skening van een lezer ouw commentaar ^STRUMENTEHFABRJEKEN /N OQST-6RON/N<$EN ™JZ/E/K( 'TROORPERL/CHr OF R LUCRESP/E^EUR^f roban, de redder van kinderen ntjes' kandidatuur ;en spel Sprookje Werkelijkheid Agenda zomertijd onderonsje tarzan BINNENLAND TROUW/KWARTETH S 5 PARLEMENTPARLEMENTAIRPARLEMENTARIËRSPARLEMENTARISMEPARLEMENT Redaktie: Hans Goslinga l of Willem Aantjes kan of mag terugkeren in rede Kamer is niet afgedaan met het besluit van Jgemeen bestuur om Aantjes' naam af te voeren |e advieslijst. Een ARP kent een voorbeeldige atische procedure voor het vaststellen van de jeve kandidatenlijst, waarbij ook de kiesvereni- n en de partijraad de kans krijgen invloed uit te Jt te betreuren dat het algemeen bestuur niet de ie voordracht van het dagelijks bestuur heeft Dit klemt temeer, daar twee van de drie iet algemeen bestuur gegeven overwegingen 'en dat eerder een taktisch dan een principieel ?u^n richtsnoer is geweest. Er is rondom deze zaak vat lawaai en geblaas geproduceerd, maar van rincipieel denkende partij als de ARP had je ;raag verwacht dat ze duidelijk zou laten weten ok voor de politiek geldt dat in beginsel ieder 11 iedere dag weer opnieuw mag beginnen. Nu bij voorbaat vast te stellen dat men „niet ligd is, dat het functioneren in de praktische k nog tot de reële mogelijkheden behoort", aan dat men gevoeliger is voor dreigementen :nstig zou zijn voor een partij, die net iets meer leert dan de andere. :prtr, maar het is niet anders en laten we dat er u :n dosis praktische zin onzerzijds aan toevoegen aa is in deze omstandigheden waarschijnlijk ook uk irstandig als nu plotseling de volgende ronden ita ite zij m||-, ïei J4- raj uding van FNV en CNV illustreert nog eens, r de vakbeweging zich door het treffen van een latregel buitenspel gezet gevoelt. Het CNV Ku dit tot uitdrukking door zelfs het contrat met -he lement over de invulling van de loonmaatregel iter reken, de FNV ging nog een stapje verder. De tieraad zal nauwkeurig nagaan, welke moge- lspj en de loonmaatregel nog biedt om zoveel y jk tegemoet te kunnen komen aan de wensen 1 ei leden. In feite is het een verkapte oproep aan den, zo niet in strijd met de letter dan toch op -,p nst in strijd met de geest van de loonmaatregel k< leien. In hoeverre de FNV hiermee op gespan- ?erji et zou komen te staan met de regels van de >grt enta're democratie, zal overigens nog moeten vei •Tai 3 Mfc nu meteen het gelijk of het ongelijk bij de ene rai indere partij te willen zoeken kan het zijn nut i, er nog eens op te wijzen, dat de verschillen een|cs alles, niet zo gek groot zijn. Bij alle wapen- ie E| het i va van de procedure zouden worden gebruikt om Aan tjes alsnog op te hijsen naar een plaats onder de eerste tien of twaalf. Aantjes hoort echter wèl op de lijst. Want al hebben natuurlijk alleen de AR-leden recht zich uit te spre ken over de opstelling van de lijst; ook de kiezers (het volk achter de leden, om een oude AR-stelling even te variëren) dienen het recht te hebben zich uit te spreken over deze in onze parlementaire geschiedenis unieke zaak. Aantjes heeft gezwegen over zijn levens houding in de laatste oorlogsjaren. Zeker, maar ook over wat er daarna gebeurd is, past een oordeel en die twee dienen tegen elkaar afgewogen te worden. Een plaats, ergens onder aan de lijst die de kiezers de gelegenheid geeft gebruik te maken van het hun in de Kieswet gegeven recht om een voorkeurstem uit te brengen, lijkt ons daarom in de gegeven omstandighe den de beste oplossing. Als straks bij het tellen van de stemmen zou blijken dat Aantjes alsnog op grond van een uitspraak van de CDA-kiezers een plaats krijgt in de Tweede Kamer (en bij de laatste verkiezingen was Aantjes door het systeem van voorkeurstemmen op zijn eentje al goed voor twee CD A-zetels), dan lijkt het niet minder dan een zaak van eenvoudige democratische rechtvaardig heid om Aantjes de gelegenheid te geven ook weer reëel in de praktische politiek te functioneren. gekletter gaat het in feite om een half procent meer of minder koopkracht. In dat perspectief wegen de vraagtekens die achter de opstelling van de partijen kunnen worden gezet, zwaar. Afgezien daarvan is het een goede zaak, dat het kabinet tegelijkertijd met de loonmaatregel het tot op heden onbeheerste deel van de loonvorming, name lijk de perodieken, promoties en dergelijke, aan banden heeft gelegd. Dit zogenaamde incidentele deel van het loon bete kent in de praktijk niet zelden een bevoordeling van de sterken boven de zwakken. Derhalve is het een welbewuste keuze van het kabinet, de pijn zo eerlijk mogelijk te verdelen. Het is wel opvallend, dat het kabinet die lijn bij de gewone loonvorming in mindere mate heeft willen volgen. De hogere inkomens zullen weliswaar meer koopkracht moeten inleveren dan de lagere maar die verschillen zijn te gering. Op dit punt zal de regering met krachtiger argumenten moeten komen. Tekeningen, bij voorkeur in liggend for maat. sturen aan Trouw, jury politieke prent, postbus 859. 1000 AW Amster dam. Naam en adres aan de achterzijde vermelden. Voor geplaatste prenten is er een boekenbon 'vaï_ O n Er was eens een karavaan die aan een lange reis begon. Het werd geen gemakkelijke tocht. Telkens bra ken er moeilijkheden uit. Dan moest de leider van de karavaan eraan te pas komen om de boel te sussen. Gelukkig was deze leider een opti mistische natuur. Sommigen von den hem zelfs een beetje naïef. Als er weer eens onenigheid was, riep hij blijmoedig tegen toegesnelde verslaggevers: „De honden blaffen, maar de karavaan trekt verder." De bron van die voortdurende pro blemen was. dat de karavaan uit drie verschillende groepen bestond. Ze hadden besloten voortaan sa men op te trekken, omdat ze elk afzonderlijk nauwelijks stand kon den houden tegen vijandelijke stammen en steeds meer mensen verloren. De leider was hier heel sterk van doordrongen. Hij behoorde tot de groep die de meeste verliezen had geleden en hij hamerde er dan ook bij herhaling op dat eendracht macht maakt. Daarom noemden ze hem Eenkamp en omdat hij in zijn eenvoud iets heiligs had werd het al gauw St. Eenkamp. Het ideaal dat St. Eenkamp zijn reisgenoten voorhield, was een groot kasteel onder één dak. Daar zouden ze veilig zijn. Dat was het einddoel van de reis. Nu liep er in de karavaan een hond mee die bijzonder nukkig was. maar ook heel knap. Dikwijls rende hij de karavaan vooruit en dan kon je hem aantreffen zoekend met zijn neus in de wind. Even later wees hij feilloos de richting aan die de anderen moesten volgen. Aanvankelijk liep iedereen met de hond weg. Hij werd geprezen en over de kop geaaid. „Een prachtige koers," zeiden ze, „deze hond is goud waard." Sindsdien was dat zijn naam, Goudwaard. Gedurende de reis veranderde er echter iets in de houding tegenover Goudwaard. Hij begon irritaties op te wekken. Telkens als de karavan dacht dat ze lekker op koers lag, rende Goudwaard vooruit, ging dwars over de weg liggen en blafte: „Wij wijken van de koers af." Aanvankelijk werd er nog wel naar hem geluisterd. Per slot van reke ning had hij veel volgelingen. De eerste keer stelde men zelfs een groep van wijze lieden in die moest onderzoeken of Goudwaard gelijk had. Dat was slim bedacht, want zolang het onderzoek gaande was, dachten de leiders, zou de hond zich wel koest houden. Dat klopte. Lange tijd hoorde men niets van Goudwaard. totdat er zich gebeurtenissen voordeden die de karavaan in rep en roer brachten en grote verdeeldheid veroorzaakten. Bij Goudwaard waren alle haren rechtovereind gaan staan. Hij stormde weer vooruit, posteerde zich opnieuw dwars over de weg en gromde: „Als dat zo doorgaat, ver laat ik de karavaan, tenzij er een wonder gebeurt." Daarna vertrok hij voor een poosje naar een ver land. In de karavaan duurde het gebakkelei voort. Vrien den van St. Eenkamp zeiden, dat ze zin hadden die Goudwaard eens flink op zijn staart te trappen. Een kamp zelf liet zich diplomatieker uit. Hij zei: „Het stormt bij ons, juist nu kunnen we niemand Maar intussen zaten de volgelingen van Goudwaard bij elkaar om zich af te vragen of ze de karavaan niet beter konden verlaten. Ze kwamen al een hele tijd in stilte bijeen om dat ze bezorgd waren over de koers. Uiteindelijk besloten ze te blijven, als waakhonden. De vrienden van St. Eenkamp ston den meteen weer op hun achterste benen. Aantjes waren ze nu kwijt; karavaantjes in de grote karavaan konden ze ook niet gebruiken. Dat bracht de eenheid in gevaar. Ze bestreden de groep te vuur en te zwaard. Toen de volgelingen van Goud waard op een dag een grote bijeen komst belegden, besloot St. Een kamp er naartoe te gaan om ze eens flink de waarheid te zeggen. Menig een hield zijn hart vast. Zou dat wel goed aflopen? Het zou een ijzeren wet zijn, dat een moordenaar altijd teruggaat naar de plaats van de misdaad. Het be wijs dat deze wetmatigheid ook voor het slachtoffer kan gelden, le verde dit weekeinde de werkgroep „Niet bij brood alleen". Deze blaffende honden in het CDA hielden zaterdag hun eerste open bare congres in Dronten, op dezelf de plaats en in dezelfde ruimte waar op de kop af drie maanden eerder het grote CDA een aanslag deed op hun vertrouwen in de christen-de mocratische politiek. CDA-voorzitter Steenkamp. die zich tegen wil en dank naar deze bijeenkomst had begeven, zei dat de symbolische betekenis van deze opzet hem niet was ontgaan. Had hij ook in de gaten, dat de stoelen vergeleken bij de vorige keer nu overdwars stonden? Het congres trok ongeveer achthon derd bezoekers en dat is voor een politieke bijeenkomst op de vrije zaterdag erg veel. Bovendien wees niets erop, dat men hier van doen had met een amateuristisch clubje dat zijn eerste openbare presentatie ziet mislukken in stunteligheden. Het congres was professioneel geor ganiseerd en liep als een geoliede machine. Als daar niet de hand van de Mannenbroeders achter zat. Ze waren gewoon weer even onder elkaar, de anti-revolutionairen, en Steenkamp moet zich gevoeld heb ben als een inwoner van Jericho die een vreemd volk een eerste ronde om de stadsmuren ziet trekken en weet wat er zal gebeuren als zich dat nog zes keer herhaalt. Maar in plaats van een touw uit zijn venster te weipen, zette de CDA- voorzitter de beuk er in. Dat gebeur de volgens het vertrouwde recept van eerst aaien en vervolgens uitha len. Die reprimandes vielen slecht en bleven hangen. Er klonk hoongelach toen hij zei. dat het CDA zeer veel mogelijkhe den biedt in het uiten van menin gen. en boe-geroep op zijn retori sche vraag, of de werkgroep niet bezig is de toelaatbare grenzen te overschrijden. Steenkamp scoorde meteen een punt. „Dat boe-geroep doet mij her inneren aan het congres van drie maanden geleden." Van dat ogen blik af maakte vanaf het podium werkgroepvoorzitter Weststrate be zwerende gebaren wanneer er uit de zaai afkeurende reacties kwamen. De aanleiding voor de werkgroep om in het volle daglicht te treden was juist het allesoverheersende ap plaus op het grote CDA-congres dat elke kritiek overstemde. Hier moest nu het goede voorbeeld worden gegeven. Het belette de zaal niet verontwaar digd te loeien, toen Steenkamp de werkgroep een elitair optreden ver weet door het evangelie voor zich te monopoliseren. Een begrijpelijke reactie, want waar men de blik ook wendde, een elite viel niet waar te nemen, in de zaal noch achter de bestuurstafel. In politieke termen zou je moeten zeggen: een beweging aan de basis. De voorzitter van de werkgroep oogt en spreekt als een modale gere formeerde ouderling. Hij is een voormalig locaal en regionaal be stuurder en geen politiek zwaarge wicht. Zijn openingsrede was wijd lopig en vrijwel elke passage begon of eindigde met het woord 'gerech tigheid'. Men kan ook te veel van het goede krijgen, maar het was duidelijk, de heer Weststrate beleefde hier zijn 'finest hours'. Het kon hem ook niet lang genoeg duren Telkens zwierf hij met machtige uithalen weg van de tekst die vooraf aan de pers was verstrekt, maakte dan weer kleine tussensprintjes om opnieuw een lange zijstraat in te slaan. Na deze voorganger was het de beurt aan de echte prediker, de her der van deze kritische kudde. prof. Goudzwaard, die. in inktzwarte woorden de afgoden van deze tijd schilderde, de wapens en de mate riële vooruitgang. Hij betoogde, dat deze goden bedriegers zijn omdat de veiligheid en het geluk dat zij voorspiegelen schijn is. Goudzwaard riep op tot noodspron gen voor we met ons allen in de afgrond tuimelen en hij pleitte voor een nieuw fundamentalisme, terug naar de bronnen. Willem van Oran je. Isaflc da Costa en Groen van Prins terer. Het ging erin ais koek en daarna moest Steenkamp. Een psycholo gisch nadeel, hetgeen bleek. Na zijn kapittelende boodschap verliet de CDA-voorzitter ijlings het congres. „Niet erg verstandig." zei een CDA- Kamerlid. „Hij heeft zich gedragen als een bovenmeester die de klas bestraffend toespreekt en vervol gens het lokaal verlaat." Volgens het Kamerlid ware het beter ge weest als de CDA-voorzitter was gebleven. Maar Steenkamp zal het gevoel hebben gehad, dat hij tot het uiter ste was gegaan Want hij wilde zelf helemaal niet komen. Ook de voor zitters van KVP en CHU vonden, dat hij niet moest gaan. Dat zou worden uitgelegd als een erkenning van de werkgroep, die men liever vandaag dan morgen in rook ziet opgaan. Maar het CDA-bestuur meende in meerderheid, dat de koninklijke weg moest worden bewandeld. Geen bestrijding van de werkgroep via achterkamertjespolitiek. Dus Steenkamp ging. Maar dat hij zo hard zou uitvallen, is hem niet door iedereen in dank afgenomen. De AR-vleugel in het CDA vreest, dat de werkgroep daardoor in een isolement wordt gedrongen, terwijl het CDA er beter aan zou doen van de activiteiten te profiteren. Gezien de niet geringe steun die de groep van de basis ondervindt zou dat verstandiger zijn. De karavaan trekt verder, maar de kamelen worden in het zicht van de fusie steeds banger. Steenkamp en de zijnen zien de eenheid in gevaar komen. Weten zij dan niet dat blaf fende honden niet bijten? De Tweede Kamer beslist vanmid dag wanneer het debat over de loon maatregel wordt gehouden, komen de donderdag of volgende week dinsdag. Op de agenda van deze week staan enkele voorstellen tot grondwetswijziging, een spoedde bat over het subsidiebeleid voor het toneel en wijziging van de wet op de investeringsrekening. De Eerste Kamer maakt vandaag de behandeling van de defensiebe groting af en begint aan de begro ting volkshuisvesting. PARLEMENTPARLEMENTAIRPARLEMENTARIËRSPARLEMENTARISMEPARLEMENTE Wie iets van honden afweet, weet meestal wel dat een Ierse wolfs hond het grootste hondenras ter wereld is. Zo groot, dat zijn kop zich haast ter hoogte van je schouders bevindt als zo'n hond onverhoeds naast je staat. Bij die beperkte kennis blijft het wel zo'n beetje, gewoon omdat je de soort vrijwel nooit ziet, behalve op tentoonstellingen dan. Er moeten er maar een paar hon derd van op de hele wereld zijn. Geen wonder dus, dat de bewo ners van de Hanratstraat in de Utrechtse wijk Zuilen hun mede bewoner J. Steintjes eerst wat schichtig uit de weg gingen toen hij een paar maanden geleden met Roban op de proppen kwam. Roban is zo'n wolfshond, nog geen drie Jaar oud, maar nu al tachtig kilo zwaar en met ge strekte voorpoten wel 27» meter hoog als ie op zijn achterpoten staat. Maar toch heeft de hond het in de korte tijd dat hij in Zuilen woont, niet alleen ge bracht tot de trots van de baas. maar ook van minstens de hele straat. Want intussen is iedereen in de buurt er wel achter: Roban doet geen vlieg kwaad. Integen deel. een paar weken geleden heeft hij nog een kind gered, en dat was niet voor het eerst. Drie Utrechtse kinderen hebben hun leven al aan de hond te danken. Het eerste haalde hij uit het wa ter, het tweede en derde kind kon hij nog net (voorzichtig) pakken toen ze onder een auto dreigden te raken. Die laatste keer was Roban uiteraard met de baas, die elke ochtend vele kilometers met hem fietst. Goed voor de baas en goed voor de hond die veel beweging nodig heeft. De heer Steintjes: „Roban blijft vaak altijd vlak bij me, en die ochtend zag ik een kind van een Jaar of vijf, zes, dat op het punt stond op de drukke Amsterdamsestraatweg te stap pen. Dat zou nooit goed kunnen gaan, dus gaf ik de hond op dracht dat kind bij het verkeer weg te halen. Net toen het van de stoep wilde stappen, greep Ro ban de pols van de kleine en trok hem terug op de stoep. Had ie dat niet gedaan, dan was hij zeker onder een auto gekomen." Roban is een cadeau-,.tje" van vader Steintjes voor zoon Mark, vier Jaar, die elke dag trouw door zijn hond van de kleuterschool gehaald wordt. Eigenlijk is Mark niet het enige kind thuis, want „we beschouwen Roban ook als een kind". Een gehoorzaam en ontzettend lief „kind" bovendien, want hoewel een hond van dit super-formaat altijd wel trek zal hebben blijft hij, welopgevoed als ie is, zelfs netjes af van een smakelijke karbonade vlak voor z'n hondeneus. Bedelen aan tafel is er niet bij; daar staat hij letter lijk en figuurlijk boven. Roban krijgt dan ook voldoende te eten, dat kun je wel zeggen: een kilo pens, een kilo hart. een kilo lever, een heel bruin brood, een pond appelen en een pond peren, elke dag weer. En dan drinkt hij er nog eens zes liter water bij, zodat zijn maag echt wel vol is. Roban is niet alleen erg op de kleine en de grote baas plus het vrouwtje gesteld, maar werpt zich ook op als beschermer van de andere dieren in huis: een zevenjarig straathondje, een bouvierpup en het dwergkonijntje („als ik het konijn tussen Robans poten leg, likt ie het helemaal schoon"). Mensen die nog nooit een Ierse wolfshond gezien hebben, schrik ken misschien wel even als ze zo'n gevaarte tegenkomen. Maar voor Roban lijkt niemand bang. Kinderen uit de straat gaan met hem wandelen, en „als ik met hem in het centrum van de stad loop, haalt iedereen hem aan. Je ziet zó dat het echt een goedig dier is." Trotse baas Steintjes en zijn •hond Roban. Een dag nadat in Engeland de klok op zomertijd gezet is. zijn er sneeuwstormen boven grote de len van het land losgebarsten. Hier en daar zwiepte de storm de sneeuw tot twintig centimeter hoogte op, en na een lange, sneeuwvrije winter zijn nu ineens de wegen glad en gevaarlijk ge worden. vooral in het noorden van het land en in Wales. Het .zomerweer" heeft al één slacht- offer geëist, een chauffeur, die slipte en met zijn vrachtwagen in de buurt van de stad Wolver hampton kantelde. „Het lijkt er op, dat de winter alsnog is geko men om wraak te nemen," aldus een woordvoerder van de Britse ANWB. Alle 145 diplomatenvrouwen wa ren er. op het muzikale partijtje dat mevrouw Rosalynn Carter, vrouw van de Amerikaanse presi dent, jaarlijks voor de vrouwen van diplomaten in Washington geeft. Voor de muziek begon, dronken de dames zo heten vrouwen van ambassadeurs en attaché s thee in de salon van het Witte Huis. De vrouwen van de langst in Washington hulzen- de diplomaten mochten aan het tafeltje van de presidentsvrouw zitten, die van Ivoorkust. Soma lië. Senegal en mevrouw Anatoly Dobrynin, getrouwd met de am bassadeur van de SowjetrUnle. En praten ze dan over de belan grijke zaken waarmee hun belan grijke mannen zich bezig hou den? Niets daarvan „We hebben het niet over politiek gehad," zei mevrouw Dobrynin later. „Ge woon, wat gekletst." Ondanks intensieve speurtoch ten is er nog geen spoor gevonden van de pas ontdekte „Tarzan". die in de bossen bij de Spaans- Franse grens, in de Pyreneeën, gesignaleerd zou zijn. Volgens het 8paanse persbureau Europa- press zouden verscheidene men sen daar een verwilderde jongen hebben gezien, die zich als een aap door de bomen slingerde en keelklanken uitstootte. Toen hij ontdekte dat hij gevolgd werd. begon hij met stenen te gooien en vluchtte dieper de bossen in. „Tarzan" wordt door de mensen die hem gezien hebben, op een Jaar of dertien geschat.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 5