Waarschuwing 'Mensonterend' 'Toch vriendelij k' Verwerken 'Ik mijd het' üg DAG 4 MEI 1979 TROUW/KWARTET 11 Terwijl mevrouw Koster-Kreger en ik naar Holo caust zitten te kijken, komt er een straaljager over. „Bombardementsvliegtuigen is haar eerste re actie. Na al die jaren zijn de oorlogsslachtoffers nog steeds bezig hun verleden te verwerken. Niet alleen de oorlog dragen zij met zich, ook het fascisme dat steeds opnieuw de kop opsteekt. „Laten we het vergeten", zegt de jeugd, „het is al zolang geleden. „Dit mag je niet vergeten", zeggen de mensen, die het hebben meegemaakt. „Hieruit moet je lering Deze barbarij nooit weer! door Johanneke Leestemaker flk Het voornaamste wat ik nu, na 35 jaar nog te vertellen heb ls de waarschuwing: Deze barbarij en totale ontmenselijking nooit weer! Het is begrijpelijk dat de generatie die het niet heeft meegemaakt, de verschrikkin gen van de oorlog wezensvreemd blijft. De vraag is dan ook, hoe voed je je kinderen op zodat ze, net als wij. zeggen: ,Mij krijg je er niet voor.' Hoe leer Je ze dat ze niet moeten meewerken aan een oorlog die alleen de belangen van enkele machtheb bers baat? Ik ben ervan overtuigd dat de ipvoeding daarin een belangrijke rol lt. De Duitse jeugd werd toen, maar k nu nog opgevoed met de plicht te ■hoorzamen. Als je een kind blindelingse gehoorzaamheid aanleert, zal het later ook opdrachten uitvoeren zonder zich af Ie vragen wat het nut ervan is. .Befehl ist ifehl' is niet typisch Duits, dat vind je reral in de wereld. Ik word erg bang van de Duitse jeugd, die I de erfenis van de oorlog niet goed kan werken. Groepen neo-fascisten begin- ïen opnieuw met de Hitlerverering, ande ren willen niet weten wat er gebeurd is. p"och helpt ontkennen niet, we kunnen de torlog pas vergeten als er gerechtigheid )ver is geweest, als alle kinderen weten [wat er gebeurd is en beseffen dat het nooit Ineer mag voorkomen. Wat in Holocaust ^ie» tot uitdrukking komt is het miljoen- roudige van zo'n enkele gebeurtenis. Het iljoenvoudige, wat de oorlog tot een •ote verschrikking maakte. De zinloze vernietiging van prachtige Jonge mensen Jen kinderen op grote schaal kan je ook pet in een film laten zien. Je kan het niet eens beseffen. Iet grote nadeel van een gedramatiseerd □stuk ge chiedenis is dat het. zeker op de [televisie, overkomt als een verhaal. Wij en pnze kinderen zijn gewend aan criminele series, waarbij je je, als je een beetje meeleeft, moet bedenken dat de betreffen de figuur niet wordt doodgeschoten. Dat verschijnsel werkt door op zo'n serie als Holocaust, wij weten dat het acteurs zijn. En het lijkt net alsof het niet echt gebeurd is. Er zijn ontzettend veel documentaires van oude archiefbeelden gemaakt over de «oorlog. Naar mijn smaak geven deze, hoe fragmentarisch ook, een treffender beeld van de sfeer van totale vernietiging dan lo'n gedramatiseerd verhaal over concen- ratiekampen. ,Die Endlösung' geeft bij 'oorbeeld authentieke beelden van de Jo- lenvernietiging. gaskamers en de stapel ijken. Beelden die al vaker zijn vertoond n waar niemand zich druk om heeft ge naakt. Ook deze geschiedschrijverij geeft Ie kinderen niet de motivatie om nooit neer zo'n oorlog te voeren. Zij vergeten et als een willekeurig stuk verle- a ien Maar het fascisme is geen eschiedenis. dat is heden." De totale rechteloosheid en mach- teloosheid waar we tijdens de oor logsjaren in werden geworpen, be trof ook je privéleven. Alles waar |e mee bezig was. werd in brokjes en ketjes van je afgenomen. Ik kon niet herder studeren zonderverklaringen te ondertekenen en dat deed je natuurlijk Biet. Je moest keuzen doen die je veraf- ichuwde maar die in de gegeven omstan digheden nog de beste waren. Na '41 toen mijn eerste man een Jodenster moest dra gen. maakten we plannen om hem te laten 'luchten. Hij heeft zich eerst van mij laten «heiden om geen vrouw en kind van een Jood achter te laten. Afschuwelijk, maar je had geen keus. Hij kon wel hier blijven maar dan was hij zeker doodgegaan. Het had geen zin, wij waren blij dal hij kon vluchten. Zijn ouders zijn hier gebleven maar hebben nog maar heel kort geleefd, zij zijn in Westerbork omgebracht. Het was zo mensonterend dat het je alle maal opgedrongen werd. Daar was je ook zo verontwaardigd over, je kon niet pro testeren, geen rechtbank die je gelijk gaf. Je kon niet in de krant schrijven dat je het er niet mee eens was, je kon het niet eens aan je familie schrijven. Die macht van de sterkste, die terreur was verschrikkelijk om onder te leven. Het was niet uit ideolo gie dat we verzet pleegden maar meer omdat het gewone dagelijkse leven ons noodzaakte ons te verzetten. Anders ging je er psychisch aan kapot. Je moest het houvast hebben dat je er Iets tegen deed, dat je het niet zomaar liet gebeuren. Het was niet eens belangrijk of het verzet in alle landen samen wezenlijk iets verander de in die oorlog. Je kon niet anders. Op het moment dat de oorlog uitbrak woonden wij in een gemeenschapshuis met verschillende oud-SpanjestriJders. Zij hadden al aan den lijve ondervonden wat fascisme betekent, één van de Jongens was half verlamd uit Spanje terug geko men. Zij waren politiek bewust en hadden al een training in ondergronds oorlog voe ren, Hun verzetsmentalitelt brachten zij op ons over. Omdat de censuur snel intrad richtten wij het illegale studentenblad 'De Vrije Katheder' op en probeerden het te verspreiden. Later legden wij, bij een over val op een bevolkingsregister, de hand op duizenden bonnen. Daarmee zorgden we dat er elke dag eten werd gebracht naar illegale verzetsmensen. Later, toen mijn man al weg was, leefde ik met mijn vrien din en mijn dochtertje in een huis in de Jan Luykenstraat. Op zolder werd 'De Vrije Katheder' gestencild en de voorraad bonnen lag onder de traploper. Ik zorgde ervoor dat er elke dag voor honderd bon nen eten in huis kwam. Dat betekende naar tientallen verschillende winkels, elke keer opnieuw in de rij staan en met volle tassen de hoge trappen op naar zolder. Door koeriersters werd het eten naar de betreffende adressen gebracht. Ook had den we twee vaste onderduikers in huis en waren we de opvang voor onderduikers die nog geen adres hadden. We konden er niet veel bij hebben zonder dat we het voor alle partijen te gevaarlijk maakten. a Eén van onze onderduikers zat zwaar in het verzet. Hij werd ge zocht en stond met foto en al in het politieblad. Op een dag kwa men de Duitsers mijn man zoeken, die was er natuurlijk niet. De Duitsers en een Hollandse SS'er kwamen boven om zich ervan te vergewissen dat ik de waarheid sprak. De onderduiker gedroeg zich voor beeldig, vertelde dat hij slechts op bezoek was en liep de trap af. Buitengekomen zag hij dat de Duitsers die nog bij de overval wagen stonden hem argwanend bestu deerden. In paniek zette hij het op een lopen en er werd op hem geschoten. Even later zat hij weer boven, bloedend en geboeid. Ook ik werd gearresteerd maar onder aan de trap weer vrijgelaten. Ik heb onmiddellijk onderduikadressen voor ie dereen versierd en het huis gesloten. 's Middags kwam ik in Den Haag bij mijn ouders aan om zolang bij hen dekking te zoeken. Ik was er nog geen uur of er stopte een legerjeep vol moffen voor de deur. De schrik schoot mij in de keel. Naast mijn ouders woonde een familie Krop met zes zonen. Alle zes zaten in de verzetsgroep van Trouw waar ze ontzettend veel voor deden. De Duitsers kwamen voor hen, een moment later waren ze allen gearresteerd. Ik was wat bibberig van alle emoties die dag. maar ik dwong mezelf door riet raam te kijken. Er kwam een jonge man aange lopen. Instinctief dacht ik: Dat is een verzetsman op weg naar Krop en schudde mijn hoofd. Hij keek me door de wat schuinstaande ramen recht in mijn ge zicht, stond even stil, draaide zich om en liep kalm weg. Nog geen drie minuten later werd er gebeld en stond er een Duit ser op de stoep. En dan krijg Je het mens onwaardige. Terwijl ik die man wel in zijn gezicht kon spugen na alles wat er ge beurd was, schoot er onmiddellijk door mijn hoofd: 'Aan de overkant wonen NSB- ers, Rudi, een Joods meisje woont bij mijn ouders, mijn broer!' En ik besefte opeens 'Oh vriendelijk zijn, want Rudi...niet naar binnen... Dus zei ik vriendelijk in mijn beste Duits „Komt u even binnen." Ik liet hem in de hal en hij vroeg me waarom ik de man een seintje had gegeven. Ik stot terde: 'Wat bedoelt u? Ik woon hier niet. Ik ben bij mijn vader op visite, hij is Jarig en...' Je staat dan te liegen en te slijmen waar je kotsmisselijk van wordt. Alleen omdat je weet wat het betekent als hij Je arresteert, mijn dochtertje, huiszoeking bij mijn ouders, Rudi. de voedselketen. Als Je Je hersens gebruikte, kon je niet, hoe graag je dat ook wilde, de held uithan gen. Er hingen mensenlevens vanaf. 'Be moeit u zich nergens mee, anders zullen wij ons met u bemoeien,' waren zijn af scheidswoorden. Een dreigement maar je wist wat het betekende. Ik zocht dus een ander onderduikadres en moest mijn dochtertje achterlaten. Na die dag heb ik vaak het gevoel gehad dat ik er niet meer aan zou ontkomen. We zaten als ratten in de val. Ik kon me net zo goed gaan aangeven. Steeds meer mensen werden gearresteerd, steeds minder men sen waar je op terug kon vallen, a Het was al een hele houw ledereen J in leven te houden. Daarbij kwam te moordende angst. trekken. Fascisme is iets dat nog steeds elke dag voorkomt en elk moment kan er een nieuwe vernie- tingingsgolf opkomen. Juist de volgende generatie moet wegen wat er gebeurt als je mensen niet als mensen beschouwt. Holocaust is daar niet het goede middel toe. Zodra de geschiedenis van de tweede wereldoorlog een verhaal wordt of feiten die je voor een examen uit je hoofd moet leren, heeft het geen kracht meer om de wereld te veranderen." Mevrouw Koster-Kreger studeerde tijdens de oorlog medicijnen in Amsterdam. Zij was getrouwd met een Joodse man en in het eerste oorlogsjaar werd haar dochter geboren. Zij was de hele oorlog actief in het studenten verzet. Nu heeft zij van de stichting '40-'45 vervroegd pensioen gekregen. De oorlog heeft haar het werken onmogelijk gemaakt. 9 Het eerste jaar na de oorlog was ik geestelijk helemaal verlamd. Ik deed niets, kwam nergens toe. Ik kan me er nu niets meer van herin neren. Ik geloof dat ik het veel te lang zaam verwerkte want ik vond mijn medi sche studie belangrijk en wou het ook zeker afmaken maar ging niet naar de universiteit. Ik had al mijn co-schappen in de oorlog gelopen en Je kon kort na de oorlog verlicht examen doen. Maar ik kwam een Jaar te laat en moest zelfs mijn co-schappen, twee Jaar werk, overnieuw doen. Het enige wat ik in die tijd gedaan heb, deed ik uit het reflex van de oorlog, joden beschermen. Ik nam een moeder met drie kinderen in huis, het waren enke le van de weinige Joden die van een con centratiekamp terug zijn gekomen. Pas na drie jaar kreeg het gezin een huis en kon het op eigen kracht verder. Na die down ben ik weer aan 't werk gegaan en heb sindsdien eigenlijk gewoon geleefd. Ik maakte mijn studie af, trouwde opnieuw, kreeg kinderen, werkte hard en dat ging allemaal erg goed. Totdat ik met Kerst '71 een zware griep opliep. Voor het eerst in mijn 25-jarig bestaan als hulsarts moest ik een vervan ger nemen voor mijn praktijk. Na die griep bleef ik zwak en moest vooral 's nachts mijn werk op mijn wenkbrauwen doen. Op een gegeven moment moest ik er 's nachts uit voor een patient. Toen ik bij hem vandaan kwam, moest ik mijn auto achteruit de straat uit rijden. Dat kostte mij zoveel energie dat ik aan het eind van de straat ben blijven staan en in een bewusteloosheid wegzonk. Ik moet er uren gestaan hebben want ik kwam pas bij toen ze me vonden. Mijn man was ongerust geworden en ging mij na uren zoeken. Nadat dit gebeurde, besloot ik met werk te kappen. Het was te gevaar lijk, straks deed ik één van mijn patiënten iets aan door deze aanvallen. Het duurde nog een jaar voor ik het, bij de Symbolisering van de fascistische mach ten. Somoza verjaagt met behulp van zijn huurleger de mensen van hun land. Schil derij van W. E. Koster-Kreger. stichting '40-'45 aangevraagde, pensioen kreeg. In die tijd heb ik zoveel mogelijk werk van mij afgeschoven. Ik kon niet meer slapen en als ik sliep werd ik gillend wakker als de telefoon ging. In dat Jaar is de oorlog weer gaan leven. Ik was op, ik kon niet meer. Vooral na mijn pensionering ben ik veel aan de oorlog gaan denken. Waarschijn lijk halen alle gepensioneerde mensen herinneringen op. Maar die van de mensen die de oorlog bewust hebben meegemaakt en daar vrienden en femllie in verloren hebben, zijn veel emotioneler. Vooral als Je, zoals lk in de voorafgaande tijd, er niet aan hebt willen of kunnen denken. Praten doe Je er ook haast niet over. Er zijn maar weinig oude vrienden overgebleven met wie Je over de oorlog kunt praten. De onderduiker die een groot gedeelte van de oorlog bij ons in huls heeft gewoond, zie ik nog wel eens. hij woont vlakbij me in de buurt. Maar we spreken elkaar nooit. Ik kan natuurlijk naar hem toe gaan, aanbel len en vragen: 'Zeg, wil Je eens over de oorlog praten?' Ik denk dat hij raar op zou kijken. Ik weet het niet, ik zou het nu wel eens willen. BIJ zo'n demonstratie tegen het opko mend fascisme als er twee weken geleden in Straatsburg werd gehouden, kom Je veel oud-verzetstrijders tegen. Uit Neder land waren er meer dan duizend. Er zaten er veel bij die ik ken. Ik had zielsgraag meegegaan maar ik kan het niet opbren gen. Ik ben bang dat ik in die trein ga zitten Janken of op zo'n demonstratie. Dat wil ik niet. Het ls erg vervelend voor Je omgeving en ik geloof ook niet dat Je met tranen de fascisten kan overtuigen. Nee, die indruk heb ik niet gekregen, dat je meneer Kohl of Schmidt met Janken kunt overtuigen dat ze niet weer opnieuw moe ten beginnen. Het zal wel uitdrukking geven aan mijn eigen gevoel maar ik ben ook bang dat ik na zo'n uitbarsting gehol pen moet worden en het ligt mij niet zelf patiënt te zijn. Dus mijd ik het. Zo is het met je herinneringen ook, de meest pijnlijke probeer Je zoveel mogelijk te vermijden. In de oorlog zelf, moest je zo min mogelijk weten, na de oorlog bleeft zp. Je praatte nauwelijks over verzet of de dood van je naasten. Het gebeurde. Na de oorlog was het zaak weer een leefbare situatie te creëren zodat de kinderen het beter kregen. Mijn kinderen heb lk nooit de afschuwelijke dingen van de oorlog verteld. We praten wel over het fascisme van nu maar niet over mijn persoonlijke ervaringen. Op zijn hoogst de komische gedeelten.Blj het maken van mijn rapport over de oorlogsjaren voor de stichting '40- '45 merkte ik dat sommige kennissen uit het verzet zich totaal niets meer konden herinneren, alles verdrongen hadden. Voor mij is het praten over die tijd niet zo emotioneel omdat ik alle dingen, die me werkelijk diep heb ben getroffen nooit aan iemand vertel." a Oorspronkelijk dacht ik. als ik y niet meer hoef te werken, heb ik tijd voor vergaderingen, congres sen en de politiek. Ik heb het ge probeerd. We hebben onder andere het comité 'Hulp aan Spanje' heropgericht. Vóór de Tweede Wereldoorlog bestond het ook al, toen gaf het hulp aan de slachtof fers van de Spaanse burgeroorlog, nu aan de slachtoffers van het franco-regime. In dat comité ben ik nog even actief geweest, maar ik kon het helemaal niet. Ik werd bloednerveus. Als lk brieven wilde tikken verzeilde ik in dagdromen over vroeger, over het Spanje van vóór Franco en ik kwam nergens toe. Ik kon ook niet meer tegen vergaderingen en afspraken. Stuk ken die lk moest maken kreeg lk haast niet af. Ik moest ermee stoppen. Het is wel raar als Je merkt dat Je opeens niet meer kan doen wat Je wilt. Het vereist enige aanpassing. Het is moeilijk om na zolang gewerkt te hebben een nieuwe Inhoud aan je leven te geven. Veel oorlogsslachtoffers kunnen het niet zonder deskundige hulp. Ik weet niet of het schilderen, waarmee ik nu mijn dagen vul, mij helpt in het verwer ken van oorlogsverdriet. Het is in elk geval een ontspannende bezigheid en heel goed voor het zenuwstelsel. Je wordt er wat eenzaam van. Je ziet weinig mensen als Je de hele dag in Je eentje zit te schilderen. Maar ik heb in mijn leven zoveel mensen gezien dat ik daar een beetje overgevoelig voor ben geworden. De angst en gevoelens die ik in de oorlog had, komen heel sterk terug als er ergens in de wereld iets vergelijkbaars gebeurt. Zuid-Afrika, die confrontatie van enkelen met een enorme machtsuitoefening over een héél volk, de terreur die daar ook heerst. Alles gaat voor Je leven, die mens ontwaarding heb Je ook mee gemaakt Ik weet wat het is. Zo'n Blko, die daar in de gevangenis wordt vermoord, dat doet me veel, hoor! Dat is niet ver van mijn bed. Dat ls zo dichtbij dat lk er wakker van lig en denk: 'Houdt die oorlog dan nooit op?' Ik word daar heel kwaad en heel slapeloos van. Het is dezelfde kwaadheid die ik in de oorlog om kon zetten in verzet. Nu zou Je er mee in actiecomités moeten gaan zit ten. Maar ik kan er niet tegen, ik ben wat dat betreft arbeidsongeschikt. Toch voel ik me elke keer weer schuldig omdat ik er niet* tegen doe. Dan teken ik het. maak een wild plaatje van de Nicaraguaanse dictator Somoza met zijn privélegertje of ga ik heel wild krassen. Onderwijl denk ik erover en dat helpt. Maar eigenlijk zou ik toch politiek actief willen zijn. Want lk heb te weinig uitlaatklep voor de woede, die lk voel over alles wat er in de wereld gebeurt en gebeurde. Je ziet er nooit een eind aan komen. Je kunt er nu al duvel op zeggen dat ze in Namlblëvechten om de Walvisbaai. De heren van Zuid-Afrika staan 't niet af en huren een stel Jongens in om voor hun belangen te vechten. Als die Jongens zich nou eens afvroegen waar ze eigenlijk hun Jonge leven, armen en benen voor geven. Of dat wel in hun eigen belAng ls, dan zou er niet gevochten worden. Maar zoals al tijd, zal de honger in de magen wel sterker zijn dan het verstand. Nee. lk ben geen optimist wat dit betreft. Veel hebben de mensen niet geleerd van de Twee- de Wereldoorlog. Eén generatie slaat de oorlog over, maar daarna beginnen de mensen van voren af aan."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 11