Rotterdam doet met architect
ames Stirling goede keus
tretford
tapijt échte
geen werk...
óanoégeenxhohg
Scholing voor werkloze bemoeilijkt
woninginrichter!
ptimistische plannen voor Müllerpier
GEEF DE
VREDE IN
ZIMDADWE
EEN KANS
Shakespeare per computer
Albeda praat met Ogem over gouden handdruk Udink
Succes voor Studio Scarabee in Amerika
Kritiek nota op uitkeringsregelingen
FERDAG 8 MAART 1980
KUNST
TROUW/KWARTET
29
Tyme Valk
ITTERDAM Het is na de oorlog een paar keer voorgekomen dat buitenlandse architec-
van naam en faam uitgenodigd werden om in ons drassige land te komen bouwen. Steeds
ren het bouwmeesters die hun sporen al lang (misschien te lang) verdiend hadden. Marcel
:uer mocht de in de oorlog weggevaagde Bijenkorf in Rotterdam vervangen en bouwde
volgens het meesterlijke kantoor van Van Leer's vatenfabriek in Amstelveen en de burcht
de Amerikaanse ambassade in 's-Gravenhage. De Italiaan Go Ponti werd gevraagd voor
Bijenkorf van Eindhoven en de Amerikanen Skidmore. Owings en Merrill ontwierpen voor
Marconiplein in Rotterdam een wolkenkrabberpaar dat zo van Manhattan geplukt lijkt te
stel verzekerd dat de modellen ge
toetst zijn op de gebruiksmogelijkhe
den. Er moest plaats zijn voor acht
honderd woningen, variabel, van één
tot zeskamerwoningen met daar
naast een groot aantal voorzieningen.
Met een behoorlijke infrastructuur en1
met mogelijkheden tot het ontwikke
len van een sociaal gebeuren is reke
ning gehouden.
Vier plannen
ondigt zich een nieuw internatio-
project aan in Rotterdam, de
die met de werken van Zanstra
11-kantoor) en Maaskant (vele
?t-gebouwen) toch al een veel PrctDcirk
ropolitaner karakter heeft dan
terdam. Amsterdam, dat in zijn
nnia-lang slepend stadhuissyn-
de Oostenrijkse architect
bauer als hoofdpersoon gekend
moeten worden in de verhouding van
60 20 20
Duitsland
le Rotterdamse scène is niemand
dan James Stirling opge-
d, de Engelse architect die stellig
»st besproken ontwerper van
i zestig is. Stirling is de laatste
nogal actief op het continent,
al in Duitsland. De Rotterdamse
nen zijn op initiatief van de beel-
kunstenaar Hans Koetsier door
lataafse Aannemings Maatschap-
ontwikkeld en aan Stirling werd
ocht om voorlopige ontwerpen te
Zo zien we in een periode dat
ingbouwmarkt, op enkele ex-
iten na. volledig geïnstitutio-
schijnt te zijn. een opmer-
particulier initiatief gepresen-
en er zal dan ook wel onwennig
;ageerd worden. De eerste slag
het plan is al gewonnen: de
;sie ruimtelijke ordening toon-
Iwillende interesse en uit de
itieven werd zelfs een favoriet
Ir stadsvernieuwing poogt men de
iop van Rotterdam te keren en
1 heeft de plannen dan ook in
jntext aangeboden: „De grond is
ipars. dat geldt voor bijna iedere
stad. dus ook voor Rotterdam.
r in tegenstelling tot de andere
gemeenten biedt Rotterdam
iordeel van zijn oude niet meer
Ibruik zijnde havens. Daar op die
isen waar Rotterdam groot is ge
len. kan een nieuw stukje gestal-
jrijgen. Een bijna unieke plaats
te wonen." Dit stukje idealis-
proza, gekruid met een snufje
'nisme, legt gelijk de zwakke
Ivan het ingediende plan bloot:
j: de exclusiviteit zal de kassa
rinkelen en dat zal met wo-
|retappartementjes niet lukken.
leke plaats is de zogeheten Mül-
vlak bij de Euromast en tus-
Park- en de St. Jobshaven. Het
is bovendien gelegen aan de
telijke periferie van Delfsha-
een gebied dat door de renova-
viteiten in de nabije omgeving
ïimte eist ten gevolge van een
lijke overloop, maar ook een blij-
e vraag naar woningen zal ople-
omdat de verbetering van een
Qijstructuur altijd ten koste van
v liet gering aantal woningen gaat.
ier zou een ideale plaats zijn voor
en van het woningwettype. Ge-
nde de behandeling in de com-
ie ruimtelijke ordening werd dan
vrees geuit dat het een presti-
met dure woningen zou
en en daarom is bij voorbaat, om
•v,H)ciale woningbouw in te dekken
opig de wens geformuleerd dat
roningwetbouw, premiebouw en
ngen in de vrije sector verdeeld
Nog slechts twee jaar geleden stelden
B. en W. aan de Rotterdamse raad
voor om de Müllerpier in een pret
park te herscheppen. Deze plannen
waren een onderdeel van een pro
gramma om Rotterdam gezelliger te
maken. De raad bleek weinig pret in
deze lokatie te zien en er werd dan
ook gepleit om het Weena allereerst
goed aan te pakken. Sinds die bespre
king is de BAM de plannen voor een
woonfunctie aan de Jobshaven aan
het ontwikkelen; plannen die min of
meer passen in de structuurnota
Rotterdam binnen de ruit. Pas eind
vorig jaar presenteerde men „een pier
om op te wonen", een ontwerp be
staand uit vier alternatieven met glo
bale stedebouwkundige indicaties
voor het gebruik, maar zonder detail
lering van de invullerij met wo
ningen.
Onaantastbare kwaliteit
In de aantrekkelijke brochure die de
plannen ontvouwt staat te lezen:
„Niet alleen in Engeland heeft hij
(James Stirling) naam gemaakt als
architect. Alhoewel wel gezegd mag
worden dat zijn schepping van het
gebouw van de technische faculteit
van de Universiteit van Leicester in
1963 een van de markantste ontwer
pen van de twintigste eeuw genoemd
mag worden". Na enkele clichémati
ge opmerkingen over de architect,
waarin vorm, structuur en functie de
toverwoorden zijn, wordt geconclu
deerd: „De kwaliteit van zijn werk is
onaantastbaar. Niet besmet of belast
door kennis van zaken of vooroordeel
met betrekking tot de Rotterdamse
problemen kon Stirling objectief zijn
visie neerleggen in het ontwerp voor
het wonen op een pier". De exclusivi
teit van het project wordt met deze
opmerkingen onderstreept.
Het gebouw in Leicester mag inder
daad gelden als het meest besproken
bouwwerk uit de jaren zestig. De cri
tici waren het eens (en dat was bui
tengewoon opmerkelijk) dat Stirling,
toen nog in samenwerking met James
Gowan, ering geslaagd was om naast
het inwilligen van de toen gebruike
lijke eisen ook nog de expressiviteit
van de opstand van het gebouw, de
technische en functionele uitdruk
king van de gevels in hun uiterlijke
samenhang te verwerkelijken. Het
bleek geen geïsoleerd meesterwerk te
zijn, want Stirling wist bij de volgen
de opdrachten, universiteitsgebou
wen (onder andere in Cambridge en
Oxford) en in woningbouwprojecten
steeds een synthese tot stand te bren
gen van de technische functies in hun
structurele en materiële kwaliteiten
en de functies van het gebruik. Bo
vendien wist hij de gebouwen met
hun eigenzinnige uitdrukking te inte
greren in de gegeven landelijke of
stedelijke omgeving.
De sprekende architectuur van Stir
ling staat in weldadige tegenstelling
tot de abstracte dozen van glas en
beton van zijn tijdgenoten of de on
aantastbare monumentaliteit van de
neo-classicisten die de zich ontwikke
lende architectuur altijd schijnt te
moeten bezitten. De persoonlijke mo
numentaliteit van Stirling is open
hartig en kwetsbaar
Doorbraak
Stirling is daarmee een van de weini
gen die met élan tegen de in de jaren
'60 gangbare meningen over het Nieu
we Bouwen inging. Door de sociale en
economische beperkingen was er
toen een streven tot een volstrekte
eenvoud in architectuur die met een
aldus verkregen helderheid tevens
tot een beperking van de architecto
nische uitdrukking leidde. De voorlo
pige avant garde bedoelde een wezen
lijke concentratie op de gebruiks
functies dank zij de nieuwe techni
sche mogelijkheden te ontwikkelen,
maar in de wederopbouwsituatie na
de oorlog verwaterde dit tot een door
de bouweconomie gedicteerde bana
liteit. Stirling wist die ongelukkige
situatie met allure te doorbreken.
Onlangs plaatste Stirling zich zelf
dan ook tussen de proto-industriëlen
en de neo-modernen in. Het is een
merkwaardige tegenstelling in de his
torische ontwikkeling en-in visie. In
de Rotterdamse gegevens kan hij op
die wijze geplaatst worden tussen
Verheul en Maaskant, de belangrijk
ste vormgevers van de periode van de
eeuwwisseling en van de naoorlogse
jaren. Stirling wenst het op het object
geconcentreerde ontwerpproces van
de Beaux Arts (de decoratieve archi
tectuur van de vorige eeuw) te redu
ceren en uit te breiden. Stirling er
vaart de Beaux-Arts en de avant gar
de van het Bauhaus als tegenoverge
stelde uitersten die hij voor de huidi
ge architectuur even desastreus
vindt. Hij hanteert een methode die
tussen deze uiterste twee mogelijkhe
den ligt.
Het zal daarom ook zeer boeiend zijn
om het Rotterdamse Müller-pier-pro-
ces te volgen. De tekeningen die in de
brochure zijn opgenomen, bieden
slechts formele, stedebouwkundige
aanwijzingen. Wel wordt in het voor-
De verschijningsvorm van dit alles
wordt met vier plannen geillustreerd.
In plan a is één groot gebouw opgeno
men met negen verdiepingen dat in
hoefijzervorm de oevers van de pier
volgt. De gemeenschappelijke ruim
ten binnen de grote U-vorm zullen
merkwaardige, negen verdiepingen
hoge tuinmuren krijgen. In een vari
ant op dit model heeft de architect de
woonketen in noordoostelijke rich
ting verschoven, waardoor er meer
zicht op de nabijgelegen Jobshaven
wordt geschapen
In plan b zijn de woningen onderge
bracht in een aantal gebouwen van
diverse typen. Het derde plan bestaat
uit veertien woontorens die op een
niveau van enkele verdiepingen hoog
onderling verbonden zijn door woon
eenheden voor grotere gezinnen. Het
is het meest open model. Alhoewel de
speelsigheidjes van de dakhuizen als
bekroningen van de torens was ge
wild aandoen, lijkt dit plan toch de
meest comfortabele woningen te kun
nen bevatten, en vooral de beste mo
gelijkheden voor de openbare terrei
nen te bieden. Het is ongetwijfeld
tevens het duurste plan.
Voor de nog kale Müller*pier kan dit plan worden uitgewerkt, dat voorziet in zo'n 800 woningen naast winkels,
parkeerplaatsen en gemeenschapsruimten, gegroepeerd volgens het in de tekst belichte hoefijzermodel (plan a).
Grijs
De plannen zijn aangeboden in idea
listische schetsen naar Stirlings voor
stellen. In de perspectiefschetsen is
de omgeving grijs gehouden terwijl
het plangebied met de bebouwing en
begroeiing vrolijk oplichten; zelfs het
zwaar vervuilde water van de Nieuwe
Maas kreeg een heldere, azuurblauwe
kleur. De kleurigheid kenmerkt wel
licht de optimistische voorstellen van
Stirling in een bouwsituatie in Neder
land die defaitistisch te noemen is.
Het is vanwege dat in beton, steen en
glas uitgedrukte optimisme te hopen
dat de plannen gerealiseerd kunnen
worden. Gedurende de laatste jaren
is er als reactie op de „grijze" naoor
logse bouwwoede al zo veel banale
kneuterigheid door de bouwheren en
bouwmeesters tot stand gekomen,
dat er wel duidelijke, optimistische
daden moeten worden gesteld. Parti
culiere initiatieven als „een pier om
op te wonen" dwingen dan tot onder
zoek of deze daden passen in een
broodnodige stadsvernieuwingsbe
leid.
ADVERTENTIE
Het volk van Zimbabwe heeft ge
kozen voor zijn toekomst.
Het land moet nu opgebouwd
worden.
Meer dan ooit is UW hulp nodig.
De Wereldraad van kerken stuurt
4 veldhospitalen.
Help de Wereldraad helpen!
Help de kerken van Zimbabwe
helpen.
Bouw mee aan de vrede in Zim
babwe.
Giro 5261
Stichting Oecumenische Hulp te Utrecht
Vermeldt: vrede Zimbabwe
Vraag ook dokumentatie: f 5.- incl. porto
Collectie Eskimo-kunst
in Rotterdams museum
Van onze kunstredactie
ROTTERDAM In het Museum
voor Land- en Volkenkunde te Rot
terdam wordt van 29 maart tot 28
april een tentoonstelling gehouden
van 155 Inuit-prenten. die georgani
seerd werd door het National Mu
seum of Man en het Department of
Indian and Northern Affairs te Otta
wa (Canada).
Voor de meeste Inuit de naam
waarmee de Eskimo's zichzelf aan
duiden veranderde er in de jaren
vijftig erg veel. Er werd toen een
keten van radarstations aangelegd
dwars door hun woon- en jachtge
bied. Daardoor werd het contact met
de blanken, dat tot dan tamelijk spo
radisch was. veel intensiever. Deze
blanken werden gevolgd door ambte
naren van het Department of Nor
thern Affaire and National Resour
ces, die tot taak hadden de proble
men aan te pakken die een gevolg
waren van de invasie.
Zo werden de Inuit gestimuleerd coö
peraties op te zetten voor de afzet van
hun produkten en ambachten te le
ren, waarmee zij zowel geld zouden
kunnen verdienen als uitdrukking ge
ven aan hun culturele identiteit.
James Houston, een Canadese kun
stenaar die zich in Cape Dorset ves
tigde, moedigde de Inuit aan de
kunst van het beeldsnijden weer pro
fessioneel te gaan beoefenen. Met
graveren en drukken werd begonnen
toen een van de Inuit er zijn verwon
dering over uitsprak hoe het toch
mogelijk was, dat op ieder pakje siga
retten dezelfde voorstelling kon ver
schijnen. Dit bracht Houston ertoe te
demonstreren hoe een ingekerfde lijn
in dit geval op de slagtand van een
walrus op papier gereproduceerd
kon worden door deze met inkt te
bestrijken.
Zo ontstond de Inuit-prentkunst en
Cape Dorset is nu een bloeiende ne
derzetting van kunstzinnige Inuit.
ADVERTENTIE
PENNSYLVANIA (AP) - Op het
State College in Pennsylvania
wordt op het ogenblik alles wat er
de laatste twintig jaar over Sha
kespeare geschreven is of van hem
is opgevoerd in een computer on
der opgeborgen.
„Als iemand wil weten of Rudyard
Kipling ooit Shakespeare gelezen
heeft, dan kunnen wij hoofdstuk
ken uit zijn werk noemen, waaruit
blijkt dat hij dat inderdaad heeft
gedaan" zegt de leider van het
project, de hoogleraar Engels van
de Pennsylvania State University
Harrison Meserole „Of als iemand
wil weten hoeveel Shakespeare af
wist van orchideeën. Of hoeveel
dissertaties er het laatste jaar
over hem gepubliceerd zijn. Dat
kunnen wij in hooguit drie secon
den precies vertellen."
Het team verzamelt verwijzingen
naar Shkaespeare of zijn werk uit
boeken, tijdschriften, weekbla
den, kranten, dissertaties, stellin
gen, radio en televisie
Daar wordt een bibliografie met
50.000 trefwoorden uit gemaakt,
die onder de titel „A Cumulated,
Annotated World Shakespeare Bi
bliography, 1958-1978". die in 1981
zal verschijnen. Wat er in de com
puter verzameld is blijft daarin
voor verder onderzoek „Er is bij
na geen land, dat niet ieder jaar
iets over Shakespeare oplevert.
Zopas kwamen we nog iets tegen
in de taal van de Zoeloes Het
kostte aardig wat tijd om het ver
taald te krijgen."
Materiaal voor de bibliografie
komt van 44 Shakespeare-kenners
uit heel de wereld Bij de grootste
bewonderaars van „de bard" ho
ren Russen en Japanners „Ieder
voorjaar, meestal eind april begin
mei, krijgen we een grote zending
van onze correspondent in Rus
land. In eerste aanleg werken we
in ongeveer veertig talen, maar
het merendeel van het materiaal
is in het Engels. Russisch of ande
re Slavische talen. Japans, Frans
en Duits. De computer maakt het
mogelijk het materiaal zo te clas
sificeren en coderen, dat het ook
toegankelijk is voor anderen dan
deskundigen
DEN HAAG (ANP) Minister Albe-
da van sociale zaken heeft zich tot de
raad van commissarissen van de
Ogem gewend over de aan de vroege
re president B J. Udink gegeven
„gouden handdruk" van ongeveer
twee miljoen gulden. Dit blijkt uit het Minister Albeda zegde de Kamer toe
antwoord van de minister op vragen
van het Kamerlid Verburgh (GPV)
Hij had zich afgevraagd, of deze af
vloeiingsregeling wel in overeenstem
ming is met de loonpauze.
nader op de vragen te zullen ingaan
wanneer hij van de raad van commis*
sarissen nadere informatie zal heb
ben gekregen
DEN HAAG Het Haagse gezel
schap voor experimenteel theater.
Studio Scarabee. heeft in twee en een
halve maand in de Verenigde Staten
meer dan zestig voorstellingen gege
ven van zijn voorstelling „Perfidia"
en daarmee overgrote belangstelling
getrokken.
Uit de lovende kritieken blijken voor
al bewondering en waardering voor
zoveel theatervernieuwing in één pro
ject. De toeloop was overal zo groot,
dat er extra plaatsen werden ge
creëerd. of waar mogelijk, extra voor
stellingen ingelast.
ADVERTENTIE
bod
iugu
onta
O
O
O
O
O
O
O
O
■wta.aetchreven boor
werhmen over problemen
óie memen tonder werh
ondervinden wanneer
zij zUh willen uholen.
door Jan Sloothaak
projekt mensen zonder werk groningen
GRONINGEN ..Regelma
tig blijkt dat het primaire pro
bleem van iemand zonder
werk is: als mens overeind
blijven. Want het tast je be
staan diep aan wanneer het
enige dat je van jezelf kunt
zeggen is: ik ben werkloos of
ik ben arbeidsongeschikt. Je
zegt alleen maar dat je geen
werk hebt respectievelijk niet
kunt werken; enkel dingen
die je niet kunt of niet hebt.
Wanneer daar niets tegen?ver
staat is de slotsom dat je niets
bent. Het is van levensbelang
om iets te zijn. Kortom, liever
scholier dan werkloos."
Maar als je „scholier" wilt worden
door bijscholing en dat brengt je
werkloosheidsuitkering in gevaar,
wat dan? Bij de huidige wetgeving is
dat soms het geval. In een boekje
„Geen werk.dan ook geen scho
ling?" wordt hierover meer uit de
doeken gedaan. Het is geschreven en
naar allerlei overheidsinstanties ge
zonden door een projectgroep „men
sen zonder werk." Dit project loopt
sinds vijf jaar. Het is op poten gezet
door werklozen zelf en sindsdien
heeft een wisselende groep zich bezig
gehouden met het werklozenpro-
bleem. Omdat de projectgroep geen
rechtspersoon is. gaat dit onder de
vleugels van het vormingscentrum
„De Hoeksteen" in Groningen, via
welke instelling het project uit de
rijksbijdragenregeling kan worden
gefinancierd.
De nu verschenen nota is geschreven
door werklozen, over problemen die
mensen zonder werk ondervinden
wanneer zij zich willen scholen. Zoals
'Willem C. bijvoorbeeld. Hij is acht
entwintig jaar oud. raakt als werk
tuigbouwkundige overspannen, en
probeert nadat hij weer bijgekomen
is een andere baan te krijgen Uit een
beroepentest bij het Arbeidsbureau
blijkt dat een sociaal beroep wel iets
voor hem is. De betrokken ambte
naar van het arbeidsbureau vraagt
een studiekostenvergoeding voor een
opleiding MBO-Inrichtingswerk voor
hem aan. De zeshonderd gulden stu
diekosten kan hij van zijn uitkering
uit de Rijksgroepregeling werkloze
werknemers niet betalen. De direc
teur van het arbeidsbureau wijst de
aanvraag echter af. Zijn kans om
werk te vinden zou te gering zijn.
Deze beslissing betekent het afsnij
den van een mogelijke weg naar
werk.
Verzoek
Een ander voorbeeld Jan K. (31). die
al enkele jaren werkloos is. en van de
sociale dienst hoort dat zijn verzoek
voor scholing voor een sociaal beroep
is afgewezen Ook hij zou geen kans
op werk hebben. Volgens de project
groep lagen er voor hem echter wel
kansen op dit vlak omdat hij bij een
kerkelijke organisatie al actief was.
Na de afwijzing begon hij een cursus
tekenleraar Het ging goed met de
studie, maar zijn ideaal om zijn „ge
bleken creativiteit" alsnog dienst
baar te maken in een sociaal beroep
of andere tekenleraar te worden, werd
voor zijn gevoel door de sociale dienst
weggehoond.
„Het draaide er zelfs op uit dat zijn
uitkering werd ingetrokken. Hij
moest de opleiding beëindigen, waar
op hij zijn werkstukken maar in de
gracht deponeerde. Hij kon weer van
voren af aan beginnen met uit de
werkloosheidsregeling proberen te
komen en iets van zijn leven te
maken."
Zo zijn er in de nota diverse andere
voorbeelden genoemd van werklozen
die willen leren maar geen kans krij
gen. De werkgroep tekent hierbij aan
niet te willen bepleiten dat iedere
uitkeringstrekker maar direct in aan
merking moet komen voor een stu
diekostenvergoeding. „Waar de na
druk van ons bezwaar op ligt is dat
degene zonder werk. op straffe van
intrekking van uitkering, zijn tijd
niet op een zinvolle manier naar eigen
keuze kan en mag invullen. Juist bij
werklozen zou immers enig eigen ini
tiatief, toch minstens passief onder
steund kunnen worden."
Uitvoerder van de wetten voor lang
durig werklozen (Wet Werkloosheids
voorziening of WWV», waar men na
een half jaar in komt en de Rijks
groepsregeling Werkloze Werknemers
die na twee en een half jaar gaat
gelden), is de Sociale Dienst Volgens
de werkgroep leert jurisprudentie dat
scholing in deze regeling nauwelijks
of niet wordt toegestaan. Motief: Dit
zou leiden tot positieverbetering op
kosten van de bijstand. Een uitzonde
ring hierop is wanneer het arbeidsbu
reau het noodzakelijk vindt Wat de
Wet werkloosheidsvoorziening be
treft. mag scholing niet. als dit als
produktieve arbeid valt te beschou
wen ibijvoorbeeld stage) Recht op
een volledige uitkering vervalt ook
wanneer door de scholing de beschik
baarheid voor de arbeidsmarkt er
door vermindert.
Voorwaarden
De mogelijkheden om via het ar
beidsbureau toch naar „een baan toe
te scholen" zijn beperkt door voor
waarden. De opleiding moet volgens
het bureau bijvoorbeeld een reële
kans op een baan bieden en het moet
gaan om een opleiding waarbij geen
sprake is van niveauverbetering Ar
beidsongeschikten hebben goede
kans op scholing als er een medische
indicatie Is Men is dan wel afhanke
lijk van de keuringsarts Scholing
vanwege andere redenen kan tot ge
volg hebben dat de financiële situatie
in gevaar komt. Het volgen van een
scholing kan namelijk een nieuwe
keuring tot gevolg hebben Op zich
zelf vindt de werkgroep dit gunstig.
Als men echter toch weer arbeidsge
schikt wordt verklaard kan dat ertoe
leiden dat men in de werkloosheids
wetten terecht komt. Na twee en een
half jaar kan men dan aangewezen
raken op de Rijksgroepregeling
Werkloze Werknemers (dit is de bij
stand). wat een forse achteruitgang in
inkomsten kan betekenen
De werkgroep vindt dat er maatrege
len genomen moeten worden om be
lemmeringen voor scholing weg te
nemen. Het ontneemt een werkloze
een mogelijke kans om toch weer aan
de slag te raken Centraal staat ech
ter toch wel de gedachte dat de scho
ling als zodanig een ander plaats in
onze maatschappij moet gaan inne
men. „Algemeen groeit het besef dat
scholing iets is dat niet alleen aan het
begin van een loopbaan thuishoort
Er wordt veel gesproken over zaken
als betaald educatief verlof, open
school, permanente educatie enz
Voor uitkerende instanties en het ar
beidsbureau reden om zich te bezin
nen of men in een dergelijke maat-
schappijstroom niet mee moet gaan
Bovendien wijst de werkgroep erop
dat de realiteit van de arbeidsmarkt
moet worden geaccepteerd. De over
heid dient te onderkennen dat voor
sommige mensen de kans op werk
loos blijven groter is dan de kans op
werk krijgen en dat anderen er lang
op moeten wachten.
„We hebben de nota onder meer toe
gezonden aan de ministeries van So
ciale Zaken zowel als Onderwijs en de
gemeente Groningen", vertelt Louis
Flapper van de werkgroep Ook de
Tweede-Kamerfracties zijn benaderd
en volgens drs. Flapper heeft dit in
middels al tot reacties geleid van
kamerleden van CDA. PvdA en WD
„De voornaamste sleutels zijn in han
den van de uitvoerders van de uitke
ringswetten. doorgaans de gemeen
ten. en de makers van de wetten We
hebben met onze note een prikkel
aan de Tweede Kamer willen geven
en de eerste reacties zijp hoopvol
Overigens duidt onze nota alleen nog
maar de grote lijnen aan Er zal nog
een gedetailleerde uitwerking moe
ten komen