Martelaren in een katholiek leesboekje en
veel droefenis voor protestantse kindertjes
Tien klinkende woorden
NOG BU MOEDER
Norman Peale (80)
nog steeds actief
Wijsheid uit de Talmoed
VANDAAG
Ideeënmarkt
catechese
E2BEBS3IB
ZATERDAG 30 JULI 1977
KERK
Trouw/Kwartet
door A.J. Klei
Tot de dingen die mijn heim-
wee naar vroeger het beste voe
den, behoort die bekende oude
schoolplaat van het Centraal
Station in Amsterdam. Ik weet
wel dat Je ook heel mooie oude
platen hebt met wuivende ko
renvelden en een volstrekt te
vreden boerenfamilie er op.
maar koren kunnen we ook
vandaag nog in 't wild waarne
men en boerenkielen hangen
bij de vleet in boetiekjes. We
zullen echter nooit meer, zit
tend op een sierlijk weens per
ronstoeltje. zo'n geduchte
stoomlocomotief onder de
hoge overkapping van het sta
tion aan zien komen hijgen.
In de rechterbenedenhoek van de
plaat van het Centraal Station staat
de naam van de vervaardiger ervan:
B. Buenlnck. Uit een vooroorlogs
schoollokaal herinner Ik me nóg een
plaat van Buenlnck. een havenge
zicht van Rotterdam, maar verder
heeft deze tekenaar geen rol ge
speeld In mijn opvoeding, in tegen
stelling tot mensen als Jetses en
Islngs. Toen ik het onlangs bij Sijt-
hoff in Lelden uitgekomen boek
..Brood op de leesplank" in handen
kreeg, waarin Jacqueline Burgers
..zes illustratoren in dienst van het
onderwijs" bespreekt, namelijk: C.
Jetses. J. H. Isings, Tj. Bottema, W.
K. de Bruin. B. Buenlnck en J. Ga-
brièlse. toen ik deze fraaie uitgave
voor me had. vloog ik terstond af op
het hoofdstuk, gewijd aan de man
die mij met zijn ..Het Centraal Stati
on" nog steeds veel vreugde bereidt.
•Bueninck leefde van 1864 tot 1933 en
hij illustreerde omstreeks 1896 „In
en Om de School", het leesboek voor
de middelklassen der christelijke
scholen, door A G. Schllp en H. Wa
genvoort. „Uit deze serie leesboeken
komt het verhaal van Alida, geci
teerd op pagina 40". deelt de schrijf
ster mee. Zij voegt er aan toe. dat de
genoemde schrijvers een stroom van
ellende uitstortten over de Jeugdige
lezers. Nieuwsgierig geworden door
deze mededeling, liet ik de heer Bue
ninck voor 't moment rusten en sloeg
ik pagina 40 op. Daar las ik (en nu
komt er een lange aanhaling):
BIJ het doorlezen van een stapel
christelijke leesboekjes voor de lage
re school rond de eeuwwisseling was
het mij vreemd te moede. De kinde
ren van 6 tot 8 laar kreeen niets dan
ellende voorgeschoteld.In die verha
len wordt er gestorven alsof het om
knikkeren gaat De hoofdpersonen
hebben vaak een goed zichtbaar on
geneeslijk gebrek. Als de kinderen
niet sterven doen hun ouders het wel
of hun lievelingshond en ga zo maar
door. Zou de hele klas in snikken zijn
uitgebarsten of waren de kinderen
immuun geraakt voor deze ellende?
Men bracht de kinderen bij om te
berusten in het lot en om dankbaar
te zijn voor wat Je hebt. Ter illustra
tie een paar citaten uit het verhaal
„Alida" uit In en Om de School door
A.O. Schllp en H. Wagenvoort; een
leesboek voor de middelklassen van
de Christelijke school.
.Alida is slechts drie jaar van haar
leven gezond geweest. Toen zij vier
We ontmoeten er demonen en boze
geesten, sterrenwichelaars en krui
dendokters. marktkooplieden, boe
ren. zwervers en lichte vrouwen. En
dan zijn er de eerste christenen, die
met de Joden in discussie treden. Zij
behoren allen tot het milieu, waarin
de hoofdpersonen van de verhalen
zich bewegen, de rabbi's.
Er is een Palestijnse of Jeruzalemse
Talmoed, zo rond het jaar 400 in
Palestina op schrift gesteld. Een
soortgelijke compositie ontstond
een eeuw later in de Joodse gemeen
schap in Babyloniê. De laatste is
wljdlopiger en kleurrijker, meer ge
richt op een breed .,leke"publiek,
dan die van Jeruzalem.
De complete Babylonische Talmoed
is enkele Jaren geleden in Engelse
vertaling in Londen uitgegeven en
beslaat achttien grote banden, elk
met duizend tot tweeduizend blad
zijden Daaruit is nu een selectie in
het Nederlands verschenen.
Veel Talmoed-verhalen zijn opge
bouwd rond de grote wijzen Hillel en
SJammai, de soepele en geduldige
Hillel en de strakke, kritische SJam
mai Daarvan deze twee voor
beelden:
Een keer kwam een helden bij SJam
mai en vroeg hem: „Ik wil mij beke
ren. maar onder voorwaarde dat u
mij de hele Torah (de wet) leert ter
wijl ik op één been sta!" SJammai
werd kwaad en gaf de heiden een
klap met de meetlat die hij toevallig
in de hand had. Daarop ging de
heiden naar Hillel en vroeg hem:
..Kunt u mij de gehele Torah leren
terwijl ik op één been sta?" „Wat Je
nJet wilt dat Je zelf overkomt, doe
dat ook een ander niet aan (Lev. 19
vers 18)!" antwoordde Hillel. ..dat is
de hele Torah en de rest is commen
taar Ga heen en leer!"
Er wordt van SJammai verteld, dat
hij zijn hele leven zijn maaltijden
gebruikte ter ere van de SJabbat Als
hij een goed stuk vlees vond. zei hij
Dat is voor de SJabbat!" Als hij
daarna nog een beter stuk voedsel
vond legde hij dat opzij voor de
SJabbat en at het eerste op. zodat hij
eigenlijk altijd at ter ere van de
SJabbat Hillel had een andere ge-
Christen-martelaren in een Romeinse arena, getekend door C. Jetses.
Jaar was, kreeg zij de klierziekte en
sedert is zij ziek gebleven tot aan
haar dood. Zeer veel heeft zij moeten
lijden. Haar lichaam was op 't laatst
met wonden overdekt. Met haar éne
oog kon zij niet meer zien; haar
linkerarm was geheel krom gebogen;
haar lichaam was weinig meer dan
een geraamte. En hoe heeft Alida al
die smart verdragen? Als toonbeeld
van geduld." Alida had den Heere
Jezus lief en zong versjes ter ere van
hem. „Hoe helder klonk dan haar
stemmetje. En welk een vreugde
straalde er uit dat éne oog!" Alida
heeft nog maar één wens en dat is
een heidenkindje vrijkopen om het
als christen op te laten voeden. Het
sparen gaat langzaam want „Gij
moet weten dat zo'n heldenkindje
ongeveer zestig gulden kost." Er
werd gespaard in een neger-spaara-
pot. Eindelijk was de som bijeen,
maar Alida voelde haar einde nade
ren. Als het kindje gekocht is. leeft
Alida niet meer. „ZIJ is nu hierboven
bij haar Heiland Dien zij zo innig
heeft liefgehad."
Tot zover pagina 40 van „Brood op
de leesplank". Ik was nu verzeild in
een van de inleidende hoofdstuk
ken, en wel dat over „De invloed van
het christelijk geloof op illustrato
ren en schrijvers." Ik bleef hier na
het heengaan van Alida nog even
toeven, en aldus geschiedde het dat
ik op bladzij 43 het volgend aardig
staal van overleg tussen Jetses en
uitgeverij Wolters tegenkwam:
Wolters aan Jetses; „In een katho
liek leesboekje zouden de auteurs
gaarne een illustratie opnemen van
Christen-martelaren in een Romein
se arena. Zoudt u een dergelijke
illustratie in de geest als bijgaande,
vroeger door u vervaardigd, willen
tekenen? Ook het formaat van bij
gevoegd plaatje is geschikt(5-1-
1937).
Jetses antwoordt met: „De uitvoe
ring van deze door u gewenste teke
ning is wel wat vertraagd doordat ik
ook mijn tol moest betalen aan de
griep. Ook was de opgave nu niet
juist een der makkelijkste, maar
mijns inziens geeft deze oplossing
wel het voor de kinderen meest aan
vaardbare: -het voorvoelen van 't
verschrikkelijke maar niet het aan
schouwelijke van 't afschuwelijke.
Ik hoop zeer dat u er zich mee kunt
verenigen. Als prijs zou ik u 17,50
in rekening willen brengen." (19-1-
1937).
Weer een paar pagina's verder (ik
bladerde op mijn gemak door tot ik
weer bij Bueninck terecht zou ko
men) opnieuw eenjeugdherinnering:
de wandplaat „In de Minahasa" van
Gabriélse. Jacqueline Burgers ver
telt hoe de uitgever in zijn catalogus
deze plaat aanbeval: „Welk een heil
zame Invloed op de bevolking de
Protestantse Zending en de Rooms-
Katholieke Missie hebben uitgeoe
fend, valt uit deze plaat te leren. Zij
verplaatst ons naar de Minahasa.
éénmaal, nog niet zo lang geleden,
bewoond door koppensnellende Al-
foeren, thans door een rustige, vlijti
ge en beschaafde Christenbevol
king
Gabriélse ging voor dit en ander
tekenwerk, zoals zijn illustraties in
„Nieuw Taalonderwijs in Neder-
landsch-Indië" naar Indonesië toe;
hij is er in 1945 in een internerings
kamp gestorven. Jetses heeft er
nooit een voet gezet en was voor de
„Indische" edities van Ot en 8ien
aangewezen op materiaal dat hij
verzameld had op de in 1913 gehou
den tentoonstelling „Entos" in Am
sterdam. Daar viel een echt Indisch
erf met alles erop en eraan te bekij
ken en daar heeft Jetses twee weken
zitten tekenen. Verder deed hij het
met wat hij uit boeken en foto's
haalde. In ons land wonende In
dische kinderen logeerden bij hem
en dienden als model. Op deze wijze
kwamen Ot en Sien, alsmede Pim en
Mien in „ons Indië" terecht, waar zij
door de tekenaar ook van personeel
werden voorzien.
Ik merk dat ik een niet erg degelijke
aankondiging van „Brood op de
leesplank" zit te maken, ik ben er
van hot naar her dóórheen gegaan.
Dat komt omdat het een boek is dat
Je. althans in eerste aanleg, eerder
gretig doorbladert dan serieus door
neemt. Je zou kunnen zeggen dat
het een meeslepend boek is, met z'n
grote hoeveelheid verrukkelijke, een
zee van lieve herinneringen wakker
roepende illustraties, met z'n be
knopt gehouden, levendige tekst en
met z'n ter zake doende aanteke
ningen.
Gelukkig kan ik nog een klein blijk
geven van ernstige taakopvatting.
Ik noteerde dat het onderschrift van
de door Bottema getekende portret
ten van Kuyper, De Savornin Lob
man en Groen van Prinsterer er
naast zit. Wat ik niet snap is. waar
om de tekening van Isings uit Jes
sica's eerste gebed" hier te boek
staat als „Bedelmeisje uit Goede
Vrienden". Ten slotte: „Brood op de
leesplank" (leuk gevonden titel)
kost op twee kwartjes na vijftig
gulden.
„Bello" uit „Vrij en Blij" van W. G. v.d. Hulst, tekening van
Tj. Bottema.
In de Talmoed is de Joodse wijsheid uit de eerste vijf eeuwen van
onze jaartelling opgetast Geen dor wetboek, maar een bonte
verzameling uitspraken van Joodse wijzen, verhalen en legenden
over de religieuze levenspraktijk.
dragslljn. Hij verrichtte al zijn han
delingen ter ere van de Hemel en
vertrouwde op God dat hij steeds
iets zou vinden dat de Sjabbat waar
dig zou zijn. Er staat immers ge
schreven: „De Heer zij gezegend, dag
voor dag". Kortom, de school van
Sjammai leert, dat men al vanaf de
eerste dag van de week moet denken
aan de voorbereidingen voor de
SJabbat. maar de school van Hillel
leert: „De Heer zij gezegend, dag
voor dag!"
Wijsheid en verhalen uit de babyloni-
sche talmoed, door A. A. de Boer.
Uitgave Van Gorcum en Comp., As
sen (135 bU.; 19.50).
Tekening van W. K. de Bruin uit
land."
fiets door Neder-
Titelpagina van de eerste druk uit 1904 van „Nog bij moeder."
DEN HAAG Ds. D. J. Karres te-
Driebergen, coördinatie-secretaris
van de hervormde synode, heeft de
synode van de Reformed Church in
America (R.C.A.) bijgewoond. Uit
zijn verslag aan de hervormde syno
de citeren we het volgende:
„Ik had het voorrecht een zondag
morgen te mogen deelnemen In de
liturgieviering en de uitreiking van
de avondmaalsbeker te mogen ver
zorgen ln één van de alleroudste ker
ken van Amerika namelijk de Mar
ble Collegiathe Church, ln New York,
beter bekend als de kerk van Dr.
Norman Vincent Peale. Deze vroeg
dienst was matig bezocht, maar de
hoofddienst was overvol. Mensen
stonden lang ln de rij voor de kerk
voor ze konden worden binnengela
ten. Omdat deze kerk aparte voor
rechten heeft gekregen toen Enge
land de heerschappij over dit gebied
overnam, valt deze kerk niet geheel
onder de regels van de R.CA. Dit
.houdt o.a. In dat de predikanten van
deze vier Collegiathe kerken niet on
der het verplichte emeritaat vallen.
Dit heeft tot gevolg dat Dr Peale met
zijn 80 Jaren nog steeds vrolijk als
dienstdoend predikant kan verder
werken. Zijn preek gebaseerd op een
minimum aan exegese en gelardeerd
met een maximum aan boeiende en
interessante verhalen, wist toch des
ondanks iets wezenlijks over te bren
gen van de bijbelse boodschap: Wie
in Christus is, is een nieuwe schep
ping.
Hiermede wil ik beslist niet zeggen
dat ik geen grote bewondering heb
voor het werk van dr. Peale en de
functie van dr. Peale en de functie
van zijn kerk en gemeente ln dit
oudste deel van New York (29ste
straat! ondanks 5 th Avenue!), dat
nauwelijks meer blanke bewoners
bevat. BIJ zijn komst, 40 Jaar gele
den, had deze kerk nog maar 50
leden, nu 5000. Toen was hij de enige
predikant, nu zijn er zeven.
Dr. A. Dekker
Het is logisch dat van tijd tot tijd ln de
grote stroom van populaire werkjes
over bijbelse en of theologische onder
werpen ook een studie over de tien
geboden verschijnt Die horen nu een
maal tot het abc van de leer van de
kerk. Het Boekencentrum gaf van ds.
Van der Zee diens teksten van het
NCRV-leerhuis uit onder de naam
„Tien klinkende woorden". Een vlot
uitgevoerd werkje, bijzonder leesbaar
geschreven en wat vooral belangrijk is:
voor ledereen te begrijpen.
Het zijn geen stevige studies, de schrijver
noemt ze zelf overpeinzingen en wijst de
benaming wetenschappelijke verhandeling
strikt van de hand. Daarin is hij eerlijk, want
zijn boeltje geeft vooral preken en toespraken
in druk, uiteraard met de daarbij horende
retoriek, plus de directe toepassing en her
kenbaarheid voor de doorsnee luisteraar. Het
hele werkje toont een lange UJn van bevrij
ding van het wettische en benauwde dat zo
vaak direct verbonden wordt met de tien
geboden. Vanuit de bevrijding uit Egypte,
snel toegepast op de verlossing waar het
Nieuwe Testament van spreekt, zijn de gebo
den ook vandaag als belofte en opdracht
klinkende woorden. Ds. Van der Zee lijkt me
een vlotte spreker en modern wijkpredikant
die z'n stof goed verpakt en helder uitlegt.
Duidelijk
Ook al kennen wij het taalgebruik en de
toepassing ln deze stijl, je zou toch willen dat
de goegemeente al vast zover was. Dan ont
kwamen we aan heel wat gekijf over wat wel
en niet mag omdat dat ln tegenspraak ls met
het grondmotief van de bevrijding. Ter illus
tratie geef ik de parafrase van de tien gebo
den zoals ds. Van der Zee die gebruikt:
Omdat God onze bondgenoot is en we de
goede mens van Nazeret volgen „werpen men
sen het Juk af van de schljngoden; weigeren
ze God te kleineren door een verkeerd beeld
van hem te geven of zijn naam te misbruiken,
kunnen ze hun werk laten liggen om het leven
te vieren, de Heer te loven en te weten dat ze
mensen zijn; blijven ze ln gesprek met het
voorgeslacht over de daden van God en wat
die te zeggen hebben; geven ze anderen even
veel levensruimte als ze zelf kregen; eerbiedi
gen ze die verbondsverhouding die een teken
ls van Gods verbond met ons; zijn ze bereid
de dingen met elkaar te delen; zullen ze
betrouwbare getuigen zijn voor elkaar; ver
heugen ze zich in wat henzelf gegeven ls en
gunnen ze een ander wat hij kreeg." Tot zover
het citaat.
In het gewone wijk- en preekwerk ls zo'n
boekje prettig omdat het de dóódsimpele
praktijk van bet christendom vooropstelt.
Studiemateriaal?
Een uitgever wil zijn boeken nogal eens over
ijverig aanprijzen. Wanneer Boekencentrum
suggereert dat ln bespreking komen: „De
ethische problemen van vandaag: de verhou
ding tussen de generaties, de beleving van het
dagelijks werk, de seksuele moraal, de vragen
van abortus en euthanasie, de omgang met
het geld en bezit enzovoort", dan ls dit een
aardige, maar niet geheel juiste trekpleister.
Niet omdat het daar totaal niet over gaat.
maar omdat het een onjuist beeld oproept,
zoals de schrijver zelf niet wenst.
In 1964 werd een pocketboekje (BBB-serie)
Ont-zet
En velen die Hem hoorden
raakten buiten zichzelf
en zeiden:
Waar heeft Hij 't allemaal vandaan
en wat voor wijsheid is Hem
gegeven?
(Markus 6,2)
De mensen die Jezus in de synagog^
van Nazareth hoorden hadden 't
niet meer. Zulke oren hadden ze
daar nog wel, dat ze hoorden of iets
ongehoord was of niet. Veel mensen
horen nl. gemakkelijk aan deze
rabbi voorbij, 't Is voor hen
nauwelijks iets bijzonders. Niet iets
om eens extra goed te luisteren en
nog minder om er enige rekening
mee te houden. Af en toe een „bon
mot" van Jezus staat gekleed, maar
daar moet het dan mee uit zijn. Hier
niet. Deze mensen zijn buiten
zichzelf, ont-zet. En ze vragen waar
Hij dat vandaan heeft. Want één
ding staat voor hen vast: dit is niet
zo maar te bedenken. Dat moet
ergens vandaan komen. Ook al weer
zo'n goede gedachte. Wat Jezus zegt
komt ergens vandaan. Dat het ook
ergens naartoe wil is nog even iets t«
ver vooruit gedacht. Maar 't is al
heel zinnig om te vragen waar het
vandaan komt. En dat het
„wijsheid", sophla, ls. Wijsheid
toijgt een mens, zo denken deze
mensen en daar hebben ze gelijk in.
Kennis kan Je leren, maar wijsheid
is een geschenk. Er moet dus
iemand achter hem staan. Een
gever, een schenker van wijsheid.
Eén die de laatste dingen van dit
leven weet, ont-zettende dingen en
die Hij aan deze rabbi te verstaan en
te verwoorden geeft. Je kunt met di<
mensen van Nazareth een heel eind
komen. Dat is vaak het geval met
mensen die vragen stellen. Echt
vragen stellen spreekt van een
verwachting, een wachten op het
antwoord. Wie echt vraagt moet een
beetje ont-steld zijn. Hoe meer hij
ontsteld ls des te meer zal hij open
staan voor een antwoord. Voor hèt
antwoord.
Beroepingswerk
NED. HERV. KERK
Beroepen te Sirjansland: C. v.d
Valk, kand. te Gouda, die bedankt
voor Willige-Langerak; te St Maai
tensdijk (buiteng. wijkgem. in wo:
ding): R. Schelling, kand. te Hi
versura.
Benoemd door de geref. zendings-
bond tot miss. pred. van de Toraja-
kerk op Celebes (Ind.): H. Gaasbeek
te Schelluinen, die deze benoeming
heeft aangenomen.
Aangenomen naar Oldenbroek: J
den Dikken te Benthuizen; naar Hü
legersberg (pred. voor bljz. werkz^
geest, verzorging van het St Fran
ciscus-gasthuis): T. D. van Soest U
Rotterdam-Zuid.
CHR. GEREF. KERKEN
Beroepen te Nieuw-Amsterdam: B
v.d. Berg kand. te Apeldoorn.
Ds W. van Laar
Ds. W. van Laar te Noordeloos ii
door de gereformeerde zendings-
bond in de hervormde kerk be
noemd tot secretaris-binnenland ali
opvolger van ds H. Harkema, die ln
oktober 1978 met emeritaat hoopt te
gaan. Het is de bedoeling, dat ds
Van Laar al per 1 februrari 1978 in
dienst treedt. Hij zal daarvoor dooi
de synode worden beroepen tot pre
dikant voor buitengewone werk
zaamheden. Ds. Van Laar ls 29 Jaar.
Hij staat sinds 1973 in NoordelooSi
zijn eerste gemeente.
eveneens over de tien geboden uitgegeven
van de hand van prof. Koole. Dat was en ls
een nog steeds geplunderde studie over de
diepe en markante grondlijnen van het ethos
in het Oude Testament. Bij de praktische
toepassing van de tien geboden moet Je na
melijk oppassen dat Je de typische plaats ln
het Oude Testament en het volstrekt unieke
daar en toen ln de gaten houdt. Dan lopen er
balken waar vandaag Inderdaad een actuele
toepassing op te bouwen ls. Maar Je duikt dan
eerst wel ln het diepe van de vakexegese
waardoor uitgerekend die diepzinnige en
soms ontroerende regels „ten leven" extra
glans krijgen. Ds. Van der Zee had met een
steviger voorstudie van de beschikbare vakli
teratuur nog wel wat meer specifieks aan zijn
preken kunnen toevoegen en zo nog meer
aanzetten voor actualisering. Dat neemt niet
weg dat hier een aardig voorbeeld ls van
vlotte toespraken over een thema dat voor
sommigen misschien voor velen nog
altijd een harde materie is.
Dr. A. Dekker, wetenschappelijk hoofdmede
werker aan de Theologische Hogeschool te
Kampen, bespreekt het boekje „Tien klinken
de woorden" van Ds. W. R. v.d. Zee. Uitgave
Boekencentrum Deo Haag, 112 nag., prijs
14.25.
ELLECOM Ten behoeve van pre
dikanten en catecheseteams word!
er op 16 augustus in Ellecom eei
grote catechese-markt gehouden.
De bedoeling is nieuwe ideeën op t<
doen en te „zien hoe anderen het
doen". Naast een overzicht van d(
verschillende methoden, die mo
menteel ln de handel zijn, zullen et
ook diverse werkvormen te beziel
en te beoefenen zijn, zoals rollen
spel, werken met foto's, werken me!
tv, interviews.
De markt wordt georganiseerd doo(
een Gelderse hervormd-gerefor
meerde werkgroep en wordt var
's middags twee tot's avonds tle»
uur gehouden ln het Jeugdcentrun
De Drietlp in Eilecom.
AMSTERDAM:
Postbus 859
Wibautstraat 131
Tel. 020-913456
Telex 13006
ROTTERDAM/DORDRECHT:
Postbus 948
Weslblaak 9. Rotterdam
Tet. 010-115588
DEN HAAG/LEIDEN:
Postbus 101
Parkstraat 22. Den Haag
Tel. 070-469445
ZWOLLE/GRONINGEN:
Postbus 3
Melkmarkt 56. Zwotle
Tel. 05200-17030