Coen Flink is
uitgekeken op
toneelspelen
Een oude
boom (2)
Cen A met leuke praktische kleren!
UW PROBLEEM OOK HET OHZE
Van het opgeprikte wereldje distantiëren we ons zoveel mogelijk
rrrni
MAANDAG 28 MAART 1977
VARIA
Trouw/Kwartet
MAN!
LAREN: „Het Is onzin din
gen door te zetten op artistiek
vlak voor Je boterham. Ik vind
het toneel als uiting voor me
zelf niet meer zo noodzakelijk,
vandaar dat ik probeer het hoe
langer hoe minder te doen, en
er uiteindelijk helemaal mee
op wil houden." De nu 44-jarige
acteur Coen Flink maakt er
geen geheim van dat hij is uit
gekeken op het vak dat hij
ruim een kwarteeuw geleden
koos, na eerst een poos op het
conservatorium te zijn geweest
omdat hij zo graag pianist wil
de worden.
..Dat bleek het toch niet te zijn en
toen kwam het toneel. Dat lag eigen
lijk voor de hand. Ik ben opgevoed In
het toneelbedrijf Mijn ouders en ik
weet niet wie allemaal ln onze fami
lie. en dat ls al generaues lang. waren
bij het toneel Zodoende had Ik als
kind reeds alle mogelijke mensen om
me heen die zich in dat rare wereldje
bewogen. Het leek me wel leuk. want
ledert-en was meestal vrolijk. Het ls
bij mij zo'n beetje gegaan als vroeger
bij een bakkersfamilie. Als de vader
bakker was. kwam de zoon ook in de
zaak. Toch heeft mijn vader mijn
keuze voor het toneel niet aange
moedigd. Ik geloof dat hij dat toneel
op den duur ook met meer zo leuk
vond. maar hij zag geen kans meer
iets anders te gaan doen Daarom is
hij tot aan zijn dood bij het toneel
gebleven. Het laatste deel van zijn
leven was hij echter meer regisseur
dan acteur. Pas later heb ik begre
pen dat Je wanneer Je op een manier
zoals ik bij het toneel terechtkomt,
met een heel ander uitgangspunt be
gint dan Iemand die er bewust voor
kiest."
Mooie rollen
Het ging Coen voor de wind. Een
maal van de toneelschool kwamen
de mooie rollen ln snel tempo op
hem af. eerst bij de Haagse Comedle,
later bij het Nieuw Rotterdams To
neel en Ensemble. Nu zegt Coen
daarover: „Na een Jaar of twaalf
brokkelden het enthousiasme en de
vreugde die ik eerst had ln dit vak af.
Ik merkte dat de werkelijke overtui
gingskracht me ontbrak. In die
twaalf Jaar had lk alles gedaan waar
Je als acteur een heel leven over
moet doen. Wat nu nog. vroeg lk me
af. Is dat toneel wel de moeite
waard? Ik kwam tot de conclusie dat
ik er geen zin meer in had en ben
toen met mijn gezin naar Ierland
gegaan en later, na een poosje terug
te zijn geweest, ln Nederland, naar
Frankrijk."
In Ierland woonden de Flinks ruim
anderhalf jaar bij Ban try ln de
bergen. Het werd een periode die
diepe indruk op Coen Flink maakte.
„Ierland laat me niet meer los. Ik
ben geraakt door Ierland. Waar dat
precies in zit kan lk niet onder woor
den brengen. Het ls alles bij elkaar
denk lk: de kleuren, de atmosfeer en
de ontzaglijk aardige mensen die er
wonen. Je krijgt ln Ierland het ge
voel dat Je een eeuw geleden leeft.
De Ieren hebben tijd om te leven en
ze geven anderen tijd op te leven en
zich kenbaar te maken. Ze willen en
hoeven niet over zichzelf te praten,
zoals de mensen hier doen. De Ieren
vinden het niet nodig om aardig te
lijken of interessant te doen. zich
beter voor te doen of rijker, terwijl
bij ons iedereen tracht elkaar af te
troeven."
Hoge ladder
door Fred Lammers
Coen Flink geraakt door Ierland
(foto: Henk Tukker)
Coen Flink doet daar niet aan mee.
Hij woont ln Laren ln een heel ge
woon huis. met een brigadier van
politie en iemand die bij de
plantsoendienst werkt als buren.
Binnen ontbreekt ook elke vorm van
luxe. Ellen, de vrouw van Coen. heeft
de open haard gemetseld ln het huls
waarin ze sinds enige maanden
wonen.
„We doen zoveel mogelijk alles zelf.
Zo heb lk het huis geschilderd Het
was eerst wel griezelig op die hoge
ladder te moeten staan. Ik ben wel
twintig keer halverwege terugge
gaan voordat ik heb doorgezet. Nu
heb lk de voldoening vijfduizend gril
den te hebben uitgespaard. Het mag
dan wat minder mooi zijn dan wan
neer lk het echte schilders had laten
doen. maar wij zijn er tevreden mee."
Dat de Flinks echte doe-het-zelvers
zijn blijkt ook als lk aankom en Coen
in een oude broek en een vest in de
tuin druk bezig ls palen te beitsen
waar hij een hek van gaat maken.
Als ik erover begin dat hij zich wat
levensentourage betreft nogal on
derscheidt van veel van zijn collega's
die het zoeken in mooie bungalows
en rustieke boerderijtjes, zegt Coen:
..Ik moet er niet aan denken in een
bungalow te zitten van twee miljoen
waarvoor lk de verantwoordelijkheid
heb. Op het moment dat je op een
dergelijke manier gaat Investeren,
maak je je zelf vreselijk afhankelijk.
Ik wil bij wijze van spreken morgen
kunnen zeggen: ik verkoop de boel
en we gaan weg. Dat lukt je niet als
Je op waanzinnige lasten zit in een
prachtige bungalow en in een slee
van een auto rondrijdt. We proberen
gewoon te doen. Van het opgeprikte
wereldje distantiëren we ons zoveel
mogelijk. Het zegt me niets. Mensen
die zo graag Interessant willen doen,
daar moet ik altijd een beetje om
lachen. Ik vraag me vaak af wat voor
gezicht ze trekken als ze 's avonds
het licht uitdoen en met hun pyjama
aan in bed stappen, want je kunt
toch niet eeuwig door blijven gaan
met Interessant te doen. Het lijkt me
vreselijk je de hele dag als een aap te
moeten aanstellen voor de mensen
met wie Je te maken krijgt."
Coen Flink heeft ln Ierland en
Frankrijk geleerd minder aan bezit
te hechten. „We hebben ons leven
wat eenvoudiger ingesteld. Het is
heerlijk geld te hebben vanwege de
dingen die je ermee kunt doen. en
dat zie je tegenwoordig vaak. Er zijn
tal van mensen die aan niets anders
meer kunnen denken, voor wie het
enige waar ze voor leven ls te zeggen
dat er veel geld binnenkomt."
Vervallen troep
In het buitenland leefden de Flinks
ver van het toneel. „Waar we van
hebben bestaan? We verbouwden
zoveel mogelijk zelf onze groenten.
Dat scheelde al een stuk. In Frank
rijk zaten we ln een gehucht in een
oude gehuurde pastorie, een echte
vervallen troep, die we zo goed mo
gelijk hebben opgeknapt, We had
den toen we kwamen 7500 gulden bij
ons en daarvan hebben we een paar
Jaar uitgehouden. Ik verdiende er
wat bij door verhaaltjes te schrijven
over belevenissen in Frankrijk. Die
nam ik op bandje op en stuurde ze
dan voor een zaterdagochtendpro
gramma op de radio naar Neder
land. Op een dag, we hadden geloof
ik nog veertig centimes, kwam er
een meneer uit Arbonne. die een
aquarel van Ellen kocht. Toen had
den we weer voor twee maanden
geld om te leven.
„Zo ging het steeds. Je houdt er wel
wat aan over als je een tijd met
alleen maar het allernoodzake
lijkste moet zien rond te komen. Ik
denk sindsdien dikwijls: mensen
waar winden Jullie Je toch zo ver
schrikkelijk over op. want alles is
immers zo betrekkelijk.
„Maar het ls fijn nu weer hier te zijn,
omdat Nederland toch een geweldig
mooi land ls. Dat zie Je pas goed als
Je een poos bent weggeweest. De
mensen zijn hier ook anders dan in
Frankrijk. Daar lacht ledereen. Ze
heffen het glas als je op bezoek
komt. maar als je zegt er te willen
blijven wonen ben je Ineens een ver
velende indringer."
De laatste jaren doet Coen Flink
alleen nog t.v.-werk. „Dat is een
prettige tussenoplossing. Het ls vre
selijk iedere middag om vijf uur een
hap naar binnen te moeten proppen
in Ijltempo om dan snel weg te moe
ten rijden om ergens een vertoning
weg te geven, waar ik voor mezelf
het nut niet van Inzie. Als je zo'n
t.v.-opname hebt gehad, ben je er
echter van af en heb Je er weinig
meer mee te maken. Ik probeer zo
veel mogelijk tijd voor mijzelf te
vinden, voor andere dingen die lk
belangrijk vind er mijn tijd aan te
geven. Dat kan op het ene moment
zijn het beitsen van balken, maar
ook het schrijven, wat ik met steeds
groter frequentie tracht te doen en
misschien krijg ik er morgen of vol
gende week wel behoefte aan schil
derijen te gaan maken. Ik heb vreo-
ger ook geschilderd. Die mogelijk
heid wil ik openhouden."
Gevoelens
Als ik Coen vraag wat hij schildert
en waarover hij schrijft zegt hij: „Ik
probeer gedachten en gevoelens
weer te geven. Die krijgen bij het
schilderen soms de vorm van een
landschap en bij het serhijven vaak
die van een gedicht." Er is nog niets
van gepubliceerd.
Daar aarzel lk nee. Mijn werk ls
daar nog niet rijp voor. De reden dat
ik er nog mee wacht is ook dat je er
iets van Jezelf mee prijs geeft."
Coen ls daar huiverig voor. Dat hij
stopte met het avond aan avond
toneelspelen is voor een groot deel
ook daaraan toe te schrijven. „Je
kunt Jezelf niet verschuilen op het
moment dat Je op het toneel staat.
In ieder mens zitten een aantal fa
cetten, waarvan Je zelf niet weet dat
ze er zijn, maar die er door omstan
digheden uitkonen. Als je toneel
speelt, put Je uit dar reservoir. Er
zijn dingen die je uit Jezelf haalt. De
mensen die naar een toneelstuk ko
men kijken, willen dat juist van Je
zien. Ze hebben betaald om jouw
gevoel te herkennen als hun eigen
gevoel en dan mee te huilen of te
lachen. Dat viel me steeds moeilij
ker, totdat er een moment kwam
waarop ik dacht: Jullie moeten van
me af blijven, ik wil ook nog iets
voor n ezlf houden."
Op het ogenblik ls COEN Flink elke
maandagavond op de televisie te
zien in de Seniorenshow. Hij heeft
daar wel aardigheid ion omdat hij
het „een nuttig programn a" vindt,
niet alleen voor ouderen waar het
over gaat, n aar ook voor Jongeren.
De bedoeling van dit porgramma is
de mensen een spiegel voor te hou
den., ook wel hen te irriteren, maar
uit irritatie kan heel veel positiefs
komen. Een van de zaken die wij
erin nastreven is dat de Jongeren de
problemen van de oudere mensen
niet onderschatten, bijvoorbeeld de
eenzaamheid van veel oude mensen.
Je kunt zeggen: wij gaan toch elke
veertien dagen naar het bejaarden
huis toe. Maar ik weet niet of Je de
eenzaamheid van een vader of moe
der opheft door eens per veertien
dagen een paar uur ongeïnteres
seerd bij hen te gaan zitten."
door Mink van Rijsdijk
Iedereen die naar aanleiding van een cursief de pen
ter hand neemt om mij op instemming of afkeuring
te tracteren, schreef ik tot nu toe altijd persoonlijk
terug. Alleen enkele anonieme brieven bleven onbe
antwoord, maar dat zal dan ook wel de bedoeling
zijn geweest. Het verhaaltje over de oude man in het
bejaardenhuis, die van de directrice verkassen moet
(14 maart j.l), leverde echter zoveel reacties op dat
het onmogelijk is daar stuk voor stuk op in te gaan.
De redactie suggereerde dat ik in mijn vaste hoekje
maar een algemeen woord zou schrijven.
Eerlijk gezegd houd ik niet zo van deze methode,
maar in dit geval is het toch wel de boste oplossing.
Wat mij vooral tegen staat is dat ik een soort
onthulling moet plegen. Maar allez hop. daar gaat
ie. Een cursief-schrijver of -schrijfster is geen gewo
ne journalist(e) die nieuws of achtergrond
informatie daarover brengt. De waarheid van een
cursief zit niet altijd in echt gebeurde voorvallen,
maar in verhalen die wel levensecht zijn.
Uw geurige kopje koffie is gezet van een melange
van diverse soorten. De smaak is verder ook afhan
kelijk van de manier van branden. In ieder pak
koffie zit een geheim, dat door mengen en branden
ontstaat (een verschil met het cursief: die koffie is
veel te duur). Zo heeft ook ieder cursief een geheim.
Een paar boontjes uit de plantage van het echte
leven worden gemengd met bonen die groeiden in de
fantasie. Die melange van Wahrheit und Dichtung
moei als ..echt" herkenbaar blijven, waarbij het
merkwaardige zich voordoet dat de waarheid soms
gekker en ongeloofwaardiger is dan de fantasie. De
percentages van uit de duim gezogen en letterlijke
waarheden verschillen iedere week, ze kunnen va
riëren van nul tot honderd. Dat is mijn geheim.
Alleen voor deze ene keer geef ik het geheim prijs:
Die oude man in het bejaardenhuis was een ver
sluierd echt verhaal, waarbij een enkel detail uit de
duim kwam. Onder meer dat van de koude afwas
singen
Wat koopt u voor deze onthulling? Nie'ts, want
details zijn nooit zo essentieel.
Eigenlijk schrijf ik nooit „zomaar" een stukje.
Meestal zit cr iets bij in, een paar boontjes „naden
ken", een dikke boon „spiegel". Dat u die niet altijd
opmerkt, is natuurlijk vooral mijn fout. dan is d«
dubbele bodem te verstopt weggeschreven.
Overigens weten we allemaal dat zelfs de beste
koffie verprutst kan worden door cr nonchalant een
pot bruin vocht van te brouwen. Zo kan iede
verhaal - zelfs al is het goed - slecht gelezen worden
waar ik me dan wel onprettig, maar niet schuldig bij
voel.
Zo schreef iemand dat het asociaal van me was dat
de oude man zuchtte: „Ach misschien zou dat noj
het beste zijn gewoon doodgaan." Zoiets
meende men hoort niet in een christelijk dagbl,
thuis. Weet u. als de oude man iets mooi-vrooms
had gezegd, wilde die directrice hem even zo vrolijk
slijten hoor. Dat maakte hem juist zo wanhopig. We
zullen David nu maar niet citeren, maar hoe heeft
hij niet gekermd?
looi
Een ander adviseerde me acuut naar de ombudsman
te draven. Een lieve dame meende dat ik de
directrice moest bekeren. Eerlijk gezegd hoopte ik
dat mijn cursief dat zou bewerken. Een al wat
oudere vrouw bood aan met een timmerman ter
plekke de zo nodige handgreep voor de oude heer
weer te monteren. Een mens naar mijn hart. zo
praktisch en spontaan. Uit verschillende brieven
klonk twijfel over de waarheid van het verhaal.
Enfin, men kent die nu. Ook kwam er een klacht dat
nieuwsmedia altijd een negatief beeld geven van
bejaardenhuizen. Welaan, ik geloof naar positieve
verhalen te speuren.
Bijna iedereen was boos op de directrice en terecht,
maar had niemand tussen de regels door gelezen dat
de oude heer niet zonder meer een lieve, krasse
grijsaard is? Maakt u zich verder geen zorgen, er
wordt aan de situatie gesleuteld en ik heb goede
hoop dat alles met een sisser afloopt.
A propos wat doen we, wat doet u voor en met
bejaarden? Of vindt u soms dat zo'n moralistisch
vraagje niet thuis hoort in een christelijk dagblad?
Nou dan weet ik het ook niet meer. Tenslotte:
oprechte dank voor de vele aardige en zelfs voor de
minder aardige brieven, die me hoe dan ook
toch bemoedigen door te gaan. U blijft welkom,
zowel met gram als met sympathie.
NIJïv
eerst
(1562
De Vei
het gi
Filips
maar 1
period
gon er
aan ht
efficiëi
ten tiji
cipe' (1
schrij\
gel: he
enige 1
voor z
noodzi
In het
niet te
ops tax
zich t
gezag,
recte
man,
ürann
delt, 2
gen er
toeëig
der a
ter, ni
door Annemarie Lücker
Het moet ieder seizoen een behoorlijke klus
zijn om een op een groot publiek gerichte
veelzijdige collectie samen te stellen. Dat is
C en A prima gelukt, zo bleek vorige week
tijdens een flitsende presentatie waar iedere
groep ruimschoots aan de beurt kwam.
C en A ziet de grove blauwe katoen met een
smal wit streepje als de opvolger van de
klassieke blauwe denim. Kinderen kunnen
kiezen uit een hele reeks broeken, jacks,
rokken, bermuda's, rokbroeken en tuinbroe
ken van dit katoen, dat samen met het
populaire kaki een ijzersterke basis vormt in
hun klerenkast (20 t/m 50 gulden). Er is veel
wit voor de kleintjes; het staat enig, al zal.
het iedere dag gewassen moeten worden.
Ook in de „volwassen sector" is het kaki en
wit, dat C en A heel flatteus en onverwacht
combineert met pastel bleu en roze. Witte
voetbalbroekjes en satijnen shorts zijn er
voor vijtien gulden; ze worden gedragen
door mannen en vrouwen, samen met satijn
jacks, katoenen bloussons en zeiljacks.
Vrolijke nylon zeilpakken kosten slechts
veertig gulden en in het kader van de ultra-
sportieve mode door beide seksen op nog
heel wat meer plaatsen te dragen dan in de
zeilboot. Voor een tientje brengt C en A
strapless plastronnetjes die natuurlijk ge
dragen worden op wijde strokenrokken
(vanaf 35 gulden) of op bedrukte plissé rok
ken. Van India katoen zijn er romantische
jurken met borduursel, kwasten en kant,
vooral in wit, maar ook in zwart. Zwart
zullen we deze zomer veel tegenkomen, ge
combineerd met rood, wit of écru. Êcru is de
laatste tijd een heel eigen leven gaan leiden,
C en A heeft erg mooie bloezende écru
truien van molton, dweil of wafeltjeskatoen.
Jurken nieuwe stijl, afgekeken van onderjurken
oude stijl, in pastelkleuren en wit, vanaf 59,-.
VRAGEN uitsluitend In envelop sturen nssr postbus 507. Voorburg
Per vraag een gulden In postzegels, het liefst in «vssrden vsn 55 er
45 ets. bijvoegen, en beslist niet ssn de buitenkant opplakken
Geheimhouding verzekerd. Briefkaarten worden terzijde gelegd
i i
niet rr
Khaaj
Terry,
bril jar
nent i
Ook dat is interessant. Wat de md*'at d
ten betreft: Een Hollandse duit v moge-
1766 en een oortje waarop de naa docen
van Jean Louis van Eldert de sor
bisschop van Luik (1688-1694) vo< mi-per
komt. Vaak hebben we in deze t zodra
briek deze kleine muntjes (te verf was d
lijken met onze cent, maar in die
VRAAG: Mijn berk wordt binnen
kort bijgesnoeid. Er vloeit dan sap
uit. dat ik graag zou willen conserve-
ren. Weet u daar iets op?
ANTWOORD: Behalve het sap. le
vert de berk nog knoppen, bladeren
en schors, waarvan thee getrokken
kan worden, hand- en voetbaden
georganiseerd, lotion, cleanslngmilk
enfin, heel veel goede dingen. Het
sap van de berk is een uitnemend
middel, tegen roos en haaruitval en
chronische uitslag WIJ zochten con
tact met Hem Petersen, te Harfsen.
(Paree» de hoogbejaarde krul-
denspecialist, die het artikel, dat
Fred Lammers verleden Jaar over
hem schreef, op een ereplaats Inzljn
werkkamer heeft geprikt. Dat ber-
kensap n oet n en niet zomaar in een
flesje wegzetten, want dat is erg
jamner. Vernengen net pure alco
hol en desgewenst als het om een
heel droge hoofdhuid gaat. wat gly
cerine (8** i toevoegen. Als u moeite
heeft met dit recept, kimt u de heer
Petersen altijd om raad vragen. Hij
is een zeer bijzondere n an. die niet
bang ls voor concurrentie.
VRAAG: Kunt u me iets vertellen
over de Ginsengwortel, waarover
men zoveel hoort, tegenwoordig.
ANTWOORD: In het Julinummer
van de Consun entengids 1975 blz.
252, kunt u op de bladzijde: Handel
in illusies over dit „moderne" won
dermiddel een artikeltje lezen en
zelf uw conclusie trekken Onder de
naam Alruin en Mandragora is deze
plant uit de familie der
Nachtschaden ook wel bekend als
het heksenkruid en de wortel als het
heksen- of tovermannetje, dat een
belangrijk bestanddeel was van al
lerlei toverdranken, die de consu
ment zowel „Hypnos (de slaap o.a.
bedwelming) en Thanathos (de
dood)" konden verschaffen. De lief
de had met deze drankjes ook wel
wat te Ti aken. De mythe gaat. dat
deze planten vooral onder de galgen
groeien en dat de nerkwaardig ge
vormde wortels de meeste kracht
hebben als ze s nachts op slag van
12 worden gerooid. Het boek van H.
H. Ewers: Alraun. n aakte, als grie
zelboek, een jaar of vijftig geleden
een grote opgang.
VRAAG: Wat is dit voor een
merkwaardig muntje? Of is het een
penning?
ANTWOORD: Het een noch het an
der. Jamner dat we een afbeelding
niet kunnen plaatsen van dit
n erkwaardige voorwerpje: Zo groot
en zo dik als een ouderwets vierkant
stuivertje. Aan de voorzijde een
hoorn, aan de keerzijde een zgn.
han erkruls Onder de hoorn de let
ters I. D. Dit ls een muntgewichtje.
dat omstreeks het Jaar 1650 vervaar
digd werd door de Rotterdamse
muntgewichtn aker Isa&c Deelen.
Het voorwerp geeft het gewicht aan
van een gouden pistool (Spaanse
munt). Deze gewichtjes horen in een
doosje, waarin een uiternate pre
cies metend goudweegschaaltje
past. Elke handelsman had zijn ei
gen gewichtsdoosje bij zich en dat
was ook wel nodig, want van gouden
en zilveren munten werd wel eens
iets afgeknipt van het waardevolle
metaal. Een stevige tik op de munt
plette het goud of het zilver wel weer
uit tot het oorspronkelijke model
(snoeien) en geen haan zou er naar
kraaien (dacht men). Om dit ge
knoei te kunnen voor kon en werd na
1750 de kartelrand ingevoerd en ook
het randschrift, zoals we dat op onze
gulden nog steeds kennen was moei
lijk te imiteren of te herstellen. Ons
randschrift had de hele wapen
spreuk van de Republiek der Zeven
Verenigde Nederlanden moeten zijn,
n aar dat kon er niet alle-n aal op,
zodat men de nog tegenwoordig ge
bruikte san envatting: God n et ons.
inplaats daarvan liet slaan. Over
muntgewichtjes en al wat daarbij te
pas komt, zou nog wel meer interes
sants te vertellen zijn.
ANONIEME brieven: Wij vinden het
Jamner. sonmige brieven niet te
kunnen beantwoorden, omdat adres
en naam van de schrijver ontbreekt.
Uiteraard is het onmogelijk alle vra
gen en antwoorden ln de rubriek op
te nemen (ongeveer vijf procent en
dat is sons nog te veel voor de
ruimte) en dan gaat zo'n aardige
reactie of goede tip zonder n eer de
mist in.
VRAAG: Bij werkzaamheden in het
Westland (ik ben grondwerker en
draineerden vond ik heel oude drai-
neerbuizen. mooi om te zien en met
de hand vervaardigd. Waar zou men
mij iets meer over deze dingen kun
nen vertellen?
ANTWOORD: U zit er niet zo ver
vandaan: ik zou u aanraden eens
contact op te nemen met de archiva
ris van het Hoogheemraadschap
Delfland en te vertellen, waar u pre
cies die buizen vond. Men weet al
licht daar meer over oude drainage
methoden en de middelen die daar
bij gebruikt werden om de verwijde
ring en de opvang Van het water te
bespoedigen. Mijn petje af voor een
man, die oog had voor iets bijzon
ders en niet zonder meer met zijn
dragline de heleboel in elkaar
stampte. Wil willen er gwag nog
eens iets over horen.
VRAAG: Rente van spaargelden
(waar ik tenslotte vroeger al belas
ting over betaalde) geldt die als In
komsten?
ANTWOORD: U moet die rente bij
uw andere inkomsten vermelden.
VRAAG: over munten: Als wij in
onze groententuin werken, kon t er
wel eens iets te voorschijn. Wat zijn
dit voor munten?
heel wat n eer waard) besproken.
Alle e
ANTWOORD: De Jongste munt is
gedateerd 1766, dus als deze munten
bij elkaar zouden horen, zouden de
andere ook ongeveer uit die tijd
moeten stammen. Dat is niet zo,
n aar u n oet toch eens nagaan op de
oude kaarten van uw gemeente, of
er vroeger een herberg geweest is op
de plaats waar uw groentetuintje nu
is. dan wel een wisselplaats van
paarden of een afweg naar het veer.
Zilveren Philipsdaalder uit 15( ?en^
n et het randschrift: Dominus m
Adjutor (De Heer is mij tot hulp)
n et de in ons land zo gehate Phill v1
II, compleet met het baardje, dat .r1
vooruitstekende Habsburgkin ni
keert, is wel iets bijzonders. met s
VRAGEN: betreffende gedichl
o.a. van Hanna Lam en Michel v.
Plas. Helaas hebben wij definit
een streep moeten zetten achter I >Vond
speurwerk naar de vindplaats v
grote en kleine versjes, van beket
of reeds lang vergeten dichters, i
het versjes betreft, die in ons eifl
register genoteerd zijn, kunnen
zonder meer antwoord geven, ml don
expres daarvoor grote stapels i Basje.
dichtenbundels in huis halen ol |41jn
bibliotheken uit de kasten slep kaïn.]
kost (e veel tijd. Wij verzoeken oi tat
vragenstellers, als het eigentij(
dichters betreft, hun vragen aan( voore-
ze dichters zelf te richten en datf ]er pT
te doen via de uitgever van I Terrv-,
laatste boek of de laatste bunde y