Kijken naar vruchten Kogels ten kastele fïyQ'S'S'Sl Invaller Valen bleek moedig strijder Twee partijen schaakplezier Niet piekeren maar puzzelen 609e Opgave voor de Ladderwedstrijd ZATERDAG 5 NOVEMBER 1977 BINNENLAND Trouw/Kwartet 29 Het leven in de tuin begint nu snel te tanen. Het is maar schijn, ik weet het. want onzichtbaar gaat het leven gewoon door. De aralia's zijn al hun blad kwijt, nadat het wekenlang in gele en rode tinten in brand leek te staan. En zo ging het ook de toverhazelaars. Maar in de kale stekelige staken van de aralia's stroomt nog steeds het sap, zij het heel veel trager dan in lente en zomer. En duidelijk zichtbaar aan de takken van de hamamelis zijn de groepjes fluwelig behaarde bruine bolletjes, waaruit rond nieuwjaar al de gele vaantjes van de bloemen zich zullen ontrollen. Veel paddestoelen zijn nu vergaan, maar in het rottende hout en tus sen het afgevallen blad groeit de zwamvlok, waaraan ze ontstonden, verder. Met de val van het blad zijn de rupsen verdwenen. Ze hebben zich ingesponnen in een cocon of ingegraven in de bodem en wach ten er als pop op de lente. Lieve heersbeestjes zijn weggekropen in proppen dor blad van clematis en leverkruid of onder loszittende boomschors. De reusachtige moerasmelkdistel, dit jaar tot drie meter hoogte opge schoten. is verdord, maar hij staat er nog, de bloeistengels naar boven gestrekt, de bloembodem kaal. De vruchtjes met het witte pluis zijn door de wind weggeblazen, naar plekken waar het zaad misschien kan ontkiemen. En in de bodem leeft de dikke penwortel van de oude plant voort om volgend jaar een nieuwe bladrozet en een me tershoge stengel te maken. Rusten en sterven Het leven rust alleen maar. Toch kan ik me niet helemaal onttrek ken aan het gevoel dat de herfst een groot sterven is. En dat is ook wel waar. want er gaat veel echt dood. Zoals al die eenjarige krui den. die na het rijpen van het zaad afsterven, zonder volgend jaar weer uit de grond op te schieten. En al die insekten die eieren legden, die de winter moeten doorstaan. Al die hommel- en wespenesten die hele maal uitsterven, op de jonge konin ginnen na. Spinnen zijn er nog en overal hangen hun webben, waarin zelfs wel een enkele vlieg of bij wprdt gevangen. Maar ook zij ster ven. na in schorsspleetjes en in richels van vensterbanken en schuurdaken verborgen hun eieren te hebben gelegd, goed beschermd tegen vijanden in het zachtgeel spinsel. Individuen gaan dood. maar toch eigenlijk niet meer dan in de zomer Er worden alleen wei nig nieuwe geboren en daarom valt het zo op. Het leven duikt onder, tot de bevrijding in de lente. Rusten doen ook de meeste zaden, die in de nazomer en de herfst zijn gerijpt. Vruchten zie je nu overal: zaaddozen waar het zaad al uit is geschud, bessen waar vogels pas belangstelling voor krijgen als het echt gaat winteren, pluis dat nog aan de afgestorven stengels zit. vruchten pok die nog niet helemaal rijp zijn. Dat laatste is het geval met de bosrank. de clematis die wild voorkomt in de Zuidlimburgse bossen en in de duinstreek. De En gelsen hebben karakteristieke na men voor deze mooie slingerplant: ..Traveller's Joy" (vreugd van de reiziger) zolang hij bloeit. ..Old Man's Beard" (baard van een oude man» wanneer in de winter kluwens zilverwit vruchtpluis aan de ver dorde bloeistengels hangen. Vooral in het kille winterlicht geven ze glans aan de verstilde tuin. Elk vruchtje draagt een lange zwarte haar met vele honderden zijdeach tige uitstaande zijhaartjes. De vruchten zijn te zwaar om door een matige wind te worden wegge voerd. maar een winterstorm kan ze over grote afstanden voortbla- zen. Het kan ook zijn dat de haren tevens dienen om de vrucht aan vogels te hechten, als een los dons veertje of zo. In mijn tuin heb ik tenminste gemerkt dat mussen graag in de vruchtenkluwens pluk ken. Als zo'n vogel wegvliegt, kan gemakkelijk zo'n kronkelige pluis aan zijn verenkleed blijven hangen en zo een paar honderd meter ver der raken. Hechtmiddelen Veel vruchten hebben inrichtingen om zich ergens aan vast te hechten, aan de veren van vogels, aan de vacht van zoogdieren of aan de kleding van mensen bijvoorbeeld. Iedereen kent die klltvruchten. al lereerst die van de klis natuurlijk, en de vele bolletjes van het kleef kruid. Bij de klis eindigen de om windselblaadjes in een haakje, de huid van een kleefkruidvruchtje is bezet met kromme stekeltjes die je met een vergrootglas kunt zien. Sommige vruchten, zoals die van het tandzaad. hebben geweerhaak- te stekels, die zich in kleding vast prikken en daar met kracht uitge trokken moeten worden. Verspreiding van het zaad door die ren is altijd de bedoeling van vlezi ge vruchten als bessen en bottels. In de nazomer vormen vlier- en lijsterbessen een belangrijk voed sel voor trekkende spreeuwen en lijsterachtigen. evenals de vitami- ne-c-rijke schijnbessen van de duindoorn. Andere zijn veel minder in trek en blijven lang aan de strui ken hangen. Misschien zijn ze min der smakelijk dan de al vroeg weg- geratste vruchten. Bessen van de Gelderse roos zie je na zachte win ters in het voorjaar verdroogd en verschrompeld aan de takkên, maar in strenge winters weten de vogels ze toch te waarderen. Roze- bottels worden vooral door groen- lingen helemaal uit elkaar gepikt om de zaadjes die ze eten. Merels en lijsters eten de losgepikte stuk ken vruchtvlees en krijgen daar mee ook pitjes in hun darmkanaal. En daar gaat het bij al die vlezige vruchten om. met het opslokken ervan komen de zaden in de vogel en met zijn uitwerpselen er ook weer onbeschadigd uit. dankzij de harde zaadhuid die het maagzuur weerstaat. Maar ondertussen heeft die vogel dan meestal een eind ge vlogen en deponeert het zaad dus ver van de boom of struik, waar hij het binnenkreeg. Zaden zonder pluis, stekels of sap pig omhulsel worden door de wind De klitvruchten van de agrimonie hebben haakjes, waarmee zij zich aan kleding of dierevachten kunnen hechten. of door voorbijlopende dieren en mensen uit de zaaddozen geschud. Een heleboel andere zaden hebben vernuftige zweef apparaten: bij de esdoorn twee vleugels, bij de paar debloem een parapluutje, een wijd uitstaande haarkrans op een steel tje. waar het vruchtje aan bengelt. Helemaal geperfectioneerd is dat bij de gele morgenster, waarbij de baleinen van het parapluutje zelf net veren zijn die in elkaar grijpen en een superlicht valschermpje vormen, dat al bij een lichte bries wordt meegenomen. Ook het water verspreidt zaden, meestal van planten die aan het water groeien. Een klassiek voor beeld uit de tropen is de kokosnoot, die een soort zwemvest heeft in de vorm van een dikke vezellaag tus sen de waterdichte bast en de kei harde zaadhuid. Van veel oever planten is de zaadhuid ook water dicht, waardoor ze een groot drijf- vermogen hebben, tot het zaad lek raakt en naar de bodem zinkt. In ondiep water kan het dan ont kiemen. Een heel bijzondere verspreiding heeft het zaad van de wilde balse mienen. die gewoonlijk springzaad genoemd worden. Als de zaden rijp zijn, is de langgerekte zaaddoos nog groen, met in het midden een taille. In de wand van de uitgroei ende zaaddoos ontstaat een grote spanning en als je er tegen aan tikt. springt hij open. waarbij de delen van de wand zich krachtig oprollen en de zaden meters ver worden weggeslingerd. Zelfs regendruppels kunnen dit springmechanisme in werking stellen. Het zijn maar een paar voorbeel den die ik hier heb aangehaald. Het is boeiend om zelf voorbeelden van verspreiding te vinden, juist in de tijd dat er in de natuur weinig aan planten te beleven lijkt. Let er dit najaar eens speciaal op. leeds het transport der kogels leverde pijnlijke moeilijkheden cp De ridders uit het grijs verleden, cie onbewust „atomen" neden (die werden opgespaard tot lieden) :n niet op tanks maar paarden •eden ,'met speer, zwaard harnas, schild tevreden) veranderden abrupt hun zeden toen kruit en lood hun intree deden. waardoor ze schoon ze moedig streden eerst treurige verliezen leden maar zich dan lieten overreden en aan kanonnen geld besteedden en aldus, met gezwinde schreden, de nieuwe beet'ref?) tijd ingleden. Zo'n bekeerde was ridder Dagobert. En toen hij eenmaal overtuigd was. dat hij met zijn tijd mee noest gaan, bestelde hij bij een postorderbedrijf een eerste zending van duizend ko gels met bijbehorende vaatjes kruit en enkele kanonnen metzijn familie wapen. Een zending van duizmd kogels is geen peuleschil De keilers waren al vol. met leeftocht om een beleg te kunnen volhouden, er dus moesten de projectielen op de beide binnen plaatsen worden opgeslagen, met de vaatjes kruit daartusen. diezelfde vormen werden de kogels opgeslagen. In figuur 1 ziet u een voorbeeld van opslag. Buiten een vierkante ope ning (in dit voorbeeld 2 bij 2) liggen drie rijen kogels in een vierkant, waarbij de buitenste rij in een vier kant van 8 bij 8 ligt. Daarop rusten twee rijen kogels, de binnenste in een vierkant van 5 bij 5. de buitenste 7 bij 7. En déérop ten slotte één rij van 6 bij 6. Alles is netjes opgevuld en er zijn geen open plaatsen De onderlaag bevat in dit voorbeeld 60. de tweede laag 40 en de bovenste (derde en laatste) laag 20 kogels, samen 120 stuks. De werkelijke op stelling van de kogels bestond even eens uit een open vierkant (dus ten minste 1 bij 1). de onderlaag uit ten minste twee rijen en daérop zó veel lagen, dat de bovenste laag uit één rij bestond en alles geheel gevuld was. In figuur 2 is een voorbeeld van de opslag in de zeshoekige binnen plaats weergegeven. De open ruimte in dit voorbeeld is een zeshoek met zijde 2. Daaromheen liggen drie rij en met zijden onderscheidenlijk van 3, 4 en 5. Daarop ligt een laag van twee rijen en ten slotte déérop een laag van één rij. alles weer geheel gevuld. In dit voorbeeld telt de on derlaag 54 kogels, de tweede laag 36 en de bovenste 18 kogels, samen 108 kogels. In werkelijkheid was er eveneens een open zeshoek (mini male zijde 1). daaromheen ten min ste twee rijen en daérop zó veel lagen dat de bovenste laag uit één rij bestond en alles geheel gevuld was. de beide binnenpleinen verdeeld als op het ene plein het aantal kogels minder dan tweemaal zo groot was als op het andere plein? Vanwege de vierkanten en zeshoe ken als loon voor de oplossing tien punten. Wilt u voor de puzzel een waarderingscijfer geven (1 als laag ste en 10 als hoogste waardering)? Oplossingen binnen bij mr G. van Vorden, postbus 58, Eerbeek, uiter lijk 3 december 1977. Op briefkaart of briefomslag: „Niet Piekeren maar Puzzelen'609". In het schrijven vol ledige naam en adres. En uitdrukke lijk vermelden als wijzigingen in naam en/of adres optreden. Uw kri tiek en ernstige of snaakse opmer kingen zijn steeds welkom. En als u vragen heeft (bijvoorbeeld over uw stand op de ladder) dan gaarne een zegeltje van 55 cent insluiten. De punten, die u verwerft, zijn be stemd voor onze doorlopende lad derwedstrijd. waaraan u op elk ge wenst moment kunt gaan meedoen, ook als u slechts lezer bent. Deze punten worden op uw persoonlijke kaart aangetekend. Bij elke inge zonden oplossing wordt het punten totaal hoger en eindelijk komt het ogenblik, dat geen der andere oplos sers een hoger totaal heeft dan u, in welk geval u de ladderprijs wint en weer met nul punten een volgende ladderbeklimming begint. Succes met uw gekogel! De zaal waar de puzzelaarsbijeen komst wordt gehouden is niet zó groot dat alle oplossers een plaats kunnen krijgen. Het is dus zaak, dat u zich tijdig opgeeft bij de heer M. Vader, te Leiderdorp, door storting van 10,— op diens girorekening nr. 595494. De bijeenkomst vindt plaats op zaterdag 19 november te 14 uur te Utrecht in de grote zaal van de Mat- theüskerk. Het wordt weer gezellig en ik hoop, heel wat oudere en nieu we vrienden te zien. MR G. VAN VORDEN Horizontaal. 1. mengsel, 7. punt dicht. 13. koraaleiland, 14. lof spraak, 16. rivier in Zwitserland, 17. onbekende, 18. lidwoord, 20. voor, 21. titel (af), 22. muzieknoot, 23. au tobergplaats, 26. schoonheidsmid del, 28. nevens, 30. bestelling. 31. voertuig, 33. redelijk, 35. familielid, 36. deel van de hals. 38. muzieknoot. 39. sus loco (afk.), 40 bedorven. 41. bitter vocht, 42. schicht, 43. vochtig, 44. vertragingstoestel, 45. scheik. element, 46. oude lengtemaat, 48. ogenblik, 50. reeds, 51. schaken, 55. rondhout, 56. een der Cycladen, 57. zangvogel. 59. wapenschouw, 62. de oudste. 64. voorzetsel, 65. neon (afk), 66. boom, 68 deel van de bijbel. 69. Chinese lengtemaat, 70. kier, 72. bos god, 74. plaats in Pennsylvanië, 76. kwast als versiering. Met nog firie ronden in de nationale hoofdklasse voor de boeg. gaat het Groningse Roxy-Dual trots aan de leiding met een punt voorsprong op het roemruchte RDG uit Den Haag. Alle dammers zien dan ook uit naar de laatste ronde, waarin de beide titanen onderling zullen uitmaken wie kampioen van Nederland wordt. De spelers van Roxy-Dual stellen gezamenlijk het al eens eerder ver melde Roxy-Dual bulletin samen, waarin alle partijen van de laatste competitiewedstrijd van commen taar zijn voorzien. De Groningse club telt nogal wat studenten. Som migen van hen gaan in hun commen taar op dammers van concurrerende verenigingen wel eens wat te ver en dat is minder sympathiek. Zo schrijft Spanjer in zijn kanttekenin gen bij de partij Van der Wal-Be- rends onder punt G.: De Broddelaar.' ,hij begrijpt er niets van! Voor Be rends is dit bepaald niet vleiend en van de kant van Spanjer niet sympa thiek ten opzichte van een goedwil lend speler. Het zal allemaal wel goed bedoeld zijn. Toch geloof ik. dat een wat gematigder houding op zijn plaats zou zijn, want wie is Span jer eigenlijk om anderen op een der gelijke manier te vernederen? Toch ben ik nog steeds blij met het Roxy-Dual-bulletin. want technisch gezien staan de opmerkingen op een acceptabel peil. Vandaag de partij Valen-Visser. waagin Sjoerd op een bijzonder ge makkelijke en gedegen wijze afre kent met zijn „invallende" tegen stander. 1. 33-28, 18-22; 2. 38-33, 12-18. 3. 42-38. 7- 12. 4 47-42. 1-7; 5. 34-29. 20-25 6 40-34. 15-20; 7. 31-27 een vrijwel nooit ge speelde zet. die toch beslist niet als slecht mag worden bestempeld. 22*31. 8 37 x26. 19-23; 9. 28x19. 13x24; 10. 41-37, 10-15; dc hekstelling Is een feit. maar dit genre is met de zwarte schijven op 5 en 14 beslist niet beter voor zwart. Dat het tegen minder ge routineerde spelers toch wel erg kans rijk is, bewijst Visser in de komende zetten. 11. 46-41. 9-13; 12. 32 28. 17-22: 13. 28x17. 11x22; 14. 37-32. 22-27; 15. 32x21. 16x27; 16. 42-37, 12-17 maakt van de gelegenheid gebruik nu veld 40 onbezet is en dammen met 35-30 en 29-24 niet mogelijk zijn. 17. 38-32 inderdaad is 45-40 hier beter om een beslissing af te dwingen met 8 of 7-12 17 27*38; 18 33x42. 24x33; 19 39x28, 7-11! verhindert natuurlijk de opbouw met 44-39! 20. 44-40 Spanjer vindt hier 43-39 beslist beter, maar ik geloof nog wel in de veiligheid van de tekstzet. Wit kan nu beter de velden 32. 33 en ook 39 onbezet laten. De combinatie van een schijf op 26 en een massief centrum in dit stadi- DAMMEN um van deze partij zouden voor wit zeer vervelende consequenties met zich brengen. Ik verwijs hiervoor naar de partij Drost-De Jong uit het kampioenschap van Nederland 1974, maar ook andere partijen in dit genre wijzen in die richting. 20 14-19 21 37-32 8-12 22. 41-37 en niet 43-39 2-8 23. 50-44 (op 39-33 volgt 25-30!) 20-24 en de combinatie 17-21. 24-30 is dodelijk 22 3-8 23 43-38? mijns inziens wits slechtste zet uit de partij. Veel sterker is 23. 37-31!. waarna niet duidelijk is waar zwart zijn voordeel vandaan moet halen. Natuurlijk blijft zwart na 17-22x22 beter staan, maar beslissend is het voordeel dan allerminst en dit laat ste in tegenstelling tot wat in de partij gebeurt. Bijvoorbeeld 23. 37- 31 20-24 24 31-27 2-7 25. 43-39 en in het spel brengen van 5 of 4 is moei lijk of het zou al met 4-10 moeten, door de damzetten. ingeleid met 27- 22 en 39-33. Na 4-9 en de dam op 3 kan dan 5-10 volgen; na 28-23 zijn wits problemen opgelost. Mocht zwart voordeel willen behouden, dan zal hij met 17-22 moeten vereen voudigen. aangezien het klassiek zelfs in wits voordeel kan gaan wer ken: men zie 25. 18 23 26 48-43?! 4-9 (13-18 is beter 27. 42-37! De dreiging (dam) is duidelijk. 28-22 en 34-30 waarna het afspel wel in wits voordeel is en op 12- of 13-18 volgt 28-22. 35-30! 34-30 en 43-39 met win nende dam. Gedwongen is nu 24- 30x30 waarna wit zeker niet minder staat. Partijverloop 17-21 24. 26x17 11x33 25 38x29 6-11 26. 32-27 12-17 27. 37-31 17-22 28 49-43 8-12 29 43-38 11-17 30 31-26 22x31 31. 36x27 2-7 32 38-32 4- 9 de dubbele poot 7.12.18.13.9 is erg krachtig! 33. 27-21 18-22 34 21-16 13-18 35 42-37 9-13 36 37-31 19-23 37. 31-27 het is zichtbaar moeilijk voor wit en Visser toont zich geduldig. 22x31 38. 26x37 13-19 sluit 35-30 definitief uit. 39 48-42 5-10 40 54-44 7-11 41 16x7 12x1 42 32-27 1-6 4 3 37-31 6-11 44 31-26 17-22 45 42-38 22x31 46 26x37 11-17 47. 38-32 20-24 48 29x20 25x14 49 44-39 met 34-29x29 kan wit mijns inziens in alle varianten nog net remise ma ken Iets voor U om uit te zoeken. Na de tekstzet volgde 49 18-22 50.34- 30 15-20 5 1 30-25 17-21 52 35-30 10-IS 53 37-31 23-28 54 32x23 19x28 en na een zestal zetten gaf wit zich gewon nen. Een degelijke partij van Visser, maar zijn tegenstander heeft dapper gestreden en voor een invaller is dat alleen al geweldig want meestal is men dan te bang voor de grote namen! FRANK DR08T De ene binnenplaas was vierkant. Wat de lezer en mij interesseert ls: Voorbeelden van opstellint der kogels op de beide binnenplaatsen de andere zeshoekig van vorm. En in hoe werden de duizend kogels over van Dagobert s kasteel. Verticaal. 1. bros metaal, 2. vulkaan, 3. leger order (afk.), 4. daar, 5. pers. voomaamw. 6 Ivoor, 7. Ik (Lat.) 8. per expresse (afk.) 9. halsgordel, 10. rondhout. 11. glijvoertulg, 12 soort aap, 15. vreemde munt, 19. gelijk, 21. patroon, 24. Royal Navy (afk.), 25. koerier, 26. spoedeisend zijn, 27. titel (afk.), 29. scheik. element. 30 voor voegsel, 32. voorschrift, 34, weinig, 35. pootaardappel, 37. toiletartikel, 40. knaagdier. 44. verslag, 45. wonde. 47. onderrichten, 49. boom in Z. Eu ropa, 51. staande vrouwenfiguur met opgeheven armen. 52. volgens anderen (afk.), 53. eminent (afk.), 54. veter, 56. vreemde munt (afk.), 58. luitenant (afk.) 60. water in N. Br. 61. Europeaan, 63. vette vloeistof, 66. vallei, 67. bedrog (barg), 71. en om streken (afk.), 72. scheik. element, 73. radio omroep (afk.), 75. Richter (afk.), 77. wildhandelaar. Oplossing per briefkaart voor woens dag a.s. zenden aan: Trouw/Kwartet, Postbus 859, Amsterdam. Linksboven vermelden: Weekendpuzzel. Oplossing vorige puzzel. Hor. 1. karper, 6. tremel, 12. sein, 14. Edam, 16. es, 18. pl. 19. sop, 21. en, 22. ge, 23. starost, 26. rondeel, 29. semi, 30. teken, 32. oele, 33. ik, 34. s.l., 36. lot. 37. me, 38. de, 39. reis, 41. Perl, 43. 11. 44. stander, 45. eb, 47. Ossa, 49. teer, 52. o.a. 54. p.e. 55. mis, 57. Ne. 58. me. 59. Erna, 61. Satan, 63. roer, 65. sterrit, 67. tamboer. 69. ts. 70. ge, 71. ere. 73, ai. 74. ra, 75. mede. 77. tres. 79. Selene, 80. snedig. Vert 2. as, 3. reprise, 4. pilo, 5. en, 7. re, 8. eden, 9. mandoer, 10. em, 11. dessin, 13. do, 15. Oeleen, 17. stek. Het bericht heeft de kranten nauwe lijks gehaald, maar Nederland heeft de traditionele landenwedstrijd met Engeland gelijk gespeeld met 10-10. Vroeger waren de Engelsen onze vas te klantjes, maar sinds de opkomst van een aantal jonge, sterke Engelse schakers slaat de balans tegenwoor dig naar de andere kant door. In het Europees landenkampioenschap werden wij vorig jaar dan door de Engelsen voor de finale uitgescha keld. Aan Nederlandse kant scoor den Timman. Langeweg en Janssen respectievelijk tegen Miles, Webb en Taulbut positief <1'/,-'/»), terwijl de stand door Nunn (tegen Donner), Speelman (tegen Hartoch) en me vrouw Hartston (tegen mevrouw van der Meije) gelijk werd getrokken. De overige duels die tussen Hartson en Sosonko, Mestcl-Ree, Beliin-Ligte- rink en Whitley-Kuijpers bleven op 1-1 steken. Het is niet uit chauvinis me dat ik hier twee winstpartijen van Nederlanders afdruk, maar het zijn gewoon die partijen waarbij ik tijdens het naspelen het meeste ple zier aan heb beleefd. Allereerst Tim- man-Mlles. De sterke Engelse groot meester moet ten aanzien van Tim man een complex hebben, want hij verliest bijna altijd van hem. Nadat Miles in de eerste ronde van het bord werd geschopt, deed hij in de tweede ontmoeting, waarin hij wit had, niets anders dan zo gauw mogelijk alle stukken te ruilen en remise aan te bieden. Wit: Timman Zwart: Miles I. e4 c5 2. Pf3 d6 3. d4 dlx 4. Pd4x Pf6 5. Pc3 (6 6. Le3 Lf7 7. f3 M 8. Dd2 Pc6 9. 0-0-0 Pd4x. (Hier wordt vaak gespeeld: 9. d5 10. ed5x Pd5x 11 Pc6x bc6x 12. Ld4 e5 13. Lc5 Le«!? 14. Pe4! en wit schijnt goed te staan) 10. Ld4x Le6 II. Pd5! (Een nieuwtje van een ver bluffende eenvoud. Wit houdt een klein maar duidelijk overwicht) 11. Ld5x (Waarschijnlijk was het slaan met het paard op d5 wat veili ger) 12. ed5x Dc7 13. g4 Tac8 14. c3 e6 15. drSx fr6x 16. Ld3 eS 17. Le3 d5 18. Kbl Kh8?? (Een verschrikkelijke zet. omdat zwart met zijn koning op de h-lijn gaat staan, precies in het sper vuur van de witte toren) 19. H4! e4 20. H5! (Deze zet moet zwart over het hoofd hebben gezien. Op 20 d3x volgt 21.h6! met vernietigende kracht) Zie diagram L 19. stel. 20. pret. 22. geld. 24. A.M. 25. st 27. on,. 28. Ee. 31. kornuit. 35. Lisse. 37. meren. 39. rio, 40. sta, 41. pet, 42. Ier. 46. poesta. 48. spargel, 50. eerbied, 51. terras. 53. arts. 55. maté. 56. saté. 58. meer. 60 Ne. 61. si. 62. na. 64. OO. 66. rede. 68. mare. 72. me. 76. en, 77 Ui. 78 sL De prijswinnaar» zijn: mejuffrouw Van Eden, Nieuwstraat 12, Wagenin- fen; de heer M. Herrebout. A.G. de Vrijestraat 14, Gouda; de heer M. van der Ent, Watering 14, Poortugaal. 20. gh5x (Anders volgt eenvou dig: 21. h6) 21. gh5x h6 (Uit arremoe- de gespeeld. Wit dreigde nog steeds met het oprukken van de h-pion de zwarte stelling open te scheuren) 22. Le2 Kh7 23. Tdgl Tcd8 24. Tg6 PhSx 25. Th6x Lh6x 26. Th5x Tf6 27. Lh6x Df7 28. e4x en zwart gaf op. Nadat Ligterink eerst met wit van Bellln had verloren, volgde in de tweede ronde de volgende hartver scheurende partij. Wit Bellin Zwart: Ligterink 1. M c5 2. Pf3 cC 3. d4 dlx 4. Pd tx Pf6 5. Pr3 Pc6 6. Pdb5 d6 7. Lf4 eS 8. Lg5 a6 9. Pa3 bS 10. LfC* gf6x 11. Pd5fS(De vreselij ke Swesjnlkof-variant. Steeds wordt gedacht dat zwart hier niet goed kan staan, maar regelmatig worden ar geloze witspelers met deze opening overspeeld) 12. c3 Lg7 13. Ld3 Le6 14. Dh 5 0-0! (Het laatste snufje. Op 16. f5x volgt 16 Ld5x 17. f6 e4. 18 Dd5x d3x met goed spel voor zwart) 19. o-o f4! (wit staat al niet goed meer) 20. Pc2 f5 21. Pcb4x Pb4x 22. Pb4x a5 23. Pc« Dd7 24. f5x LH 2S. Dh 3 Dc6x! 26. f6 e4 („daar komen de pionnen aan." zou Salo Flohr zeg gen) 27. g7x Kg7x 28. Lc2 Lg6 29. Tadl Tae 8 30. Td« f3 31. Lb3 Te5 32. a4 M 33. cb4x e3! (Vernietigend: op 34. b5 volgt 34. Db6 34. gf3x Tf3x 3S. Dg2 f2x 36. Khl (36 Tf2x DcU 37. Tfl De3+ en wint) 36. Tel. 37. Tdl Tg3! (Zie diagram II). (Schitterend Op 3.8. Dc6x volgt Tgl en mat) 38. hg3x Le4 39. Ld5 Tflx-f en zwart gaf op wegens 40. Tflx Dd5x. MAX PAM

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1977 | | pagina 29