HONDJE VAN DE KONINGIN
i'
Een maritieme kater
Bijsluiters
van medicijnen*
zijn niet te lezen
Slikken blijft
risico's met zich
meebrengen
KWARr,nAG 9 SEPTEMBER 1977
BINNENLAND
Trouw/Kwartet.
13
or Okke Jager
kabinetsformaties leveren geen
iende foto's op. Wij zien steeds
»r dezelfde mannen ogenschijnlijk
•r ontspannen om dezelfde tafel
schaard. Waarschijnlijk gaan zij
natisch. zoals bijna alle vaste
iekers van vergaderingen, elke
eer met dezelfde glimlach op
ezelfde plaats zitten. De fotografen
roberen het gezelschap telkens
[anuit een andere invalshoek te
lenaderen. maar de mogelijkheden
|>t variatie zijn gauw uitgeput.
er weer eens een crisis is, zien wij
mannen maar dan een
ir een dezelfde trap bestijgen
adviezen te gaan geven aan het
itshoofd. Ook die foto's hebben
(ts verrassends. Zelfs de ongewone
amheid van die klimmende
rtalten valt ons niet meer op.
Iteraard kijken zij bij die
•legenheid iets ernstiger en hebben
hun zondagse pak aan onder de
ivermijdelijke regenjas van de
iter ons liggende novemberdagen.
[et was de koningin die eindelijk de
intonigheid doorbrak, toen zij voor
eerste keer een crisis tegemoet
h H fdcl met een hondie- ^middels is ook
^ei it al een traditie geworden, zodat wij
Kwallte |5 jcrantelezers ietwat vermoeid
ohstateren: o ja, daar heb je dat
ondje weer. Maar de eerste foto in
OB it nieuwe genre gaf ons toch even
I en kleine schok.
^en koningin met een huisdier is op
'chzelf geen uitzonderlijke
BBfaÜ ombinatie. Er zijn zelfs vorsten die
M |h eindrukwekken.dat zij meer van
W ^^■aarden weten dan van stalknechten.
W al of niet opgeklopte verhalen
ver koningin Elizabeth, dagelijks op
aste tijden neerknielend op het
apijt om eigenhandig haar
roetelhonden zilveren schotels vol
fkkernijen voor te zetten, kunnen in
en land waar men volgens de
lunday Mirror beter als hond dan als
ind ziek kan zijn, slechts een
tepaald soort onderdanen tot in hun
gelukkige manier als het huwelijk
van de weduwnaar, die een vrouw
koos met wie hij niets gemeen had
„omdat onze honden het zo goed met
elkaar kunnen vinden".
Koningin Juliana maakt er geen
drama en geen vertoning van. Wat
het kwispelend hondje van de
vriendelijke grootmoeder ook
relativeren mag en ook al zou het
de geheime besprekingen mogen
bijwonen niemand twijfelt aan de
gelukkige combinatie van wijsheid
en intelligentie, waarmee intussen
het veelzijdig geïnformeerde
Staatshoofd met een levenslange
ervaring de zoveelste kritieke situatie
tegentreedt. Slechts een enkeling zou
op zo'n moment liever een kroon zien
dan een huisdier, al kreeg het dan de
naam Sara (bijna Saraï vorstin!).
Het kin mensen een schok geven, als
zij lezen dat exegeten uit een
uitspraak van Amos afleiden, dat
David behalve psalmen ook wereldse
liedjes zong; maar dan is dat méér
omdat het Dé vid dan omdat het een
koning betreft. De meeste mensen
stellen het buitengewoon op prijs, als
zij koningen iets gewoons zien doen.
Zelfs aan elke Griekse god werd een
eigen lievelingsdier toegedacht. Met
ontroering denken vele Engelsen
terug aan Koningin Mary, die zich
nuttig maakte voor de Britse
oorlogsindustrie door oud ijzer te
rapen: menigmaal zag zij volop in
gebruik zijnde landbouwwerktuigen
voor oud ijzer aan, die dan weer
discreet door de hofhouding bij de
boeren werden terugbezorgd.
Het kan geen kwaad, als vele
vaderlanders zich gevleid voelen;
wanneer Hare Majesteit hetzelfde
type hond blijkt te verkiezen als zij:
alsof er plotseling iets van
verwantschap zichtbaar wordt, na al
die foto's van discussiërende politici
die nu juist alleen maar een
vervreemdende uitwerking hebben
gehad.
Maar het plezier dat men schept in
het aanschouwen van prozaïsche
bezigheden van
hoogwaardigheidsbekleders, kón
wijzen op een ernstig ziektebeeld. Het
is niet voor niets, dat vorstelijke
personen en beroemde kunstenaars
en wetenschappers en politici in een
onstuitbare stroom van illustraties
en artikelen en tv-uitzendingen aan
de mensheid worden gepresenteerd
als lieden die uiteindelijk toch ook zo
„gewoon" zijn.
Dat lijkt een demystificatie: de
moderne mens zou elke roze bril
willen afzetten om na eeuwen van
romantiek en mensvergoding de
realiteit onder de ogen te zien, de
naakte menselijkheid achter alle
pracht en praal. Maar de massamedia
passen een kunstgreep toe. die ook
achter vele levensbeschrijvingen van
heiligen schuilgaat: het is
uitgerekend het prozaïsche detail dat
het helderste licht werpt op het
uitzonderlijk karakter van een
roeping.
Geen commentator begreep dat zo
goed als de Fransman, die schreef
over de plezierreis van een
honderdtal vorsten op het Griekse
jacht Agamemnon: „Als men zich
amuseert om een tegenstelling, is dat
omdat men een grote afstand
veronderstelt tussen de tegendelen.
M.a.w.: koningen hebben een
bovenmenselijke natuur; als zij
tijdelijk vormen aannemen die
ontleend zijn aan het democratische
leven, is het slechts een
tegennatuurlijke incarnatie,
mogelijk geworden door hun
neerbuigendheid.
Zo krijgen gewone handelingen van
het dagelijks leven op de
Agamemnon iets bijzonder
gewaagds, als de grillen in de
schepping waarin de Natuur aan haar
eigen indeling voorbijgaat: de
koningen scheren zichzelf: Dit feit is
door de pers vermeld, alsof het ging
om een uitzonderlijke, ongelooflijke
daad. alsof de koningen daardoor
hun hele koningschap op het spel
durfden zetten, hoewel ze
tegelijkertijd door hetzelfde feit blijk
geven van hun vertrouwen in de
onverwoestbaarheid ervan."
Twee eeuwenoude thema's lopen hier
door elkaar: de koning-als-god en de
koning-als-voorwerp. Deze
mythologische hemel is niet
ongevaarlijk voor de aarde. Wie oog
gekregen heeft voor dat gevaar, kan
des te dankbaarder zijn dat het
hondje van onze Koningin, omdat het
hóór hondje is, ook al zulke
„relativeringen" van het
koningschap weer relativeert
Voor sommigen mag het gezelschap
van Sara het des te wonderbaarlijker
maken, dat dit de vorstin geenszins
belet om haar hoge roeping te
vervullen alsof dus pas iets
alledaags haar uitzonderlijkheid zou
bevestigen maar voor de meesten
is een vergelijking met die drijvende
raspaardenstal vér-gezocht, en dat
is te danken aan déze Koningin: een
uitzondering onder de
uitzonderlijken. Zij staat niet alleen
raanklieren vertederen.
laria Stuart kleedde haar hond in
ilauw fluweel, en tot vandaag worden
ionden van de high society
:ien van fluwelen halsbanden
iet parels en bikinibroekjes van
ikaat. Er zijn paleizen waarin'aan
rijkvoorziene wanden alleen nog
spreuk van Sartre ontbreekt: wie
iveel van kinderen en honden houdt,
louitvan hen in plaats van
volWiisenen. De onlangs afgetreden
ecteiir van de Dierenbescherming
kan erover meepraten,
j-—Jrikn van Frankrijk voerde zijn
Md speciaal" voor'hem gebakken
rood; Hendrik III nam zijn hondje
ïee in een mandje om zijn hals,
idat hij zelfs in de kerk en bij
olitieke besprekingen niet van hem
scheiden hoefde te zijn.
dat rijtje hoort koningin Juliana
et thuis. Het valt niet te
rwachten, dat wij binnenkort een
Dnd in de Gouden Koets zullen zien
op het podium van de Ridderzaal.
Is de koningin met een hondje
andelt, is er niets ongewoons aan de
ang.
laar als zij zich op weg begeeft dat
leet geen wandelen meer! om na
tnlormatiebreuk de fractieleiders te
ntvangen en uitgerekend bij zo'n
wgtepunt in de koninklijke
ikvervulling met een hondje uit de
uto stapt, is dat wel even een
omische noot in zo'n dramatisch
ebeuren. Het is zoiets als in Love's
abour's Lost van Shakespëare,
raarin we telkens van de bijna
atonische hoogten waarop de adel
het hof zich bewegen, neerploffen
het daardoor grappig aandoende
ledaagse, tot in de boerenherberg
aar „greasy Joan doth keel the pot"
paar gore Jaan de pot opzet).
umor gerust op tegenstellingen;
ndaar het plezier over Marie
itoinette, toen zij voor melkmeisje
eelde. Door het hondje brengt de
tningin een sfeer van huiselijkheid
ee, die een eigenaardig contrast
rmt met de gewichtigheid van de
ilitieke leiders die, terugblikkend
et één voet al op de trap, de situatie
ier eens uiterst ernstig noemen,
et de pijnlijke gelaatsuitdrukking
n de kapitein aan wie de stuurman
oeg: als we in tweeën breken, wenst
dan het commando over het voor-
het achterschip?
!t staatshoofd blijkt een lieve oma
zijn, die ongetwijfeld een rolletje
op in haar tasje heeft voor de
sinkinderen maar toch niet voor
voorzitters van Eerste en Tweede
uner?
ituurlijk: juist de vorstin kan zich
roorloven gewoon zichzelf te zija
et zou onvoorstelbaar zijn. als Den
fl met èen buldog de paleistrap
steeg, of Van Agt met een tekkeltjc
n een touwtje, zodat er een
jeercombinatie zou kunnen
tstaan op dezelfde weinig
Eind vorige maand kwam een rap
port van het Pentagon in de open
baarheid waarin kritiek werd gele
verd op het aankoopbeleid van de
Amerikaanse marine-luchtvaart-
dienst. De voornaamste aantijging
was dat de dienst zóveel geld be
steedde aan een paar dure vliegtui
gen met als gevolg dat er in totaal te
weinig toestellen werden aange
schaft om het onvermijdelijke ver-
lies- en verouderingspercentage
goed te maken.
Als zoiets over de Amerikaanse ma
rine wordt gezegd gaan de gedachten
haast onmiddellijk naar de F-14, een
zgn. luchtoverwichtjager van de
Grumman Aerospace Corporation te
Bethpage, Long Island, die ook be
kend staat als de „Tomcat" (kater).
Het is moeilijk een ander heden
daags wapensysteem te bedenken
waaraan zo duidelijk de wisselvallig
heden en de complicaties van het.
militaire aankoopbeleid kunnen
worden gedemonstreerd als aan deze
„Tomcat."
Het toestel dat gestationeerd wordt
op vliegdekschepen kan onder vrij
wel alle weersomstandigheden vlie
gen, zo nodig meer dan tweemaal zo
snel als het geluid. De vleugels zijn
van het „variable sweep" type en de
machine kan maximaal zes Phoenix-
raketten meevoeren. De „Tomcal"
kan ook gebruikt worden voor mis
sies tegen doelen op de grond of op
het zeeoppervlak, maar het luchtge
vecht is zijn specialiteit. In een re
clamefolder zegt Grumman dan ook:
„Dogfighting is right up our alley."
Het voorlopige contract tussen de
Amerikaanse marine en Grumman
dateert al van februari 1969. Het was
een zgn. ..total package procure
ment"- of TPP-contract in de geest
van minister McNamara, d.w.z. één
rond bedrag voor zowel ontwikkeling
testing en produktie.
door Henk Neuman
De bedoeling was op dat moment dat
er voor een bedrag van in totaal 2,4
miljard 469 van deze machines zou
den worden gebouwd. Maar enkele
jaren later al was dé totaalprijs meer
dan verdubbeld: 5 miljard. Notabe-
ne terwijl het aantal machines met
meer dan 30 procent was vermin
derd, namelijk tot 313 stuks.
Ruw uitgedrukt was de prijs per
vliegtuig dus gestegen van ruim 5
miljoen tot bijna 16 miljoen; en het
zou nog méér worden. De marine
wilde zich alsnog de vrijheid voorbe
houden 48 toestellen extra aan te
schaffen. Maar nadat in december
1970 het eerste profmodel was neer
gestort, deelde Grumman mee dat
het bedrijf op deze produktie zware
verliezen leed en dat het de order
voor die extra-toestellen niet kon
accepteren, tenzij de marine weder
om over de brug kwam (de uitdruk
king die werd gebruikt was: „tenzij
het contract wordt geherstructu
reerd").
De marine wilde wel: in de begroting
voor het belastingjaar 1972/73 vroeg
zij ten behoeve van het „Tomcat"-
project een aanvullend bedrag van
maar liefst 734 miljoen.
Zelfs de senatoren die doorgaans de
militaire aanvragen met enige geest
drift steunden toonden zich onthutst
toen admiraal Elmo Zumwalt jr., de
chef van de Amerikaanse marine-
stad, eind maart 1972 meedeelde dat
hij van plan was Grumman afzon
derlijk schadeloos te stellen voor hel
verloren gegane proefmodel; dat was
nóg eens 40 miljoen.
De situatie werd de maand daarop - F-14 Tomcat
nog gespannener toen het „General
Accounting Office", equivalent van"*
onze Rekenkamer, constateerde dat
de marine niet op overtuigende wij
ze had aangetoond dat de F-14 vaa
.Grumman beter zou zijn dan de F-4
van McDonnell Douglas die hij
moest vervangen. Senator Proxmire
zei dat dit GAO-rapport hem sterkte
in de ovértuiging dat het „Tomcat"-
project werd geleid door een stelletje
kamikaze-piloten die blijkbaar vast
besloten waren een suicidale aan
koop te verrichten.
De president van Grumman, E.
Clinton Towl, verscheen in april 1972
voor een subcommissie van de Se
naatscommissie voor de Strijdkrach
ten om opnieuw te pleiten voor „her
structurering van het contract". Dit
maal was er een extra-bedrag nodig
van 545 mijoen en zelfs dan zou het
bedrijf zelf nog een verlies lijden
van 23 miljoen. Met een voorspelde
stuksprijs van 16,8 miljoen zou de
„Tomcat" nu al het duurste vlieg
tuig zijn dat de Verenigde Staten
ooit hadden geproduceerd. Maar, zo
zei admiraal Zumwalt, kon je dan
volstaan met minder dan „a real
De waarheid was natuurlijk dat het
TPP-contract een gevaarlijke fuik
was gebleken: zonder telkens af te
schuiven zou de marine helemaal
geen vliegtuig te zien krijgen. Erva
ringen zoals die met de F-14 zijn voor
de regering-Nixon ook aanleiding ge
weest naar een andere vorm van
contract te streven: het vliegtuig
moet eerst vliegen voordat het ge
kocht wordt („fly before buy").
boven de partijen zo heel anders
dan Maurlts, die 360 jaar geleden,
geprikkeld over een remonstrants
predikant die hem de les las om wat
hij en zijn officieren 's nachts op het
Binnenhof uitspookten, zich
demonstratief met groot gevolg naar
de dienst van de
contra-remonstranten in de
Kloosterkerk begaf en daarmee in
feite een burgeroorlog ontketende.
Koningin Juliana staat óók boven de
tegenstelling tussen
„bovenmenselijke natuur" en
„tegennatuurlijke incarnatie"
En óls ook zij wellicht bewijst dat de
psychologen gelijk hebben met hun
bewering dat een dier voorzien kan in
de behoefte van bejaarde mensen aan
eenvoud, natuurlijkheid en
ondubbelzinnigheid, dan kan het
haar niet euvel geduid worden, dat zij
deze behoefte blijkbaar vooral
gevoelt, als zij onze politieke leiders
ontvangen moet.
door drs. J. J. Klinkert
Het eerste wat Ik doe als ik een geneesmiddel bij de apotheek
heb gehaald is: de bijsluiter lezen Dat is zo'n papiertje waarop
moet staan waarvoor het medicijn bestemd is. wat mogelijke
bijwerkingen zijn, wanneer je het niet moet nemen en wanneer
wel, hoeveel je ervan mag hebben en allerlei andere interessan
te informatie. Jammer genoeg is een groot deel van de inhoud
gesteld in een soort latijn dat zelfs de oude Romeinen niet
begrepen zouden hebben. Daarom moet je dan maar raden
naar de risico's die je neemt als je geneesmiddelen gebruikt.
Want dat je risico's loopt is zeker. Dat
bleek al duidelijk bij het drama rond
Softenon, een indertijd m n. in Duits
land zeer populair en onschuldig ge
acht slaapmiddel. Minder bekend is.
dat er jaarlijks naar schatting zo'n 10
a 15 duizend' mensen in Nederland
ziek worden door het gebruik van te
veel of verkeerde medicijnen. Ondui
delijk is daarnaast welke geneesmid
delen in het geheel geen werking heb
ben en hoeveel mensen met lastige
bijwerkingen te maken hebben. Wat
dat laatste betreft valt te denken aan
de anticonceptiepil, vanwege zijn bij
werkingen wel eens vergeleken met
een moker om een mug dood te slaan.
Hoewel het soms anders lijkt te zijn.
is van de werking van veel van de
plm. 4000 in ons land verkrijgbare
medicijnen lang niet alles bekend.
Vaak weet men niet waarom ze wer
ken en dikwijls is zelfs niet objectief
vast te stellen of ze wel enige werking
hebben. De bewijsvoering voor de ef
fectiviteit van geneesmiddelen staat
op een laag peil. In een rapport van
de Amerikaanse Academie van We
tenschappen uit 1969 over 88% van de
Amerikaansegeneesmiddelencon
sumptie bleek het volgende: 15% van
de in de handel zijnde geneesmidde
len had geen enkel effect, 30% was
"mogelijk effectief. 7% waarschijnlijk
effectief, terwijl 48% effectief was, zij
het met minder of meer bijwerkingen.
Toch blijkt de geneesmiddelencon
sumptie in ons land de laatste jaren
een geweldige vlucht genomen te
hebben. Volgens een recent Neder
lands onderzoek kan aangenomen
worden, dat de gemiddelde volwas
sen Nederlander tussen de 10 en 20
eenheden geneesmiddelen per maand
gebruikt. Van de betreffende medicij
nen behoort 42% tot de psychofar
maca, terwijl 11 13% van de bevol
king tot de gebruikers daarvan gere
kend kan worden Waarschijnlijk ge
bruikt 2 3% van de bevolking ouder
dan 15 jaar chronisch psychofarma
ca. terwijl 1% chronisch pijnstillers
gebruikt.
De jaarlijkse consumptiestijging van
farmaceutische middelen om nog
maar enkele cijfers te noemen is
tussen 1970 en 1975 14% geweest. Het
Bureau van de ziekenfondsraad schat
voor 1976 het aantal afleveringen (d.i.
afleveringen van één afzonderlijk ver
pakt geneesmiddel) op 17,5 per zie
kenfondsverzekerde. Volgens de
G.O.Z. wordt 14% van de totale uitga
ven per ziekenfondsverzekerde be
steed aan farmaceutische hulp.
In 1974 waren wel enkele squadrons
„Tomcats" operationeel geworden,
d.w.z. toegevoegd aan de sterkte van
de Amerikaanse marine, maar tege
lijk waren ook de geldzorgen van
Grumman zozeer toegenomen dat
het Pentagon opnieuw te hulp moest
schieten. Maar ook dat was niet vol
doende. Een omvangrijke lening
door een groep Amerikaanse en
jawel Iraanse bankiers was nodig
om het bedrijf van de ondergang te
redden. Ook de Sjah had namelijk
belangstelling voor de „Tomcat": hij
bestelde er 80 exemplaren van, voor
een totaalprijs van-S 3 miljard. Maar
enige tijd daarna bleek dat het be
drijf in Bethpage niet zo arm was
geweest, of het had kans gezien voor
een bedrag van 28 miljoen aan ille
gale commissies rond te strooien in
Iran.
Generaal Hassan Toufanian maakte
de Grumman-vcrtegenwoordigers in
Teheran op pleonastische wijze uit
voor een groep „frauduleuze zwen
delaars".
De financiële tegenspoed met de F-
14 of wat daarvoor doorging werd
voorafgegaan en gevolgd door tech
nische rampen. Vorig jaar septem
ber viel ëen van de „Tomcats" van
het vliegdekschip „John F. Kenne
dy" tijdens oefeningen in het noor
den van de Atlantische Oceaan over
boord. Het kostte veel moeite eerst
de F-14 en daarna een van de super
geheime Phoenix-raketten te bergen
en te voorkomen dat de Russen er
zich meester van zouden maken.
Dit jaar april deed zich bijna iets
soortgelijks voor. En vorig jaar okto
ber kwam het Amerikaanse Congres
tot de ontdekking dat het enige tijd
tevoren, doch zonder het te bemer
ken, een bedrag van 15 miljoen had
goedgekeurd voor de ontwikkeling
van een nieuwe motor. Want bij.
nader inzien bleek de voortstuwing
van de „Tomcat" toch niet je ware!
Dat was een flinke lijst van schrikba
rende cijfers Waarom is dat genees-
middelengebruik nu zo ontzettend
groot0 Met het antwoord: „Omdat er
zoveel ziekte is" nemen we de laatste
tijd geen genoegen meer. Er ontstaat
een meer kritische kijk op de rol van
het geneesmiddel in de samenleving.
Niet alleen vanwege de enorm hoge
kosten ervan, maar vooral omdat
steeds duidelijker wordt, dat de oor
zaken van het gebruik steeds zijn
blijven bestaan. Dat is wel bijzonder
duidelijk bij de geweldige omvang
van het gebruik van psychofarmaca,
de geest-beïnvloedende middelen.
Deze worden gebruikt door mensen,
die om een of andere reden het leven
niet goed meer aankunnen. Hun aan
tal is kennelijk enorm gegroeid en dat
is niet verwonderlijk in onze samenle
ving. die steeds hogere eisen aan haar
leden stelt.
Te denken valt aan het vele geestdo
dende werk dat in fabrieken en kan
toren verricht moet worden; aan de
steeds grotere spanningen die het
moderne verkeer ons oplegt; aan de
groeiende geluids- en stankoverlast
waar vele mensen dagelijks mee te
maken hebben. Te denken valt vooral
aan de uitzichtloze situatie waarin de
werkloosheid vele mensen, en met
name school- en studieveriaters heeft
gebracht. En aan de positie van de
vrouw in onze samenleving, Teraljde:
het gebruik van psychofarmaca is
onder vrouwen tweemaal zo hoog als
onder mannen.
Dergelijke problemen zijn maat
schappelijke problemen. En die wor
den niet weggenomen wanneer de le
den van die maatschappij zichzelf tot
chronische pilgebruikers reduceren.
Daar komt nog iets bij. Onze maat
schappij is er een, waarin grote waar
de gehecht wordt aan activiteit, initi
atief, ondernemerszin, kortom het in
grijpen om negatieve omstandighe
den te verbeteren. Wij zijn doeners
Dat is een houding die ook artsen bij
de keus van een therapie beïnvloedt.
Als er gekozen kan worden tussen de
gelijkwaardige mogelijkheden van
niets-doen of ingrijpen, dan zal een
arts vaker de voorkeur geven aan
ingrijpen. Daarbij komt, dat het voor
een arts als een grotere fout geldt om
een aanwezige ziekte niet te onder
kennen, dan om een niet-bestaande
ziekte wel aanwezig te achten. Dat
samen maakt dat een voorkeur voor
ingrijpen samengaat met een voor
keur om ziekte aanwezig te achten.
Het is duidelijk, dat dat ook een
vergrotende werking op het gebruik
van medicijnen heeft
Maar het grootste probleem bij dit
alles heb ik nog niet genoemd. Dat is
niet de enorme consumptie of de
maatschappelijke oorzaak Het
grootste probleem is de onkunde van
de patiënt. Onkunde van de dieper
liggende oorzaken van vele van zijn
kwalen, van de mogelijkheden en on
mogelijkheden van de geneeskunde
en van de zinloosheid en gevaren van
medicijngebruik.
Die onkunde is een probeem omdat
kennis een voorwaarde voor verant
woordelijkheid is. De patiënt kan al
leen mondig worden als de voorwaar
den daartoe aanwezig zijn. Alleen een
mondige patiënt kan verantwoorde
lijk zijn voor zijn eigen gezondheid en
kan op verantwoordelijke wijze medi
cijnen gebruiken Pogingen tot ver
mindering van medicijngebruik moe
ten daarom altijd beginnen met het
bestrijden van deze onkunde
Daarmee ben ik weer terug op de
bijsluiter die ik in het begin noemde.
Die bijsluiter zou een stapje in de
goede richting kunnen zijn. omdat er
voorlichting over geneesmiddelen
wordt gegeven Helaas, dat valt le
gen Het is een kijkje in de medische
keuken, maar de pannen blijven
dicht en de menukaart is in het Latijn
gesteld. En de patiënt, die toch al
altijd dacht dat dokters allemaal ge
leerde en onbegrijpelijke dingen
doen. wordt in dat misverstand ge
sterkt hij mag de bijsluiter lezen en
toch begrijpt hij hem niet.
Jammer is dat Het stemt Je ook
somber dat zo'n voor de hand liggen
de zaak als een begrijpelijke patiën-
tenbijsluiter al zoveel problemen
geeft Wat zal dat worden als patiën
ten echt mee willen praten?
Maar zover is het nog lang niet. Het
geneesmlddelengebruik blijft reus
achtig en onder het mom van voor
lichting wordt de patiënt dom gehou
den. Het blijft slikken in den blinde
Drs. Klinkert is wetenschappelijk
medewerker aan de vakgroep alge
mene sociologie van de Vrije Univer
siteit.