luimt uimten en relaties in opspraak s Een strijd om macht en invloed in gezondheidszorg ogezegd De methode-Moerman voor kankerbestrijding I jf 13 APRIL 1979 BINNENLAND TROUW/KWARTET P 13 - RHS 15 Guus van Hemert s heeft een groot centrum voor »rne kunst gebouwd, het •e Pompidou of. zoals anderen zeggen, de Beaubourg. In de alen die je erover hoorde, klonk eker bevreemd ontzag door: was iets te zien van een haast iwillige ongebruikelijkheid. at is ook zo. Het lijkt meer op nachine dan op een gebouw, rige motorfietsen in de tjes eromheen zouden gejongd ien zijn door de immense constructie die daar oprijst, en koppelingen houden alles n. Daartussen veel buizen, in >r blauw of aluminium. Grote n buizen ook met roltrappen ïensen te vervoeren. Vreemd, tegelijk en dat was men ïten mij te zeggen allerminst reemdend. Als je erdoorheen dt. blij kt het bouwwerk op de van de mens. jetekent eigenlijk twee dingen, eerst is het een eigenschap van yote architectuur dat mensen ?rin thuis voelen. Dat ligt aan ibtiele verhouding tot het jelijk lichaam waar goede jtecten het geheim van hebben. Beauborg is dat te merken: sen worden er door de grote ten niet verpletterd maar id. Ze voelen dat ze er mogen Het lichaam en het gevoel ?n er ja op. behalve de bekwaamheid mee architectuur ruimten geeft, is er ook voor ieder erk de speciale kijk op mensen rin tot uitdrukking komt. En sin dit geval de jcratisering. Niet alleen in die at de cultuur die hier poseerd wordt, een groter al mensen bereikt, maar ook e wijze van aanbieden zelf idert. Een democratisch uw. Mensen worden er niet tot .hoogs" gedwongen. Dat is er n als uitnodiging. egane grond is een soort plein, arbeiders, toeristen, Fransen »n er in een hoekje naar een video-uitzending of een expositie. Je kunt er zitten, liggen, staan, dromen. De ruimten willen niets van de mensen, tiranniseren ze niet. ook niet met de beste bedoelingen. En zou je zeggen: de mensen worden toch door al dat glas en ijzer vervreemd van hun natuur, dan zou je eraan kunnen denken dat de hier als in een chemische fabriek overheersende, buisachtige vormen óók een gegeven zijn dat vanaf holtedieren en zeeanemonen tot onze spijsvertering en bloedsomloop toe een belangrijke rol speelt in de evolutie van het leven. De manier van daar samenzijn is natuurlijk wel een heel bepaalde. Je bent geborgen binnen één ruimte, maar loopt toch langs elkaar heen. Je maakt waar wat een zin van Einstein zegt, die daar ergens in een expositie gebruikt wordt: „Perfecte gereedschappen maar onduidelijke doelen zijn het karakteristiek van onze tijd". Dat is niet alleen negatief. Het gebouw laat dat zien. Een eenheid van mensen die geen speciaal doel maar wel een band hebben. Misschien het menszijn zelf? Maar er zijn uitdrukkelijker vormen van eenheid denkbaar. Die hebben bestaan. Dat heb ik eens heel sterk gevoeld, een paar jaar geleden. Men had mij gevraagd mee te doen in een oecumenische avonddienst op Witte Donderdag, die zou gehouden worden in de grote oude Sint Stevens-kerk midden in Nijmegen. Door de invallende schemer fietste ik naar het centrum. Een verdwaalde natte sneewbui biesde de daken wit af. Het bleek koopavond te zijn. Maar ik was deze keer niet op weg om iets te kopen. Dat kwam plotseling als een vreugde over me: dat ik op weg was om iets te vieren. Mijn doel was de donkere toren die daar tegen de avondhemel stond. Op hetzelfde moment dat ik daaraan dacht, leek het of de structuur van de stad pas duidelijk werd. De straten vielen in een oorspronkelijker orde. Ze liepen uit op dat gotische gebouw. En ik voelde opeens naast mij de onzichtbare menigte die eeuw na eeuw was opgegaan naar die plek, in middeleeuwse of achttiende-eeuwse kleren, want de kleding van gewone mensen zal door de tijden wel gelijker geweest zijn dan de staatsieportretten ons doen vermoeden. Wat vonden zij in zo'n kerk? Dat wat ik, binnenkomend, ook zag. De ruimte bleek prachtig gerestaureerd. Blank. En groot. Ook wijd: hele akkers grond. Een plek voor mensen. En omdat het goede architectuur is: naar menselijke maat. Juist als in de Beaubourg wordt de mens er beschermd en erkend. Maar het idee is anders. Toen niet perfecte werktuigen en vage doelen, maar eenvoudige werktuigen en een duidelijk doel. Ook al waren er toen de verwarrende politieke twisten waar Marieken van Nimwegen voor vluchtte en het rauwe leven waarin zij verzield raakte: daaroverheen was er het besef dat mensen uitgaan van God en terugkeren naar Hem en dit was in leerstukken, riten en wetten uitgedrukt. Doel en eenheid. Dat is te zien aan het gemak waarmee zo'n kerk een heel volk onder een baldakijn met flonkerende ramen kon veizamelen. Als je een moment opgaat in die oude eenheid zoals mij overkwam op die avond van Witte Donderdag moet je wel weten dat het over verleden gaat. Voorbii verleden. De beleving heeft een zekere culturele waarde. Het maakt je meer Europeaan. Je bent even dieper geworteld in de wereld waar je uitkomt. Maar het is reiken naar een voorbije tijd. Dit viel des te meer op omdat de dienst die toen gehouden werd, geheel in het teken van 'heden' stond'. Er waren niet veel mensen. De vorm bleek niet ideaal. Wel een goed woord van de dominee over Jezus die deze avond geheel alleen staat. Er was brood en wijn. Wat ondanks alles deze bijeenkomst zijn eigen helderheid gaf. was. dat hij op' een definitief ander vlak lag dan het romantisch en esthetisch terugdenken aan de stad van de middeleeuwen. Dat laatste omspande een tijd van zes eeuwen. Maar in die viering was de tijd verdwenen. Het was nu. Het had de smaak en de ernst van het heden. Keiharde herdenking van een gemartelde mens. En daarom van anderen die nu gemarteld worden. Dit was geen cultuur. Ook niet helemaal religie. Dit was Christus. Een man in angst voor zijn terechtstelling. Het gebouw doet er dan niet meer toe. Avondmaal of eucharistie kan overal gebeuren waar mensen samenzijn. Herdenken van de gekruisigde, en beleven dat hij aanwezig is. Dat is van een anderé orde dan architectuur. Het heeft alleen mensen nodig, het is de windstille kern waar eventueel architectuur uit voortkomt maar die zelf zonder kan. Daarom is het eigenlijk merkwaardig dat eenzelfde woord gebruikt wordt kerk—zowel voor een vast gebouw als voor die uit vlees en zenuwen opgebouwde stroom van mensen die een eenheid zoeken in het lijden en de opstanding van Jezus. Misschien moet er voor deze tweede betekenis wel een nieuwe woord gevonden worden. door Jelle Jan Klinkert Moerman is weer in het nieuws. De therapie van de beurte lings als duivenfokker, wonderdokter en charlatan afge schilderde arts uit Vlaardingen was aanleiding tot kamer vragen en een groot aantal tijdschrift- en kranteartikelen. De vraag die speelt is: verdient Moerman een nieuw onder zoek of niet. In het volgende zal ik me verre houden van enig oordeel over de waarde van Moermans therapie voor het genezen van kanker ik kan daar niets over zeggen. Maar het lijkt me wel de moeite waard om iets van de achtergron den van de vraag naar nieuw onderzoek te schetsen. Het Is al weer 21 jaar geleden dat er door een commissie van de Stich ting Landelijke Organisatie voor de Kankerbestrijding een rapport werd gepubliceerd over de beteke nis van de zogenaamde Moerman methode voor de „genezing van kanker en aanverwante kwalen." De voorzitter van de commissie was de arts dr. C. H. Delprat, en het rapport werd dan ook bekend als het Delprat-rapport. Dit rapport re kende. om het maar kort te zeggen, 'geheel en grondig af met de metho de-Moerman. Van de zestien punten tellende conclusie citeer ik als voor beeld conclusie nr. 4: „Onder het groot aantal gevallen welke ter kennis van de commissie is gekomen, bevindt zich geen enkel geval, waarin uitsluitend de toepas sing van de specifieke Methode- Moerman een patiënt, lijdende aan eijser,: „Het excuus „dat is een e van de computer" is al even lair als „dan ben ik verkeerd Dnden." (V.U.-Amsterdam). Dekkers: „Tijdens vergaderin- llent het gebruik van het woord aaide" zoveel mogelijk verme- te worden." (V.U.-Amsterdam). A. Eijkman: „Veel tandartsen te snel." (V.U.-Amsterdam). van Paassen: „Mede gezien de dsmarkt wordt het tijd dat ook n een normale werkweek ac- sren". (R.U.-Utrecht). M. van Wegen: „De geschiede- leeft ons geleerd en de heden- realiteit leert ons nog Is, dat het beschikken over een naat aan bodemschatten na- kan zijn voor de vooruitgang ontwikkelingslanden" (R.U.- cht). M. H. de Leij: „Om vele erger- in te voorkomen zou de PTT mogelijk moeten maken men- die langdurig in gesprek zijn middel van een duidelijk sig- te laten merken, dat zij door nd anders worden gebeld." .-Groningen). Lambers: „Ureum is geen mi- 'riendelijk middel ter vervan- van wegenzout. De botanische enstelling van wegbermen het gevaar in ongunstige zin iranderen" (R.U.-Groningen). r H. J. Neuman aat bijna geen week voorbij of bereikt wel het bericht dat de liting van het zogenaamde de Salt-verdrag nu werkelijk taande is. SALT is de afkor- van de Engelse benaming voor lussisch-Amerikaanse bespre- en over de beperking van de tegische (kern-)wapens. De bui- gereld verkeert nog enigszins et onzekere over wat nu precies aatste knelpunten zijn, maar is nog maar zelden gebeurd dat „vooravond" van een histori- gebeurtenis zo lang duurde, ssen dreigt zelfs de eerste serie .T akkoorden in opspraak te ken. Nieuw is deze bedreiging niet. Vrij kort nadat in mei 1972 het verdrag inzake de beperking van de raket afweersystemen en het interim-ak- koord inzake offensieve kernwa pens tot stand waren gekomen, brandde de kritiek los op president Nixon en Henry Kissinger. 1972 was een verkiezingsjaar en Nixon wilde kosten noch moeiten sparen om een tweede termijn in het Witte Huis te veroveren. Sommige leden van het Congres in Washington die toch al niet veel moesten hebben van een beperking van Amerika's strategische kernbewapening vroe gen zich af of een president die zo diep in de electorale bekommer- missen zat wel zijn uiterste best zou hebben gedaan de belangen van de Verenigde Staten tegenover die van de SowjetUnie te behar tigen. Hoe dit zij, Nixon en Kissinger waren er kennelijk op uit de glorie van het succes voor zich alleen te behouden. Vooral in de laatste fase werd het speciale ontwapenings bureau van de Amerikaanse rege ring („Arms Control and Disarma ment Agency" of ACDA) buiten spel gezet. De directeur van ACDA. Gerard Smith, vond het uiterst pijnlijk dat zijn mensen en hij, die gedurende tweeëeenhalf jaar de ei genlijke onderhandelingen in Hel sinki en Wenen hadden gevoerd, niet tegelijk met Nixon en Kissin ger naar Moskou mochten komen. Want terwijl daar de laatste kno- i werden doorgehakt en de ak koorden hun definitieve vorm kre gen, moest de Amerikaanse delega tie in Helsinki blijven en uit de verte toezien. Pas op het laatste moment, toen alles al in kannen en kruiken was, kreeg zij verlof óók naar de Russische hoofdstad te reizen.^ Op de avond van de dag .dat de beide overeenkomsten in de Grote Zaal van het Kremlin werden gete kend kreeg de internationmale pers van Amerikaanse zijde twee „briefings". De eerste was kort en oppervlakkig. Zowel Kissinger als Smith voerden daar het woord. Vervolgens werd een tweede „brie fing" gegeven in een nachtclub van het hotel waar de Amerikaanse correspondenten logeerden. De eni ge die daar optrad was Kissinger. Smith kreeg uit de omgeving van de president te horen dat hij daar beter weg kon blijven. Zowel het gedwongen verblijf in Helsinki als de „desinvitatie" van het Witte Huis irriteerde Smith; hij vond dat hij een „shabby treatment" (slordi ge behandeling) had ondergaan. In het najaar van 1972 werden in Amerika allerlei beschuldigingen geuit aan het adres van de Sowjet Unie, die zich niet aan de afspraken zou hebben gehouden, en van Kis singer, die zich óf te gemakkelijk in de luren had laten leggen óf even tuele schendingen met de mantel der liefde had willen bedekken. Ar tikel V van het verdrag inzake de beperking van de raket-afweersys temen verbood niet alleen de op stelling, maar ook het ontwikkelen en beproeven van mobiele syste men voor de afweer van raketten. Tevoren had de Sowjet-Unie ermee ingestemd dat dit een verbod in hield van alle componenten van mobiele anti-raketsystemen. Niet temin zijn er enige tijd sterke aan wijzingen geweest dat de Russen wel degelijk proeven hebben geno men met componenten van mobie le anti-raketsystemen, en wel in Kapustin Jar en Sary Sagan. Toen de Amerikaanse regering in janua ri 1975 om opheldering verzocht hielden deze activiteiten weer op. In december 1975 kwamen de Ame rikanen erachter dat de Sowjet Unie proefvaarten was begonnen met vier nieuwe nucleaire onder zeeboten zonder dat zij eerst zoals de conversie-afspraken uit de interim-overeenkomst inzake of fensieve strategische wapens zou den hebben vereist 51 oude, op het land gestationeerde lanceerin- richtingen hadden ontmanteld. De regering in Moskou erkende dat zij fout was geweest, maar zij beriep zich op het slechte weer en bepaal de technische problemen. Vorig jaar februari publiceerde de regering-Carter een rapport waar in gezegd werd dat men eigenlijk niet van schendingen kon spreken, hoogstens van „dubbelzinnig ge drag" van de Russen. De Sowjet Unie van haar kant, zo stond in hetzelfde rapport, had in vijf ge vallen geklaagd over Amerikaans gedrag. Deze klachten betroffen onder meer het bouwen van schut daken boven raketsilo's, de wijze waarop sommige van deze silo's werden ontmanteld en de opstel ling van een nieuwe radarpost in Alaska. Een gewezen medewerker van de CIA die tegenwoordig deel uit maakt van de staf van senator Lloyd Bentsen, Barry Sullivan, heeft nu de beschuldiging her nieuwd, dat Nixon en Kissinger zich destijds door de Russen om de tuin hebben laten leiden. In een artikel voor „Strategie Review", een tijdschrift van het United Sta tes Strategie Institute, probeert Sullivan aan te tonen dat Nixon en Kissinger hebben nagelaten de Russen vast te pinnen op een defi nitie van wat nu precies „zware raketten" waren. Het gevolg was dat de Russen veel meer SS-19-ra- ketten in hun arsenaal konden op nemen dan in het Amerikaanse be lang was. Sullivan meent dat de Russen de heren Nixon en Kissin ger ook te slim zijn af geweest, toen zij wisten te bedingen dat de Sow- jet-Unie er meer vanaf onderzeebo ten af te vuren raketten op na mocht houden dan de Verenigde Staten. De Russen zeiden dat de Amerikanen vooruitgeschoven ba ses hadden op Guam, in Spanje en in Engeland en zij zelf niet. Maar in werkelijkheid beschikte de Sowjet Unie over de SSN-8 die Amerikaan se doelen kon raken zonder zelfs maar de thuishaven te verlaten. Het artikel van Sullivan zal er ze ker toe bijdragen dat het vervolg op SALT I extra-kritisch zal wor den bekeken. kwaadaardige nieuwvorming, gene zen heeft." En conclusie nr. 13 luidt: „Bij geen enkel geval is de commissie iets gebleken van verlenging der levens duur ten gevolge van uitsluitend de specifieke Moerman-behandeling." Klare taal van de commissie die leidde tot een genadeloze afreke ning in een wetenschappelijk rap port. In 1960 kwam daar voor de Vlaardinger nog een veroordeling wegens „ondermijning van het ver trouwen in de medische stand" bovenop. Merkwaardig genoeg is Moerman echter al die jaren daarna doorge gaan met zijn werk; de laatste jaren is voor hem zelfs een wat gunstigeil klimaat ontstaan. Op het ogenblik is het zo dat een aantal artsen de methode-Moerman of varianten daarvan toepassen. Bovendien weet de geneesheer zich omringd door een aantal ex-patiënten die op be vlogen wijze voor de omstreden arts in het krijt springen. Dieet Voordat ik iets zeg over de beoorde ling van de waarde van de Moer man-methode allereerst iets over het uitgangspunt en de inhoud er van. Het meest opvallende punt van Moerman is zijn uitgangspunt. De „gewone" geneeskunde ziet kanker als het in de fout gaan van een lichaamscel; deze gaat zich oncon troleerbaar vermenigvuldigen. De kankerbestrijding is dus een strijd tegen kwaadaardige lichaams cellen. Moerman draait deze gedachten- gang om: het optreden van een kwaadaardige celwoekering is vol gens hem niet het begin van de ziekte maar het is een gevolg van een reeds langer bestaande ontspo ring van de stofwisseling in het ge hele lichaam. De behandeling van kanker moet dan ook, nog steeds volgens Moerman, niet plaatsvin den door behandelingen die zich uitsluitend richten op het vernieti gen van kankercellen. Nee. het is allereerst zaak de ontspoorde stof wisseling te herstellen: zo kan de weerstand van de patiënt van bin nenuit zo zeer worden opgevoerd, dat kankercellen zich niet kunnen handhaven. Op basis van deze gedachtengang ontwikkelde Moerman zijn befaam de of beruchte Moerman-dieet: verse groenten en groentesappen, vers fruit, zilvervliesrijst enz. Niet toegestaan onder andere: suiker, vlees, aardappels, koffie, thee, alco hol en tabak. Hierbij kan aangetekend worden dat Moerman dit dieet ontwikkelde op basis van experimenten met dui ven. Dat feit alleen al heeft talloze misverstanden gewekt. Zo hoorde ik laatst nog in een gesprek hierover een arts, volstrekt serieus, opmer ken: „Moerman? Dat is toch die •man die zijn patiënten duivenvoer geeft?" oplosbare methodologische proble men houden. Beter zou een onderzoeksopzet zijn waarbij twee groepen patiënten werden uitgezocht, van welke de ene groep met de Moerman-metho de wordt behandeld en de andere met gewone therapieën. Maar ook dan rijzen problemen, die voor een deel van ethische aard zijn. De be langrijkste is wel: mag Je zulke pa tiënten blootstellen aan een thera pie waarvan de werking uiterst on zeker is? En mag de patiënt zelf weten in welke onderzoeksgroep hij zit; die wetenschap kan immers de uitslag beïnvloeden? Maar naast deze problemen van methodologische aard is nog een andere factor van belang. Want de hele strijd om de methode-Moer man en andere alternatieve ge neeswijzen is niet slechts een strijd van zuiver wetenschappelijke aard, maar tevens een strijd om macht en Invloed in de gezond heidszorg. In onze samenleving heeft de „gewone" geneeskunde het monopolie; afwijkende genezers zijn daarom per definitie kwakzal vers die een bedreiging van de posi tie van de gevestigde geneeskunde vormen. Dit machtsaspect verklaart voor een deel de felheid, soms overgaand in irrationaliteit, waarmee de dis cussies gevoerd worden. Een voor beeld: een medische medewerker van een landelijk dagblad besloot zijn artikel over de Moerman-me thode (titel: „Dieet Moerman, helpt geen moer, man" Je moet er maar opkomen!) met de zinssnede: „De lezers gelieven hierover niet met mij te corresponderen want ik geloof toch geen enkele door dit dieet ge nezen patiënt." Een voorbeeld van felheid is ook de kritiek die al snel aan de publikatie van het rapport-Delprat werd gege ven, onder meer in een tegenrap- port met de titel: „Het schaamte loos bedrog". Dat sloeg dan op het rapport-Delprat, waarin opzettelij ke vervalsing van de theorie van Moerman, van zijn praktijk en vele andere euveldaden werden gesigna leerd. Het zal na het voorgaande duidelijk zijn dat bij de beoordeling van een nieuwe medische therapie, met de methodologische problemen die daarbij horen en de machtsstrijd die hierbij steeds om de hoek loert, met de groots mogelijke zorgvuldig heid te werk gegaan dient te worden. Opnieuw Oordeel Het spreekt vanzelf dat, toen de verhalen over Moermans successen de ronde begonnen te doen. de vraag rees, of deze arts inderdaad kon wat werd beweerd. Om dat te onderzoeken werd de eerder ge noemde commissie-Delprat inge steld. Hierbij wil ik in het algemeen een tweetal opmerkingen maken. Deze hangen samen met het feit dat wei nig onderzoek zo moeilijk is als dat naar het effect van medische thera pieën. Ten eerste geeft dit onderzoek pro blemen van methodologische aard. Hoe moet Je zo'n onderzoek opzet ten? Stel je wilt, zoals in het geval- Moerman, weten of deze nieuwe therapie positieve effecten heeft. Kan Je dan Je onderzoek beperken tot patiënten die door hem behan deld zijn? De vraag rijst dan meteen of deze mensen als ze genezen zijn inderdaad kanker hadden. En vervolgens of de genezing wel door Moerman bewerkstelligd is. of door eerdere therapieën uit de „ge wone" geneeskunde, die vrijwel ie dere patiënt van Moerman wel on dergaan heeft. Dergelijk retrospec tief onderzoek blijft deze moeilijk De vraag die nog steeds gesteld kan worden is: heeft de commissie-Del prat twintig jaar geleden voldoende zorgvuldigheid bij haar onderzoek betracht? Is zij tussen de klippen van de methodologie en de machts strijd doorgezeild? Twee artsen, twee biologen en twee sociologen hebben zich onlangs op nieuw op deze vraag geworpen. Hun antwoord, gepubliceerd in Interme diair (23 maart) is duidelijk: Moer man heeft in het geheel geen faire behandeling gekregen. De conclu sies van het rapport-Delprat kun nen krachtig aangevochten worden. Tegenover de conclusies van de commissie stellen zij In een door timmerd betoog, dat er ernstige methodologische fouten zijn ge maakt en dat het door de commis sie verzamelde feitenmateriaal be vooroordeeld, en daardoor verkeerd is geïnterpreteerd. Het is niet toevallig dat in deze tijd de aandacht voor dit alternatief in de kankerbestrijding weer is opge komen. De ziekte zelf is sinds de jaren vijftig alleen maar toegeno men. Bovendien wordt tegenwoor dig steeds meer de nadruk gelegd op de vrijheid van de patiënt wat betreft de keuze van de therapie. Het feit dat patiënten Moerman en zijn methode zijn blijven kiezen, ondanks het Delprat-rapport, is op zich een reden tot hernieuwde be langstelling. Belangrijk echter nog lijkt mij het feit, dat deskundigen het over deze voor veel mensen zo belangrijke zaak nog zo fundamenteel oneens kunnen zijn. Zoiets pleit krachtig voor een nieuw en grondig onder zoek naar de waarde van Moermans therapie. Indien deze genezing kan brengen dan dient dat wetenschap pelijk aangetoond te worden; maar de verwerping van deze therapie dient even wetenschappelijk te ge beuren. En daar lijkt het tot nu toe aan ontbroken te hebben. Drs. J. J. Klinkert is wetenschap pelijk medewerker van de vak groep gedragswetenschappen van de faculteit der geneeskunde aan de V.U. te Amsterdam.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1979 | | pagina 15