IER&PLANT Sen vleugje voorjaar in de polder Weekendpuzzel 3 tQ je. i A A Af 1 AH A1 H a i r H a a A A A 1 H i 'txÈWflKA Het peermos, ln het voorjaar met lichtgroene knikkende sporen- kapsels. HHHHI Computer doet mee m fr it m m m 't(« Ene monnik andere niet Wk. Y's//, ym rJrm mtm *s 3. m m m s n m m m.'m w w 1 RDAG 23 FEBRUARI 1980 25 ■VARIA! door henk van halm een van de spreekwoordelijke e „zomerse" februaridagen zijn de polder ln gegaan, dwars or de welden, over wrakke brug- modderige dammetjes en vele en geleden ooit geasfalteerde mkeldijken. Er hing een vleug prjaar in de lucht, meer voel- n zichtbaar, al openden zich die g de eerste winterakonieten en teuwklokjes in de tuin. zoveel grauwe winterdagen, ider vorst, maar ook zonder zon meest met een druilerige regen, s het een verademing te dwalen der grote stukken blauwe he il tussen grijze en witte wolken, i de zon ruimte genoeg lieten i de aarde voor het eerst wat te warmen. t lentegevoel was niet alleen de zonneschijn te danken, ar ook aan het gedrag van de gels. Een honderd kokmeeuwen nden op een welde, bezig zich poetsen of zo maar genietend ■gl de zon. Sommige strekten af toe de kop naar voren in een [)emd verwrongen houding en 9/ien dan een geluid horen dat il anders klonk dan het gebrul- ijke rauwe „krie-ah" of f/erm" bij het vechten om toe- dorpen brood. Het was een ^ggerekte, hoge roep. een ty- dh voorjaarsgeluid dat te ma- H1 heeft met de werving van een ud. I meeste meeuwen zijn nu nog in literkleed, met witte kop en Dgstens donkere vlekjes boven t oog en in de oorstreek. Maar ik de er toch zo al een elftal dat |t een chocoladebruin masker inde dat de lente echt wel voor deur staat. De eerste kok- leuw in zomerkleed zag ik overi lis al op 27 Januari. lij t age. n i e op het ogenblik goed oplet k in de stad, waar honderden n deze meeuwen de grachten en nieuwbouwwijken afschuimen weggeworpen voedsel kan Idelijk zien dat het masker ont lat door slijtage van de kopve- Heel wat meeuwen hebben One grijze lijntjes tussen de Okere vlekken op de kop, dwars Een fuut in winterkleed, met donker kalotje en witte wangen. over de schedel heen. Vandaar de benaming „koptelefoontjes". Als de slijtage van de witte laag op de kopveren verder voortgeschreden is, is de hele kop vlekkerig donker grijs („schimmelkop") en dan duurt het niet lang meer of de diepe chocoladebruine onderkleur van de veren breekt door, het laatst rondom de snavelwortel. Maar al ver voor ze ln het brui loftskleed zijn, hebben de kok meeuwen het voorjaar „in de kop": boven de rivier tuimelden er een paar opvallend wild door de lucht, elkaar achtervolgend zon der geluld te maken. Een speel- vlucht, die eveneens bij het voor- Jaarsgedrag hoort. Kokmeeuwen zijn niet de enige van hun familie die voedsel vin den in de polder. Ertussen ston den wat grotere exemplaren, die bij nauwkeurig toezien ook ver schilden door hun groenachtige poten en snavel en dikker lijkende kop. Stormmeeuwen, vaak ook nog in winterkleed, bij deze soort gekenmerkt door kleine lichtbrui ne vlekjes, die tot zuiver wit afslij ten tegen de tijd dat ook deze meeuwen aan het stichten van een gezin toekomen. Het zijn ijverige wormenjagers, die poten beurte lings op en neer bewegend om de pieren uit de drassige weidegrond omhoog te drijven. En dan was er nog een troepje van dertig zilvermeeuwen, met onbe weeglijke wieken kringen draai end in het diepe blauw en „kllau- wend" zoals ze dat ook doen bo ven de blanke toppen van de zeereep. Insekten Kakelend streek een troep kauw tjes neer in de buurt van de scha pen, waar al een paar lammeren rondsprongen. De zwarte vogels doen wat komisch aan als ze zo parmantig en toch steeds op hun hoede door het gras benen. Net ouwe wijven met een grijze hoofd doek om. Ze pikten heel wat eet baars tussen het gras weg, waar van we de aard alleen maar kon den vermoeden. Hun scherpe, lichtgekleurde ogen ontdekken zo dicht bij de grond heel wat meer dan wij, die daar niet op getraind zijn en er bovendien een eind bo ven uit steken. Er moet al heel wat insektenleven zijn. Een glimp daarvan zagen we bij de knotwilgen onder aan de dijk, waar een zwerpje dooimug gen op en neer danste. Van bestui vende Insekten moeten trouwens de goudgele bloemen van het klei ne hoefblad het hebben, die we vonden op de zuidhelling van de dijk. Al een paar polletjes meer dan op 10 februari, toen we de eerste ontdekten. Honing- en graafbljen en de kakelbonte dag vlinder, die kleine vos heet, zijn de voornaamste bezoekers, maar daar was het nog te koud voor. Madeliefjes bespikkelden het gras zoals ze dat vrijwel de hele winter door gedaan hadden, met een kor te pauze in Januari, toen het even echt leek te gaan winteren. Muur, hondsdraf en flultekruld ontwik kelden al dlchtbebladerde scheu ten en we keken uit naar de eerste bloeiende paarse dovenetels. Die vonden we niet, wel het lichtgroe ne sterrekroos dat met zijn rozet jes de waterspiegel bedekte van de slootjes die na de korte winter al weer prachtig helder waren. Krachtmeting De troepen meerkoeten waren duidelijk kleiner geworden. We ontdekten een viertal dat in een carré op het water dreef, de vleu gels wat geheven, de koppen naar elkaar toe gekeerd. Mannetjes die met dreigen eikaars kracht taxeerden met als uiteindelijke winst een broedplek voor een van hen. De eenzame fuut op de rivier was daar nog niet aan toe. Hij zag er nog erg winters uit met zijn donkere kalotje en witte wangen, die straks gesierd zullen zijn met diep kastanjebruine horens en bakkebaarden. Maar van zijn peu terige familielid, de dodaars, klonk uit het dorre riet de hinni kende balstroep. Zo was er meer vogelgeluid: het rollende lied van een winterko ning uit dicht braamstruweel in een overhoek naast een boerderij, het zagen van koolmezen en het belletje van een pimpelmees ln de knotwilgen, waarvan de poezige katjes al uit de donkerbruine knopschubben te voorschijn kwa men. Een reiger vloog over met een lange tak in de bek en ln een hoge bloelende els nestelden eksters. Als het weer nog een paar dagen meezit, zingt de leeuwerik, hoog aan de hemel als een stipje waar uit minutenlang de tierelierende tonen als een waterval naar de aarde neerdalen. Reden om dan weer de polder ln te gaan, dat typisch Hollandse landschap, vaak aan de einder onder de drei ging van hoge betonblokken van oprukkende stadswijken. Maar toch nog steeds onder een wijde hemel, koepelend over een ruimte, waar het peermos met zijn licht groene knikkende sporenkapsels, te vinden op kleiige plekken langs de dijken, evenzeer thuishoort als de kieviten die straks weer boven de graslanden buitelen en hun naam met vele varianten laten ho ren aan wie het maar verstaan wil. Horizontaal. 1. boterton, 5. kort mu ziekstuk, 9. tor, 14. eivormig, 16. dreef, 18. brilslang, 19. hijswerktuig, 21. deel van een boom, 22. smal stuk hout, 23. oude lengtemaat, 24. godin van de tweedracht, 26. voertuig, 27. snoer om papieren aan te rijgen, 29. ketting, 31. rood (wapenkunde), 32. schaakterm, 34. splnneweb, 35. oorlogsgod. 37. vuurpijl, 39. bewaarder van een kerk, 41. boom, 42. lokspljs, 43. buitenha ven, 45. schrijfgereedschap, 48. vaar wel, 47. nummer (alk.), 48. toethoorn, 50. sein, 52. smart. 53. teken in de dierenriem, 55. opstootje, 56. opge worpen hoogte, 57. lange nekharen van dieren. 60. heester. 61. muziek noot, 62. zoutziederij, 64. muzieknoot, 65. voorzetsel, 66. gewricht, 68. vreem de munt, 70. bergplaats, 72. bamboe staketsel, 74. plaats in Gelderland, 75. plooi, 76. moeraspalm, 77. ontken ning. Verticaal. 1. etui. 2. wisselborgtocht. 3. knaagdier, 4. akelige, 6. reeds, 7. soort, 8. duivel. 10. voegwoord. 11. reistas, 12. effen, 13. verlegenheid, 15. boom. 17. dwaas, 20. hijswerktuig, 25. hekwerk, 27. ladder, 28. vadsig. 30. ik (lat.), 31. zuidvrucht, 32. tweetal, 33. voorzetsel, 35. onheil aanbrengende godin, 36. noorse godin, 37. sterk sma kend, 38. bende, 40. vonk, 41. nobel, 44. plechtige gelofte, 46. putemmer- tje, 48. uitdrukking, 49. tijdperk, 51. voorvoegsel, 52. plaats ln N.Br. 54. waterbekken, 56. oogvocht, 57. maal inrichting, 58. edelgas. 59. kweken, 60. keper, 61. sier, 63. twijg, 64. toe spraak, 67. geest van de rijstcultuur, 69. verzoek, 71. water ln Friesland, 73. voorzetsel. Oplossing: Hor. 1. raket. 5. stoet, 9. teren, 13 aren, 15. eed, 16. krek, 17. Dr., 19. teen, 21. toom, 22. R.D., 23. aam, 25. roeke loos, 28. lee, 29. raak, 31. neo, 32. eer, 33. keer, 34. prei, 36. reder, 38. kant, 40. ende, 42. lap. 43. lans, 45. as, 47. talk. 49. rang. 50. re, 51. bode. 52. lichter, 53. omen, 54. em., 55. riet, 57. lire, 59. me. 60. tien, 61. Sri, 63. Eire, 65. lont, 66. boter. 68. soes, 70. leeg, 71. pal, 72. mak, 74. enig. 76. ent. 77. memoreren. 80. Dee, 81. eg. 82. Perl, 83. Erik, 85. re, 86. leek, 87. sta, 89. naar, 91. teder, 92. stelt, 93. start. Vert 1. radar, 2. ka. 3. ert, 4. teer. 6. te, 7. oele, 8. ed., 9. tros. 10. Eem, 11. r.k., 12. nader. 14. neon. 16. koor, 18. raap. 20. Neer. 21. toer, 22. reet, 24. mare, 26. koel, 27. leep, 28. lens, 30. kentering. 33. kangoeroe, 35. Ida, 37. damhert, 38. kan. 39. tabel. 41. ellen, 43. larie, 44. renet, 46. som, 48. kit, 49. rel, 50. rem, 56. iet. 58. ris. 60. toet, 61. solo. 62. leme, 64. eend, 65. leng, 66. bami, 67. rare, 69. sier. 70. leest, 71. perk, 73. kern, 75. Geert, 77. meer, 78. rite, 79. Nlas, 82. pee, 84. kat, 86. ld., 87. st., 88. al, 90. ra. Prijswinnaars vorige puzzel De boekenbonnen gaan naar: de heer E. Bos, Badweg 53, Loppersum; me vrouw De Ruiter, Ronsseweg 138 ka mer 611, Gouda; mejuffrouw J. L. van den Ende. Valkenboskade 380, Den Haag. Voor de verzamelaars van het ty pisch Nederlands thema „molens op postzegels" is in de Ver. Staten van Noord-Amerika een interes sante emissie in omloop gekomen. Het zijn vijf zegels 15 c, waarop windmolens uit de 18e en 19e eeuw te zien zijn: de Robertson-wind- molen uit 1720, een molen bij ons' bekend als „wipmolen"; een oude, achthoekige windmolen uit 1790; dan een typisch Nederlandse ko renmolen uit 1793, door de Puritei nen meegebracht, voorts een ech te Hollandse stellingmolen uit de vorige eeuw en een zogenoemde „windmachine" voor het oppom pen van water voor verschillende doeleinden uit 1890. De molenze gels zijn uitgegeven als postzegel boekjes, bevattende twee strips van vijf zegels. De posterijen van de Duitse Bondsrepubliek en van West-Ber- lijn hebben hun maandelijkse uit giften vorige week laten verschij nen. Een herdenkingszegel van 60 pf kwam uit ter gelegenheid van het feit, dat het honderd Jaar gele den is dat van de hand van Kon rad Duden (1829-1911) het „Eerste spellingwoordenboek van de Duit se taal" het daglicht zag, een uit gave waaraan dringend behoefte bestond. Op de zegel de naam van Duden en enkele fragmenten uit zijn boek. In de permanente serie „burchten en kastelen" zijn weer twee zegels, zowel voor het Westen als voor Berlijn, ter afwisseling van vroegere zegels uitgekomen. Gekozen werden het renalssance- slot Wolfsburg, ln zijn huidige staat daterend van de 16e eeuw; het is thans als museum ln ge bruik; de andere zegel toont het barok waterslot Inzlingen bij Lör- rach uit de 16e eeuw, dat thans dienst doet als stadhuis. In West-Berlijn verscheen tegelij kertijd een herdenkingszegel we gens de honderdste geboortedag van de geofysicus Alfred Wegener (1880-1930). Geofysica is de leer van de natuurkunde van de aarde. Wegener heeft zich vooral verdien sten verworven wegens zijn theo rieën over de verschuivingen van de continenten. Hij is tijdens een expeditie in Groenland gestorven. Op de zegel een zeer ongewone voorstelling van de ligging der continenten. In Denemarken kwam een zegel van 1.30 kr uit met de afbeelding van het gebouw te Kopenhagen dat tweehonderd jaar geleden door de centrale di rectie van de posterijen werd be trokken. Op de zegel de gevel van het gebouw en daarvóór de eigen aardige kogelpostwagen uit vroe ger dagen. Men had deze typische vorm voor de wagen gekozen ten einde berovingen te voorkomen! In de serie „.Zwarte Erfenis" van de Amerikaanse postelljen ver scheen op 15 februari een zegel van 15 c, gewijd aan de neger Benjamin Banneker (1731-1806), pionier op het gebied van wiskun de, landmeetkunde en astrono mie. Op de zegel zijn beeltenis en 1 andmeetinstrumenten. Voor ver zamelaars van „mythologie op postzegels" verscheen in Algerije een strip van drie zegels met de afbeelding van een mozaïek van Setif, voorstellende een optocht ter ere van de wijngod Dionysos. Op 18 februari kwam in Frankrijk een zegel van fr 1.60 in Omloop, gewijd aan vroegere carnaval-op tochten in het Noordfranse Douai met de befaamde acht meter hoge reuzen-figuren. Deze zouden reeds in 1530 hebben bestaan. De zegel is een reproduktle van een schilde- Eugène Emmanuel VioUet-le-Duc rij van Jean-Baptiste Corot (1871), (1814-1879), vooral bekend als res- aanwezig in het Louvre te Parijs, taurateur van oude gebouwen, on- Tot slot een tweede Franse zegel der meer de Notre-Dame van met het portret van de architect Parijs. Kort geleden heeft wereldkam pioen Anatoli Karpov in Bad Kis singen een dubbelrondig vier- kampje gewonnen, waaraan ook Spasski en de Westduitsers Hüb- ner en Unzicker deelnamen. De nijvere organisatoren hadden nog voor een klein nieuwtje gezorgd door de partijen te laten volgen door een schaakcomputer. The Chess Champion Super System III. De machine moest de zetten van de grootmeesters voorspellen en volgens het bulletin raadde de computer ongeveer vijftig procent van de zetten juist. Is dat een hoog perdentage? Ik weet het niet. Bij een schaakpartij kan één fout al voldoende zijn om de partij te verliezen. Je kunt vijftig zetten lang wel redelijke zetten doen, maar als Je op de 51e zet een matje over het hoofd ziet, heb je toch verloren. Juist in dit opzicht komt de zwakte van de tot heden ont wikkelde schaakprogramma's tot uiting. De beste computers zoals die van Bell- Institute en de Chess 4.9 zijn in staat een partij op te bouwen op een manier, die best het aanzien waard is, maar er komt altijd een moment waarop zij een zet doen, die het menselijk brein niet eens in overweging zou hebben genomen. Het sterkst spelende program ma van dit ogenblik Belle naar de naam van het Instituut, plus een toegevoegde „e", want compu ters zijn kennelijk vrouwjtes lijdt nog steeds aan dit manco. Tenminste een maal per partij doet zij een mysterieuze torenzet, die haar programmeurs tot wan hoop brengt. In het laatste wereld kampioenschap voor computers leek Belle de beslissende partij van Chess 4.9. te gaan winnen, a a A 4? a H E w AÖ A A A; A a 1 DIAGRAM I maar het slot kwam daar weer die torenzet, waarmee dit keer een volkomen nutteloze pion werd op gehaald en het alsnog remise werd. Hieronder volgt de partij Unzic- ker-Karpov uit Bad Kissingen. De computer voorspelde 41,9% van de gespeelde zetten. Een maal gaf hij een zet aan die duidelijk ster ker was dan de voortzetting die DIAGRAM II Unzicker ln de partij op het bord bracht. Maar dikwijls was de com- puterzet een vreselijke blunder, die onmiddellijk de partij zou heb ben gekost. Wit: Unzicker Zwart: Karpov. 1. e2-e4 c7-c5 2. Pgl-f3 (de computer had hier 2. d4 gespeeld) 2.e7-e6 3. d2-d4 c5xd4 4. Pf3xd4 Pg8-f6 5. Pbl-c3 d7-d6 6. Lfl-e2 Lf8-e7 7. 0-0 0-0 8. f2-f4 (De computer 8. Lf4?) 8. a7-a6 9. Lcl-e3 Dd8-c7 10. Ddl- el b7-b5 (minder gebruikelijk dan 10. Pc6. De computer zou hier trouwens de rotzet 10d5 heb ben gespeeld.) 11. Le2-f3 Lc8-b7 12. e4-e5 (De computer: 12. De2?, wat na 12. b4 een pion verliest). 12. d8xe5 13. f4xe5 Pf6-e8! (Een verbetering op de partij Unzlcker- KortsJnoJ. waar zwart speelde: 13. Pfd7 14. Dg3 Lc5 15. Lb7x Db7x 16. Tadl en nu had zwart geen problemen. Sterker zou ech ter het door Nlkitln aangegeven 16. Khl! Ld4x 17. Ld4x Pc6 18. Tadl Dc7 19. Tfel zijn geweest) 14. Lf3xb7 Dc7xb7 15. Pd4-f3 Pb8-d7 16 Tal-dl Ta8-c8 17. Tfl-f2 Pd7-c5 18. Le3-g5?! (Inplaats van het door de computer voorspelde 18. Pg5. De nu volgende afwikkeling brengt zwart ln een enigszins gun stige positie) 18. Le7xg5 19. Pf3xg5 h7-h6 20. Pg5-e4 b5-b4 21 Pe4xc5 Tc8xc5 22. Pc3-a4 Tc5-d5 (De computer zou het minder ster ke 22Tc4 hebben gespeeld) 23. Tdlxd5 Db7xd5 24. Delxb4 Dd5xe5. ZIE DIAGRAM I Zwart staat een tikje beter. Welis waar heeft wit een meerderheid op de damevleugel, maar erg mobiel is die nog niet. terwijl de koning niet geheel veilig staat. 25. Db4-c5 De5-el 26. Tf2-fl Del-e4 (Zou de computer ook hebben gedaan). 27. C2-c4? (Veel zwakker dan het door de computer aangegeven 27. b3!. waarmee de damevleugel- pionnen worden beveiligd en het paard wordt gedekt) 27. Pe8-f6 28. Pa4-c3 (Ook deze natuurlijk uitziende zet is niet de beste. Weer was de computerzet 28. b3! ster ker). 28... De4-c2 29. Dc5-b6 Dc2- d3! 30. Db6xa6 Dd3-d4+ 31. Kgl-hl Pf6-g4! Weliswaar heeft wit nu drie ver bonden vrijpionnen op de dame vleugel maar zij staan nog ver weg, terwijl zwart rustig een aan val op touw kan zetten. 32. h2-h3 (Hier zou de computer 32. Tel?? hebben gespeeld. Kende zeker het elementaire matje 32. Pf2+ 33. Kgl Ph3+ 34. Khl Dgl 35. Tgl Pf2+ niet). 32.Pg4-e3 33. Tfl- bl Tf8-b8! 34. Da6-c6 Pe3xc4 (Oe- vaarlljk is: 34Tb2x 35. Da8+ Kh7 36. De4+ De4x 37. Pe4x Pg2x 38. Tal!) 35. Tbl-dl Dd4-h4 36. b2- b3 Pc4-e3 37. Tdl-cl Pe3-f5 (Auf dem schwachen Punktibus) 38. Dc6-f3 Tb8-b4! ZIE DIAGRAM H Het laatste zwarte stuk wordt ge mobiliseerd en daarmee is het pleit ten gunste van zwart beslist. Overigens zou de computer hier alweer alles verpest hebben door 38. Db4 te spelen. 39. Pc3-e2 Tb4-e4 40. Khl-gl (Er dreigde even 40Te2x 41. De2x Pg3+. wat de computer getuige zijn voorspel ling 40. Dd3 over het metalen hoofd zou hebben gezien.) 40. Te4-e3 41. Df3-f2 Dh4-e4 (De af ge geven zet. De computer zou de zwarte winst met 41. Df2x heb ben vergooid) 42. Pe2-f4 Pf5-g3! en wit gaf het op. Tegen de dreiging 43. g5 is niets meer te doen. m Alvorens ik verder ga met het duel- Vermin-Bies moet ik even iets recht zetten. Veertien dagen gele den vergastte ik u op enige inte ressante fragmenten uit de halve finales en bij een ervan (Klooster- man-Bastiaannet) ging ik ervan uit, dat deze Kloosterman de in Friesland wonende en voor Hui- zum spelende talentvolle speler van die naam zou zijn. Niets is minder waar. De Kloosterman uit de halve finales is de uit Zwijn- drecht afkomstige Ruud Klooster man en ik bied mijn welgemeende excuses aan voor deze. natuurlijk aan mijn Fries opportunisme te wijten, flater. Dan gaan we na deze ongewone inleiding snel ver der met Vermin-Bies en we komen er weer in na de 31e zet van zwart. ZIE DIAGRAM I 32. 40-34 4-9 33. 34-29 Het is moei lijk om een goed plan voor zwart te vinden, maar Bies redt zich voorlopig een klein beetje met 3327-32 en dit is inderdaad nog de enige kans om je uit de positionele problemen te redden, maar daar zul je dan wel hulp van je tegenstander bij nodig moeten hebben. 34. 30-25 (op 42-37 zou natuurlijk 14-20-25! zijn gevolgd). 18-23 35. 29x18 13x22 36. 33-29. Alle drie- om-drietjes zijn in wits nadeel, maar met de tekstzet blijft zwarts korte vleugel belabberd staan. 36. 21-27 37. 35-30 9-13 38. 48- 437 Naar mijn mening laat wit hier in leder geval de winst liggen, die mijns inziens met 38. 42-37 gereali seerd had kunnen worden. Op 15- 20 volgt 39 37x28 22x33 40. 29x38 20x29 41. 48-43 en aan 38-32 valt niet meer te ontkomen. Op 32-38 '\rrT, >rr. DIAGRAM I '8 b"q i 'm m m m m m DIAGRAM II volgt 37-32 waarna zwart geen combinatie tot zijn beschikking heeft en ook op geen andere ma nier compensatie kan krijgen die de moeite waard is. Gedwongen is na 38. 42-37 derhal ve 38. 22-28 39. 37-31 17-22 40 26-21. Een bekende actie en ook hier is deze tussenloop weer beslis send. 32-37 41. 41x23 levert op geen enkele manier wat op en na 40 3-8 41. 21-17 is de dreiging 29-23 (ook na 32-38!) niet te pare ren aangezien op 13-18 natuurlijk 41-37 volgt. Ik denk dat beiden op het moment dat dit mogelijk was. al ln tijdnood verkeerden, want anders is dit niet te verklaren, omdat het zo'n voor de hand lig gende mogelijkheid is. 38. 22-28 39. 42-37 (nu te laat) 13-18 (nu volgt op 37-31 het geme ne 14-19 met dam op 48) 40.47-42 3- 9 41. 49-44 17-21 42. 26x17 11x22. Natuurlijk ontwikkelt zwart zo snel mogelijk en Indien dat goed lukt, krijgt wit het nog erg moei lijk, zo gaat dat nu eenmaal in dit soort partijen. 43. 37-31 6-11 44. 42- 37 11-17 45. 44-40 17-21 46. 31-26 9- 13 47. 26x17 22x11 48. 40-34 16-21 (zie diagram 2). Ongetwijfeld speelt dit zich alle maal in razende tijdnood af. Zwarts problemen zijn verdwenen en hebben plaatsgemaakt voor een flink positievoordeel. Zo heeft wit zelfs al 40-34 gespeeld en daar mee vrijwillig afgezien van bezet ting van veld 35. ZIE DIAGRAM H Toch kan wit zich ln de diagram- stand nog net redden met 49. 37- 31!, want op 18-22 volgt het schit terende 50. 29-23 28x19 51. 25-20 14x25 52. 34-29 25x23 53. 31-26 19x30 54. 26x8 15-20 de beste, en aangezien nu zowel dam halen op 2 als op 3 belet wordt door de plakker 32-37! kan wel direct tot remise worden besloten. Immers na 41-37 is wits materiaal te veel uitgedund. Na 49. 37-31 beschikt zwart nog wel over 15-20 50. 31x33 18-23 51 29x9 20x49 52. 9x20 49-35, maar ook dan is het na 53. 20-15 35x19 54 34-30 19x35 55. 15-10 niet meer te winnen voor zwart. Al met al een Interessant fragment en u ziet dat ln dit soort propagandistische duels zeer veel fraaie mogelijkhe den schuilen. Partijverloop: 49. 43-39? 11-17? Er worden nog steeds in MJdnood flinke fouten gemaakt, want nu kon wit zelfs winnen door 25-20, 39-33, 34x43 en 37x8! Aangewezen voor zwart was natuurlijk 49. ...14-19, waarna het volgende mogelijk op het bord zou zijn ge komen: 50. 37-31 18-22 51 41-37 (op 31-26 de plakker 28-33x44!; 32x41 52. 36X47 27X36 53. 29-23 28-32 54. 23x14 32-37 met winstkansen voor zwart 50. 37-31? 18-22 51. 31-26 32-38 52. 39-33 28x39 53. 34x32 27x38 54. 29- 23 13-18 55. 23x12 17x8 56. 26x28 38-43 57. 41-37 43-49 58. 37-31 49-43 59. 28-23 8-13 60. 21-19 13x35 61. 23- 18 43-34 62. 25-20 15x24 63. 18-13 34-12 64. 31-27 24-30 65. 27-21 12x26 66. 36-31 26x37 67. 13-8 37-48 en eindelijk staakte wit de al lang hopeloze strijd. Volgende week iets uit het internationaal toer nooi ln Mali. tot dan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 25