SPA,
Jean Gabin in
zijn laatste rol
Matte tweede helft
na een goed begin
Milieubewust
melodrama
solotoneel
in Mickery
Kostelijk
Geen glimlach van
vertedering voor
„Ein Heldenleben"
FILM INTERNATIONAL
TWEE ZWARE JONGENS
DELITTO D'AMORE
Spa Orange
FILM KUNST
ORANGE
STRIKE
1.
1 Beeld uit „Union maids"
.Twee zware jongens" („l'Année Sainte"), waarin de kortgeleden
overleden Jean Gabin zijn laatste rol speelt, vertoont weinig
overeenkomst met de films vol trieste, grauwe, grotestadsarbei-
dersromantiek van zijn grote tijd aan het eind van de jaren
dertig („Quai des Brumes", „Le Jour se léve").
Toch hoeft de acteur zich niet om te
draalen in zijn graf, want Jean Gi-
rault maakte van een dankbaar (zij
het ondanks modieuze bijvijiing af
gezaagd) gegeven een aardige come-
die en Jean-Claude Brialy leverde
goed tegenspel.
pastoor) en beklimmen welgemoed
het vliegtuig naar Rome. Maar laat
daar nu net toevallig een kaping
plaatsvinden. Men kan zich voorstel
len welke moeilijkheden daaruit
voor de voortvluchtigen voort
vloeien.
VRIJDAG 18 MAART 1977
door W. Wielek-Berg
ROTTERDAM „Tien dagen in dit hol en je wordt horendol" staat ergens geschreven op de
muren van het Gouvemestraatcomplex waar het filmfestival Film International zich afspeelt. Het
is eerder liefkozend-plagerig dan boos bedoeld, maar het neemt wel de vorm aan van gezoem in het
hoofd nu Film International zich na een goed begin duidelijk geblesseerd door de tweede
speelhelft sleept.
Dat films die stonden aangekondigd,
niet op de afgesproken tijd of zelfs in
het geheel niet worden vertoond, dat
alles altijd moet worden omgegooid
en veranderd, zodat niemand meer
weet waar hij aan toe is ach. die
chaotische incidenten hebben Film
International al vanaf het begin ge
teisterd. Het is vervelend maar je
bent je irritatie gauw kwijt wanneer
het wachten niet voor niets geweest
blijkt te zijn en er iets interessants
volgt op de frustratie.
Gebrek aan kwaliteit
En naarmate het festival voort
schrijdt, wordt het gebrek aan kwali
teit dat de meeste films kenmerkt
toch wel als een schrijnend gemis
gevoeld. Er zijn te veel ideeën, goed
voor tien minuten vertier, uitgerekt
tot films van meer dan normale
speelduur, er is te veel halfbakken
heid, onvolgroeidheid, onnozelheid.
Hoogst ergerlijk ia bij voorbeeld de
modieuze leesfilm: een aantal figu
ren leest afwisselend voor uit een dik
boek, waarbij reperterende plaatjes
worden vertoond van een stad of een
marktplein of noem maar op. Wan
neer er wordt gelezen in een taal die
je niet verstaat en er Franse onder
teksten worden bijgeleverd zijn al
leen ijzersterke meesterwerken in
staat door de muur van de con
tactstoornis heen te breken en het
zijn geen meesterwerken, maar pro
beersels van beginnelingen, zodat je
na tien minuten koeachtig staren
meestal de moed maar opgeeft.
Wil Film International zijn goede
naam handhaven dan zal in de ko
mende jaren voor meer kwaliteits
films moeten worden gezorgd (ik
weet dat het moeilijk is want het
terrein wordt ook door anderen afge
graasd) of de omvang van het festi
val zal drastisch moeten worden be
perkt. Beter vijf goedgevulde dagen
dan tien krakkemikkige, zo is het
maar net.
Indrukwekkende tv-film
Maar nu genoeg gemekkerd, natuur
lijk is er ook wel iets positiefs te
melden. Eerst een korte terugblik op
de eerste helft. Naast toppers als
„L'Affiche Rouge", „Der Starke Fer
dinand", „Days of Hope", „Stunde
Null" en „Der aufrechte Gang" mag
„Souvenirs de Justice" van Marcel
Ophüls niet vergeten worden. In de
vier en een half uur dat de film duurt
wordt een onderzoek naar de oor
logsmisdaden van Neurenberg ge
lieerd aan oorlogsmisdaden van later
datum: martelingen in Algerije,
slachtingen in Vietnam. De NCRV is
zo intelligent geweest om dit indruk
wekkende werk aan te kopen en bin
nenkort kunt u zich dus zelf van de
waarde vergewissen.
Maar ook in de tweede helft waren er
compensaties voor allerhand onge
mak. Agnès Varda, die in de Parijse
Rue Daguerre woont, de straat met
de fotografische naam, maakte een
zeer charmante film over haar mede
bewoners (meestal kleine midden
standers die zij „Daguerrotypes et
tvpesses" noemde.
Haar momentopnamen van werk en
vertier worden afgewisseld met zeer
korte biografieën die een vleugje
buitenlucht naar Parijs brengen
(bijna al haar objecten komen uit de
provincie) en een eerder vèr- dan
gestoorde oude vrouw, een
„zachtmoedige gevangene" in een
winkeltje vol antieke reukwatertjes,
zorgt voor een serene melancholie.
In „Union Maids" van een Ameri
kaans collectief, bestaande uit Julia
Reichert, Jim Klein en Miles Mogu-
lescu komen drie indrukwekkende
Trouw/Kwartet
- c en
Scène uit „Daguerrotypes et typesses
strijdbare vrouwen aan het woord,
die in de jaren '20 en '30 vochten
voor hun vakbondsrechten en daar
van boeiend en humoristisch weten
te vertellen.
Palestijnse zaak
L'Olivier van het Franse collectief
Cinéma Vincennes kan men
misschien een gebrek aan een gede
gen onderbouw verwijten, maar de
intentie is goed en de zaak van de
Palestijnen wordt er overtuigend in
bepleit. Onze eigen Piet Nak (die bij
de Februari Staking een heldhaftige
rol speelde en na de oorlog zijn dap
perheid niet aflegde) spreekt er ook
een woordje in mee.
De Catalaans-Spaanse film La Ciu-
tat Cremada (de Verbrande Stad)
van Antonio Ribas houdt zich bezig
met patriottische opstanden en po
litieke machinaties in Barcelona
aan het begin van deze eeuw. Men
moet wel erg goed op de hoogte zijn
ïX er jaj
(ordei
üniste
itie vi
nder
toor.
leel ge
leleidsi
van de Catalaanse geschiedeni weede
alles te begrijpen, maar ondan
historische hiaten komt de )e Nee
sterk en kleurrijk over. Aan d< rote lij
toning zijn oorspronkelijk ngelse
obstakels in de weg gelegd, ma lestaan
film mag nu zowel in Spanje i ingrijk
het buitenland worden gedi elevisit
Het pleit voor de levensvatbaai anbod
van de voorzichtig uitbott orders
Spaanse democratie, want d$üig <oi
doelingen liegen er niet om: difyerkwe
zowel gericht op het socialism
op de bevrijding van Catalonir-
De Portugese film Tras-Os-M £.Or
van Antonio Reis tenslotte
wat moeizaam op gang, maar
het laatste uur tot de kern doe
imponeert dan als zwaarmoi
berustende evocatie van een
dorp ver van de hoofdstad ei
van de grens, waar het leven
de middeleeuwen nauwelijks ii
anderd en bestuurswisselingei
meer zijn dan een vaag geroi
de verte.
..l'Année Sainte" speelt, zoals de titel
al verklapt, in een der heilige Room
se jaren. Twee sympathieke schavui
ten in de gevangenis wensen van het
heersende tijdsgewricht profijt te
trekken door het zuur geroofde geld
van een hunner nu eindelijk eens te
gaan halen: het ligt begraven naast
een kerkje bij Rome. Na hun ont
snapping steken ze zich in vroom
habijt (Gabin wordt bisschop, Brialy
Het eind is afgekeken van de onster
felijke „Dertien Stoelen" (onlangs
opnieuw verfilmd, ditmaal door Mei
Brooks), maar alle garing uit voor
bije films neemt niet weg, dat „Twee
zware jongens" aangenaam vertier
biedt. Eens te meer (en voor het
laatst) wekt Gabins enorme, zwijgza
me uitstraling bewondering op.
Amsterdam, Tuschinski I, 14 jr.
Yves Lebreton in „Hein, ou les avontures de mr. Ballon".
Dat dit concert niet Beethoven's
eersteling is, doch in feite zijn derde
werk voor piano en orkest, Is duide
lijk te horen aan de rijpheid van het
werk. Weliswaar zijn er nog Mozart-
invloeden in te beluisteren, doch met
name in het middendeel en in het
Rondo is Beethoven volstrekt
zelfstandig.
Alfred Brendel speelde woensdaga
vond in het Concertgebouw de solo
partij buitengewoon briljant en met
name in het Largo met veel expres
sie. Het publiek liet de solist niet
gaan, voordat hij het Rondo had
gebisseerd. Het orkest zorgde onder
Rondrasjins strakke leiding voor een
voortreffelijk samenspel met Alfred
Brendel.
Na de pauze het muzikale zelfportret
van de toenmaals 35-jarige Richard
Strauss onder de titel Eind Heldenle
ben Een biograaf van Strauss
schreef een halve eeuw geleden: „De
tijd der liefde zal ook voor Ein Hel-
denleben komen". Wat mij betreft is
die tijd nog steeds niet aangebroken.
Verder dan de erkenning, dat de
componist een weergaloos vakman
was, toen hij Ein Heldenleben
schreef, kan ik ook na deze auditie,
waaraan het Concertgebouworkest
en Kirill Kondrasjin heel hun artis
tiek en technisch vermogen besteed
den. niet komen. Deze „Tondich-
tung", die in 1898 werd opgedragen
aan het Concertgebouworkest en
aan Willem Mengelberg (toen nog
een held in wording) walmt van de
zelfverheerlijking Ik kan er zelfs
niet met de toelichter in het pro
gramma „een glimlach van vertede
ring" voor opbrengen.
Met Spa bronwater bereid
Drink de natuur
door André Rutten
AMSTERDAM In Mickery geeft tot em met 27 maart de
Franse acteur Yves Lebreton van het théatre de l'Arbre uit
Parijs een kleine anderhalf uur solo-toneel, eigenlijk een serie
van in elkaat overlopende schitterende clownsacts.
Als het publiek de zaal in komt zit
hij in een fauteuil, die hoog boven de
toneelvloer hangt, te dutten. Wakker
geworden plukt hij uit een boven
hem hangende tros een banaan,
gooit de schil naar beneden en merkt
aan het lang uitblijven van het ge
luid van het neerkomen dat hij zo
hoog boven de vloer zit, waar hij
misschien zeer verbaasd op reageert.
Hij heeft trouwens een zeer welspre
kende en zeer gevarieerde mimiek,
waarmee hij, praktisch zonder woor
den. heel veel kan uitdrukken. Dat
kan hij trouwens ook met zijn hele
lijf, armen, handen, benen, voeten.
Daarbij werkt hij met tamelijk sub
tiele overdrijvingen naar climaxen
toe in een groeiende uitbundigheid.
Maar het blijft altijd licht, amusant,
komisch.Hij heeft enkele hulpmid
delen. Zijn slobberige broek met bre
tels en interlockje, ook een paraplu,
een teiltje, een koffer, een hoedje, en
een lange rubberslang, waarlangs hij
uit de stoel naar beneden gegleden
is, en waarmee hij ook de wonder
lijkste toeren uithaalt, en een tijdje
lang twee ballons, een grote en klei
ne. Soms ontstaan er lichtelijk sati
rische beelden, die wat spotten met
poses van mensen, en hij speelt met
het publiek, dat hij na een poosje
pas verbaasd ontdekt, en dat hij
soms ook mimisch uitdaagt, be
schuldigt zelfs, op een speelse ma
nier. Tegen het einde bekogelt hij
het publiek zelfs met kranten, die hij
uiteraard teruggekogeld krijgt: een
van de weinige keren dat een to
neelspeler werkelijk het publiek tot
actie krijgt, zonder dat er bij dat
publiek een soort gene ontstaat.
Een ontspannen, amusante avond
dus. die van 28 maart tot en met 9
april ook elders gespeeld wordt. De
Titel „Hein. ou les avontures de mr.
Ballon".
Film International wijdt, zoals bekend, een programma aan
Luingi Comencini, een Italiaanse zestiger, vervaardiger van
volkse films, in kennerskringen vooral beroemd geworden door
zijn vijfdelige televisieserie „Pinocchio". Van 1948 af maakte hij
lange speelfilms, en in de jaren vijftig werd zijn naam ook in
Nederland bekend.
Uit I960 dateert zijn beste film de
tragikomedie „Tutti a casa", een ver
haal over soldaten die in 1943 de brui
gaven aan hun handwerk en door
een chaotisch Italië naar huis trach
ten te trekken. Maar daarna boterde
het niet meer tussen Comencini en
het buitenland: na Don Camillo in
Rusland (1945) werd er nauwelijks
meer een film van hem geëxpor
teerd. „Delitto d'amore" (1973-'74) is
een van die vergeten films. Dank zij
Film International beleeft hij nu in
de Nederlandse bioscoop zijn pre
mière. Het is een stevig volksdrama,
een gaarkeuken van problemen en
gevoelens, waarin schraalhans
geenszins keukenmeester is.
Nullo, een jonge arbeider in Milaan,
wordt verliefd op Carmela, een meis
je in de fabriek van Siciliaanse oor
sprong. Hij is een communist uit een
anarchistisch milieu, zijn vroom ka
tholiek. Hij woont in een nieuwe flat,
zij huist met haar veelkoppige fami
lie in een gammel krot. Bovendien is
hij nuchter, rechtschapen en recht
lijnig, terwijl zij is behept met een
grillige fantasie, die nogal eens ont
aardt in irritante kurigheid. (Al moet
gezegd dat Stefania Sandrella de al
te exuberante facetten van de figuur
door haar heldere spel aardig binnen
de perken weet te houden).
Scheidingen en verzoeningen lopen
tenslotte uit op de grote tragedie:
Carmela wordt aangetast door kwa
de fabrieksdampen (dit is reeds aan
gekondigd door een scène, waarin
Carmela en Nullo wandelen langs de
rivier, die zo vervuild is dat vogels en
vissen bij bosjes letterlijk het loodje
leggen) en sterft tenslotte nadat ze
op haar doodsbed met haar geliefde
in de echt is verbonden. Daarop pakt
Nullo een geweer en schiet de fa
brieksdirecteur dood.
Comencini heeft in „Delitto d'amo
re" met succes gemikt op de lach en
de traan, een onderhoudende film is
van zijn vakkundig streven het ge
volg. Alleen maakt hij het aan het
eind wel wat al te bont: men is nog
niet uitgepiekerd over de vraag waa
raan Carmela nu eigenlijk zo schie
lijk en definitief bezwijkt (de tering?
loodvergiftiging?) of het schot stuwt
het medodrama naar drakerige regi
onen. Doch het einde duurt slechts
kort, voor minstens driekwart van de
speelduur is „Delitto d'amore" best
de moeite waard.
Amsterdam Cinetol, 18 jaar.
Nullo en Carmela in Comencini's Delitto d'amore
door Jac. Kort
AMSTERDAM Het Concertgebouworkest, dat deze week
wordt gedirigeerd door de Rus Kirill Kondrasjin, heeft voor de
onder zijn leiding te geven concerten twee werken op het
programma staan: Beethoven's Eerste Pianoconcert en „Ein
Heldenleben van Richard Strauss. De solist is Alfred Brendel.
Bjehalvi
Tüvoca
r L. v
lok de
liet uit
[den get
/raakt
|Lage L
uitgeef;
Jlans I
[waarin
menige
[gewijd,
jde uitl£
ter Mei
[hulp V£
eien ge
Mr. Vai
^en dat
iog nie
[dadigei
Iver' te
|vermel(
Beerd o
Polen r
Jean-Claude Braly en Jean Gabin in „l'Année Sainte"
'viit*
\*tioaaaleninlenuliofuMlaklicf
Nationaal
Cl l\l rV*J Nationaal-*,
VY I 1 Vakverbond
Utrecht. kawlUan K*»lb«:475.TeL 030^41041