Het wordt druk onder de grond M[H!I lichtpuntjes na de klap Ik zie wat ik voel Wetenschap en techniek TERDAG 23 FEBRUARI 1980 O. 19 BINNENLAND" Ir komen steeds meer kabels en leidingen inder de grond, omdat we gas, elektra en rater nodig hebben, omdat we hemel- en ifwaswater moeten lozen, omdat we telefoon in kabel-tv willen, omdat er steeds meer toplichten, signaleringsapparatuur en omputeraansluitingen komen. Boven de rrond wordt het ook steeds drukker: met rerkeer, met vrije banen en aparte rijstroken. Iet wordt erg moeilijk voor de wegbeheerder om wegen aan te leggen zonder de beheerder van kabels en leidingen in de wielen te rijden. En andersom. Daarom is het dringend nodig dat er samenwerking komt tussen de verschillende instanties. De wegbeheerder en de leiding- en kabelleggers moeten over een zekere basiskennis van eikaars vakgebieden beschikken, vindt ir. P L. Jung, hoofd van de hoofdafdeling wegen van de dienst Openbare Werken in Amsterdam. je- ol- staat 3 gr< :hip. rachti ken Jruk lij in har ding ielman f pnvi li l" Va lagei brach ngenjoei jders e: ager< Loor Haro Hielkema AMSTERDAM De onder- rond in een grote stad begint teeds meer te lijken op een fikse >ortie spaghetti. Onder het weg lek is er langzamerhand net zo eel „verkeer" als er boven. En iet zo goed als het wegverkeer len onontwarbare knoop dreigt worden, kost het in goede ba len leiden van het ondergrondse ransport bijzonder veel moeilijk- teden. Het begon vroeger 20 onschuldig met de anleg van de gasleiding en rioleringen nder de grond, maar dat was in de tijd at er bovengronds nog ruimte genoeg ras. Er kwamen leidingen en kabels bij oor elektriciteit, water en telefoon. Het entrale antenne-systeem eiste ook een lekje in de bodem op en in de grote ■0< teden vroeg het beter functioneren van C et openbaar vervoer om signaleringsap- i< aratuur (voorrang voor bus en tram). Op Zl|ruispunten werden de aloude stoppalen ervangen door stoplichten, die via com- uters geregeld worden. Meer bedrijven instellingen hebben een buizenpost in ebruik genomen. Olie en chemicaliën rorden per pijpleiding over grote afstan- getransporteerd. wen Ireiwerk tussen zijn de rioleringssystemen sterk itgebreid en geschiedt de afvoer van re en en vuil water via gescheiden stelsels 1 verband met de zuivering. Stadsverwar- iing en centrale WarmwatervoorZienin- en zijn allang geen wensdroom meer, laar worden al in talrijke steden toege- ast: ook dé&rvoor zijn ondergrondse lei- ingen nodig, aanvoerbuizcn en retourlei- ingen. In het buitenland zijn reeds huis- uiltransportleidingen in gebruik geno- len en het hoeft niet lang te duren, voor at ook die aan het Nederlandse onder- trondse „breiwerk" kunnen worden toege- ,r oegd. ■i n de toekomst zullen de transport- en istributienetten ongetwijfeld nog om- angrijker worden, zal de vraag naar ka- el-tv, huisvuilafvoer en stadsverwarming •nemen en worden de Nederlandse bur- t en het bedrijfsleven nog meer afhan- Een portie ondergrondse „spaghetti": een straat ligt weer eens open. Draden, ka bels en een rioleringspijp zijn zichtbaar. foto:Erwln Verheljcn kelijk van een goed net van kabels en leidingen. De gevolgen een breuk in de telefoonkabel, een defecte riolering, een kapotte elektriciteitsdraad of een bescha diging van de verbinding tussen een ter minal en een computer heeft veel grotere „maatschappelijke consequenties" dan vroeger. Of wel: er zal veel meer geklaagd, gekankerd en geprotesteerd worden als zoiets gebeurt dan voorheen. Als je niet kunt douchen, als de telefoon of televisie het niet doen of als de computer uitvalt, Wordt dat als een „ramp" beschouwd; vroeger speelde dat niet, of in veel minderde mate. Veelal als beveiligingssys temen uitvallen, wordt de situatie ernstig. Ook bovengronds is er door de jaren heen veel veranderd. Het autoverkeer heeft zich verveelvoudigd. Er worden aparte voet- en fietspaden aangelegd. Voor de trams en bussen komen vrije banen en daarmee krijgt het overige verkeer meest al een smallere baan. Maar het wegdek is ook niet onbeperkt te verbreden: er moet ruimte voor groen (bomen, geveltuintjes, speelplaatsen) blijven, trottoirs en par keervakken kunnen niet zomaar wegges- tuft worden. Kortom, ook het arbeidster rein van de wegbeheerder is steeds inge wikkelder geworden. Hoezeer de verantwoordelijkheden van wegbeheerder en leiding- en kabelbeheer der elkaar benaderen, wordt met de dag duidelijker. Soms overlappen ze elkaar, soms dreigen ze te botsen. Wat te denken van het streven naar steeds meer vrije banen voor het openbaar vervoer, die van wege de ruimte meestal zo smal mogelijk worden aangelegd. Daarom rijden bussen voortdurend in hetzelfde spoor, hetgeen ernstige vervormingen van het wegdek tot .gevolg heeft. De bestrating van die bus stroken wordt zwaarder. Daardoor en om dat het openbaar vervoer moet kunnen doorgaan, worden de kabels en leidingen eronder moeilijker voor reparaties bereik baar. Wijziging van het wegprofiel bete kent dan ook vaak dat de kabels en leidin gen anders komen te liggen, waardoor veel extra werk moeten worden uitge voerd. Met de aanleg van vrije banen rijdt ook het gewone verkeer op een smallere strook en ook daar zal spoorvorming (en dus noodzakelijke wegdekverzwaring) zich voordoen. Opnieuw wordt dan in bepaal de gevallen een herindeling van het onder gronds verkeer nodig. Verkeersstremmingen Het onderhoud aan leidingen en kabels heeft veel meer gevolgen voor het wegver keer dan vroeger, toen er veel minder auto's reden en er nog geen nadrukkelijke scheiding van rijbanen bestond. Auto's en fietsers reden gewoon om z'on „opgra ving" heen en het net van tramrails was zo groot dat een tram vrij gemakkelijk een straatke-om kon gaan. Dat is nu wel heel anders. De voertuigen en werktuigen, die voor het repareren van leidingen en ka bels gebruikt worden, worden meestap op de rijbaan gezet of blokkeren de vrije bus- of tramroute. De verkeersstremmingen zijn niet van de lucht, het halve tramnet De Kalverstraat in Amsterdam werd en kele jaren geleden een echte winkelpro menade. De stoepen werden verwijderd, er kwam een straatbreed wegdek. Voor dat het nieuwe profiel werd aangebracht, werd een enquête gehouden onder de winkeliers over hun behoeften aan lei dingen en kabels. Met deze wensen werd bij de herinrichting rekening gehouden. dreigt verstoord te raken en de bevolking maar mopperen. De beheerder van het ondergrondse netwerk zou het liefst de wijk nemen en zijn materiaal alleen onder het trottoir leggen. Maar daar liggen meestal al leidingen en kabels en ook wordt de kans op beschadiging steeds groter door op de stoep geparkeerde vrachtauto's. Bovendien staan er vaak bomen in de weg. Er zijn nog wel meer raakvlakken tussen het onder- en bovengrondse verkeer op te noemen. Bij de bouw van bruggen en viaducten bijvoorbeeld dient de wegbe heerder ruimte te reserveren voor kabels en leidingen of rekening te houden met een omleggging, omdat bijvoorbeeld gas leidingen nooit onder een viaduct mogen doorlopen vanwege het brandgevaar door ontploffing. Een gasleiding en een elektri citeitskabel mogen niet in één buis onder de grond gestopt worden. Samenwerking Na een opsomming van zoveel contact punten tussen het beheer van wegen en van kabels en leidingen is het niet zo moeilijk te veronderstellen dat een steeds groeiende vorm van samenwerking en coördinatie nodig is tussen de verschillen de instanties. Dat is niet alleen om te voorkomen dat deze week de telefoonkabel in onze straat wordt vernieuwd, volgende week de klin kers weer opzij gelegd worden voor de aanleg van kabel-tv en over een maand alles nog eens overgedaan wordt, omdat de gasleiding aan vernieuwing toe is. En dan te bedenken dat we een paar maan den geleden een tijd lang met een opge broken straat hebben gezeten, omdat er verkeersdrempels kwamen. Coördinatie en samenwerking is vooral ook noodzakelijk, omdat in de toekomst in de bebouwde kom nog meer kabels en leidingen komen, omdat er bovengronds ook meer aan de wegen gesleuteld zal worden en de gevolgen van verstoring van het verkeer boven en onder de grond niet zo gemakkelijk geaccepteerd zullen worden. Maar amper lagen alle tegels op hun plaats of bedrijven kwamen met grote verbouwingsplannen, met ideeën voor roltrappen en air-conditioning, waarvoor bijvoorbeeld het voltage opgevoerd moest worden. En dus moest de straat weer open. In de oude situatie (links) werd het regen water links en rechts bij de stoeprand Ir. P. L. Jung, hoofd van de afdeling wegen van de dienst openbare werken in Amster dam. spreekt over gevolgen, die „maat schappelijk moeilijker aanvaard worden en daardoor politiek meer in de aandacht komen." Hij doelt daarbij zeker ook op de steeds maar terugkerende verhalen over Amsterdam dat voortdurend opgebroken lijkt te zijn. Hij denkt aan de bewoners van een flat, die bij het uitvallen van stroom zonder lift (en water en verwar ming) zitten, aan het bedrijf dat bij het uitvallen van energie de produktie ge stopt ziet en bij verstoringen van telefoon, computeraansluitingen of signaleringen geen communicatie meer heeft. Ir. Jung signaleert verder een verkeerschaos, als verkeerslichten plotseling uitvallen, als trams en trolleybus zonder stroom komen en als signaleringen om het openbaar ver voer voorrang te geven onklaar geraakt zijn. Tenslotte stipt hij maar heel even aan wat voor toestanden het uitvallen van de tele visie-ontvangst mee kan brengen, zeker nu er steeds meer centrale antennesyste men aangelegd worden: dat betekent géén 8esamstraat, géén TopPop en géén Her dershond. Wat het soms wel betekent, zullen we hier maar niet opschrijven Ir. Jung is ook lid van een initiatiefcom missie van het Westelijk Wegenbouw Cen trum (een gezelschap waarin de aanne mers op het gebied van de wegenbouw en de opdrachtgevers in die sector-rijkswa- terstaat, provinciale waterstaat en ge meenten tot een samenspraak kunnen komen), die de vraag bestudeert of bij de opleiding van wegenbouwers en van de kabel- en leidingleggers een brok basls- kennes kan worden betrokken. In een voordracht voor het Centrum, dat in de drie westelijke provincies opereert, heeft hij zich uitgesproken voor meer samen werking tussen beheerders van wegen en van kabels en leidingen, „want er zal in de toekomst meer dan nu getracht moeten worden om verstoringen van het boven grondse en ondergrondse verkeer te voor komen, te bestrijden of de gevolgen ervan aanvaardbaar te maken. „We zijn op een tijdstip gekomen dat wij maatregelen moeten nemen tegen het ge opgevangen. Bij het nieuwe profiel (rechts) is de kolk in het midden van de straat geplaatst en loopt het water verti kaal weg. Een probleem daarbij is dat een stuk plastic of wat bladeren snel voor verstoppingen kunnen zorgen. In de nieu we situatie sijn de kabels en leidingen gelijkmatiger onder het wegdek geor dend. brek aan begrip en kennis over eikaars werkzaamheden zegt Ir. Jung. „Er zijn een paar ontwikkelingen die de noodzaak daartoe sterk versnellen: het feit dat we steeds meer afhankelijk worden van ener gie, van water en van bijvoorbeeld de kabel-tv, het feit dat er steeds meer in stanties komen, die in de ondergrond lei dingen leggen en het feit dat iedere leiding of kabel eigen voorwaarden stelt, eigen onderhoud vergt en een eigen levensduur heeft. Een waterleiding gaat misschien een halve eeuw mee. een ander net mis schien twintig jaar. En ze liggen allebei onder hetzelfde wegdek, dat wellicht weer een andere levensduur heeft." Onderhoud van wegen Vooral een groot geldtekort bemoeilijkt het goed onderhouden van wegen, zegt Ir. Jung. Niet alleen is er grote achterstand bij het vernieuwen of herstellen van het wegdek, maar ook het „maatschappelijk onderhoud" gaat veel te langzaam: vrije banen voor het openbaar vervoer, speel straten, fietsroutes en allerlei andere werkzaamheden. „In Amsterdam hebbed we zo'n 1400 kilometer weg met een ge middelde levensduur van ongeveer dertig Jaar. Per Jaar zouden we 47 kilometer weg moeten vervangen; als we twintig kilome ter per Jaar halen, mogen we al blij zijn. Het slijtageproces in de oude stad is ech ter zó versneld, de wegen worden zo inten sief gebruikt en verder wordt er steeds meer tussentijds „gegrut" aan de leidin gen en kabels, dat een levensduur van dertig Jaar langzamerhand te optimistisch is geworden", aldus ir. Jung. HIJ meent dat de bevolking deze „enorme ontwikkeling" absoluut niet beseft, dat men nauwelijks een idee heeft van wat er allemaal onder de grond zit en wat er voor komt kijken om leidingen en kabels te onderhouden. Aan de andere kant heeft hij gemerkt dat zijn pleidooi voor een meer geïntegreerde opleiding voor wegen bouwers en kabel- en leidingenleggers res pons begint te krijgen. „En dat is nodig, want we moeten ons wapenen tegen onge wenste toekomstige situaties door nog meer samen te werken." door Rob Foppéma onderdeel van het Amerikaanse ministerie van linanciën bestaat een Directoraat voor alcohol, abak en vuurwapens. Een combinatie van Werkterreinen die vanuit Europa wat exotisch idoet en onmiddellijke associaties "wekt met Western films en andere ruige toestanden. Maar daar gaat het nu niet over, want het Directoraat ATV probeert wel degelijk met zijn tijd mee te gaan. Daar bestaat ook alle aanleiding voor. n de Verenigde Sta- en worden per jaar leer dan 270.000 ton Xplosieve stoffen ge- irodueeerd. En hoe- >el die bepaald niet Uemaal bestemd Ijn voor munitie die ia vuurwapens zal lorden verschoten, oelt het Directoraat oor alcohol, tabak •n vuurwapens van et ministerie van fi- lanciën op dit punt och een duidelijke erantwoordeüjk- eid. verantwoordelijkheid Mtst zich met name ook ie op de hoeveelheid ex- losieven die niet hun wet- elndbestemming be- ïiken Vorig Jaar werd in land ruim elf ton Hingstof opgegeven als itolen of vermist. En kwel het een gerustatel- nde gedachte zou kun- tn zijn dat van de natio- Ue produktie 99.996 pro cent wél de beoogde be stemming in binnen- of buitenland bereikt, kon de absolute omvang van de verliespost toch als onrust barend worden ervaren. Meer in het bijzonder wer den in de Verenigde Staten ïn 1978 ongeveer tweedui zend bomaanslagen gere gistreerd, waarbij zestig mensen werden gedood en nog eens 260 gewond. Om de mensen die hierachter zaten, beter te kunnen op sporen, had de Amerikaan se overheid behoefte aan een methode om erachter te kunnen komen waar de gebruikte springstoffen dan wel vandaan kwamen. Vandaar dat in een labora torium van Oeneral Elec tric Company, met subsi die van het Directoraat voor alcohol, tabak en vuurwapens, een visite kaartje is ontwikkeld waardoor explosieven zelfs na gebruik nog informatie over hun herkomst kunnen verschaffen. Dat visite kaartje bestaat op het eer ste gezicht uit een soort zandkorreltjes, die tijdens het produktieproces in een verhouding van een halve gram per kilo aan de springstoffen zouden moe ten worden toegevoegd. De dame die op de foto mysterieus naar zo'n hoop je „zand" zit te kijken, heeft niet voor niets een zonnebril op. In de korrels is namelijk een kleurstof verwerkt, die bij beschij nen met onzichtbaar en niet best voor de ogen ultraviolet licht, zichtbaar licht begint uit te stralen. Die eigenschap moet het voor opsporingsambtena ren mogelijk maken om na een criminele ontploffing in de puinhopen de licht puntjes in de duisternis op te sporen en zorgvuldig weer te verzamelen Het visitekaartje is daarna in een passend meetinstru ment af te lezen aan de magnetische eigenschap pen van de verzamelde korreltjes Daarin zijn na melijk. behalve die ene kleurstof, verschillende ferrieten verwerkt, samen- gebakken mengsels van metaaloxiden die, net als ijzer, magnetisch zijn. DeZe ferromagnetische materialen hebben de ei genschap dat zij boven een bepaalde temperatuur hun magnetische eigenschap pen zo lang het zo warm blijft verliezen. En die temperatuur, die de na tuurkundigen het Curie- punt noemen, hangt voor de ferrieten nogal gevoelig af van de samenstelling. Een oxidemengsel met een mengverhouding van twee delen zink op drie delen nikkel zal bijvoorbeeld een Curie-punt hebben van 350 graden. Bij de omgekeerde verhouding, drie delen zink op twee delen nikkel, daalt het Curie-punt tot 150 graden In het kader van een proef project stelt Oeneral Elec tric vijftien verschillende ferrieten samen met elk zijn eigen Curie-punt Door telkens vijf van de vijftien soorten Individueel her kenbare „zandkorrels" te combineren, kunnen al drieduizend verschillende visitekaartjes voor springstoffen worden sa mengesteld. (Voor de lief hebbers: het aantal combi naties bedraagt 15 x 14 x 15 x 13 - 12 x li gedeeld door 1x2x3x4x5). Nu zijn drieduizend be schikbare „adressen" na tuurlijk nog niet veel om een jaarproduktie van 270.000 ton explosieven te voorzien van visitekaartjes waaruit fabrikant en pro- duktletijdstip moeten zijn af te lelden. Maar er zit technisch nog heel wat ex tra ruimte in het codeer systeem. De meetappara tuur kan merkstoffen met een verschil in Curie-punt van vijf tot tien graden nog onderscheiden Dat bete kent dat er zeker meer dan die vijftien verschillende ferrieten gebruikt kunnen worden, en daardoor kan het aantal mogelijke adrescodes aardig worden opgevoerd Ten tweede is de behoefte aan verschillende adresco des minder groot dan Je intuïtief op het eerste ge zicht zou kunnen vermoe den. Als het aantal adres sen maar duidelijk groter is dan het aantal te onder? zoeken gevallen van mis bruik. werkt het herken ningssysteem in de meeste gevallen al heel informa tief. Als het systeem inder daad in Amerika wordt in gevoerd. zal de onderwe reld er verstandig aan doen, haar explosieven voortaan uit het buiten land te tetrekken. De kost prijs van binnenlandse springstoffen zou naar schatting van Oeneral Electric door een identifi catieprogramma stijgen met ongeveer een stuiver per kilo. wat voor de wetti ge afnemers nauwelijks een bezwaar kan zijn Een maand geleden berichtte deze ru briek uit Canada over de mogelijkheid om blinde mensen plaatjes te laten voe len en herkennen, een mogelijkheid voor communicatie, die tot nog toe haast over het hoofd was geilen („Met je ogen dicht: een zwaan"). Het onderzoek aan de uni versiteit van Toronto was uitgevoerd met geblinddoekte studenten als proef persoon. Academisch verantwoord, boei end. Maar wat daar werkelijk is losge maakt. wordt beter verteld door het vol gende citaat, uit een latere publikatie van dezelfde groep. „M. is blind geboren. Ze is nu achter In de twintig, en nog steeds blind. Wij vroegen haar om een tekening te maken, en gaven haar een vel plastic dat een opliggende lijn produceert als je er een ballpoint overheen beweegt. ZIJ protesteerde. „Hoe kan ik een tekening maken? Ik heb nooit van m'n leven iets gezien, laat staan een tekening. Hoe kan ik wat dan ook teke nen?" Nou, zeiden wij, probeer maar. „M. begon om ongeveer zes uur avonds schetsen te maken. Om acht uur sugge reerden wij dat het misschien al wat laat werd. Ze zei dat we wel door konden gaan als we dat wilden. Om tien uur zeiden wij dat het echt laat werd. Ze vroeg ons om door te gaan. Uiteindelijk om drie uur 'z nachts, na vele uren tekenen, testen en praten, stemde M. ermee in om op te houden. «Zij was voor het eerst van haar leven aan het ontdekken dat se tekeningen kon maken en Interpreteren Een vermo gen dat se nooit had gebruikt en waarvan ze de aanwezigheid nooit had vermoed. Ze was aan het ontdekken dat blinde mensen kunnen communiceren door mid del van tekeningen, en kunnen leren van plaatjes en dat hun dat niet bijge bracht hoeft te worden." Een levensecht verslag van een revolutie. i Kennedy rn M H-vwood I Me «hal I Ml New

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 19