Het is stil rond
de
lintje
i"
De tekening van een lezer
'ommentaar
Budieverkorting
Vandaag nog onderscheidingen volgens
beproefd recept
Twee orden
Steriel aprilweer
■ook nu iets doen voor vogels
'reünie
gele kaart
hoogvlieger
wenskaarten
troost
-L
JDAG 29 APRIL 1977
BINNENLAND
Trouw/Kwartet5
ï'3 academische raad is gisteren de
van de burgerlijke ongehoor-
mheid ingeslagen. De raad gaat
recht in tegen de strekking van
door de volksvertegenwoordi-
aanvaarde wetsontwerp, waar-
Ie verkorting van de universitaire
lie is vastgelegd,
j/jrer de uitleg van de wet kan geen
iverstand bestaan. De studiepro-
imma's zou4en maximaal vier
eW mogen duren en alleen in uit-
Jnderlijke gevallen zou daar (ten
■"ipgste) een jaar bovenop mogen,
at doet nu de academische raad?
Jze adviseert de minister van on-
rwijs voor de grote meerderheid
n studierichtingen een vijfjarige
rsusduur toe te staan. Een vierja-
|e cursusduur zou slechts in twee
vallen mogelijk zijn.
is geen denken aan dat de minis-
r van onderwijs de nu aangeboden
iidieprogramma's zinvol kan toet-
n op de wijze die de wet hem
Hriorschrijft. Het enige wat hij kan
>en is opnieuw het parlement
pdplegen en vragen wat hem te
^en staat. Moet de wet veranderd
irden, of moeten de universitei-
met harde hand in het gareel
irden gedwongen?
de wet veranderd, dat wil zeg-
verruimd wordt, moet er dan op
lli Udere wijze bezuinigd worden
studentenstops)? Of stelt het
trlement meer geld ter beschik
king? Als men besluit tot een harde
<>3nfrontatie, welke prijs aan uni-
^rsitaire onrust zijn wij bereid te
^talen.
böB kwestie van de studieverkorting
nu tien jaar. De universitei-
n hebben in het verleden
5 "jimschoots gelegenheid gehad hun
jjJgumenten voor een langere cur-:
jntjsduur naar voren te brengen,
luifenslotte heeft het parlement ande-
overwegingen de doorslag laten
^|ven. Daarbij speelden de uit de
gerezen kosten van het univer-
leijaire onderwijs een belangrijke
gr$l. Maar ook is bijvoorbeeld gelet
j ep het belang van al die studenten
blpor wie de universitaire studie nu
gebed zonder end is.
(eertig procent van de eerstejaars
aalt nooit de eindstreep en van
ïgenen die het doctoraal wel halen
ben velen zeven jaar of nog langer
er hun studie. Deze groep (bij
elkaar opgeteld de meerderheid van
de studenten) heeft alle belang bij
een kortere, overzichtelijker opge
zette studie.
Omdat het doctoraal examen niet
het eind betekent van het studeren
(het postdoctorale onderwijs zal
steeds belangrijker worden), hoeft
men daar niet zo rouwig om te zijn.
En doordat de wet een ruime uit
loop bood (over een vierjarig pro
gramma mag je zes jaar doen), was
er geen sprake van onredelijkheid
tegenover de wat langzamer wer
kende student.
Wij blijven erbij dat het besluit van
de volksvertegenwoordiging juist is
geweest. Daarbij gaan we niet zover
dat we bij alle opstellers van nieuwe
studieprogramma's kwade trouw
willen veronderstellen. Hier en daar
is eerlijk geprobeerd de wat al te
ver uitgedijde programma's tot re
delijke proporties terug te brengen.
Als dan niet ieder öp vier jaar is
uitgekomen, is dat nog geen bewijs
van onwil.
Toch is in veel gevallen sprake van
een subtiel soort burgerlijke onge
hoorzaamheid. Dat geldt om te be
ginnen van die studentengroepen
die van meetaf gezegd hebben de
studieverkorting te willen boycot
ten. Voorzover zij het uiteindelijke
besluit van de academische raad
beïnvloed hebben, kunnen zij tevre
den zijn. Het geldt ook van die
docenten die niet vermogen in te
zien dat de als maar langer gewor
den studieprogramma's hoognodig
moesten worden herzien. Onge
merkt zijn de eisen verzwaard. Er
kwam een nieuw vak bij, een nieu
we docent, een nieuw tentamen. En
te weinig ging er een (verouderd)
onderdeel af, misschien ook omdat
dit voor de betrokken docent pijn
lijk zou zijn.
Hoe we uit de nu ontstane impasse
kunnen geraken, is moeilijk te zeg
gen. Misschien is de beste remedie,
dat het parlement per student en
per studie bepaalde bedragen ter
beschikking stelt en dat de facultei
ten dan zelf uitmaken hoe ze van
dat bedrag rond komen. Langere
onderwijsprogramma's zijn dan mo
gelijk, al gaat dit dan ten koste van
andere posten op de begroting. De
universiteiten zijn dan verantwoor
delijk voor hun eigen beslissingen.
door J. G. A. Thijs
De herziening van het decoratiestelsel behoorde niet tot de
„hervormende" voorstellen die het kabinet Den Uyl er zo graag
door had willen krijgen. Evenmin behoort zij tot de politiek
weinig omstreden kwesties die het demissionaire kabinet voor de
verkiezingen nog meent te kunnen afhandelen. Voor dat laatste
zou er trouwens een afgerond wetsontwerp moeten zijn en dat is
er niet Nog steeds niet.
Vandaag, op een paar maanden vijf
tien jaar nadat minister Toxopeus
(in 1962) in de Tweede Kamer zei dat
er „ernstige bezwaren en moeilijkhe
den" kleven aan het bestaande stel
sel van ridderorden en medailles,
staat ons weer een „lintjesregen" te
wachten volgens het oude patroon-
.„Hogere" rangen en standen zullen
weer commandeur officier of ridder
worden, de „lagere" zullen medailles
krijgen en zelfs daarin wordt nog
onderscheid gemaakt op grond van
de status of het beroep: zo'n medail
le kan van goud, van zilver of van
brons zijn.
Een wonderlijke toestand eigenlijk:
vrijwel iedereen ziet al jarenlang de
bezwaren van de bestaande toestand
in, op Haagse departementen wordt
al jarenlang gewerkt aan een een
voudiger en meer bij deze tijd pas
send systeem van onderscheidingen
maar toch zit er absoluut geen schot
in. Bijna acht jaar nadat mr.H.K.J.
Beernink, toen minister van binnen
landse zaken in het kabinet De Jong,
de Kamer liet weten dat „een voor
stel tot wijziging in een vergevorderd
stadium van voorbereiding" verkeer
de, krijgen we op het ministerie van
binnenlandse zaken te horen dat de
lintjeskwestie nog steeds regelirtatig
als „nog te behandelen punt" op de
agenda van de ministerraad ge
noemd wordt, maar daar blijft het
bij. Er gebeurt verder niets.
De twee- tot drieduizend onder
scheidingen die vandaag zullen
worden toegekend, zullen vrij
wel zeker weer verdeeld zijn
over twee orden: de in 1815 inge
stelde orde van de Nederlandse
Leeuw (met als rangen Groot
kruis, Commandeur en Ridder)
en de in 1892 ingestelde orde
van Oranje Nassau (met vijf
klassen: Grootkruisen, Grootof
ficier, Commandeur, Officieren
Ridder, waaronder dan nog de
medailles in goud, zilver of
brons komen). De gebruikelijke
toevoeging „koninklijk" bij de
onderscheidingen kan misver
stand wekken: over de toeken
ning ervan wordt uiteindelijk op
de departementen beslist. Voor
die toekenning moet een voor
dracht ingediend worden (in
veel gevallen gebeurt dat door
werkgevers of door verenigin
gen) bij de burgemeester, die
het verzoek doorstuurt naar de
provincie, vanwaar het naar
Den Haag gaat. Koninklijke on
derscheidingen worden het ge
hele jaar door toegekend bij ju
bilea en dergelijke, maar het is
traditie dat ter gelegenheid van
de verjaardag van de Koningin
een grote hoeveelheid tegelijk
wordt uitgereikt. Die gebeurte
nis heeft de naam „lintjesre
gen" gekregen.
het vuur van zijn betoog een vers van
Vondel begon te citeren en daarbij
raakte Schaepman, aldus Brom, „zo
in vuur dat hij zijn rechtervuist let
terlijk aan 't bloeden sloeg. Den vol
genden avonden bezocht ik hem. Zij
ne hand was met een linnen doek
omwikkeld. Hij vertelde de oor
zaak en liet mij het deeltje van Von
del zien waar de betreffende pagina
nog met bloedvlekken was bespat".
Dichtbij het vuur
Maar terug naar de lintjes: er hebben
dan wel geen politici hun vuisten op
deze kwestie stukgeslagen, er zijn er
wel die duidelijk hun mening gezegd
hebben. In 1965 drong J.H. Scheps
(PvdA) in de Tweede Kamer aan op
instelling van een „orde van de ar
beid" en hij zei over het bestaande
systeem: „Het is wellicht wat boos
aardig gedacht maar als men de
groepen van mensen nagaat die een
onderscheiding ontvangen rijst wel
eens de gedachte: wie het dichtst bij
het vuur zit warmt zich het best". En
de huidige Kamervoorzitter Vonde
ling haalde in 1970 de kranten met
de vraag of het de bedoeling is dat
Jan met de pet de medailles en Piet
met de hoed de linten krijgt, waarop
de laconieke mededeling van pre
mier de Jong volgde dat de aard van
het hoofddeksel geen criterium
pleegt te vormen voor een onder
scheiding. Zelfs zij die blootshoofds
plegen te gaan komen voor een on-
De orde van de Nederlandse
Leeuw
Vastgelopen
Kort nadat minister Beernink zijn
nogal optimistische mededeling ge
daan had, bleek uit uitlatingen van
premier De Jong dat de zaak vastge
lopen was. Een rapport van een com
missie onder voorzitterschap van
oud-commissaris van de Koningin in
Limburg, mr F. J. M. A. H. Houben,
werd door het kabinet niet overgeno
men. Nieuwe voorstellen werden ont
worpen, opnieuw werden optimis
tische voorspellingen gehoord: mi
nister Geertsema zei in 1972 dat het
„hete hangijzer' wat afgekoeld was
en dat de zaak nu aangepakt kon
worden. Maar in de jaren daarna
beperkten de Haagse woordvoerders
zich weer tot mededelingen dat de
zaak in behandeling was. Totdat er
vorig jaar plotseling een bericht ver
scheen, waarin stond dat de „uitge
breide herziening" niet zou door
gaan, omdat die niet haalbaar was
en dat er nu een eenvoudiger rege
ling in voorbereiding was.
Omstreeks dezelfde tijd kwam mi
nister De Gaay Fortman voor de
televisie vertellen dat de zaak „niet
voor een hoge prioriteit in aanmer
king komt". In het kabinet was er
volgens de minister wel „grote
eenstemmigheid over het feit dat
rangen en standen uit de onderschei
dingen verdwijnen moeten", maar
de bereidheid van de Kamerleden
om wezenlijke veranderingen aan te
brengen was volgens de minister
toch niet groot. Dat is dus de situatie
na vijftien jaar overwegen en praten:
iedereen meent dat er wat verande
ren moet, het is bekend dat alle
plannen die opgesteld zijn erop neer
komen dat de medailles (ook wel
oneerbiedig „blikjes" genoemd) ver
dwijnen moeten, maar het is stil aan
het front, er gebeurt niets.
Geen betogingen
Of beter gezegd: er is helemaal geen
front. Want wie zou menen dat deze
zaak, zoals bij andere kwesties waar
bij grote groepen van de bevolking
vinden dat de regering de zaak laat
sloffen aanleiding is voor massale
betogingen en demonstraties, ver
gist zich. We kunnen ons geen de
monstraties tegen de „lintjes" herin
neren, geen enkele partij schuift de
zaak als een urgent punt naar voren
en we hebben politici er de laatste
tijd geen vurige redevoeringen over
horen houden. Nu winden politieke
redenaars, is mijn indruk, zich aan
zienlijk minder op dan vroeger. Van
de rooms-katholieke leider Schaep
man (tijdgenoot van Kuyper) gaat
het verhaal dat hij tijdens zijn toe
spraken met zijn „beukende vuist"
katheders stuksloeg. Dr. G. Brom
schreef kort na het overlijden van
Schaepman (1902) dat deze eens in
De orde van Oranje-Nassau
derscheiding in aanmerking, aldus
De Jong.
Een behoefte
Nu hebben degenen die beweren dat
een regering in een tijd dat
grondspeculatie en bedrijfsdemocra-
tisering de aandacht vragen be
langrijker dingen te doen heeft dan
een systeem van koninklijke onder
scheidingen op de helling zetten, na
tuurlijk gelijk. In zijn televisiege
sprek van vorig jaar zei minister De
Gaay Fortman ook dat het verlenen
van onderscheidingen in het alge
meen in een behoefte voorziet: „Al
behoort het tot de uiterlijkheden
van het leven, toch vinden de men
sen het erg leuk". Die uitspraak lijkt
wel juist: aan een beetje erkenning,
een schouderklopje, heeft nu een
maal iedereen die iets doet wel eens
behoefte. Zoals we een arbeider, die
klaagde over gebrek aan belangstel
ling van de kant van zijn werkgever,
eens hoorden zeggen: „Het werk wil
z'n baas zien".
Vandaag dus en indien er geen
wonderen gebeuren: ook volgend
jaar nog een lintjesregen volgens
beproefd recept. Als minister De
Gaay Fortman vorig jaar de zaak
goed taxeerde, zullen er van de twee
tot drieduizend onderscheidingen
zo'n vijf of zes geweigerd worden. Als
dat juist is zou je daaruit af kunnen
leiden, dat de Nederlandse bevol
king als geheel niet zwaar aan de
lintjes-kwestie met z'n rangen en
standen tilt. De Gaay Fortman ver
telde vorig jaar ook dat hij heel wat
onderscheidingen heeft opgespeld
en dat de mensen dan vaak erg geë
motioneerd raken. Ook wordt het
opspelden van een medaille van
goud, zilver of brons volgens de mi
nister niet als denigrerend ervaren
Misschien ligt hier een mooie taak
voor de opinieonderzoekers: als ze
met hun verkiezingsenquetes klaar
zijn eens nagaan hoe ons volk nu
écht over die zaak denkt. Want ook
dingen die niet van wereldschok
kend belang zijn kunnen erg interes
sant zijn.
Tekeningen, bij voorkeur in liggend formaat, sturen aanr Trouw, iury politieke prent. Postbus 859, Amsterdam.
en adres aan de achterzijde vermelden. Voor geplaatste prenten is er een boekenbon.
K
HET WEER door Hans de Jong
Weerrapporten
Leve het golfje, dat zich gisteren
in een koufront boven Engeland
vormde, alleen jammer dat het
geen permanentwave is gewor
den. Het betere weer dat hei
gisteren deed toekomen door de
koudere lucht nog even op af
stand te houden, zou dan april
uit hebben geduurd. Het weer
van gisteren was de hele dag
verrassend goed. De zon scheen
van laat in de middag tot in de
voor
avond, de wind werd steeds luier
en dc temperatuur overschreed
de oorspronkelijke KNMI-
schatting van circa tien graden
met een graad of vier/vijf. Roo
sendaal meldde zich met vijftien
graden Celsius na een vooraf
gaande nacht met grondvorst.
Bij die temperaturen van veer
tien of vijftien graden zat er 's
middags wel werking in de lucht
en die deed een beetje denken
aan de mogelijkheid van on
weer. Om vier uur 's middags gaf
echter geen enkel KNMI-station
het codecijfer acht voor de mid
delbare bewolking door. Er wer
den wel zevens gemeld: alto-
cummulus (schaapjes) in twee of
meer lagen, zich niet uitbrei
dend, of altocummulus ondoor
zichtig of altocummulus met al-
tostratus of/en nimbostratus.
Voor u misschien een puzzle,
voor de weeramateurs een weet.
De bewolking was in elk geval
wel min of meer typerend voor
de komst van een trog van lage
druk. Op de weerkaart van 's
middags een uur lag het lage
druksysteem. Er was een duide
lijke golf in de scheidingslijn
tussen betrekkelijk zachte lucht
ervoor (zuidoost-Engeland elf
graden)en koudere lucht erach
ter (zuidwest-Engeland zeven
graden), waaruit zich een afzon
derlijke lage drukkern vormde.
(1002 millibaar) die langzaam
naar het oosten trok. Om een
uur 's middags was de wind in
Bournemouth aan de Kanaal-
kust nog zuidzuidwest, om vier
uur was de wind daar noordelijk
geworden zij het vrij zwak. Bir
mingham gaf toen nog wel een
zuidelijke wind>
Op dat moment regende het ste
vig in Zuidoost-Engeland terwijl
verscheidene andere Engelse
stations buien meldden. Die hin
gen samen met een afkoeling in
de bovenlucht: vóór de trog mi
nus 28 graden op vijfduizend
meter boven de Engelse Zuid
oostkust, achter de trog minus
dertig graden boven Zuidwest-
Engeland, minus tweeëndertig
boven de Ierse zee, minus vie
rendertig boven de Hebriden
een toestand rijp voor hagel
buien en in de wat hogere bergs
treken mogelijk sneeuw.
Wat opviel was verder dat er
zich in Ierland alweer nieuwe
drukdalingen voordeden. Die
wezen erop dat ons ook na de
passage van de trog in de loop
van vandaag, nog wel van tijd
tot tijd een bui boven het hoofd
blijft hangen. Een jas zal op
Koninginnedag zeker nodig zijn
en dat niet alleen vanwege de
regen of hagel die u en mij kun
nen treffen, maar ook vanwege
de te zuinige temperatuur. Het
uiteinde van april en ook 1 mei
zullen te koud blijven met geen
hogere temperaturen dan tien
tot twaalf graden, plaatselijk
misschien dertien, vooral nu de
stromingen in de hogere niveaus
boven het oostelijk deel van de
Oceaan zeer consequent en dui
delijk noordwestelijk zijn ge
worden. Het hogedrukgebiedje
ten noorden van IJsland geeft
koude winden uit Noord tot oost
in de noordelijke gebieden. Het
was daar gistermiddag opge
houden. zodat de uitbarsting
van de vulkaan „Leirhnuk" be
ter waargenomen zal kunnen
zijn. De temperatuur op Noord-
IJsland was gistermiddag minus
ëën graad.
Amsterdam
zwaar bew
13
De Bilt
zwaar bew
14
Eelde
zwaar bew
14
Eindhoven
zwaar bew
16
Den Helder
regenbui
12
Rotterdam
regen
14
Twente
zwaar bew
14
Viisslngen
geheel bew
12
Zd Limburg
zwaar bew
15
Aberdeen
zwaar bew
9
Athene
licht bew
20
Barcelona
zwaar bew
16
Berlijn
licht bew
15
Bordeaux
zwaar bew
15
Brussel
zwaar bew
15
Franklort
zwaar bew
17
Geneve
regenbui
13
Helsinki
hall bewolkt
8
Innsbruck
zwaar bew
17
Klagenlurt
zwaar bew
14
Kopenhagen
licht bew
12
Lissabon
zwaar bew
16
Locamo
regen
11
Londen
regen
8
Luxemburg
licht bew
16
Madrid
hall bewolkt
26
Malaga
zwaar bew
24
Mallorca
hall bewolkt
19
München
hall bewolkt
16
Oslo
zwaar bew
14
Parijs
regen
15
Rome
onbewolkt
21
Split
licht bew
21
Stockholm
half bewolkt
13
Wenen
half bewolkt
15
Zünch
regenbul
15
Casablanca
zwaar bew
19
Istanboei
zwaar bew
12
Tunis
licht bew
27
een voorlopige balans opge
maakt. Als er geen onverwachte
warmtegolf komt en wie ver-
Gorredijk met een etmaalge-
koud als die van 1973 en 1970.
Teruggaande is pas in 1956 een
koudere grasmaand te vinden
met 5.2 graad Celsius gemid
deld. Friesland beleefde een van
de koudste aprils van de laatste der 5 3318,01. Hariingen 810-20,20,
veertig jaar. Delfzijl 10.09-2219
t
Ml
-|d
Wie van plan is de vogels in zijn
buurt een veilige broedplaats te
bezorgen zou een nestkastje van 9
bij 12 bij 22 centimeter en met een
vliegopening van 26 millimeter van
vurenhout kunnen timmeren. Dat
is een zgn. „pimpelmeeskast",
waarin behalve deze mees veel an
dere kleine vogeltjes inclusief mus
sen graag nestelen. Koolmezen,
spreeuwen en nog een paar soorten
maken liever gebruik van de wat
groter „roodstaartkast", maar to
renvalk, bos- of ransuil zullen daar
nooit proberen binnen te komen.
Die hebben weer de veel ruimere
„bosuilenkast" nodig.
Die wijsheid putten we uit
„Nestkasten en vogelbosjes", de
nieuwe brochure van de Neder
landse vereniging tot bescherming
van vogels, waarin voorbeelden
van veertien verschillende nestkas
ten. compleet met werktekeninge-
tjes, zijn opgenomen. Alle vogels
die zich daarin thuisvoelen, zijn in
kleur afgebeeld, zodat voor de op
lettende vogelvriend vergissingen
uitgesloten zijn. Een praktisch
boekje, dat ook aangeeft waarom
veel vogels een handje geholpen
moeten worden: er zijn voor die
vogeltjes steeds minder rustige, na
tuurlijke broedplaatsen te vinden,
maar we willen ze toch graag hou
den. Zo'n nestkast moet goed be
veiligd worden. Op een plaats die
voor katten makkelijk bereikbaar
is, zullen de vogels nog sneller ver
dwenen zijn dan wanneer je ze zelf
hun gang laat gaan en daarom is er
een apart hoofdstukje aan tegen
maatregelen gewijd. Het advies bij
voorbeeld om de kat de bel aan te
binden, moet letterlijk worden op-,
gevat; door een klingelend belletje
worden de vogels bijtijds ge
waarschuwd. Vogels kunnen zelf
hun medevogels ook nogal eens be
lagen: de groten stelen eieren of
jongen van de kleinen om die op te
eten, of er wordt fel om het bezit
van een nestkast gevochten. Tegen
zulke belagers valt weinig te doen,
maar we mogen daarbij niet uit het
oog verliezen, aldus de brochure,
dat de dieren een functie in de
natuur vervullen. De verschillende
typen en formaten nestkastjes dra
gen er in elk geval toe bij, dat niet
elke „holenbroeder" van elke kast
gebruik kan maken.
Het boekje verkrijgbaar voor ie
der die 4,50 op postgiro 1882523
van Vogelbescherming, Drie-
bergseweg 16 B in Zeist overmaakt
noemt ook nog wat andere moge
lijkheden voor nestelende vogels:
nestbuidels, vogeltuinen, vogelbos
jes, kunstnesten, vlotjes, bloem
potten zonder bodem en nog meer.
Wie aan de hand van dit instructie
ve boekje iets voor broedende vo
gels wil doen, heeft er niet alleen
zelf veel plezier van. maar helpt
tegelijk mee de vogelstand op peil
te houden. En de vogels hebben
onze hulp hard nodig, zegt de bro
chure: „Wij protesteren als Neder
landers terecht tegen de door ons
zo verafschuwde vogelmoord in
zuidelijker landen. De gevaren in
ons eigen land zijn echter voor de
vogels bepaald niet gering. Men
denke maar eens aan de massale
vogelsterfte door landbouwvergif
ten, watervervuiling, wegverkeer
en hoogspanningsleidingen".
Op koninginnedag is de (lagere)
Marnixschool in Zwolle jarig. De
school wordt met haar 75 jaar al
behoorlijk oud en zoiets laat je
natuurlijk niet zomaar voorbij
gaan. Daarom wordt deze verjaar
dag gevierd, al is het dan ook een
Weekje later: op zaterdag 7 mei is er
een reünie in de school voor oud-
leerlingen en oud-leerkrachten. Wèl
even van tevoren een telefoontje
naar mevrouw G. T. Prlnsen-Paul,
05200-19947.
Deze man, ene Clyde Goehring uit
dc Californische stad Carlsbad, is
een echte hoogvlieger. Met dit
zelfgebouwde toestel wil hij de lucht
in. Van voren lijkt het op een fiets,
van achteren op een weefgetouw,
van boven op een helicopter, maar
het systeem heeft weer het meeste
weg van een rijwiel: Goehring moet
zijn 'vliegmachine' zelf omhoogtrap-
pen, reden waarom er gewone, maar
stevige pedalen aan zitten. Hij waagt
zich niet alleen maar om de eer in de
lucht: een Britse industrieel heeft
een half miljoen gulden uitgeloofd
voor degenen die kans ziet met een
zelfgebouwd toestel minstens op
drie meter hoogte anderhalve kilo
meter ver te vliegen en daar hoopt
deze hoogvlieger natuurlijk op.
„Geachte bestuurder uw auto
staat nu in een woonerf. Parkeren
mag in een woonerf alleen in par
keervakken die van een P voorzien
zijn. Of op eigen erf, zoals garage of
car-port. Uw auto staat dus nu fout
geparkeerd. Met zo'n nieuwe ver
keersregel is het voor u misschien
een beetje wennen. Daarom nu een
waarschuwing. Een volgende keer
is een proces-verhaal onvermijde
lijk".
Onaardig? Nee. juist erg aardig.
Want zeker wie op een woonerf
woont, hoort op de hoogte te zijn
van de verkeersregels voor zijn
deur. En als er grote letters P op
straat staan of zelfs blauwe borden
met een P zul je toch allicht als
automobilist uit jezelf wel begrij
pen dat je d4ér moet parkeren.
Niettemin heeft de politie van Lei
derdorp. die de naleving van de
voorschriften op de nieuwe wooner
ven in die plaats wil controleren,
besloten waarschuwingen uit te rei
ken voordat er echt bekeurd gaat
worden. Wie dus daar op een woon
erf woont en er nog nooit voor fout
parkeren bekeurd is, hoeft niet te
schrikken van een papier tussen de
ruitenwissers: dat is nog geen echte
bekeuring, maar eert best aardige,
bleek-gele kaart.
(Herplaatsing wegens misstelling).
Van de ruim anderhalf miljard kin-
dern tot vijftien jaar het totale
aantal op de hele wereld in die
leeftijd krijgen er 865 miljoen in
102 landen hulp van Unicef, het
kinderfonds van de Verenigde Na
ties. Een van de activiteiten waar
mee Unicef geld voor dat werk inza
melt, is de verkoop van wenskaar
ten. Vorig jaar bracht dat ruim 25"
miljoen gulden op, waarvan Euro
pa het leeuwendeel leverde. Die
wenskaarten waren tot nu toe be
stemd voor kerst en nieuwjaar,
maar deze week is Unicef-
Nederland begonnen met de ver
koop van nieuwe series voor alle
mogelijke gelegenheden, waar
mensen maar mee gefeliciteerd
kunnen worden. Ook ditmaal heb
ben kunstenaars van overal uit
Denemarken, India, China, Enge
land en Peru bijvoorbeeld belan
geloos voor ontwerpen en illustra
ties gezorgd. De meeste wenskaar
ten zijn dubbel en worden per tien
stuks in doos verkocht voor een
tientje. Er zijn ook dubbele mini-
kaartjes, die een tientje per 25»kos-
ten, en prentbriefkaarten die, voor
hetzelfde geld. in een mapje van
twintig stuks worden geleverd. Unl-
cef-geboortekaartjes kosten 40
cent per stuk (alleen in veelvouden
van tien te bestellen) en kunnen
desgewenst in een drukkerij naar
keuze bedrukt worden.
Wie er meer over wil weten kan
terecht bij Unicef, postbus 1857.
Den Haag, tel. 070-552000 Wie di
rect al iets wil bestellen, kan dat op
hetzelfde adres doen, maar moet
dan bij elke besteling ongeveer tien
procent extra aan portokosten re
kenen. Wie een Unicef-
medewerk(st)er in de buurt kent,
kan daar uiteraard rechtstreeks
naar toe.
Sinds de kolossale Saras-
kraanvogel van Ouwehand een
paar jaar geleden de benen nam, zit
zijn treurend vrouwtje alleen. Wel
iswaar is de vogel herhaaldelijk ge
signaleerd in de buurt van de
dierentuin, maar ook in West-
Vlaanderen en op het eiland Ame
land maar teruggekomen is hij
nooit. De laatste maanden is er
geen enkele melding meer binnen
gekomen, en in de dierentuin ver
moed men dat de vogel nu dood is
Zijn treurende weduwe krijgt als
troost een nieuwe echtgenoot: een
Sarasman die vanuit de dierentuin
van Antwerpen naar Rhenen is
overgevlogen maar dan niet al
leen zoals die eerste.