Noodzaak nieuwe wegen
nauwelijks ter discussie
il
rouw
Commentaar
op schrikkeldag was de vrouw de baas
Jg
kelijke 'sociale partners'
dinet aan zet
De vraag is alleen: waar komt die autosnelweg?
Cornelissen „op kamers"
Kamer dient motie
in over subsidie
aan de Ombudsman
jubilea
DAG 29 FEBRUARI 1980
BINNENLAND
TROUW/KWARTET
-
nieuwe gezichtspunten heeft
loonoverleg tussen kabinet,
eweging en werkgevers giste-
niet opgeleverd. Of het zou
en zijn dat de werkgevers eie-
voor hun geld kozen, en hun
rang op veel verder gaande
inigingen bij de overheid in-
en voor een poging een meer-
e door de overheid geleide
jolitiek af te houden. De
bij de werkgevers voor de
leid in de rol van grote centra-
gelaar en bedisselaar is, ideo-
ch bezien, best te begrijpen,
opstelling in het overleg van
;en was daarom eigenlijk heel
:h en zakelijk.
lijk was, op de keper be-
ïwd, ook de opstelling van de
eweging, al moest bij FNV-
tter Kok die zakelijkheid
I worden uitgegraven onder
[ware vaalt van radicale krijgs-
imet naast de welbekende ook
enkele nieuwbedachte af-
3ktermen met betrekking tot
abinetsbeleid. Op de perscon-
Itie, gistermiddag na afloop
(iet loonoverleg, leek het soms
jof Kok de toespraak zat uit te
die hij ongetwijfeld gis-
ergens in het land zou
tegenover een zaal
jNV'ers, in het kader van de
|>olf die de FNV aan het ont-
len is tegen de dreiging van
edeje looningrepen.
**Mechter, gelijk ervaren kremli-
•«n gewend zijn te doen, de
nam goed tussen de kreten
^te luisteren, stuitte, zoals ge-
verband is het jammer dat
;abinet nog steeds niet be
over de nieuwe cijfers van
lanbureau zoals die komen te
na verwerking van het pak-
atregelen van het kabinet.
:ijfers zullen er toch zeker
zijn wanneer volgende
dinsdag de Tweede Kamer
kket bespreekt. Uit bereke-
in die eerder het Nederlands
itelijk Werkgeversverbond
:eerde valt echter op te ma-
dat op korte termijn inder-
ïelei voornamelijk negatieve eco-
ablAjche effecten te verwachten
5 *n tit het beleid van het kabinet.
je langere termijn zou de sane-
Enff werking van dit beleid ech-
Ale*oeten leiden tot gunstige ef-
5 Left. Maar juist daarover zouden
fnd j eens becijferingen van het
"mee»ureau willen zien. Zo lang
;ts ciet voorhanden zijn. berust de
jende werking van dit kabi-
voornamelijk op hoop.
cski
dat betreft is dit kabinetsbe-
ponder nadere cijfers evenveel
IT als het alternatieve beleid
■)it op behoud van bestedin-
Jzoals de vakbeweging prefe-
M In dit alternatief wordt juist
J|tt op een positieve impuls
de economische groei. Dat
op langere termijn moeten
i tot ,,inverdien-effecten",
iCjior aanvankelijke financiële te-
mtW1 voora' bij de overheid,
jjin gaan opheffen. Ook deze
aatrn bestaan echter, zonder na-
iCijfers, voornamelijk in de
van degenen die deze be-
ijn voorstaan.
»rafia
i uit) de achtergrond van dit fun-
ceerdf
cht
zegd. op een zakelijke opstelling.
Het beleid dat het kabinet vorige
week in de brief van minister Albe-
da heeft uitgezet, verschilt funda
menteel van de voorkeur die de
vakbeweging koestert voor de aan
pak van de nieuwe economische
problemen. Het kabinet stuurt aan
op een politiek van algemene be
stedingsbeperking. De overheid
moet haar uitgaven inbinden, en
de koopkracht van de burgers zal
wat moeten worden verlaagd. We
leven al jarenlang in dit land op te
grote voet, en de tering moet nu
eindelijk eens naar de nering wor
den gezet, zo sprak premier Van
Agt deze week in de Tweede Ka
mer als een wijze huisvader. Te
lang is men gevlucht in uitdijende
financieringstekorten en aantas
ting van reserves.
De vakbeweging vreest echter, en
niet ten onrechte, dat deze politiek
van globale inperking van beste
dingen over de hele linie een nega
tieve impuls zal geven in de econo
mische bedrijvigheid. Daardoor
kunnen nieuwe problemen van
meer werkloosheid, tekorten in de
overheidsfinanciën (als gevolg van
minder belastingopbrengst) en af
kalvende bedrijfswinsten worden
opgeroepen. Nieuwe aanpassingen
in de vorm van economische be
perkingen liggen in deze politiek
dan voor de hand. Kok sprak in dit
verband al over „een dodenspi-
raal", en ook de vergelijking met
de aanpassingspolitiek die de Ne
derlandse regering in de jaren der
tig voerde is al gemaakt.
damentele verschil in visie heeft
FNV-voorzitter Kok het kabinet
een suggestie gedaan die kan lei
den tot tegemoet komen aan de
hoofdeis van de vakbeweging
zoveel mogelijk behoud van koop
kracht tot „modaal" maar tege
lijk geen aantasting zou hoeven
betekenen van het wezen van het
kabinetsbeleid aanpassing van
de nationale tering aan de nering.
De looneisen zouden dan van tafel
worden genomen in ruil voor een
premie- of belastingverlaging voor
inkomens tot modaal. Deze lasten
verlichting zou dan niet gefinan
cierd moeten worden uit opvoering
van het financieringstekort, maar
uit herverdeling van de totale be
stedingen in de particuliere sector.
Er wordt dan dus van het kabinet
geen nieuw wisselgeld verlangd
waarvan het kabinet stelt dat het
dit ook niet meer heeft.
Het is te vroeg om de FNV-sugges-
tie zomaar te verwelkomen. Daar
voor zou eerst nagegaan moeten
worden welke gevolgen deze her
verdeling van lasten en lusten heeft
op de inkomens en de economi
sche vooruitzichten. Wat het eer
ste betreft zou er stellig van het
huidige kabinet, gezien zijn opvat
tingen over inkomensnivellering,
een politiek offer \orden gevergd.
Hetzelfde geldt de FNV-wensen
voor afroming van de winsten van
oliemaatschappijen. Maar juist
zo'n politiek offer zou als gebaar
van dit kabinet naar de vakbewe
ging een heilzame werking kunnen
krijgen op de steeds verder ver
troebelende sociale verhoudingen
in het land.
Verkeer en Vervoer
tot het eind van de eeuw
door Hans Schmit
DEN HAAG Tot ver in de vorige eeuw waren goede verharde wegen in Nederland schaars.
Nadat de Romeinse heirbanen in verval waren geraakt, duurde het tot in de zeventiende eeuw
voor er enkele wegen buiten de steden (zoals tussen Amsterdam en Haarlem, en Den Haag en
Scheveningen) werden aangelegd. Ook in de eeuwen daarna gebeurde er weinig, mede omdat
de noodzaak voor de aanleg van wegen gering was. Nederland beschikte over goede vaarwegen
en het vervoer ging dan ook vooral over het water.
Met de opkomst van de auto echter,
groeide de behoefte aan wegen en in
1927 zag voor het eerst in Nederland
een rijkswegenplan het licht. De we
gen die toen op de kaart waren gete
kend, vormden rechtstreekse verbin
dingen tussen steden. In de loop der
jaren werd het wegennet verder ver
fijnd. terwijl ook nieuwe soorten we
gen hun intrede deden. In de jaren
zestig, toen de massamotorisering
goed op gang kwam, sloegen alle
stoppen echter door: het bij de twee
de nota ruimtelijke ordening beho
rende structuurschema hoofdwegen
net uit 1966 ging uit van de filosofie
dat je overal in Nederland zo snel
mogelijk met de auto moest kunnen
komen.
Over Nederland werd als het ware een
ruitjespapier met autosnelwegen ge
trokken; een fijnmazig wegennet dat
als een spinneweb Nederland zou
moeten gaan bedekken, in totaal 5300
kilometer lang. Wim ter Keurs van de
Werkgroep milieubeheer Leiden: ,,De
noodzaak werd nauwelijks beargu
menteerd. De overheid reageerde op
de massamotorisering met de formu
le: hoe meer auto's, hoe meer geld
voor wegen. Door de invoering van de
wet op het rijkswegenfonds en de wet
uitkeringen wegen zette de overheid
een planningsmachine op gang. die
dreef op automatische financiering.
Het openbaar vervoer bleef daar
schrikbarend bij achter, hoewel juist
het openbaar vervoer uitstekend past
in het ruimtelijk beleid. Het open
baar vervoer kent geen gegarandeer
de financiering, kreeg geen garanties
voor investeringen en er bestond
geen verplichting voor het maken
van openbaar-vervoerplannen, zoals
die wel voor wegen geldt. Het enige
dat het rijk deed, was het dekken van
de exploitatietekorten."
Wegenbouwers
De wegenbouwers hoefden zich in die
jaren niet ongerust te maken: actie
voerders waren er niet en toen zij, aan
het eind van de jaren zestig, zich voor
het eerst gingen roeren, ging het voor
al om de vraag wóór die autosnelweg
zou moeten komen. Vriendelijk werd
gevraagd of die weg niet wat kon
worden verlegd, zodat dat aardige
bosje gespaard bleef. De vraag of die
weg eigenlijk wel noodzakelijk is,
kwam pas aarzelend aan de orde in
het begin van de jaren zeventig.
In die tijd verzette in de regio Den
Haag-Leiden de Werkgroep milieube
heer Leiden zich (met succes) tegen
twee provinciale wegen (de Duinweg
en de Leidsebaan), en gesterkt door
dat succes werd ook voor de eerste
keer de noodzaak van een rijksweg
aangevochten: rijksweg 14, ofwel de
Verlengde Landscheidingsweg aan de
noordzijde van Den Haag. Deze weg
werd al in 1938 op de kaart gezet; het
tracé van de nieuwe verbinding in de
richting van Rotterdam werd in 1956
vastgesteld. In 1975 schrapte de
Tweede Kamer met de kleinst moge
lijke minderheid het geld voor de
verdere aanleg van deze weg, waar
mee het parlement voor de eerste
keer het rijkswegenplan doorkruiste.
De weg staat echter, nu :1s A 16. nog
steeds op het hoofdwegennet en dient
naar de opvatting van de regering
voor 1990 (ten dele) te zijn gereali
seerd.
In de jaren vijftig en zestig kostte het1
nog weinig moeite het tracé van een1
autosnelweg vast te stellen. Dat re
gelde rijkswaterstaat met de provin
cies en de gemeenten en geen haan
die ernaar kraaide: hooguit toonde
een enkeling zich wat verrast door de
komst van graafmachines. Van veel
wegen die nu omstreden zijn maar
waaraan de regering blijft vasthou
den. zijn de tracés dan óok nog in de
jaren vijftig en zestig vastgesteld.
Door het gloeiende verzet en de be
hoefte mee te spreken en te denken,
ontstond in de jaren zeventig een
meer openbare procedure, waarbij de
plannen ter isie worden gelegd en
hoorzittingen worden gehouden.
De regering acht de huidige gang van
zaken aanvaardbaar en zegt in het
structuurschema verkeer en vervoer
zo door te willen gaan. Tot ongenoe
gen van de milieugroeperingen. Wil
lem-Jan van Grondelle van de Stich
ting natuur en milieu: „Het bezwaar
is dat de overheid bepaalt wat er in
procedure komt en wat niet. Er wor
den dan verschillende varianten van
een tracé aangedragen, plus nog een
zogenaamde nul-variant, dat wil zeg
gen: wat gebeurt er als we niets doen?
Maar daar schiet je niets mee op.
want in de praktijk moet er altijd wel
iets gebeuren, zoals bij voorbeeld een
omleiding rond een dorp. Blijft dus
over dat je alleen kunt kiezen waór
die autosnelweg komt."
Vervoersprobleem
In plaats van de vraag wóór een au
tosnelweg komt, zouden de milieu
groeperingen liever de vraag stellen:
hoe los ik dat of dat vervoerspro
bleem op. Een geheel andere pro
bleemstelling die ook in de Tweede
Kamer weerklank vindt. Drs. Huib
Eversdijk (CDA): „Nog teveel loopt
de procedure uit op de vraag: waar
komt die weg. Andere oplossingen
worden vaak als onvoldoende be
schouwd en niet ter discussie gesteld,
terwijl het toch niet alleen moet gaan
om de vraag of het tracé A, B of C
wordt, maar ook om de vraag: moet
die weg er komen of kan het vervoers
probleem ook op andere wijze worden
opgelost? Zo wordt de A 73. de weg
van Roermond naar Nijmegen, gepre
senteerd als de ruggegraat van Lim
burg, terwijl de vraag is of Limburg
die ruggegraat in deze vorm nu wel
nodig heeft."
Om zo'n vraag te kunnen beantwoor
den, dient een veel samenhangender
benadering te worden gevolgd. Wil
lem-Jan van Grondelle: „Actiegroe
pen dragen uitvoerige, anderssoorti-
ge oplossingen aan voor bepaalde
knelpunten. Daarbij wordt ook geke
ken naar het bestaande provinciale
wegennet, naar de mogelijkheden
kleinschalige verbeteringen aan te
brengen, naar de mogelijkheden het
Zes betonnen palen in Leidschendam: in 1956 werd het tracé van de
toenmalige rijksweg 14 (Verlengde Landscheidingsweg) vastge
steld; bijna twintig jaar later draaide de Tweede Kamer de geld
kraan voor deze omstreden weg dicht. Het kabinet wil de Verlengde
Landscheidingsweg nog steeds aanleggen. Wanneer het daarin zijn
zin krijgt, zijn deze palen toch nog overbodig. Want de weg wordt
dan aanzienlijk bescheidener uitgevoerd, als een gelijkvloerse
stadsautoweg.
Het Tweede-Kamerlid in P.A.M. Cornelissen (CDA) is één avond en één nacht kamerbewoner geweest
op een piepklein Haags kamertje. Het kamerlid heeft het idee, dat hij op deze manier een beter inzicht
zal krijgen in de problemen van de jongerenhuisvesting.
lorbijj
rererj
openbaar vervoer te verbeteren. Die
alternatieven, ook wel verbeter-vari-
anten genoemd, gaan uit van een
pakket maatregelen, waarbij het ver
beteren van het woonmilieu. het ver
minderen van de aantasting van na
tuur en landschap en een passend
evenwicht tussen voorzieningen voor
openbaar vervoer, langzaam verkeer
en de auto voorop staan Inmiddels
heeft ook die wens van de milieugroe
peringen de Tweede Kamer bereikt:
Leo Jansen (PPR) heeft minister
Tuijnman (verkeer en waterstaat) ge
vraagd dergelijke „verbeter-varlan-
ten" bij de beslissingen te betrekken.
In de nota's over de tracés van de
nieuwe rijkswegen wordt de nood
zaak van een bepaald wegvak veelal
aangetoond aan de hand van
verkeersprognoses, die worden opge
steld met behulp van computermo
dellen. Die modellen zijn, zo meent
Wim ter Keurs van de Werkgroep
milieubeheer Leiden, niet meer dan
trucs, waarbij wordt uitgegaan van
volkomen irreële en ongewenste ver
onderstellingen. Ter Keurs: „In de
gehanteerde rekenmodellen worden
politieke keuzen gedaan. Enkele
voorbeelden: voor de tijd die men
moet wachten op het openbaar ver
voer, wordt de halve frequentie gere
kend. Dat wil zeggen: als het een
uurdienst is. is de wachttijd een half
uur. Dat is waanzin, want wie de
dienstregeling kent, komt niet meer
dan enkele minuten tevoren bij de
halte. Die maximaal hoog geschatte
wachttijd wordt dan ook nog eens
drie keer gerekend! Zo wordt ook de
tijd die je oopt of fietst naar het
openbaar vervoer twee keer gere
kend, terwijl de tijd die een automo
bilist kwijt is voor het zoeken van een
parkeerplek irreëel laag wordt ge
schat en slechts eenmaal telt. De ge
middelde rijtijd van een auto in het
spitsuur in de stad is veel te hoog:
geen enkele automobilist zou dat
kunnen halen. Die verkeerde veron
derstellingen leiden er echter toe dat
de vraag naar autovoorzieningen
enorm wordt opgeschroefd, terwijl
voor het openbaar vervoer niet meer
dan een restfunctie is weggelegd."
Niet houdbaar
Onderbouwd met verkeerde cijfers
worden voor de aanleg van een weg
vaak argumenten aangedragen, die
bij nadere beschouwing niet houd
baar blijken. Een aardig voorbeeld
levert de al genoemde Verlengde
Landscheidingsweg <A 16) bij Den
Haag. Wim ter Keurs: „De weg zou
drie functies moeten vervullen Van
twee daarvan hebben wij aangetoond
dat die niet bestaan. Er bleef één
argument over. maar dat zou alleen
opgaan wanneer de leegloop van Den
Haag zich doorzette, de werkgelegen
heid ip Den Haag zou aantrekken en
al het woon-werkverkeer autoverkeer
zou zijn Dat zijn natuurlijk volstrekt
onwenselijke uitgangspunten. Maar
goed, stel dat die weg de hem toege
dachte functie zou gaan vervullen In
dat geval, zo hebben wij berekend,
zou het hoofdwegennet van Den
Haag het verkeer niet meer kunnen
verwerken. Langs het Malieveld zou
dan een stadsweg van twee keer vijf
rijstroken nodig zijn."
Dit is het derde artikel van een serie
van vier. De twee voorgaande ston
den in „Trouw" van 27 en 28 fe
bruari.
Van onze parlementsredactie
DEN HAAG De Tweede Kamer wil
straks, na het onderzoek van CRM
naar de onafhankelijkheid van de
Stichting Ombudsman de handen
vrijhouden om Ja of nee te zeggen
tegen subsidiëring van de begrotings
behandeling van het departement
van CRM in de Tweede Kamer. Een
motie, die hierom vraagt werd inge
diend door het CDA en mede onderte
kend door PvdA, D'66 en PPR,
Vorig Jaar besloot staatssecretaris
Wallis de Vries van CRM om de subsi
die aan de Stichting Ombudsman
stop te zetten. Eenderde van de gel
den die nodig zijn voor het werk van
de Ombudsman komt uit de subsidie-
pot van CRM. Zijn voorganger Meijer
had onder het kabinet-Den Uyl de
Ombudsman voor drie jaar subsidie
gegarandeerd. Wallis de Vries zag
echter geen grond om die subsidie
verlening voort te zetten en schreef
de Ombudsman dat men nergens
meer op hoefde te rekenen.
Het resultaat van een debat hierover
in de Tweede Kamer was dat de
staatssecretaris een onderzoek zou
houden naar de mogelijkheid of de
Ombudsman onafhankelijker van de
VARA zou kunnen werken en meer
geld uit eigen middelen zou kunnen
putten. In een motie van toen van
CDA en WD werd bovendien ge
vraagd de Kamer voor 1 juni van dit
jaar te informeren over mogelijke
vormen van samenwerking met ande
re maatschappelijke hulpverlenings
instellingen.
Staatssecretaris Wallis de Vries heeft
geen enkele behoefte aan de motie.
HIJ meent dat de Kamer altijd nog de
vrijheid heeft om te beslissen, en stelt
verder dat er sprake is van een „open
en reëel onderzoek".
FEBRUARI
Of het in deze tijd van vrouwen
emancipatie nog iets bijzonders
is, laten we in het midden. Maar
een feit is dat de 29e februari
vanouds de dag is waarop de
vrouw het initiatief mag nemen.
Vroeger, toen een dame slechts af
kon wachten of een heer haar het
hof wilde maken, mocht ze op
schrikkeldag een heer ten dans
vragen. In sommige delen van
Europa mocht een vrouw zelfs
een huwelijksaanzoek doen. Een
man mocht dat niet weigeren,
wel kon hij zijn trouwbelofte, la
ter in het jaar, met een fors be
drag afkopen
Waarom juist de vrouw voorrech
ten heeft op een dag die eenmaal
in de vier jaar voorkomt, staat
niet helemaal vast. Maar aanwij
zingen zijn er wel De maand fe
bruari kent zowel in de oud-chris
telijke als in de Germaanse cul
tuur vrouwelijke elementen. De
heiligenkalender van februari
telt in tegenstelling tot alle
andere maanden meer vrou
wen dan mannen. Februari is ook
sprokkelmaand en sprokkelen
was (Zie oude afbeeldingen) een
typisch vrouwelijke bezigheid
Volgens oude Scandinavische
verhalen maakten vrouwen in fe
bruari het weer Elders in Europa
speelde de naderende lente een
rol en het voorjaar is een seizoen
dat met liefde en vruchtbaarheid
worden verbonden als we een
Duits handboek over bijgeloof
mogen geloven, een dikke pil die
hier en daar in wetenschappelij
ke bibliotheken nog te vinden is
en veel gegevens over schrikkel
dag bevat.
Dat de vrouw in februari zekere
privileges krijgt valt uit het voor
gaande enigszins te verklaren,
maar waarom nu juist op schrik
keldag? De reden is dat de men
sen in vroeger eeuwen niet goed
raad wisten met afwijkingen van
het normale. Kennis van de na
tuurwetenschappen was uiterst
gering en daarom trachtte men
op andere manieren verbanden
te leggen. Wanneer iemand op 29
februari was geboren en het zat
hem of haar op allerlei terrein
tegen in het leven, dan werd dat
aan die eigenaardige geboorteda
tum toegeschreven Appelbo
men, in een schrikkeljaar ge
plant. zouden volgens een oude
Franse overlevering slechts een
maal in de vier jaar vrucht
dragen.
Zo'n dag als de 29e februari leek
onze voorouders een uitstekende
datum om zelf ook eens de boel
op zijp kop te zetten en bij te
dragen tot de toch al veronder
stelde afwijking van het normale
die met de 29e verbonden scheen.
Omdat de maand februari toch al
„vrouwelijk" was, mochten de
vrouwen daarom op die laatste
eenmaal in de vier jaar voorko
mende dag de baas spelen.
Ook op andere dagen keerde men
de rollen wel eens om. Op Onno
zele Kinderen (28 december, her
denking van de kindermoord van
Betlehem) hadden de kinderen
allerlei bijzondere voorrechten
Dat de 29e februari slechts in
schrikkeljaren voorkomt heeft
tot gevolg dat er vandaag nog
geen 10.000 mensen in Nederland
jarig zijn, terwijl op alle andere
dagen in het Jaar rond 38.000 jari
gen gelukwensen in. ontvangst
kunnen nemen. Andere conse
quenties heeft schrikkeldag niet
of nauwelijks. Ook niet voor de
economie Want fabrieken mogen
dan in schrikkeljaren een dag
meer produceren dan anders, het
aantal werkdagen kan om zoveel
redenen per jaar verschillen
Denk aan de „gunstige" of „on
gunstige" ligging van Kerstmis
Vallen de kerstdagen op zaterdag
en zondag, dan scheelt dat twee
dagen met een jaar waarin de 25
en 26e december op dinsdag en
woensdag vallen, wanneer veel
bedrijven bovendien nog de tus
senliggende maandag vrijaf ge
ven Bij het wisselende aantal
werkdagen kunnen we ook den
ken aan 5 mei dat slechts een
maal in de vijf jaar een vrije dag
oplevert.
Helemaal ongemerkt gaat de
schrikkeldag natuurlijk niet
voorbij in de economie. Wie een
maandabonnement van de
spoorwegen heeft, mag deze
maand een dag langer reizen dan
andere februari-maanden, wat
voor de reiziger een meevaller is
en voor NS een strop. Aan de
verkoop van losse kaartjes bele
ven de openbaar vervoersbedrij
ven echter weer voordeel Ze ver
kopen er meer dank zij de schrik
keldag. terwijl de maandsalaris
sen van het personeel niet veran
deren. De gewone consument zal
misschien iets merken door een
hogere gas- en elektrarekening.
Toch is dat moeilijk na te gaan.
Februari is een kortere maand
dan de andere en de tijd van het
Jaar is eveneens bepalend voor
het gebruik van gas en elektrici
teit
Zo weinig ingrijpend de 29e fe
bruari is voor ons dagelijks leven,
zoveel belangrijker is de schrik
keldag voor de tijdrekening Had
Julius Caesar, toen hij in 45 voor
Christus het jaar op 365 dagen
vaststelde de schrikkeldag verge
ten. dan zouden we inmiddels al
3
10
17
24
4
11
18
25
5
12
19
26
6
13
20
27
7
14
21
28
8
15
22
9
16
23
500 dagen op de juiste tijd tekort
zijn gekomen. De langste dag
nu 21 juni zou het hele jaar al
een keer rondgegaan zijn en in
middels in een tweede jaarron
de ergens rond 20 november
zitten.
Caesar was zo verstandig wel
schrikkeljaren in te voeren, maar
zijn rekenmeesters waren net
niet nauwkeurig genoeg Om in
de pas te blijven met het zonne
jaar hadden ze moeten besluiten
de schrikkeldag over te slaan in
eeuwjaren die niet door 400 deel
baar zijn. In de zestiende eeuw
was het verschil met het zonne
jaar al opgelopen tot tien dagen
en dus besloot paus Gregorius de
Dertiende om 4 oktober 1582 te
laten volgen door 15 oktober Het
jaar 1600 zou wel een schrikkel
dag hebben, 1700, 1800 en 1900
niet en het jaar 2000 weer wel.
Veel katholieke landen voerden
de Gregoriaanse tijdrekening
snel in. Ook het sterk op handel
en scheepvaart gerichte Holland
volgde al in 1583, maar andere
landen deden voorlopig niet mee
Engeland ging in 1752 op de
„nieuwe tijd" over, wat intussen
elf dagen scheelde. Dat gaf in het
land een enorme beroering Er
waren ruzies tussen landeige
naars en pachters over de betaal-
datum en de hoogte van het ver
schuldigde bedrag en sommige
mensen waren bang dat hun le
ven met elf dagen bekort was
Een van de leuzen voor de toen
net op handen zijnde Lagerhuis
verkiezingen was „Geef ons onze
elf dagen terug"
In de viering van christelijke
feesten was de toestand aanvan
kelijk zeer verwarrend Er waren
geestelijken die meenden dat na
het overslaan van elf dagen
Kerstmis voortaan op 5 januari
gevierd moest worden In een al
manak van een jaar of twintig
geleden stond bij de vermelding
van het Anglicaanse kerkelijk
jaar ieder feest tweemaal ver
meld: eenmaal op de gewone da
tum en eenmaal (steeds elf dagen
later) met het voorvoegsel „oud"
er voor Dus Oud-Pasen etc. Mo
gelijk heeft ook de Texelse Sin
terklaasviering op 15 december
met de overgang van de Juliaan
se op de Gregoriaanse kalender
te maken.
Beweert iemand vandaag vijfen
twintig jaar getrouwd te zijn?
Geloof het niet. Een zilveren hu
welijksfeest vieren kan natuur
lijk best. maar zo n huwelijk kan
nooit op de 29ste februari geslo-
ten zijn. Wie vijfentwintig jaar
geleden getrouwd is. zette die
stap in 1955 en dat kan nu een
maal onmogelijk een schrikkel
jaar geweest zijn. Veertig jaar
geleden getrouwd zijn kan wel op
een dag als vandaag, vlak voor
het uitbreken van de oorlog was
er ook een schrikkeldag, maar
vijftig jaar is weer een onmoge
lijkheid. Bednjfsjubilea op deze
dag zijn hoogst onwaarschijnlijk.
Theoretisch is het wel mogelijk
dat iemand veertig jaar geleden
op schrikkeldag ergens in dienst
trad en daar tot op de dag van
vandaag is gebleven, maar wijs
maar eens iemand aan die op de
laatste dag van de maand aan
een nieuwe baan begint, of het
zou een weekloner geweest moe
ten zijn en dan zou de 29ste veer
tig jaar geleden ook nog op een
maandag gevallen moeten zijn.
maar dat hebben we nog niet
nagerekend