Zelfmoord kinderen moet onder ogen gezien worden
Prof. Rood-de Boer: probleem niet verhullen
Moeilijkheden op
school of thuis
vaak achtergrond
^STHennanoe.s.irt^oo.u-, dessin.
b^erkatoenen flannel shirt in button-
houthakkers-wit- ^ns.rult.
^^stem-styktHannelshirtln
vJëstërn-style cordürctyieans in diverse
kleuren.
Originele Schuttersveld katoenen
corduroy pantalon, /"r
DONDERDAG 3 NOVEMBER 1977
TROUW/KWARTET PR16-Hljo
Vrida
d5uu
|e vrije tijd is heilig. |e hob
je autootje, je gezinnetje of j
vriendin.Je leef t maar één k
je bent op zoek naar'gemal
Daar heb je rechtop.
Kom dan toch uit die klof va1
jaren geleden. Maak't je óók
gemakkelijk met zo'n
voortreffelijke keus in 'n flary
Ihirt en 'n corduroy broek, j
'.'V-ia
Van een onzer verslaggevers
AMSTERDAM In een kinderziekenhuis zit een arts aan het bed van een twaalfjarig Marok
kaans meisje, dat net is bijgekomen uit een bewusteloosheid. In gebroken Nederlands vertelt zij,
hoe zij met haar moeder en broertjes een half jaar geleden naar Nederland is gekomen, waar haar
vader al langer werkt.
immers nog zo ver van de dood ver
wijderd moeten zijn. Zelfmoord van
een kind is daarom volstrekt onver
draaglijk. De reden van de ontken
ning is gelegen in de doodsangst van
de volwassene zelf.
In de buurt waar de familie woont,
wonen geen andere Marokkaanse
meisjes van haar leeftijd. Op school
zit ze in een klas met veel jongere
kinderen, die haar uitlachen omdat
ze achter is in schoolkennis, omdat
ze gebrekkig Nederlands praat en
omdat ze er heel anders uitziet dan
haar klasgenootjes. Thuis heeft ze
een doosje met pijnstillende tablet
ten van haar vader gevonden. Ze
heeft ze allemaal ingenomen. Ze is
bewusteloos naar het ziekenhuis ge
bracht.
Dit is een voorbeeld van een zelf
moordpoging van een kind. dat de
Juriste mevrouw prof. mr. M. Rood-
de Boer, hoogleraar in het kinder
recht en kinderbescherming, naar
voren haalt in een arUkel in het
laatste nummer van het Maandblad
Geestelijke Volksgezondheid, waar
in zij studie maakt van het ver
schijnsel zelfmoord bij kinderen.
Volgens de officiële statistieken
komen er heel weinig zelfmoorden
voor bij jonge kinderen (negen in
1975) maar mevrouw Rood tekent
hierbij aan. dat het volgens haar om
een veel groter probleem gaat, dan je
uit deze officiële cijfers zou kunnen
aflezen. Zij meent, dat er veel vaker
sprake is van zelfmoord bij jonge
kinderen, maar dat deze niet als zo
danig herkend wordt.
„Het probleem van de kinder-zelf-
moord ligt in de taboesfeer. Het gaat
om een verhuld probleem, dat door
onze maatschappij wordt ontkend.
Dit gebeurt uit angst De jonge mens
vertegenwoordigt immers voor ons.
volwassenen, de levensvreugde; hij
symboliseert bij uitstek het onge
compliceerde geluk. Wanneer nu ie
mand. die zo Jong is, zou spreken
over doodgaan of zichzelf zou doden,
neemt men hem dat kwalijk. Hij zou
Schuld en schaamte
Verder kan de ontkenning ook ver
klaard worden uit schaamtegevoe
lens: de volwassenen om het kind
heen schamen zich tegenover de bui
tenwereld, dat zij hun kind niet een
zodanig gevoel van veiligheid en ge
borgenheid hebben kunnen geven,
dat voorkomen kon worden dat het
dit uiterste middel aangreep. Verder
spelen schuldgevoelens een rol; deze
kunnen aanleiding zijn voor de di
recte omgeving niet over het gebeur
de te willen praten en het ook voor
zichzelf als een ongeluk voor te stel
len. De zelfmoord van een kind be
vestigt als het ware het falen van de
omgeving en dat op een volstrekt
definitieve manier. Men heeft niet
alleen gefaald In de opvoeding en de
verzorging van het kind, men heeft
ook de signalen, die het uitzond over
zijn ongelukkig-zijn, niet opgevan
gen," schrijft mevrouw Rood.
Nog een paar andere voorbeelden
van kinderen, die zichzelf van het
leven beroofd hebben: Ergerts In een
stad in ons land wordt een jongen
van elf jaar op school geplaagd, om
dat hij bij gymnastiek geen goed
figuur slaat. Als hij niet mee mag
spelen bij een partijtje voetbal op
straat, zegt hij tegen de andere jon
gens, dat hij dan misschien niet
goed kan voetballen, maar hij kan
wel vliegen. Ze lachen hem uit. Hij
neemt ze mee in de lift van het hoge
flatgebouw, waar hij woont. Zodra
hij op de tiende verdieping is, klimt
hij op de balustrade, schreeuwt:
„Kijk maar, ik vlieg," en springt
naar beneden. In West-Duitsland
werden vorig jaar drie jongens van
ongeveer twaalf jaar gevonden, na
dat zij zichzelf hadden opgehangen
aan een boom, omdat zij een slecht
rapport hadden, waarmee zij niet
naar huis durfden.
Versluiering
Mevrouw Rood: „Er wordt in derge
lijke gevallen altijd snel gezegd, dat
het gaat om ongelukken of verkeerd
afgelopen spelletjes. Maar dat is
weer een voorbeeld van de versluie
ring van het probleem: in wezen
gaat het wel om zelfmoord. Doordat
het probleem ontkend wordt, wor
den kinderen die een zelfmoordpo
ging ondernemen, ook zelden goed
geholpen. Als het kind na een spoed
opname in het ziekenhuis herstelt,
gaat het weer terug naar huis, al dan
niet met inschakeling van de huis
arts. Daarbij blijft het. Nogal wat
gevallen worden uit het ziekenhuis
ontslagen zonder dat psychiatrische
of psychologische hulp is ingeroe
pen. Dit gebeurt, van de kant van de
ouders, vaak omdat men geneigd is
te denken: „Nu alles goed is afgelo
pen, er zo weinig mogelijk aandacht
meer aan besteden, doen alsof alles
weer normaal is".
Moeilijkheden
Er is niet veel onderzoek gedaan
naar zelfmoord bij kinderen, maar
uit de gegevens die beschikbaar
zijn, blijkt dat kinderen vooral tot
dergelijke wanhoopsdaden komen
door moeilijkheden thuis of op
school. Relatieproblemen, vooral
met de ouders, blijken de belang
rijkste factor te zijn. Er blijkt ook
wel enig verband te bestaan tussen
een toeneming van het aantal zelf
moorden van jonge kinderen en de
te hoge verwachtingen die ouders
van hun kind koesteren (reden waar
om een slecht rapport enorme wan
hoop kan veroorzaken bij een kind).
In elk zelfmoordgeval van een kind,
gaat het in wezen om een eenzaam
kind, zonder vriendjes en zonder
hechte band met zijn
ouders. Onderzoek van achttien
zelfmoordgevallen van kinderen van
acht tot vijftien jaar toont aan, dat
de belangrijkste factoren daarin lig
gen, dat het kind zich niet geborgen
en niet geliefd voelt.
Ouders verloren
Mevrouw Rood schrijft dat het haar
persoonlijk altijd erg getroffen heeft
dat er bij jeugdige zelfmoordgeval
len zo vaak sprake was van kinderen
die een ouder door de dood of een
echtscheiding hadden verloren, of
kinderen die op jeugdige leeftijd
herhaalde malen waren overge
plaatst van de ene naar de andere
inrichting, of kinderen die in een
pleeggezin waren geplaatst, waar
geen banden tot stand waren geko
men tussen de pleegouders en hen,
vandaar dat zij tot de conclusie
komt, dat kinderbeschermingskin
deren op dit gebied een risicogroep
vormen, vanwege de hier aanwezige
relatieproblematiek.
Prof. mr M. Rood—de Boer