3e kleine kerkgeschiedenis van
Seesteren-Gelselaar-Borculo
linde kinderen zoveel
hogelijk op gewone school
Hoofdstad van de
vrije wereld wordt
bestuurd door zwarten
DE
KRANT
BRENGT
DE WERELD
BIJU
THUIS.
rblijf op instituut beperken
Meer ruimte voor
experimenten
IDAG 18 FEBRUARI 1980
BINNENLAND/BUITENLAND
TROUW/KWARTET
R H 9
.war'
or Jac. Lelsz
Zwan
proporties waarmee de kleine kerk-
schiedenis werkt, mogen dan soms
n wat kneuterige indruk maken, dlk-
jls is deze geschiedenis best lnteres-
^toit. Trouwens, zou de grote kerkge
schiedenis ooit geschreven kunnen
[en zonder de kleine kerkgeschie-
nls? De grote kerkgeschiedenis
jlt immers dikwijls haar aankno-
der'i i?sPunt liggen in een op 't eerste oog
opvallende, lokale gebeurtenis. Het
u- halj overdreven zijn te zeggen dat de
>ine kerkgeschiedenis van gerefor-
i terd Geesteren-Gelselaar-Borculo,
larover dezer dagen een boekje ver-
>t ik i ieen, van opvallende betekenis is
weest voor de grote kerkgeschlede-
'h maar zij heeft stellig Invloed gehad
de ontwikkeling van verschillende
ligranten-kerken ln Amerika,
[door mij bedoelde boekje ls geschreven door
O. C. Broek Roelofs uit Zuldlaren. die van
tot 1946 ln Geesteren-Gelselaar-Borculo
Het heet „Herleefd verleden". Het heeft
ondertitel „Een eeuw zelfstandig gerefor-
erd kerkelijk leven", maar dat ls niet hele-
al Juist. Er wordt een periode van 130 Jaar
ichreven.
het boekje, opgedragen aan het oudste ge-
tntelid, de oud-molenaar Albert Scholten, die
97 Jaar is, zijn twee verhandelingen van dr
lek Roelofs gebundeld. De eerste, „Van strijd
zegen", verscheen na het eeuwfeest van de
ieente ln 1939 en betrof met name de periode
1839 tot 1889. De tweede, die de periode van
tot 1970 betrof, kwam destijds uit als „Een
iterhoekse kerk onderweg". Aan de twee ver
delingen zijn wat bijlagen toegevoegd, waar-
er een overigens al weer veertig Jaar oude
f van prof. T. E. Welmers (Hope-College te
land-Michigan), nazaat van een emigrant uit
steren-Gelselaar-Borculo, die daarin be-
IJft wat de rol van velen uit deze gemeente ln
Verenigde Staten is geweest. Maatschappe-
blj het onderwijs en ln de kerk. Velen
2den geneesheer, alleen één familie leverde al
leraren en het getal ouderlingen en dlake-
was niet te berekenen.
tiid 1 id.
ïtisme
graa
nt oi
rwijl
W1 bijvoorbeeld Groenlo, dat niet onder de
c aanr van Borculo viel, rooms-katholiek bleef,
n oot het calvinisme dankzij genoemde heer ln
steren-Gelselaar-Borculo flink wortel. Dr
•k Roelofs wijst erop dat, evenals dat rond
onder Karei de Grote het geval was. in de
van de Hervorming over de hoofden en
en heen beslist werd door de machtigen in
t en kerk. Het officiële christendom kende
Jan Harmen Kolkman, die van 1858 tot
1914, 56 jaar achtereen, kerkeraadslid
was, eerst als diaken en later als ouderling:
voor gereformeerd Geesteren-Gelselaar-
Borculo brak waarschijnlijk het record.
nauwelijks ontferming met de zwakken. De ker
kelijke overheid was meer uit op goede inkom
sten voor zichzelf dan dat de herders omzagen
naar de schapen van de kudde. Tal van gemeen
teleden waren veeleer bedacht op hun tijdelijk
bestaan dan op hun zieleheil. Maar er waren ook
sporen van vroomheid en godsvrucht. Er be
stond een neiging tot het piëtisme. In de hulzen
werden de liederen gezongen van ds Willem
Sluiter, die ln het naburige Eibergen stond. De
mensen kwamen samen ln „gezelschappen"
(conventikels), want de Achterhoek bemint de
gemoedelijkheid, een eenvoudig stichtelijk
woord. Van het aardse leven wendde men zich
af.
Er kwam steeds grotere afstand tussen kerklei
ders en kerkvolk. Terwijl naderhand meer en
meer de deugdzaamheid werd aangeprezen,
kwam er verontrusting over het ontbreken van
diepere tonen van het Evangelie van Jezus
Christus. Marskramers, zaadhandelaren en
kooplieden vertelden op lange winteravonden
over het Reveil. Bij geruchte vernam men van
wat er zich in 1834 ln Ulrum met ds. Hendrik de
Cock afspeelde. Er kwamen „oefenaars" uit
Overijssel. Maar bréken met de kerk? Dr Broek
Roelofs schrijft dat dat voor een Achterhoeker
héél wat was. Voor hem geldt ln wezen één kerk,
één geloof, één school, één gemeenschap. Een
breuk met de volkskerk staat gelijk aan een
breuk met de volksgemeenschap. Dus: ingaan
tegen de traditie, tegen de gevestigde meningen.
Het ligt, volgens de schrijver, niet ln de aard van
de Achterhoeker, zelfstandig beslissingen te ne
men. Sterk voelt hij zich pas als de gemeenschap
achter hem staat.
Het begon met een paar gezinnen, voor wie
onder anderen de predikanten A. Brummel-
kamp en A. C. van Raalte optraden. Later kwa
men ook H. J. Buddlngh uit Zeeland, die nadien
emigreerde, en J. de Liefde, dichter van het lied
„Van U zijn alle dingen, van U o Heer alleen". De
eigenlijke afscheiding ln Geesteren vond plaats
ln 1839. Een man, die zijn stempel op de gerefor
meerde gemeenschap drukte was Jan Meengs,
die overigens in 1871 met zijn gezin naar Ameri
ka emigreerde. HIJ bezocht vaak kerkelijke ver
gaderingen, tot en met de generale synode. Daar
werd naderhand verslag van gedaan aan de
mede-ambtsdragers. Gesproken werd over de
kerkdiensten op de tweede christelijke feestda
gen. Men was daar tegen. Ze zijn ook nooit
gehouden. Gesproken werd over het Verbond, de
Doop, het Avondmaal (de toelating, nu nog
actueel) enz. Sommige broeders zaten meer dan
vijftig Jaar achtereen ln de kerkeraad.
Vertrouwenskwestie
Meengs, die de leiding blijkbaar moeilijk uit-
handen kon geven en zelfs eens de vertrouwens
kwestie stelde, was anderzijds fel tegen een
aantasting van de christelijke vrijheid en alles
wat de gemeente op enige wijze aan banden zou
kunnen leggen. En de gemeente schaarde zich ln
1857 achter hem met de verklaring dat zij met
hem zou gaan „al ls het ook dat zij als eenlge op
onzen Vaderlandschen bodem moet staan". Hij
en anderen zochten, zoals dr Broek Roelofs het
noemt „in onderlinge wedijver het goede voor de
gemeente". Dat was in Geesteren, waar nogal
eens conflicten voorkwamen. In Gelselaar ging
het rustiger toe. Jan Welmers en Jan Harmen
Kolkman, die resp. 52 en 56 Jaar ambtsdrager
waren, bovendien nog familie van elkaar, had
den vanuit hun vroomheid en wijsheid een
zachtmoedig en vaderlijk gezag. De emigratie
naar de Verenigde Staten betekende voor de
'kerk een gevoelige aderlating.
In 't boekje van dr Broek Roelofs, geïllustreerd,
eenvoudig uitgegeven en helaas niet stevig ge
bonden. komen ook de meer „recente" feiten uit
het plaatselijk-regionale kerkelijk leven aan de
orde, zoals de Vrijmaking, die echter ln deze
gemeente geen schade aanrichtte. Een kritische
noot van de schrijver ls nog de opmerking dat
het lijkt of de kleine vragen van de „eigen" groep
de voorrang kregen boven de grote vragen van
de wereld. Aardig ls misschien nog te vermelden
dat op een zendingsdag in 1897 met sprekers als
o.a. ds A. den Hartogh, ds J. L. Plerson en ds G.
van Velzen, een glas bier een stuiver kostte, drie
gekookte eieren 12'/» cent en vier sigaren een
dubbeltje.
Dr O. C. Broek Roelofs: „Herleefd Verleden"
(de Gereformeerde Kerk te Geesteren-Gelse-
laar-Burculo), 80 bladzijden, 13,50 Inclusief
verzendkosten. Zolang voorraad strekt te ver
krijgen bij H. G. Broekmaat, Westerflierweg
4, 7475 PC Markelo.
Bert de Jong
schrijven. Belangrijk is de handicap
op tijd te ontdekken. Bennie, om een
voorbeeld te noemen, bleef vier Jaar
lang meesukkelen op de lagere school
„JTERDAM - Het verblijf van blinde en slechtziende
nar eren in blindeninstituten moet zo kort mogelijk duren, hij het zou vertikken deze te leren,
r is deze kinderen te plaatsen op een gewone school Bennie kon echter de kleine letters
ilier onderwijs) in de omgeving, maar dan moet dit. nlet meer lezen
irwijs veel meer worden ingesteld op de begeleiding van. Het lukt drs. Broeders je in te leiden
Isueel gehandicapte kinderen.
een
i onlangs verschenen boek „Met
og op hun toekomst" schrijft
N. Broeders, dat het grote
eel van de blindeninstituten is.
nciee een leefsituatie bieden, die
ejn past is aan de handicap van het
Het onderwijs ls geheel afge-
op het niet kunnen zien of het
itte Het kunnen zien.
nig
adeel van de Instituten is, dat
ut nderen van alle kanten be-
pid en ook verwend worden. Het
ls, dat ze een verkeerd beeld
lies chzelf krijgen en zich hun han-
pas bewust worden als ze het
iut verlaten en niet meer leven
lotgenoten. Een ander nadeel
ft Instituut ls, dat de kinderen
in eigen (gezins)milieu worden
Belangrijk is daarom, dat heel het
schoolteam achter de plaatsing van
een slechtziende of blinde leerling
staat en niet alleen een enthousiaste
conrector. Er moet een deskundige
beschikbaar zijn met wie kan worden
overlegd over bij voorbeeld hoeveel ZGlTStdnulQnGiCl
in de toch andere wereld van de blin
de. HIJ vertelt veel onthullende bij
zonderheden. Duidelijk wordt, dat
blinden niet in een sombere en duis
tere wereld leven. De voorstellingswe
reld van de blinde is gevuld met ge
waarwordingen, die bij anderen op de
achtergrond raken. De geur van men
sen, het geruis van de wind. dat langs
elke boomsoort anders klinkt, de
echo's van de huizen, die op hun
eigen wijze weerkaatsen vullen de
plaats, waar een zwarte leegte wordt
verondersteld.
m d
'd|g
ratie
oei van de opleiding en opvoe-
leri ran blinde kinderen moet zijn,
s d in integratie in de maatschap-
ct rdt bevorderd. Een goed middel
zaa contacten, die van belang zijn
a le integratie, te bevorderen ls
gü lgen van het onderwijs aan een
tt v e school. Drs. Broeders betoogt
ren boek, dat de gewone school het
ein kind niet alleen ln lntellec-
ver opzicht vormt, maar door de
it k dagelijkse omgang met klasge-
an grote betekenis heeft in sociaal
it. Door vergelijking met
n t noten krijgt het blinde kind
'ëler beeld van zichzelf.'
et ideaal, dat drs. Broeders voor
ng staat, komt echter nog weinig
sul it. De onderwijsinspectie staat
elsëlfs niet toe, dat blinde kinderen,
trii 1 hebben ze een buitengewone
>n< gentie, het gewone, lagere on-
ho s volgen. Drs. Broeders schrijft
Li* itter: „In plaats van de conse-
*Ti les te trekken uit de redenering
ich t het kind heeft thans de geves-
ig< orde van meer dan een eeuw de
i, i and: een blind kind behoort op
Btituut."
►aardig is. dat blinde kinderen
S ff onderwijs kunnen volgen op
ai 'euterschool. Ook bij het voort- V^iTlyaan
de onderwijs kunnen ze terecht,
rer n,et bij het basisonderwijs. Als
1 instituut hebben verlaten, krij-
ev a de grootste problemen. Som-
■a teerlingen slagen er niet in aan-
(i te vinden bij hun klasgeno
tegeleiding is nodig.
meer tijd zo'n leerling nodig zal heb
ben voor een proefwerk. En de leraren
moeten er aan wennen alles wat ze op
het bord schrijven ook nog eens hard
op te zeggen.
Dit alles geldt ook voor het basison
derwijs. Wanneer er meer mankracht
voor de begeleiding beschikbaar
komt. zouden veel meer kinderen, die
nu de instituten bevolken, ln hun
eigen woonplaats naar school
kunnen.
Voor sommige kinderen zal een plaat
sing van enkele Jaren op een instituut
nodig blijven, maar naarmate er meer
alternatieven komen, wordt dit aan
tal minder.
Drs. Broeders stelt het zich zo voor,
dat de blinde kinderen in den regel
het gewone onderwijs aan een school
ln de omgeving volgen. Het blinde of
slechtziende kind zit wel met ziende
kinderen ln de klas, maar aan de
school is een gespecialiseerde leer
kracht verbonden, die op bepaalde
uren de blinde kinderen apart neemt
om hun zaken te leren, die zij zich
klassikaal niet direct eigen kunnen
maken.
Om dit te bereiken ls het nodig, dat er
ruimere mogelijkheden komen voor
experimenten met vormen van on
derwijs, waarbij blinden en slecht
zienden thuis blijven wonen. Welk
systeem er ook wordt gekozen, voor
op moet staan de integratie van de
blinde ln de maatschappij.
In de opvoeding van deze kinderen
moet vooral het accent worden ge
legd op zelfstandigheid. Hoe zelfstan
diger. hoe minder de handicap wordt
gevoeld. Verder is het erg fout en
Pennsylvania Avenue 1600, of liever het Witte Huis
door William Gordon
Weinig mensen weten dat Washington, de hoofdstad van de
Verenigde Staten en dus eigenlijk van de vrije wereld, eens
een centrum van de slavenhandel in Amerika was. Nu staat
deze stad echter onder zwart bestuur.
De geschiedenis van het vroegere
Washington, met slavenvellingen,
slavengevangenissen en slavenmaga-
zijnen, is nu begraven in de archie
ven. De stad draagt niet langer het
stempel van slavernij en racisme. De
burgemeester, de voorzitter van de
stadsraad, de chef van de politie en
de commandant van de brandweer
zijn allemaal zwarten. Gezamenlijk
zijn zij verantwoordelijk voor de orde
en de veiligheid in de hoofdstad van
de Verenigde Stateh. Hun voorouders
er ln Washington eigenlijk voor het
eerst in de jaren van de burgeroorlog
(1865 en daaromtrent) toen de uitein
delijk zegevierende noordelijke troe
pen er paradeerden, waarnaar bij één
gelegenheid zelfs enkele honderddui
zenden Amerikanen kwamen kijken.
Washington kende twee periodes van
sterke groei: de eerste en de tweede
wereldoorlog. Door de Amerikaanse
betrokkenheid in die oorlogen breid
de het apparaat van de federale rege
ring sterk uit. In die Jaren trokken
duizenden nieuwe ambtenaren naar
de stad om de nieuwe regeringsge
bouwen te vullen. Deze bevolkinsaan-
van de bekendsten onder hen. Benja
min Banneker, verwierf zijn faam
met de ontwikkeling van Washington
tot de zetel van de nationale regering.
Banneker, geboren ln 1731 in Mary
land, was één van de weinige vrije
zwarten ln die tijd. Als Jongen ver
baasde hij familie en buren met zijn was gaf uiteraard een sterke siimu-
buitengewone aanleg voor wiskunde.
Hij kreeg de gelegenheid een privé-
school in de buurt van Baltimore te
volgen. Na zijn schooltijd wist hij
door zijn artikelen de aandacht te
hebben misschien op slavenblokken .trekken van Thomas Jefferson, au-
blj de veilingen gestaan, maar zelf teur van de Amerikaanse Onafhanke-
besturen ze nu een stad die als een lijkheidverklaring. Door de invloed
model in het land geldt. van Jefferson kreeg Banneker een
positie ln de staf van majoor l'Enfant,
lans aan de middenstand en het be
drijfsleven. Vandaag ls Washington
een metropool. De stad zelf telt een
kleine miljoen mensen, maar in de
directe omgeving wonen er nog eens
2.7 miljoen die voor een groot deel
voor hun werk en ontspanning op
Washington zijn aangewezen. Als
hoofdstad trekt Washington jaarlijks
vele miljoenen binnen- en buiten-
Washington DC kreeg twaalf Jaar ge- de Fransman die was belast met de landse bezoekers. Rondom „The
dat geldt voor elk kind het op te
voeden in de geest van alleen maar
„krijgen". Ongewild moet daarom de
harten van goede gevers worden ge
kwetst. Maar de gehandicapte bewijs
je er wel een dienst mee. Daarom
geen liefdadigheid.
De blinde kinderen moeten zelf ook
iets te bieden hebben. Anders worden
ze op den duur door de anderen geme
den en gedoemd tot een eenzaam
bestaan, aldus Broeders. Zijn boek is
eigenlijk een pleidooi de blinde niet
aparter te behandelen dan nodig ls.
Gelukkig ziet alles er niet zo somber
uit. De tegenwoordige Jeugd heeft er
minder moeite mee een blinde of
slechtziende klasgenoot volwaardig
te accepteren. Vorige generaties wa
ren meer geneigd ln vakjes en stan
den te denken. Een probaat middel
voor de Integratie, om een van de tips
uit het boek te noemen, ls de tandem.
De blinde kan dan overal heen. Als er
maar voorrijders beschikbaar zijn.
Voor het bezoek aan school, consta
teert Broeders, is dit zelden een pro
bleem.
Met het oog op hun toekomst. Drs. J.
N. Broeders. 124 blz. Prijs 19,50.
Uitgeverij Dekker en Van de Vegt,
Nijmegen.
leden zijn eerste zwarte burgemees-
'ter. HIJ had een toepasselijke naam:
Walter Washington, genoemd naar de-
eerste president van de Verenigde
'Staten. Op het moment dat burge
meester Washington aantrad was de
stad nog een federaal district dat
rechtstreeks onder het Amerikaanse
Congres viel. Er waren een burge
meester en een stadsraad van negen
man, allen benoemd door de presi
dent. Nu kiest de bevolking (een klei
ne miljoen mensen) de burgemeester
en de stadsraad zelf rechtstreeks.
Wederopbouw
Walter Washington was tien Jaar bur
gemeester. Hij leidde de stad in een
periode van wederopbouw na de ern
stige onlusten aan het eind van de
'jaren zestig waarbij een aanzienlijk
deel van het stadscentrum ln puin
kwam te liggen. De climax van de
onrust ln de jaren zestig kwam in de
zomer van 1968, direct na de moord
op Martin Luther King. De stad was
toen enkele dagen toneel van plunde
ring en brandstichting.
Veel respect dwong Washington ook
af met zijn optreden tijdens de bezet
ting van het stadhuis en een Joods
centrum door een groep terroristen.
Zij hielden twee dagen lang.ruim hon
derd mensen in gijzeling. BIJ de actie
vielen een dode en een gewonde. De
gewonde was Marlon Barry, toen lid
van de stadsraad en nu zelf burge
meester. De gijzelingsactie veroor
zaakte grote opschudding, maar bur
gemeester Washington en zijn staf
zagen kans de gijzeling zonder verder
bloedvergieten te doen eindigen.
Geschiedenis
Zwarte Amerikanen hebben altijd
een belangrijke rol gespeeld in de
geschiedenis van Washington. Eén
uitbouw van Washington. Over het Mali" het grote gazon vlakbij het
werk van Banneker voor de stad centrum, bezit de stad een aantal
merkte een regeringsfunctionaris op: Indrukwekkende musea, waarvan
„Het ls het beste bewijs dat er geen ..The Smithsonian" het beroemdst ls.
verband bestaat tussen de geestelijke
vermogens en de huidskleur, of met VVittG HUIS
andere woorden, een treffende weer
legging van de stelling dat negers Het allerberoemdste gebouw ln
inferieur aan de blanken zouden zijrt Washington ls echter zonder twijfel
en ongeschikt zouden zijn voor kun- het huis op nummer 1600 van Penn-
sten en wetenschap".
Onderwijs
Washington DC is óok de thuisstad
van Frederick Douglas. Deze zwarte
slaaf bevrijdde zich zelf en werd een
activist tegen de slavernij. HIJ was
een autodidact en bekleedde ver
scheidene functies bij de overheid. Zo
sylvanla Avenue, de woning van de
president, oftewel het Witte Huls De
bouw duurde acht Jaar en was klaar
ln 1800.
Niet ver van het Witte Huls, eveneens
aan „The Mali" staat het Immense
standbeeld van president Lincoln,
een plaats van bijzondere betekenis
voor veel zwarten. Hier was het dat de
de Jaren vijftig haar drukst bezochte
concert gaf nadat haar een optreden
In Constition Hall was geweigerd.
Hier ook bereikte de „Mars naar
Washington" ln 1963 haar hoogte
punt met de onvergetelijke rede van
Martin Luther King.
Washington ls een echte stad met een
groot cultureel centrum, musea, vijf
honderd kerken en een hypermoder
ne metro. De stad die ooit de bena
ming van „slavencentrum" verdiende
is de hoofdstad van de vrije wereld
geworden. In de tweehonderd Jaar die
zijn verstreken sinds Benjamin Ban
neker zijn stratenplan bedacht en liet
uitvoeren is er op politiek, econo
misch en cultureel gebied erg veel
veranderd. Maar de grootste verande
ring is toch dat de nazaten van de
mensen die ooit ln Washington ais
koopwaar werden aangebodei?- nu de
stad besturen.
(William Gordon is een oud-journa
list en oud-diplomaat uit de Verenig
de Staten die tijdelijk in Nederland
woont.)
Het boek van drs. Broeders heeft als
ondertitel „Omgaan met blinde en
slechtziende kinderen". Broeders
werkte aan het blindeninstituut Hen-
was hij enige tijd ambassadeur voor zwarte zangeres Marlon Anderson ln
de Verenigde Staten op Haïti. De 4
vroegere woning van Frederick Doug
las ln Washington is nu Ingericht als
een museum voor Afrikaanse kunst.
Hoewel hij In Baltimore, niet ver van
Washington, is geboren, wordt ook
Thurgood Marshall meestal als „Was-
hingtons" beschouwd. HIJ was de eer
ste zwarte Amerikaan die tot rechter
in het Hoog Gerechtshof werd be
noemd. Daarvoor was hij zeer succes
rijk als advocaat in de hoofdstad.
Zijn grootste faam verdiende hij met
zaken voor de bescherming van de
burgerrechten.
Het was ook ln Washington dat al in
een vroeg stadium scholen voor zwar
ten werden gesticht. Een mijlpaal in
die ontwikkeling was de aanstelling
van de eerste zwarte onderwijzers ln
1824. Daarna nam het aantal scholen
voor zwarten ln Washington vrij snel
toe. Tot de belangrijkste Instelling
voor hoger onderwijs behoorde Ho
ward Universiteit ln Washington,
waar een groot deel van het zwarte
leiderschap ls gevormd. „Howard"
werd in 1867 gevestigd als een univer
siteit voor zwarten. Nu ls het volledig
geïntegreerd en telt het studenten
van alle rassen en nationaliteiten.
Washington, of het „District van Co
lumbia" zoals de gemeentelijke naam
luidt, is een compromis, bedacht door
George Washington, de eerste presi
dent van de Verenigde Staten. Het
begon in 1790 toen de nieuwe leiders
van de nieuwe natie het gevoel had
den dat zij een nieuwe stad moesten
hebben om de regeringszetel te vesti
gen. In die tijd woonden de meeste
van de ongeveer vier miljoen Ameri
kanen langs de oostkust. Zowel de
noordelijken als de zuidelijken von
den dat de hoofdstad in hun gebied
behoorde te liggen. George Washing
ton loste het probleem op door leder
een ervan te overtuigen dat de hoofd
stad ln het midden moest De plaats
werd bepaald aan het eind van de
brede mond van de Potomac River,
niet pal tegen de kust om van Inva
sies van de kant van de zee gevrij
waard te zijn en toch vlakbij het open
water. De stad hoefde niet groter te
zijn dan tien vierkante mijl, een
rechthoekig stuk grond dat door de
staten Maryland en Virginia geza
menlijk werd afgestaan.
Ontberingen
Maggie McNeal (links) heeft in Bovenkarspel uit handen van de Belgische zanger Louis Neefs de eerste
bos. Maggie McNealtulpen gekregen. Kweker Van der Hoek uit Bovenkarspel vernoemde zijn creatie
rlcus te Nljmeftn en probeerde sö* naar de "ngeres, omdat zij verkozen is om Nederland op het Eurovisie Songfestival te vertegenwoor- gJJJJ "aJk" ombè"
veel mogelijk vanuit het kind zelf te digen. Maggie was blijkbaar erg ingenomen met de „haar" tulp. rings-vergoedinsr. Orotedruktewas
De vroege geschiedenis van Washing
ton ls vooral de geschiedenis van de
presidenten. De stad was niet veel
meer dan een sompige of stoffige (af
hankelijk van de tijd van het Jaar)
nederzetting. De hoofdstad trok wei
nig bezoekers en buitenlandse gezan
ten die er een tijdje moesten wonen