Joris Ivens en de Chinezen
Een veelzijdig kereltje
Onverwoestbaar fascisme
FILM
Nonsens over mannenvrijheid
THE GENTLEMAN TRAMP
Hel en hemel
mogen niet in
tv-reclame
MARCIA TRIONFALE
VRIJDAG 2 SEPTEMBER 1977
Trouw/Kwartet P 13 - RHS 15
Vrouwen, praat me er niet van
Onze filmredactrice Willy
Wielek-Berg is met vakan
tie. Tijdens haar afwezig
heid wordt deze rubriek
verzorgd door filmcriticus
Dick Ouwendijk.
door Johan ten Hove
AMSTERDAM De Chinese
Volksrepubliek is de afgelopen
maanden weer volop in het
nieuws geweest. Zwaarwichti
ge commentatoren ontrafelden
de strijd om de macht die in
alle hevigheid ontbrandde na
de dood van belangrijke Chine
se leiders, zoals de oude rotten
maarschalk Tsjoe Teh. premier
Tsjoe En-Lai en voorzitter Mao
Tse-toeng.
Hele betogen werden gevoerd over
de vraag welke de politiek-ideologi-
sche lijn van de nieuwe Chinese lei
ders in de toekomst zou zijn. Aan
staande zondag (Nederland 2, 20.40)
ls er op de NOS televisie een heel
andere kant van China te zien. Dan
begint er een serie van twaalf afleve
ringen waarin Joris Ivens en Marceli-
ne Loridan de kant van het alledaag
se leven in China laten zien; gewone
mensen in de steden en op het plat
teland, in de fabrieken en op scho
len, mensen aan het werk en in hun
vrije tijd.
Ivens heeft met een klein team gedu
rende anderhalf jaar door China ge
reisd. was volgens eigen zeggen over
al vrij om te filmen, en heeft gepro
beerd het onmetelijke China „van
binnen uit" te filmen. Na de voorver
toning van de eerste aflevering, „De
Apotheek", vertelt hij dat hij wil
laten zien dat er in China gewone
mensen leven, dat niet ..alle Chine
zen op elkaar lijken" en dat het
angstbeeld van het „gele gevaar",
dat nog zo veel in het westen heerst,
volstrekt ongegrond is. Vandaar dat
hij ook de mensen in de film veelvul
dig aan het woord laat komen. Ivens;
„mijn opinie is niet belangrijk, wat
de Chinezen te zeggen hebben is van
belang". Daarom wordt er ook niet
met ondertiteling gewerkt, maar is
gekozen voor de methode van simul-
taanvertaling. waarbij elke Chinese
uitspraak direct in het Nederlands
vertaald wordt. Dat heeft dan wel tot
gevolg dat het Nederlands vaak afge-
raffeld wordt, om de snelle Chinese
stemmen, die op de achtergrond te
horen zijn, bij te houden. Met name
de vrouwenstem, die erg monotoom
klinkt, lijkt ongeschikt en het geheel
doet de film geen goed.
Legende
De titel van deze twaalf uur durende
cyclus komt van de geschriften van
Mao Tse-toeng, waarin deze de le
gende vertelt „Hoe Yoekong de ber
gen verzette". Een verhaal waaruit
moet blijken tot welke grootse din
gen een volk dat gezamenlijk werkt,
in staat is. De film van zondagavond.
„De Apotheek" begint met prachtige
beelden in de haven van Sjanghai,
waar naast enorme (vaak buiten
landse) oceaanreuzen, oude stoom-
sleepboten en tijdloze Chinese jon
ken te zien zijn. Daarna maken we
hel ontwaken van de miljoenenstad
Sjanghai mee, met zijn zeer weinige
i' .--tfT
De ploeg van Ivens aan het werk.
auto's, zijn honderduizenden fiet
sers, die zich aan geen verkeersregels
lijken te houden, en de gymnasti
sche oefeningen van mensen die
naar hun werk gaan. Ook zien we
delen van de grijsgrauwe woonbuur
ten van de stad, die een wel schone
maar trieste aanblik geven. We ver
toeven een tijd bij een soort poffert
jeskraam, waar de mensen massaal
allerlei zoetigheden kopen.
Het grootste deel van de film is opge
nomen in een grote wijk-apotheek,
waar Ivens met zijn ploeg maanden
gefilmd hebben om de mensen te
laten wennen aan de aanwezigheid
van de filmcamera. In de apotheek is
het een komen en gaan van mensen
die pillen, zalfjes, druppels, enz ko
pen en die vragen stellen zoals ze
waarschijnlijk overal ter wereld in
apotheken gesteld worden. Je vraagt
je af of het feit dat de beelden in
China zijn gemaakt „en dus wel bij
zonder moeten zijn" een zo langdurig
verblijf in de apotheek rechtvaardi
gen. Als de taferelen zich in een
Nederlandse, Franse of Australische
apotheek zouden afspelen zouden
waarschijnlijk velen in slaap vallen.
En dat doen we niet nu het toevallig
beelden uit een Chinese apotheek
zijn?
De apotheek fungeert als een soort
sociaal-medisch centrum waar ieder
een kan binnen komen vallen en zijn
problemen kwijt kan. In een naburig
zaaltje wordt driftig aan acupunc
tuur gedaan. We zien het personeel
van de apotheek ook op het platte
land waar ze na de mensen medisch
verzorgd te hebben, helpen bij het
oogsten van spinazie (of zo iets). Het
personeel vergadert veel over de
vraag hoe je je in een socialistische
apotheek dient op te stellen Het
„dien het volk" (de grote kreet tij
dens en na de Culturele Revolutie) is
niet van de lucht. Waarschijnlijk is
het jargon nu even anders omdat de
politieke lijn enigszins gewijzigd is
en de Culturele Revolutie, zoal&ach-
teraf blijkt, ook niet alles was. De
persoon die tijdens en na deze revo
lutie tot grote macht kwam, me
vrouw Tsjiang Tsjing. de weduwe
van Mao, is nu als de leidster van de
beruchte ..bende van vier" aan de
kant gezet.
De films van Ivens, die ook in China
te zien zijn en daar volgens de NOS
zelfs zijn uitgeroepen tot verplicht
studie materiaal voor toekomstige
cineasten, zouden in de Volksrepu
bliek zeker verboden zijn, als me
vrouw Tsjiang Tsjing daar nog iets
te vertellen had.
DEN HAAG (ANP) Recla
me-uitingen. waarin leuk ge
daan wordt met bijbelse be
grippen als hel en hemel, kun
nen niet worden toegelaten.
Het college van bijstand van
de reclameraad heeft zich in
die zin uitgesproken naar aan
leiding van een klacht, die de
heer W. J. Strijbis te Werken
dam heeft ingediend tegen een
televisiereclamefilm, getiteld
„Lucifer", uitgebracht door
het reclameadviesbureau Prad
te Amsterdam voor het pro-
dukt „Seven Up".
De film geeft een voorstelling
van de hel. waarbij de aange
prezen frisdrank wordt aange
merkt als een frisse verkoeling
uit de hemel, wat naar het oor
deel van de klager met alleen
oprechte godsdienstige gevoe
lens van mensen kwetst, maar
boven alles God zelf krenkt.
In zijn ruim tien jaar geleden verschenen autobiografie schreef Charlie Chaplin over de door hem
gecreëerde Charlie-figuur: dat het „een veelzijdig kereltje is: een zwerver en een gentleman, een
dichter en een dromer, een eenzame die altijd hoopt op wat romantiek en avontuur.
Hij zou misschien de indruk willen
wekken, dat hij een geleerde is, een
musicus, een hertog of een polospe
ler; toch ziet hij er niet tegenop siga
retteneindjes op te pikken, of een
kind zijn lekkers af te nemen. Ja, hij
zal zelfs, als de omstandigheden dat
rechtvaardigen, een dame in het on
derste deel van haar rug schop
pen maar alleen in uiterste gram
schap."
Deze omschrijving van zichzelf als
filmclown is terug te vinden in de
film over Chaplin, die de titel heeft
gekregen „The gentleman tramp."
Charlie Chaplin is in de geschiedenis
van de film een fascinerende en unie
ke gestalte. Daaraan wordt in „The
gentleman tramp" volledig recht ge
daan. Via fragmenten uit Chaplins
vroegste films, met inbegrip van de
Keystone-periode, krijgt de toe
schouwer duidelijk te zien, hoe mar
kant Chaplin zich in zijn clowns
uitbeelding onderscheidde van het
gebruikelijke type. Niet in uiterlijk
heden. maar in geestelijke beteke
nis. Chaplin legde namelijk in zijn
clownsfiguratie een volstrekt eigen
karakter. Het karakter van de man,
die in zijn berooidheid duldzaam
blijft, maar beschaafd. De zwerver
Charlie is iemand, die als het ware
een verpersoonlijking is van door
geen armoe te vernietigen menselij
ke waardigheid. Een voorbeeld daar
van is zijn houding ten opzichte van
het befaamde blinde meisje.
Instinct
Het instinct van de armoe heeft
Chaplin, zoals ook in de film duide
lijk te onderkennen valt, opgedaan
in zijn vroegste jeugdjaren in Lon
den. Het is een bijzonder instinct
geweest. Een dat in de persoon van
Chaplin niet tot hardheid of verbit
tering heeft geleid, maar tot een ster
ke gave van relativering. Die gave
heeft visueel geleid tot scènes als de
beroemde dans van de broodjes, het
eten van schoenleer, waarbij de spij
kers op keurige manier (de gentle-
of graten op de rand van het bord
worden gedeponeerd.
Maar talent tot relativeren wil bij
Chaplin niet zeggen, dat het zijn
minstens even groot talent tot ver
ontwaardiging zou hebben uitgewist.
Juist door zijn vermogen tot relative
ring van de dingen is Chaplin tot een
verontwaardiging in staat geweest,
die bijzonder raak kon aankomen.
Zie je in „The gentleman tramp"
brokstukken terug uit oude films
van Chaplin, gekoppeld aan dingen
die hij in zijn leven heeft moeten
meemaken, dan wordt heel duidelijk
in welk een sterke mate Chaplin au
tobiografische momenten in zijn
films verwerkt heeft. Vergissingen
die hij persoonlijk beging, onbillijk
heden die hem werden aangedaan,
laster en verdachtmaking die hij
heeft moeten ondergaan, alles werd.
gefiltreerd door relativerende objec
tivering, in film omgezet.
Verbittering
Charlie Chaplin zoals weinigen
hem kennen.
man in de zwerver zal zich nooit
verloochenen) als hinderlijke botjes
Een voorbeeld uit „De koning in New
York". Daaraan was Chaplins ver
banning uit Amerika voorafgegaan
(het is kostelijk om te zien hoe de
corrupte Nixon zich zelfs daar in alle
schijnheiligheid heeft geweerd).
Chaplin schroefde zijn verbittering
niet op tot universele haat tegen
Amerika. Maar in een bepaalde scè
ne uit „De koning in New York"
vaagt hij, tegen wil en dank, wel met
een dikke waterstraal alle miespele
overheidsgedoe weg. Je ervaart in de
film duidelijk een poging om van
Chaplin een legende te maken. Maar
of hij echt legendarisch zal worden
valt te betwijfelen. Chaplin is een
boeiende figuur geweest, die een
sterk ironiserende vertolking van
zijn tijd heeft gegeven. Hij is daarin
eerlijk en scherpzinnig geweest.
Maar dat hij in zijn persoon een
volledige samenvatting zou hebben
gegeven van het karakteristieke ge
brek en onvermogen van zijn dagen
is te veel gezegd.
Amsterdam-Alhambra 1, a.l.
Marco Bellochio, wiens film „Marcia Trionfale" (Triomfmars) nu
ook in Amsterdam in roulatie is gebracht, heeft hier vooral
bekendheid gekregep door zijn films „Vuisten in de zak" (1965),
„China is dichtbij" (1967) en „In de naam van de Vader."
Bellochio is afkomstig uit een ge
goed bourgeois-milieu. Die afkomst
heeft hem, blijkens zijn films, ver
vuld met rancunes. De typische ran
cunes van sociale idealisten, met een
elitaire afkomst, tegen alles wat, in
welke vorm ook, elite is of zich als
zodanig voordoet.
Een van de kwalijkste aspecten in
het elite-bewustzijn is, zijn aan
spraak op machtsbezit. Een man als
Bellochio voelt zich daar enorm door
getergd. Hij zal zich op alle mogelij
ke manieren tegen die aanspraak
een der wezenskenmerken van fas
cisme verzetten. Zo moet ook zijn
film „Triomfmars" worden bezien.
Fascisme is in de ogen van Bellochio
een oud en onverwoestbaar zeer. Het
leger is een instituut, dat voor dit
zeer het meest vatbaar is. Omdat
het. op grond van zijn funktie, van
nature autoriteit is. In „Triomfmars"
verbeeldt Bellochio dat autoritaire
tot in het extreme toe.
Tijdloos leger
Het leger is in deze film een tijdloos
leger, zonder enig typerende natio
naliteit. De soldaat is in „het leger"
niet meer dan een machtsinstru
ment, in handen van een hogere lei
ding. Hij moet het liefst een blinde
lings werkend instrument zijn. Zon
der individuele bezieldheid. Zonder
karakter, want karakter is vervan-
i gen door discipline. Het wordt, in de
3 opleiding, stelselmatig vernederd en
teniet gedaan. Het uniform is alleen
zaligmakend. Het prachtigst als uit
drukking van onpersoonlijke macht
is. het gelid. Tot uniform terugge
brachte mensen, die indrukwekkend
- worden door „in gelid te staan".
iDeze abstracties over „het leger" als
meest sprekende expressie van fas-
«isme (waarbij opgemerkt dient te
•orden, dat niet elk nationaal leger
daartoe hoeft te leiden) heeft de fil
eer geconcretiseerd in de militaire
opleiding van de Zuiditaliaanse sol
daat Passen.
Passeri heeft aan de universiteit let
teren gestudeerd, hij is geschoold in
de dichtkunst van zijn land, is daar
ook gevoelig voor en raakt vervuld
van afkeer van het leger, het soldaat
zijn. In zijn groep vormt hij een
eenzelvige uitzondering. Het avond
verlof wordt door zijn mede-recruten
gebruikt om geld te slaan uit contac
ten met homofiele automobilisten.
Voor de rest bestaat hun amusement
uitsluitend uit omgang met prosti
tuees.
Verband
De film legt geen direct verband
tussen het weerzinwekkende gedrag
van de soldaten en de militaire disci
pline. Toch is er een indirect ver
band. Het submenselijke gedrag van
de soldaten vloeit voort uit het bre
ken van alle gevoelens van menselij
ke waardigheid bij het individu. Met
de soldaat moet kunnen worden ge
daan wat in opperste machtskringen
wordt besloten anders heeft het-
leger als machtsinstrument geen
waarde meer. De consequentie is,
wegbranding van elk gevoel van fat
soen. eer of schaamte. De intellectu
eel Passeri is zich daarvan volledig
bewust en blijft zich op alle mogelij
ke manieren verzetten. Totdat zijn
kapitein ingrijpt.
Het gevecht tussen de kapitein en Passeri
Bij een rel in de gemeenschappelijke
eetzaal lijkt het, alsof Passeri de
aanstichter tot de rel is. Hij wordt bij
de kapitein geroepen. Die begijpt,
omdat hij als kazernecommandant
tot de uitvoerders van de macht be
hoort, en daarom als individu mag
handelen en denken, heel goed waar
de schoen wringt. De intellectuele
Passeri moet hoe dan ook in de ver
lagende discipline, zin ontdekken.
Dat kan alleen maar wanneer de
latent in hem werkende agressie
wordt los geslagen. De kapitein be
reikt dat door Passeri, zonder bijzijn
van getuigen, in zijn kantoor onge
nadig af te rossen. Passeri tegelijker
tijd uitdagend om terug te slaan. Het
wordt schijnbaar een tweegevecht
op voet van gelijkwaardigheid. En de
haat die de recruut Passeri tegen het
leger-fascisme voelde slaat om in va-
der-verering voor „de commandant"
Passeri wordt een modelsoldaat.
Discipline
Twee dingen die in de film volledig
in elkanders verlengde zijn komen te
liggen zijn, discipline en menselijke
verdierlijking Die verdierlijking
komt vooral tot uitdrukking in han
delingen op het niveau van brute
seksualiteit. Maar met seksualiteit
als zodanig heeft zij niets uit te
staan. Die seksualiteit is alleen maar
een soort uitlaatklep. Om toch nog
iets van een schijnindividualiteit te
kunnen beleven. Maar in wezen gaat
het om zielloze seksuele lawaai-
schopperij, zoals het bij de ingepe
perde militaire eer en coorectheid
ook om lawaaischopperij gaat. Twee
vormen van zinloos extremisme, die
elkaar volledig aanvullen. De kapi
tein, die zowel in zijn partculiere
leven als in zijn militaire optreden,
een ongeremde bruut is, blijkt seksu
eel een impotente brallende slappe
ling te zijn.
Bellochio vertoont in al zijn films
neiging om zijn bitterheid en gevoe
lens van burgerlijke afkeer om te,
zetten in soms wat te zwaar aange
dikte dramatieken. Zoals ook hier.
Maar niemand kan zich in zijn be
doelingen vergissen.
Amsterdam-Kriterion-Leidse-
pleintheatcr, 16 jr
Paul en Albert, achtervolgd door vrouwen.
vi\e bij een keuze uit de bióscoopprogramma's van deze week
mocht besluiten te gaan kijken naar „Vrouwen, praat me er niet
van", moet erop rekenen te maken te krijgen met een meer dan
^Peperde persiflage.
Ten dele persiflage op de gekruide
pornofilm, ten dele persiflage op de
onmogelijke plaats die de vrouw als
verleidingsobject heeft toegewezen
gekregen. In de reclame. In de foto
grafie. In bepaalde tijdschrift- en
krantekolommen Bij Bertrand
Blier, de maker van de film, wordt
dat allemaal op één hoop gegooid en
met een. bittere grijns laat hij zien
wat er, onder invloed van die over
spannen vrouwencultus, aan verla
gende nonsens gebrouwen wordt.
Het verhaal gaat over twee mannen,
Paul en Albert, die om verschillende
redenen genoeg hebben gekregen
van „de vrouw" en daarom op zoek
gaan naar de ideale mannen-vrij
heid. Paul is vrouwenarts en Albert
blijkt souteneur van beroep te zijn.
Reden te over voor beu zijn van „de
vrouw". Hun idéaal van mannenvrij
heid is, je zat eten en voor de rest
kalm luieren. Maar dat mag dan een
ideaal zijn van mannenvrijheid, vol
gens de publiciteit over de moderne
vrouw en haar zogenaamde door
braak naar „de liefde" hoeft de man
er niet op te rekenen, dat hij lang
van zijn „vrijheid" zal genieten. Als
laatste bolwerken in het verzet van
de man tegen de krijgshaftigheid
van de vrouw inzake de min, moeten
Albert en Paul die een heel leger
van medestanders achter zich krij
gen het onderspit delven tegen
een zeer agressief vrouwenleger.
De film hangt van opzettelijk aange
dikte nonsens aan elkaar. Zoals al
gezegd komen er sterk gepeperde
momenten in voor, die misschien er
gernis zouden wekken, als de persi
flage op wat op het gebied van vrou
wen-jargon allemaal als progressief
wordt beschouwd niet zo doorzichtig
was. Overigens worden in dat persi
fleren de gouden regels van het
maat-houden herhaaldelijk over
boord gegooid. Tot schade van de
film, die bij een verfijnder ironische
aanpak aan satirische kracht zou
hebben gewonnen. Velen zullen haar
nu als te grof van de hand wijzen.
Amsterdam-City 7, 16 jr.