Een slecht jaar met goeds uit
Duitsland, Italië en Polen
iven films samengebracht
'Joegoslavische week'
Klaaglied om aangetast Joods leven
-at men gewoonlijk
in levensverhaal noemt
Berliner Festspiele
fitelijk ridicule opzet
Hongaarse Rhapsodie
GIROSPMRREKENINGEN.
postgiro en
rijkspostspaarbank
I
JDAG 7 MAART 1980
TROUW/KWARTET P17 - RHS 1
door Hans C. Blumenberg
Schamel, mager, bedroe
vend met dergelijke ad- Ferreri
jectieven bedacht het gros
van de internationale filmkri
tiek het officiële programma
van de dertigste Filmfestspie-
le in Berlijn.
oordelen) maar met alle begrip voor
de moeilijkheden van een nieuwe fes
tival-leider blijft de indruk van een
bijna-catastrofe bestaan.
Nu wordt er op festivals nogal eens
met de botte bijl gehakt (geen mens
is ln staat twaalf dagen achter elkaar
elke dag vier of vijf films te zien en
dan, fris van de lever, genuanceerd te
„Palermo oder Wolfsburg" van
Werner Schroeter, onderscheiden
met de hoofdprijs van de Berliner
Filmfestspiele 1980.
1 van een culturele overeen-
wordt er ook dit jaar weer een
"avische filmweek" gehou-
Evier steden: Amsterdam (Kri
ll Rotterdam Ct Venster), Den
f (De Uitkijk) en Groningen
mis Liga '68).
it natuurlijk niets af te dingen
t sluiten van culturele overeen-
fcen. maar dat die voor film tot
ghebben dat er. koste wat kost,
veken" worden georganiseerd
de keper beschouwd, lichtelijk
iü. Er zou een effectiever sys-
1 moeten worden uitgewerkt,
ij niet „voorraadjes film" voor
Irte periode ter beschikking ko
lnaar het hele jaar door.
ïden zeven films vertoond,
in er vijf vooraf zijn vertoond:
leach guard in the winter" van
Paskaljevié, „The rat saviour"
sto Papié, „Special education"
oran Markovié, „Anno Domini
van Vratoslav Mimica en „Oc-
on in 26 pictures" van Lordan
ovié.
rdt in Joegoslavië met goed
nschap en gevarieerd gefilmd,
as al bekend. M.n. de animatie-
uit Zagreb zijn indertijd een
sensatie geweest.
aarin de Joegoslavische films,
in naar de vertoonde, verschil-
n films die typisch zijn voor
osteuropees werk is, de afwe-
van intrinsieke sociale en/of
ie kritiek.
voor zover die uit de films
oren treedt is. kritiek op alge-
historische onderdrukking:
idellijke machthebbers plus
het verre ^erleden („Anno
1573") en door Duitse en Itali-
>ezetters in de jongste wereld-
daarbij geholpen door fana-
Iroaten (in „Occupation") met
heimelijk op de achter-
;De hoofdtoon in beide films is.
[ectaculaire van gewelddadig-
h „Anno Domini" is de gewei
heid gekleed in de (over de
wereld bekende) kleurrijke
middeleeuwse gewaden (of ze nu van
zijde zijn dan wel linnen lompen); in
„Occupation" bestaat het spectacu
laire uit een walgelijke slachtpartij
van Joden en Serviërs, die door Kroa
tische „nationalisten" in een rijdende
bestelwagen om het leven worden ge
bracht. De kritiek heeft zijn expressie
meer gekregen in woord dan in beeld.
Omdat het beeld te sterk gekleurd is
door het jagen op visueel effect.
Simpeler van stijl zijn „The beach
guard" en „Special education". Een
„familiefilm" en een film over jon
gens in een opvoedingsgesticht. De
familiefilm bezit alle ingrediënten
van de gemoedelijke klein-burgerlij-
ke aanpak: kijvende vrouwen, een
bazige vaderfiguur met „gouden
hart", bedeesde jongelui, met als
middenstuk de verplichte feestdis. In
„Special education" is duidelijk ge
lonkt naar het Westen: dezelfde aan
pak van niet goed begrepen moeilijk
opvoedbare jongens, hulp van eigen-
gerelde begeleiders met één uitzonde
ring: de stoere he-man, die het beste
met zijn jongens, voor heeft en toch
schijnbaar steeds voor mislukkingen
komt te staan. Een film vol clichés,
zowel wat de inhoud als wat haar
vorm betreft.
„The rat saviour" valt wat uit de toon
van wat Je over het geheel genomen
uit Oost-Europa te zien krijgt, ook al
is de film te herleiden tot een griezel
roman van een Rus. Met reminiscen
ties aan Polanski's „The fearless
vampyre killers", hoewel de vampiers
hier jat mensen" zijn geworden. Het
stramien is de slimheid van de rat
met een haast menselijke intelligen
tie die bepaalde ratten in staat stelt
zich e vermenselijken en zo een
schrikbewind op de wereld te vesti
gen. Bedoeld is, een griezel-symboli
sche verwijzing naar de gevaren van
fascistische gewelddadigheid. De
horror is sterk afgezwakt.
D.O.
De eerste negen dagen brachten
slechts één film van formaat: „Chiedo
Asilo" („Ik vraag asiel") van de Itali
aan Marco Ferreri. De regisseur van
„La grande bouffe" en „Bye bye Mon
key" blijkt het hierin zonder surrea
listische uitweidingen te kunnen stel
len. hij maakt een kleine utopie. De
sterren van de film zijn kinderen van
een kleuterschool uit de trieste indus
triestreek rond Bologna, wier nieuwe
leraar zich met de snelheid van het
licht onpopulair maakt bij de ouders
door zijn onconventionele onderwijs
methoden. Een vijfjarige vluchteling
schenkt hij in zijn huis asiel en ten
>slotte gaat hij met de kinderen naar
zee. Het ondenkbare, het onmogelij
ke toont Ferreri met laconieke van
zelfsprekendheid. Het anarchistische
begrip van vrijheid, dat hij in deze
film formuleert, komt ook in de vorm
tot uiting: geen hermetische visie,
maar een collectief, open werkstuk,
waaraan de kinderen en de andere
medespelenden (er zijn slechts twee
beroepsacteurs, Robert Bentngi en
Dominique Laffin) als gelijkberech-
tigden meedoen. Het resultaat is geen
topzware pedagogische, sociologi
sche smartlap, maar een verzetsfilm.
Pas de drie laatste dagen, toen ieder
een al apathisch was geworden of
smulde van de uitstekende retrospec
tieven (Billy Wilder en driedimensio
nale films) was er van een kleine
opleving sprake veel te laat.
De belangrijkste Amerikaanse maat
schappijen deden aan het concours
niet mee. daarom was het nog altijd
belangrijkste filmland ter wereld
voornamelijk vertegenwoordigd door
avantgarde- en documentaire films in
het „Forum des jungen Films", dat
het meer experimentele programma
van het festival voor zijn rekening
neemt.
Gouden Beren
In het concours draaide slechts één
Amerikaanse film: de onafhankelijke
produktie „Heartland" van de televi
sieregisseur Richard Pierce: een zeer
precieze, helaas ook zeer precieuze,
reconstructie van het rauwe farmerle
ven vol ontberingen in Wyoming
anno 1910. Er valt weinig in te bren
gen tegen deze mooie, zorgvuldig
geënsceneerde film, maar tot de
hoogtepunten van de Amerikaanse
produktie behoort hij zeker niet. Dat
de jury hem met een halve „Gouden
Beer" beloonde, zal wel met festival-
politiek te maken hebben. Moritz de
Hadeln, de directeur -an het con
coursprogramma, nam deel aan de
beslissende zitting van de Jury en de
buiging naar het Westen was hem
ongetwijfeld niet onwelkom: mis
schien laten de Amerikanen zich op
deze manier overhalen, het volgend
jaar in Berlijn weer wat sterker voor
de dag te komen.
Het heeft weinig zin, de jury te laken
(waarin o.a. Ingrid Thulin, Matthieu
Carrière, Peter Kern en de grote film
architect Alexandre Trauner zitting
hadden) want tenslotte kwam die tot
een opzienbarende beslissing door
ook Werner Schroeters „Palermo
oder Wolfsburg" met een hoofdprijs
te onderscheiden: een epische, drie
uur durende reis uit een vrolijk, arm
zuiden naar een koud, rijk noorden.
Het verhaal van een jonge Siciliaan
die in Wolfsburg werk zoekt, twee
mensen doodt en pas voor de recht
bank zijn identiteit hervindt. Schroe
ters film, met een stijl die zich van
pathetisch realisme (él la Visconti)
ontwikkelt tot gestileerde groteske,
behoorde tot de weinige evenemen
ten van deze Berlinale: het is een
werk van gewelddadige schoonheid,
waartoe ook de omstreden stijlbreuk
in het verhaal bijdraagt.
Opmerkelijk van onderwerp was een
Amerikaanse film. die buiten het con
cours (men zou dat toch echt eens
moeten afschaffen!! draaide: „Crui
sing" van William Friedkln, een blik
in het sado-masochistische, in leer
gehulde homo-wereldje van New
York. Een politieman op zoek naar
een lustmoordenaar (Al Paclno)
dringt zo diep in deze wereld van
vreemde, wrede rituelen door, dat hij
zelf dreigt te bezwijken aan de aan
trekkingskracht, die van het milieu
uitgaat. Weliswaar slaagt Friedkin er
niet altijd in. de gecompliceerde ob
sessie van zijn hoofdpersoon duide
lijk te maken, maar als zwarte „crime
story" in de traditie van de eveneens
door Friedkin gemaakte „French
Connection" bezit de film kwali
teiten.
Oost-Europa
De Oosteuropese film was de laatste
jaren in Berlijn zeer sterk vertegen
woordigd (alleen vertrokken vorig
jaar de Russen en hun bondgenoten
voortijdig vanwege de vertoning van
„The Deer Hunter"). Dit jaar kwam
de beste film van de Berlinale uit
Polen: Andrzej Wajda's „De Diri
gent", na „De Mens uit Marmer" en
„Zonder Verdoving" opnieuw een ver
kenning van de relatie tussen creatie
ve impuls en administratieve contro
le, tussen geest en macht. De beroem
de dirigent Jan Lasocki (met geresig
neerd meesterschap gespeeld door de
Engelsman Sir John Gielgud) besluit,
nadat hij in New York de dochter van
zijn jeugdliefde heeft ontmoet, zijn
Poolse geboortestad te bezoeken.
Daar studeert hij, door de functiona
rissen gevleid en naar de ogen geke
ken, met het provincie-orkest Beet-
hovens „Vijfde" in. Maar de nostalgi
sche onderneming onttrekt zich alras
aan zijn controle: weliswaar spelen de
musici beter dan ooit. doch de jaloe
zie van een jonge Poolse dirigent en
de publiciteitsgeilheid van de autori
teiten verwoesten niet alleen een hu
welijk, maar tenslotte zelfs het leven
van de maestro. Uit angst, dat ze zich
met het door de internationale televi
sie uitgezonden concert zullen blame
ren, vullen ze het orkest heimelijk
aan met beroepsmusici uit de hoofd
stad. Lasocki neemt teleurgesteld af
scheid („dat is mijn orkest niet") en
sterft onopgemerkt in een lange file
van mensen, die een kaartje voor zijn
concert willen veroveren.
„De Dirigent" kan. evenals Fellinl's
„Prova d'Orchestraworden gezien
als een parabel, waarin Wajda zijn
ervaringen met de staatswillekeur
heeft verwerkt. Maar daarmee is nog
niets gezegd over de fascinerende uit
werking van deze film. Hij blijft tot
het eind complex, opgebouwd uit
vele lagen: hij is zowel symbool-spel
als reportage en. niet in de laatste
plaats, meditatie over professionalis
me en amateurisme. Dat de bleke
Andrzej Seweryn in de rol van de
jaloerse dirigent met de acteursprijs
ging strijken (en niet de fantastische
Gielgud) behoort tot de raadselach
tigste jurybeslissingen die ik ooit heb
meegemaakt.
Engelse Renaissance
Opvallend was in Berlijn de aanwe
zigheid van de Engelse film die, bljn8
onopgemerkt, de laatste Jaren eer
kleine Renaissance beleeft. In het Fo
rum liep „The Tempest", een ongewo
ne Shakespeare-film van Derek Jar
man (bekend geworden door zijr
punk-satire „Jubilee"). De punkbanc.
„Clash" speelt de hoofdrol in „Rudi
Boy" van Jack Hazen en David Min
gay. Tegen het geluidsdecor van dt
gewelddadige, rauwe muziek var
„Clash" („White Riot") zien we beel
den van racistische demonstraties
straatgevechten, sexshops, achter
buurten.
Heel wat artistieker, kunstmatige)
gaat het toe in de nieuwe film var
Nicolas Roeg, die sinds „Performan
ce" (met Mick Jagger) en ..Don't look
now" tot de interessantste Europese
cineasten behoort. Zoals alle film.1
van Roeg is ook „Bad Timing" eer
puzzel, waarin alle conventionele be
grippen van filmische tijd en filmi
sche ruimte niet meer gelden. Var
fragmenten van een verhaal, dat er
gens gaat over een Amerikaanse pro
fessor in de filosofie in Wenen, eer
mooie onberekenbare Tsjechisclu
vrouw en sinistere manipulaties var
geheime diensten, monteert Roeg eer.
essay over horen en zien. over illusies
„Bad Timing" is technisch ongeloof
lijk briljant, maar soms kreeg ik de
indruk dat de halsbrekende sprongen
in tijd en ruimte misbruikt werden
voor even spectaculaire als twijfel
achtige show-effecten.
Maar net als „Palermo Oder Wolfs
burg" is „Bad Timing" een film, die Je
graag tweemaal wilt zien. Een com
pliment dat Je. helaas, niet veel films
van deze Berlinale kunt maken.
Hans C. Blumenberg is filmtheoreti
cus en filmcriticus van het Westduit-
se weekblad „Die Zelt". dat vorig
Jaar werd onderscheiden met de
Erasmusprijs.
Opstandige boeren in „Anno Domini 1573".
Jancso's film „Hongaarse rhapsodie"
wordt deze week in omloop gebracht.
Bij gelegenheid van het Rotterdamse
filmfestival van Film International
hebben we al geschreven over de vi
suele schoonheid van deze film, waar
in de befaamde ritmische kringbewe
ging van Jancso in bijzondere mate
illustratief voor de inhoud van de film
is.
In een filmisch rapsodische vorm
aaneenschakeling van historische
en folkloristische momenten wordt
een karakterisering gegeven van de
geschiedenis van Hongarije, van voor
1914 tot de nadagen van Bela Kun.
Het fatalisme in de eeuwenoude ge
schiedenis van Hongarije heeft in
Jancso's film een soms adem afknij
pende vertolking gekregen.
Dat adem-af-knijpende keert terug in
de korte film van Jancso. die aan
„Hongaarse rhapsodie" is gekoppeld,
de film „Jelenlet" (Eng. titel „Presen
ce"). Een doodstille documentatie
over de verwoeste synagoge. Een sy
nagoge, die tevens dé synagoge is,
symbool van lijden, ondergang en
overleven, in de zeer bijzondere smar
telijkheid van het jodendom. De adel
van dit jodendom schuilt ln zijn een
voudig geloof aan zijn diepste waar
heid: handhaving van zijn steeds
weer bedreigde identiteit.
De synagoge uit de film bevindt zich
in een Hongaarse plattelandsge
meente. Zij is omringd door graven,
de graven van de eeuwig blijvenden.
Haar bouwvalligheid, niet een gevolg
van ouderdom of verval, maar van
een apocalyptische teistering, is geen
dode bouwvalligheid. Zij leeft in de
speelse hinkelsprongen van een kind.
in de gebedsuren van twee keer twee
joodse mannen, van wie de jongsten
de geschonden muren bezigen als de
oude klaagmuur. De film is een klaag
lied om aangetast joods leven. Geen
wanhopig klaaglied, maar een onster
felijk. Deze korte film is een der in
drukwekkendste die ik van Jancso
heb gezien.
Amsterdam Kriterion 16 jr
d.o.
Scène uit Hongaarse Rhapsodie.
Ouwendijk
„Kramer versus Kramer" van
Benton is voor niet minder
gen Oscar-waarderingen aan-
Voor de „beste film", de
hoofdrolspeler", „beste regie"
>rts. Zouden de Oscars in
jkheid volgen, dan zou op-
?en aanwijzing van Oscar-po-
aan d* reeks zijn toegevoegd,
is gemaakt naar een roman
ery Colman, een roman van
irt dat bij voorkeur „een le-
haal" wordt genoemd. In die
erhalen tref je altijd een won
mengsel aan van waarheid en
achtigheid. om niet het wat te
coord vervalsing te gebruiken,
laaide feiten hebben de schijn
leven te zijn gegrepen", maar
e goed bekijkt zijn ze gefor-
n geconstrueerd. De roman
t niet aan die kwalificatie; de
e met enige vrijheid ernaar
pieerd is, ontkomt er evenmin
itrale thema van de film is de
vie kan er nu het beste zorgen
n kind. als vader en moeder
ar gaan. Volgens de algemene
ng ook in de gebruikelijke
rde is dat de moeder. Maar
folstrekt waar? De film „Kra-
rsus Kramer" is een aaneen-
le ontkenning van die vraag,
ndeert zij naar de tegengestel-
itting. namelijk dat de sterke
m de man. mits bestierd door
voor het bijzondere in een
verkiezen is boven de lichte-
>iele geëmotioneerdheid van
luw. In deze zin is de film
k een anti-vrouwelijke film.
haal gaat over een succesvolle
relations man. Ted Kramer,
sleid door zijn successen op
gebied, niet beseft hoe hij
iuw Joanna in haar zelfstan-
sgevoelens tekort doet ZIJ
moet luisteren, Ted is van luisteren
ontslagen: de man in huis praat, de
vrouw hoort aan. Het vordt Joanna
te veel en ondanks haar grote liefde
voor haar zoontje Billy verlaat zij
man en kind. Om een eigen zelfstan
digheid op te bouwen. Overtuigd van
haar tweede rangs positie in het leven
meent zij zich niet als „goede moe
der" voor Billy te kunnen laten gel
den. Ted krijgt te maken met huis
houdelijk werk en praktische vader
zorg. Het wordt hem niet gemakke
lijk gemaakt, want Billy natuurlijk
behorend tot het gepatenteerde slag
van de mooie, vlotte kinderen is
een kereltje met eigen visies op de
dingen. Daarmee wint hij het volledig
van zijn vader Ted (Dustin Hoffman).
Joanna leert ten slotte flink op eigen
benen te staan en spant dan een
rechtzaak aan tegen Ted, om de voog
dij over haar zoon toegewezen te
krijgen.
óm dat proces gaat het. Het wordt
gespeeld op de bekende harde en
scherpe manier van de Amerikaanse
(film)rechtspleging, ook in civiele za
ken. Voor prosecutie en verdediging
schijnt het zaak te zijn om tegenstan
ders zo kwetsend mogelijk te verne
deren. De rechtzaak, die niet zo n
groot deel van de film uitmaakt, is
dus het interessantst. Er komt per
slot van rekening toch nog iets van
waarachtige menselijkheid voor de
dag.
Voor de rest gaat het in de film vooral
om moeder-instabiliteit. huisman-on
handigheid en de precaire positie van
een kind, dat gedwongen wordt zijn
genegenheid te verdelen.
Zoetelijk kan ik de film niet noemen.
Maar waarachtig evenmin.
Amsterdam Calypso 1 en Rialto; Den
Haag Asia en Studio: Rotterdam Ca
lypso en Lijnbaan en verder in 9
theaters overal in het land.
Renteverhogingen.
Door ontwikkelingen op de kapitaalmarkt heeft postgiro en rijkspostspaarbank enige rentetarieven
voor girospaarrekeningen met ingang van 6 maart 1980 verhoogd.
ledereen met een post- of gemeentegirorekening
kan op heel eenvoudige wijze sparen op een Rente-
Plus- of Sterrekening. Het nummer van uw spaar
rekening is dan hetzelfde als dat van uw betaalrekening
Voor deze spaarrekeningen geldt dat het tegoed
altijd opvraagbaar is. Bij opname van de Rus- of Ster
rekening wordt echter een percentage van het
opgenomen bedrag in mindering van het tegoed
gebracht (zie onderstaand schema).
Dit zijn de condities die gaan gelden voor een
girospaarrekening vanaf 6 maart 1980
Via deze bon kunt u nadere informatie thuisgestuurd krijgen
over de Rente-, Plus- of Sterrekening
Naam:
Straat:
Postcode/Plaats:
RENTE
OPNAMEKOSTEN
Renterekening
6 (ongew
Rusrekening
7l/i% (was 7Vity
1%
Sterrekening
83/4% (was8^%)
2%
Stuur deze bon in een envelop zonder postzegel naar:
Administratiekantoor postgiro en rijkpostspaarbank, Weesperzijde 190,
1097 DZ Amsterdam. tr-io