 35ste bevrijdings dag. En als klap op de vuurpijl volgt dan nog op 31 mei het laat ste défilé voor de aftredende Ko ningin. Moeilijk krijgen ze het ook, te zien aan de „Oranjevaan", het orgaan van de christelijke bond van Oranjeverenigingen die bovendien deze maand zelf ze- •ventlg Jaar bestaat. De moeilijkheid zit 'm vooral ln de 30ste april. De televisie geeft tussen de uitzendingen van de verschillende plechtigheden, van de ochtend tot de late avond, maar een paar uur respijt, dus ln die luttele uren moeten de feeste lijkheden ln dorpen, wijken en straten gepropt worden. De ..Oranjevaan" raadt de bestuur ders van de organisaties dan ook aan de volgende mogelijkheden tot het uiterste te benutten om niet met de tv. ln de knoop te raken: „een aubade, des morgens voor half tien; kinderspelen tus sen elf en twee uur; een avond programma vanaf zes uur. zeker als u op uw feestterrein televisie toestellen plaatst, waarop het pu bliek een blik kan werpen om toch de feestelijkheden te Am sterdam (waarbij mogelijkerwijs ook af en toe een beeld van de nieuwe koningin) niet helemaal te missen" Het orgaan eindigt met een op roep van bondsvoorzitter ds C. M Oraafstal: „Als u op 30 april niet gebonden bent aan de festivitei ten ln uw eigen omgeving, kom dan naar Amsterdam! Laat de sfeer op de Dam niet bepaald worden door actiegroepen en rad draaiers Integendeel een zee van enthousiaste OranjegezIn den be leve in werkelijkheid en niet vla de buis de unieke sfeer van een inhuldiging in Nederland en tone op 's lands meest centra le plein aan de nieuwe Koningin, aan eigen vla t v. toekijkend volk en aan de wereld hoezeer de gloed van warmte en toewijding Nederland en Oranje samen bindt!" 2C Prof v. d. Leeuw-mavo. Am sterdam) Het ls een hele tijd dat u de troon heeft bezeten. Nu bijna 31 Jaar waakt u over Nederland. U heeft ons land voorlopig als beste ko ningln bestuurd. Nu werd u wel geholpen door de ministers en de le en 2e kamer en de minister president. maar u deed het mees te in uw eentje. Ik hoop dat u uw dochter goed heeft voorbereid (M. P.. zelfde mavoklas). Ze kan nu uitslapen en hoeft niet meer om 7 uur op te staan (Wal ter, derde klas Comeniusschool. Zeist). Ze gaat nu altreden en dan wordt ze gewoon Oma Juliana (Linda uit dezelfde klas). Scholleren hebben opnieuw hal ve en hele schoolkranten volge schreven over de troonswisseling. Met de nieuwe koningin weten de meesten nog niet goed raad. met de „oude", koningin Juliana, des te beter. Onder de hartelijke woorden die zij de Koningin toe voegen. vonden we deze Ik denk dat Juliana het wel moei lijk vond om het tegen het volk te zeggen, want ze zag er slecht uit, vond ik (Esther, klas 0 Livlngsto neschool. Gouda) ZIJ was een vrouw die ook altijd van een loUetJe hield (M. B klas Waar kan de Koningin na haar aftreden haar vrije tijd mee vul len? Klas 4 van de Comenius school weet het Oaat u eens naar de Veluwe Daar zijn prachtige bossen om in te wandelen (Annemarie) Ga uw geld tellen, dat is ook leuk (Annette) Koningin als u zich verveelt gaat u dan stickers verzamelen. Als u nog geen stickers heeft, gaat u maar langs de straten en vraag aan de winkeliers of ze stickers hebben (Sabine) Een douche nemen, zwemmen (Hans). Op de borrel komen bij Elles en Saskia Wat zouden kinderen doen als ze zelf koningin of koning waren? Klas 1 van de Comeniusschool aan het woord: Dan zou ik de hele dag onder dikke dekens liggen en fruit eten (Tim). Dan kocht ik een BMW en een palels (Bas). Dan zou lk op een gouden stoel willen zitten (Ohislaine) Dan zou lk de hele dag in de koets zitten en taart eten (HJalmar) Dan zou lk altijd op de bok willen zitten (Koen) Dan zou ik ln een heel mooi pa leis wonen en ik wil een dochter en een zoon hebben (Marlies) Dan zou lk het aan mijn zoontje overlaten (Barend)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 5