fü Emilio Castro - een methodist uit Uruguay FILMKRONIEK Een ongewone moord m tTERDAG 26 JANUARI 1980 TROUW/KWARTET 25 In mei houdt de commissie voor wereldzending van de wereldraad van kerken opnieuw een wereldvergadering over dat onderwerp. De vorige bijeenkomst in 1973 in Bangkok beeft een belangrijke nieuwe stoot gegeven aan het zen dingswerk van de christelijke kerken. De drijvende kracht achter de commissie is de directeur, dominee Emilio Castro. Hij is afkomstig uit Uruguay en werkte langdurig onder de Indianen in Bolivia. Daar en als gevolg van zijn studie bij Barth in Bazel ontwikkelde Castro een heel sterke maat schappelijke betrokkenheid, die zich voegt naar een vurig beleefde vroomheid. Tegenover onze medewerker Michael de Vries in Oenève vertelt Castro dat hij voor de strijd tegen de machten in de wereld het niet kan stellen zonder Qods kracht. door ds Michael de Vries „Mijn pastoraat in Bolivia, waar de bevolking voor 75 tot 80 pro cent uit Indianen bestaat, heeft me definitief de ogen geopend voor de relatie tussen historische gebeurtenissen en de verkondi ging van het Evangelie. Mijn ge boorteland, Uruguay, is het enige van heel Latijns Amerika zonder Indianen. Maar in Bolivia, waar Ee eeuwenlang voor de nakome lingen van de veroveraars hadden moeten werken met geen ander recht dan het bebouwen van het land van de grondeigenaren, be gon in 1952 een opstand, als ge volg waarvan ze eindelijk stukjes land in bezit kregen. Economisch Was dat geen succes ze waren (liet gewend aan een marktecono mie maar op het menselijk vlak Was dat iets ongelooflijks: de Campesinos, die vroeger nauwe lijks een blanke hadden durven aankijken, werden zich bewust dat ze mensen waren. Ze wilden leren, ze vroegen de kerken om Dnderwijs, om hulp bij het organi seren van vakbonden. En de ker ken hebben die hulp gegeven kan het woord is Emilio Castro, geboren in Montevideo, methodistisch predikant, en sinds de wereld-zendingsconferentie in Bangkok (1973) directeur van de commis sie voor wereldzending en evangelisatie van de wereldraad van kerken. Hij oogt met zijn tengere figuur en zijn donkere haar wat Jonger dan zijn 52 jaar. Zoals veel leidende oecumenische figuren van lijn generatie was hij in zijn Jeugd actief de wereldfederatie van christen-studen- l. „Ontdekt" door bisschop Lessliè 'ewbigin, de toenmalige secretaris-gene- a! van de internationale zendingsraad later geïntegreerd in de wereldraad), le erde hij een gewaardeerde Latijns-Ame- ikaanse bijdrage aan de voorbereiding ran wat nu het theologische opleidings fonds van de wereldraad is. tdviseur» Lln 1961 was ik als adviseur uitgenodigd paar de derde assemblee in New Delhi, paar werd ik benoemd tot lid van de ivangelisatie-studiecommissie, toen voor- gericht op de zendingsfunctie van de plaatselijke gemeente. Gaandeweg raakte it steeds meer betrokken bij de oecumeni sche bemoeienis met een adequaat zen- tlingsdenken en -handelen." pijn theologische scholing (aan het vere nigd theologisch seminarie in Buenos Al les en. na zijn afstuderen daar, gedurende twee semesters in Bazel bij Karl Barth) llsmede zijn praktische ervaring in de plaatselijke gemeente (La Paz en Monte video). gevoegd bij zijn begaafdheid als kanselredenaar een twijfelachtige term flie, in zijn geval ten onrechte, zou kunnen Boen denken aan holle retoriek en zijn Viertaligheid maken dat er naar hem wordt geluisterd in heel verschillende si tuaties. Bestaans vragen „Mijn opleiding was in eerste instantie apologetisch gericht, dat wil zeggen: be trokken op de confrontatie met de wijsge rige stelsels die sinds de vorige eeuw in mijn land ingang hadden gevonden inclusief dat van Marx. Maar in Bolivia ging het helemaal niet om intellectuele vragen, maar om het meest elementaire, om bestaansvragen. maatschappelijke kwesties. Het is onzinnig, te denken dat je het Evangelie kan verkondigen los van wat er om je heen gebeurt. Doordat je daar leefde in onmiddellijk contact met de mensen, was je gedwongen voor jezelf en voor anderen duidelijk te maken wat dat Evangelie betekent voor het leven als geheel. Dus toen ik naar Uruguay terug ging, was dat niet alleen met de geestelij ke bagage van mijn theologische studie ook onder Barth, die bij mij diepe sporen heeft nagelaten maar ook met wat ik had meegemaakt van de ontzettende ar moede en de strijd van de gewone man in Bolivia voor sociale gerechtigheid. Ik bracht het niet meer op pastor te zijn voor een bovenlaag; mijn pastoraat was be trokken op de arbeiders. Hulp bij het organiseren van hun gerechtvaardigde streven, vakbonden, dat soort dingen." Jubeljaar» Mag ik dat „socialistisch engagement" noemen? „Ach, het woord .socialistisch' heeft zo veel verschillende ladingenIk ben nooit lid geweest van een politieke partij. Hoofdmotief van onze opstelling is, dat iedere generatie een eerlijke kans moet hebben. De manier waarop de produktie- middelen en dergelijke zijn georganiseerd, is ondergeschikt aan de vraag of je, bij wijze van spreken, het bijbelse voorschrift van het Jubeljaar toepast: iedere vijftig jaar diende het in vreemde handen ge raakte grondbezit weer op dè oorspronke lijke eigenaars over te gaan. Mijn vader kon zijn land zijn kwijtgeraakt omdat hij lui was, of een dronkaard, of alleen maar pech had gehad, of omdat zijn buurman een imperialist was en zijn land afpakte maar voor de volgende generatie werd de mogelijkheid geschapen om opnieuw te beginnen. Dat bedoelde Paulus, eeuwen later, toen hij het had over ,een nieuw schepsel zijn', .wedergeboren zijn'. Gods genade, de rechtvaardiging door het ge loof. houdt geen rekening met mijn ver diensten of tekortkomingen, maar zegt: .Vergeet het verleden, laten we ons samen op de toekomst richten.' D&èrin, in dat gericht zijn op de toekomst, zijn we alle maal gelijk. We hebben eeuwenlang ge daan en het gebeurt nog steeds alsof Paulus het alleen maar had over iets .gees telijks', zonder relatie met de dagelijkse werkelijkheden. Maar als hij schrijft dat er in Christus geen slaaf of meester is, bedoelt hij in wezen hetzelfde als het Jubeljaar: er wordt een nieuwe mogelijk heid. een nieuw begin gegeven. Als je dat socialistisch noemt, dan ben ik een socia list. ja." Dr Emilio Castro Is die instelling kenmerkend voor de commissie voor wereldzending en evan gelisatie? (HandpalAien omhoog klassiek latijns gebaar van „weet-ik-véél?' maar met lachende ogen:) „Dat zal in Melbourne moeten blijken." Melbourne Van 12 tot 25 mei vindt in Melbourne de wereld-zendings- en evangelisatieconfe rentie plaats met als thema „Uw Konink rijk kome". (Ook de Gebedsweek 1980 voor de christelijke eenheid stond in dat teken.) De organisatie daarvan is in han den van Castro en zijn medewerkers. „In Melbourne hopen we een hoe zal ik het zeggen? een kring, een coördinaten stelsel te ontwikkelen, waarbinnen de oe cumenische familie kan functioneren. Het oecumenisch gesprek laat een geweldige vrijheid aan ideologische keuzen en prak- tisch-politieke voorkeuren vooropge steld dat de prioriteiten ontleend zijn aan het Evangelie, dat wil zeggen het primaat van de kinderen, de armen, de mensen aan de rand van de samenleving. Het Centrum Betekent dat, dat alles wat dit aardse leven te boven en te buiten gaat, niet meer meespeelt? (Geëmotioneerd:) „Hoe haal je het in Je hoofd! Ons christelijk geloof aan het eeu wigheidsleven in Jezus Christus is jujst het centrum van onze politieke inzet voor een menselijk leven op aarde! Hoe zou ik, betrokken in de ongelijke strijd van van daag, wetende hoe sterk de machten zijn waartegen we ons te weer stellen hoe zou ik aan die strijd kunnen beginnen en ermee kunnen doorgaan, als ik niet geloof de dat Gods wil en Gods kracht ermee gemoeid is? Hoe zou ik, de zelfopoffering ziende van jonge mensen in El Salvador, die dromen van een nieuwe dag en telkens weer door het leger worden vertrapt en vernietigd hoe zou ik het kunnen ver mijden. cynisch te worden en te zeggen .Vergeet het maar', als het niet was vanwe ge ons christelijk geloof dat God zich om ons bekommert, zich ook om onze dood bekommert en dat degenen die ons zijn voorgegaan en hun leven hebben gegeven, tot die wolk van getuigen behoren waar van de Bijbel spreekt? Zij zijn de belicha ming van het leerstuk van de gemeen schap der heiligen. Zij steunen ons. door hun voorbede bij de Vader voor degenen die hier strijdend bezig zijn in de geschie denis. Nee, het is een verschrikkelijk mis verstand te menen dat iemand, omdat hij zich inzet voor gerechtigheid, geen bood schap zou hebben aan wat gewoonlijk de geestelijke dimensie van het leven wordt genoemd. Juist omdat Je gelooft in de heiligheid van het mensenleven, door God geschapen en in Jezus Christus geroepen tot verlossing, tot bevrijding, en met de belofte van een nieuwe dag juist omdat je dat gelooft, zet je Je in voor een beetje waardigheid in het leven van Je naaste." Bekering:» Zending houdt vanouds de oproep tot bekering in. Wordt die oproep vandaag allereerst tot de machthebbers gericht? „We hebben allemaal bekering nodig. De termen waarin die oproep wordt gedaan zullen verschillend zijn naar gelang van de situatie. Maar de behoefte en het voor recht! zich te bekeren geldt voor ieder een. Want bekering betekent: zich be wust zijn dat God om ons geeft; dat Hij zó geïnteresseerd is in ons leven dat Hij ons, zoals het Evangelie zegt, zijn Zoon heeft gezonden, en zijn Kerk in het leven heeft geroepen om dat bericht door te geven. Ik zeg dus tegen iedereen .Luister, wat een geweldig voorrecht God Je verleent; kom overeind, kom tot het soort leven dat overeenstemt met die hoge roeping van Je!' Dus tegen de arme massa's van deze wereld, wier vertegenwoordigers in het toenmalige Israël Jezus ,met ontferming' aanzag, degenen tegen wie wordt gezon digd. de slachtoffers van de zonde der anderen, tot hen zeggen we: ,Korn over eind, aanvaard je rechten! Wat de sociolo gen of de machthebbers of de kolonialis ten ook zeggen jullie zijn geroepen om naar voren te komen, rechtop te staan voor God en je naaste! (ogen dicht, zach ter, bijna teder:) Zie Je dan niet hoeveel Je zélf kan doen en hoeveel Je van je af moet schudden om je te concentreren op Je gemeenschap, je familie, je eigen leven?' Bekering is een geweldig voorrecht. Beke ring volgt op het bewustzijn dat Ood van ons houdt. Het begint dus bij de verkondi ging van Gods erbarmen. Het is een af zichtelijke vergissing, de mensen om de oren te slaan met de beschrijving van de zonden die ze begaan hebben zonder eerst melding te maken van het enorme privilege dat Ood ons verleent: dat Hij op ons wacht, ons uitnodigt." Waarin zal „Melbourne" verschillen van „Bangkok"? „Moeilijk te zeggen. Het thema van het Koninkrijk is in zeker opzicht een logische voortzetting van .Gods heil in deze tijd' (,8alvation Today'), dat in Bangkok cen traal stond. We hopen dat de keuze van een bede .Uw Koninkrijk kome' ons dagelijks zal herinneren aan de geestelij ke dimensie van het Koninkrijk. Met an dere woorden: dat socio-politieke vragen binnen die dimensie kunnen worden be sproken. vanuit een persoonlijke relatie met Jezus Christus, door wie we worden ingelijfd in de geschiedenis die zal uit monden in de definitieve samenvatting van alle dingen in Hem. En uiteraard verwachten we dat het missionaire en evangelistische element voortdurend aan wezig zal zijn in de beraadslagingen. Bangkok heeft getracht, de consequenties te formuleren van Gods heilzaam hande len voor het dagelijks leven. Daar is onder meer een sterke nadruk gelegd op de betekenis van het eigene in de verschillen de culturen. Dat element is nu gemeen goed geworden, en nu kunnen we de vraag aan de orde stellen: hoe wordt, binnen die verschillende culturen, de Kerk een zen dende, een missionaire Kerk? Het gaat nu niet meer om de erkenning dat ik een Uruguayse christen kan zijn, maar om de vraag: hoe realiseren wij als Uruguayse christenen onze missionaire verantwoor delijkheid binnen onze eigen cultuur en hoe doen we dat, als Uruguyanen, binnen de wereldkerk? Maar we kunnen ook profijt trekken van de op .Bangkok' gevolgde discussie. In 1974 heeft in Lausanne de door onze evan- gelikale vrienden georganiseerde Wereld- evangelisatieconferentie plaatsgehad, en de meeste Bangkok-thema's zijn ook daar besproken. We kunnen daar ons voordeel mee doen. ook omdat .Melbourne' een werkelijke ontmoeting zal zijn van vrijwel alle schakenngen ln de christelijke Kerk: de Orthodoxen zullen er ruim vertegen woordigd zijn, evenals de Rooms-katho- lieke Kerk en voor wat het Protestantis me betreft verwachten we een bijna com plete staalkaart van theologische posi ties." Droom Er is nu bij rie wereldraad mi regri van kracht, die bepaalt dat stafleden maximaal negen jaar in functie kunnen blijven. Wat zijn de plannen voor na het verstrijken van die termijn? „Het is mijn droom, weer terug te gaan naar de gemeente. Het is mijn roeping pastor te zijn en ik vind dat er niets opweegt tegen het samenzijn met Jonge mensen, die opgroeien, en met oude men sen, die gaan sterven, en het samen met anderen worstelen om een antwoord op de vraag wat christelijke gehoorzaamheid betekent in het dagelijks leven, voor het nemen van economische en politieke be slissingen Niets is er boeiender voor een pastor die leeft ln het perspectief van het Koninkrijk en die dicht bij de mensen staat." Michael de Vries is journalist in Genève door dr. H. S. Visscher en van de merkwaardigste momenten uit Apocalypse now" is de executie van de lysterieuze kolonel Kurtz door captain Willard, die aarvoor gedurende de eerste driekwart van de film tijn huiveringwekkende tocht dwars door het izarre oorlogstoneel van Vietnam heeft moeten laken. De liquidatie van Kurtz geschiedt in ipdracht van de Amerikaanse geheime dienst. Daar de feitelijke executie is iets heel anders dan len koelbloedige, „zakelijke" uitvoering van die pdracht. Door een nadrukkelijke parallelmontage ereenzelvigt de film de moord met de rituele lachting van een waterbuffel in die onwezenlijke gemeenschap" in de Cambodjaanse jungle, waar lurtz „heerser" is. >e moord krijgt daardoor een rituele geladenheid: et is de liquidatie van een verschijningsvorm en soort archetype waar Willard ten nauwste bij «trokken is geraakt doordat hij zich tijdens zijn acht intens met Kurtz' dossier heeft eziggehouden en zichzelf ergens in hem herkend eeft (zijn zeer kort aangegeven levensloop lijkt rouwens ten dele op die van Kurtz). De moord heeft, hoe feitelijk ook. een symbolisch arakter, wat kan worden verklaard uit het feit dat fillard op zijn tocht niet alleen een geografische |rens die tussen Vietnam en Cambodja verschreden heeft, maar vooral ook een sychlsche: wat er daarna gebeurt, heeft een andere imensie. geschiedt in een „andere werkelijkheid" - typerend signaal: de marinier wiens hoofd met n pijl doorschoten is en met die pijl door het •ofd rustig blijft rondlopen. loe onvergelijkelijk Coppola's film ook is, die hematlek van de „ongewone", symbolisch geladen noord verbindt hem met heel andersoortige noderne films. Jeanne Dielman, de „heldin" uit Akkermans gelijknamige film, vermoordt impulsief en irrationeel een willekeurige man. die „onschuldig" is of althans op geen enkele manier méér schuldig dan welke andere man ook. Herman Dürer, de „held" van een der meest recente Nederlandse speelfilms, doodt aan het slot een willekeurige, het zeker niet kwaad bedoelende, taxichauffeur, uit wanhoop en uit verzet tegen een werkelijkheid die zich niet naar zijn droom wil voegen. En heel opmerkelijk is dat ook ln de momenteel hier vertoonde film van de Zwitser Alain Tanner. „Messidor", waarin de beide.heldinnen" aan het slot op grond van een niet terechte gevolgtrekking die ze maken, de verkeerde man doden. Al eerder ln de film is er een onbedoelde moord begaan, al is die heel „gericht" en, zo men wil, functioneel: een paar mannen die de beide meisjes een lift gegeven hebben, trachten een van hen te verkrachten, waarop het andere meisje een zware kei op het hoofd van een der aanranders laat neerploffen... Maar de tweede moord treft een volmaakt onschuldige. Of is hij wel zo onschuldig? Is hij niet als keurig geklede, weldoorvoede, aangepaste figuur het symbool van al die keurig geklede, weldoorvoede, bikkelharde en kerngezonde heren, die achtereenvolgens de hele film door de beide liftsters van de ene plaats naar de andere voeren op een reis zonder einde? Hun reis is in feite een „Werdegang" net als de reis van Willard of die van Herman Dürer: een reis waarop de werkelijkheid wordt gezien èn onderkend als een absurde en weerzinwekkende waanzin, hoezeer men daarin ook ordening tracht aan te brengen en er vorm aan te geven, bij voorbeeld als „opera" zoals in „Apocalypse now" of als „droom" zoals ln „Herman Dürer". Tijdens die reis groeit de afkeer van het menselijk bestaan, tot er opeens „een grens" wordt overschreden; in dat land-over-de-grens voltrekt zich de moord een willekeurige moord, of althans een moord die „niet gewoon" is. Twee meisjes, uit heel verschillende milieus afkomstig, vangen, nadat hun wegen zich als liftster toevallig kruisten, hun gezamenlijke reis aan in een zomers Zwitserland prototype van vele vakantie-idealen Je ziet ons met onze caravans over de snelwegen rijden, je herkent de pittoreske dorpjes, de overweldigende berglandschappen. En gaandeweg leer je het. door de ogen der beide heldinnen, haten: een keurig geordende en bijgeschoffelde, uiterst verzorgde en morsdode welvaartsmaatschappij, een volstrekt onaandoenlijke werkelijkheid, waarin dingen en gebeurtenissen even toevallig wel als niet op elkaar betrokken kunnen zijn of worden. De mensen en de omgeving gaan steeds meer op elkaar lijken, zegt een van de liftsters: daardoor worden ze steeds minder werkelijk. En inderdaad: de film behelst een verpletterende eentonigheid van steeds identieke snelwegen, auto's, verkeersborden, mensen Een enkele maal is er een ontsnapping, een „verheffing": de in drie prachtige identieke panoramiseringen gefilmde dag die ze aan de oever van een klein meer doorbrengen, de rit op de duo van twee zware motoren over bochtige bergwegen schitterend gefilmd vanuit een helicopter, wat de sensatie van „los" te zijn, zeer lijfelijk voelbaar maakt; en de prachtige sekwentie, hoog in de bergen, als de lesbische Implicatie van hun verhouding, uiterst kies en kuis gesuggereerd, aan de dag treedt. Ergens wordt ook duidelijk een „grens" overschreden. Uitgeput van honger en ontbering, verwoordt een van hen haar psychische situatie: uiterst scherp ervaart ze heel vroege jeugdherinneringen, en tegelijk wordt ze zich enorm sterk van haar lichaam bewust Een soort „high" zijn, een vreemde euforie. Vanaf dat moment zit de moord „erin" en wordt als „spelletje" met de revolver gemanipuleerd en het nooit aflatende geluid van overtrekkende vliegtuigen wordt een dreigend onhellsteken. Het verzet tegen de overmacht van een ondoordringbare werkelijkheid zoekt in wanhoop naar een „signaal" om zich kenbaar te maken een kreet om hulp (die ook wérkelijk eenmaal in de film wordt geslaakt, als ze. opnieuw ln het hooggebergte, bij een bergmeer Zitten». Dank zij een opsporingsbericht via de televisie worden de twee tenslotte door heel Zwitserland gezocht als „terroristen" Ze zijn 't niet én ze zijn 't wél. Vreemd genoeg voel Je als „regulier burger" voor wie de aanvankelijke normen van het terrorisme van een Baader of een Meinhof totaal duisteren ondoorgrondelijk waren, bij het zien van deze film iets van de stemming en gemoedstoestand, de wanhoop vooral om de in de revolutionaire zestiger Jaren onwrikbaar overeind gebleven „burgerlijke" samenleving. Herman Dürer verdwijnt na de moord ln het duister; Wlllards rtvierkruiser lost zich na de liquidatie van Kurtz op ln de troebele grauwheid van de vroegochtendlijke Jungle De liftsters uit „Messidor" verdwijnen na hun arrestatie spoorloos uit de film: het laatste shot laat alleen wéér een snelweg zien. waarop onophoudelijk de auto's voortrazen Er is niets gebeurd Je hebt „alleen maar" een zeldzaam indringende film gezien: de nieuwe film van Alain Tanner.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1980 | | pagina 25