Rienk Ratsma: gedichten van een man die kanker had J C Het nieuwe broertje St. Laurent inspireert Kuiper Bi ni P UW PROBLEEM OOK KET ONZE De eenzaamheid soms wanstaltig groot VI WAA door Fred Lammers ZWANENBURG - „Al klinkt het een beetje gek, toch is het zo: ik ben dankbaar dat ik dit heb mogen meemaken..en overleven, omdat ik daardoor heb gezien dat er nog ontzet tend veel menselijkheid is. Ik heb mensen ontmoet waarvan ik niet wist dat ze in deze tijd nog bestonden". De 39-jarige Rienk Ratsma staat weer dagelijks voor de vierde klas van de Julianaschool in Zwanen burg. maar alles wat hij de afgelopen paar Jaar heeft doorgemaakt is. naar hij me vertelt, eigenlijk nooit uitzijn gedachten, vooral op het ogenblik niet, nu Rienk een gedichtenbundel heeft uitgegeven waarin is vastge legd wat hij voelde aan angst, ver driet en twijfel in de Jaren dat hij kanker had. Van 1973 tot 1975 werd hij daarvoor behandeld in het Antoni van Leeu wenhoekziekenhuis in Amsterdam. Rienk, die naast zijn werk als onder wijzer tekstschrijver is voor Neder landse artiesten, kwam vorig jaar zomer op de gedachte de gedichten die hij over zijn ziekte had geschre ven. te bundelen en ze het personeel van het ziekenhuis, van de portier tot aan de professor, aan te bieden. Op die manier wilde hij iets terug doen voor het vele dat zij voor hem hadden gedaan. De reacties waren zo overweldigend dat Rienk zijn gedichten nu in de handel heeft gebracht. "Ik wil er voor mezelf geen dubbeltje op ver dienen. Met de opbrengst hoop ik ervoor te kunnen zorgen dat er op elke kamer in het Antoni van Leeu wenhoekziekenhuis een televisie toestel komt te staan. Op alle afde lingen is tv aanwezig, maar veel pa tiënten kunnen daar niet naar toe en ik heb zelf ervaren hoe belangrijk televisie juist in zo'n ziekenhuis is om de avonden door te komen", zegt Rienk. Als er geld overblijft wil hij een fonds stichten waarmee het ver af wonende familie van kankerpa tiënten financieel mogelijk wordt ge maakt als de situatie kritiek wordt een paar dagen in een Amsterdams hotel te gaan, om op die manier dicht in de buurt te zijn. ..Zoiets wordt door geen ziekenfonds vergoed en nu de hotelprijzen snel Stijgen wordt dat voor velen een ono verkomelijke last. Met mijn bundel heb ik iets losgemaakt bij de men sen, meer dan ik ooit had vermoed. Het is zelfs zo dat ik onze telefoon van een antwoord-apparaat heb la ten voorzien en daar zit ik ergens mee. Ik heb af en toe het idee dat ik daardoor mensen in de kou laat staan. Als ik het lichtje van de tele foon aan zie floepen, denk ik: misschien iemand die dacht einde lijk eens te kunnen praten". Want praten met anderen is, dat heeft Rienk zelf gemerkt, enorm be langrijk voor iemand die weet kan ker te hebben. De praktijk wijst he laas uit, dat in tal van gevallen de mensen verstoppertje voor elkaar spelen.,,Er zijn veel mensen die het woord kanker zelfs niet durven uit te spreken. Dat vind ik onbegrijpelijk. Met mijn gedichten hoop ik er ook toe bij te dragen dat kanker uit de taboesfeer wordt gehaald." Het kan iedereen overkomen! Dat werd Rienk Ratsma duidelijk toen hij op 10 mei 1973, terwijl hij bezig was in de klas. ontdekte dat hij een knobbeltje in zijn nek had.,.Het angstzweet brak me uit en hoewel de hulsarts, naar wie ik de volgende ochtend meteen toe ben gegaan, zei dat het heus niet hoefde te beteke nen dat het kanker was, omdat er nog wel veertien andere mogelijkhe den waren, stond voor mij vast dat het dat wel was. Zoiets voel je aan. In het ziekenhuis in Haarlem waar ze me onderzochten kreeg ik te horen dat het kwaadaardig was en ik de ziekte van Hodgkin had, een klier- kanker die vooral bij jongeren veel voorkomt. Ik ben naar huis gegaan, heb daar de foto's, die ze me hadden meegegeven, in een hoek van kamer gegooid en geschreeuwd: „Ik heb kanker, ik ga dood' Hannah, mijn vrouw, en ik hebben daarna met zijn tweetjes vreselijk zitten huilen." Je staat op zo'n moment als ver schrikkelijk eenzame mensen tegen over elkaar, niet bij machte enige pose te maken, noch Jezelf een hou ding te geven. Het kwam als een donderslag bij heldere hemel. Je hoort er wel over, maar zoiets ge beurt bij anderen. Je gaat er altijd vanuit dat de overbuurman het krijgt of iemand in familie, maar dat het ook in Je eigen gezinnetje kan plaatsvinden." 'Je ziet Jezelf op zo n moment als heel klein, zit enorm met de dingen die je niet af hebt kunnen maken." „Ik heb er in die eerste dagen over gedacht te gaan scheiden of weg te lopen om mijn vrouw en mijn drie jonge kinderen het verdriet te bespa ren van alles wat ze mee zouden moeten maken. Ik dacht: het is beter dat de kinderen later zeggen: vader was zó'n rotzak die heeft moeder in de steek gelaten, dan dat zij zich alle ellende van een wegterende vader zouden herinneren. Hannah heeft me snel tot andere gedachten ge bracht. „Zij is niet met me mee gaan zitten treuren, in elk geval niet als ik het zag. maar heeft van het begin af gezegd dat ze ervan overtuigd was dat ik beter zou worden. In het zie kenhuis hebben ze me ook vrij gauw hoop gegeven, nadat ik was geope reerd en de eerste bestralingen ach ter de rug had. Wantrouwend „Ik geloofde er eerst niet veel van. Ik was in die tijd de meest wantrou wende mens op deze aarde en zocht overal wat achter. Er worden in zo'n ziekenhuis immers veel halve waar heden gezegd. De dingen waarmee je elkaar probeert op te beuren meen je niet. omdat je weet dat het toch niet kan. „Wat je doormaakt in zo'n zieken huis als kankerpatiënt is voor bui tenstaanders niet te begrijpen. „Je wordt doorlopend met de dood ge confronteerd. Ik heb mensen horen doodgaan en ik heb ze weg zien rijden. De eenzaamheid wordt soms wanstaltig groot. Mijn hele leven zal ik dat niet vergeten. De beelden daarvan zitten als dia's in mijn hoofd en de nachtelijke gesprekken die ik er heb gehad kan ik me nog bijna woordelijk herinneren, vooral die met 'de blonde' zoals ik hem in mijn gedichten aanduid, een 29- jarige jongen, die inmiddels ook is gestorven, en met wie ik hecht be vriend raakte. „Het heeft een tijd geduurd voordat ik mijn gevoelens op papier kon zetten. Ik ben aan het dichten ge gaan toen ik eraan kon denken zon der erbij te gaan huilen. Over dat gedicht van 'de blonde' heb ik lan ger gedaan dan over alle andere gedichten samen, omdat ik daar emotioneel het meest bij betrokken was. Ik kan het nu nog niet voorle zen zonder dat de tranen me in de ogen springen." Pater Kees Als ik Rienk vraag hoe hij aan die titel voor zijn bundel „De Heiligen van Slotervaart" is gekomen zegt hij „Met die heiligen van het zie kenhuis in Slotervaart zijn allerlei mensen bedoeld, de dokter die redt, de verpleegster, die doodmoe 's nachts nog even je dekens recht komt trekken, iemand die lijdt en toch nog probeert een andere pa tiënt aan het lachen te maken en ook pater Kees, de geestelijke ver zorger van het Antoni van Leeuwen hoekziekenhuis, die dag en nacht paraat is. Bij elke mens die gaat sterven is hij. Zonder dat je hem roept voelt hij wanneer hij nodig is. Hij is er niet op uit om zieltjes te winnen, maar ik heb vaak gedacht: zo moet je leven als je echt christen bent. Het klinkt oneerbiedig en zo bedoel ik het niet maar ik had wel eens het gevoel dat pater Kees Jezus zelf was!" Brief Rienk is protestants opgevoed.,Het was zondags twee keer naar de kerk en daarna de preek verdrinken bij het hij gorgel van opa. Ik ben op een christelijke kweekschool, zoals dat toen nog heette, geweest en toen onderwijzer geworden op een chris telijke school in BloemendaaL In die tijd begon ik met dat geloof proble men te krijgen, vooral met het bid den. Het is heel gemakkelijk om je ogen dicht te doen en een gebed op te zeggen. Als ik bad: Heer breng de kinderen veilig thuis, meende ik het ook, maar ik had steeds meer het gevoel dat elk gebed net een brief was die ik aan God had geschreven, waar ik wel een postzegel had opge plakt maar die niet werd verstuurd. RIENK RATSMAde waaroms zijn vlak bij je (foto: Jan Blom) Daarom ben ik naar het openbare onderwijs gegaan. „Als je me vraagt of ik me daar helemaal op mijn plaats voel zeg ik nee. Ze missen daar wat. Er zit geen overtuiging achter en je mag met kerstmis nog geen liedje laten zin gen. Pater Van Beek zegt als ik het er met hem over heb: je twijfelt en dat betekent dat je gelooft. Ik weet het niet. Ik zou niet durven zeggen dat ik niet geloof, maar ik heb God in het ziekenhuis niet gevonden. Ik heb Hem er wel gezocht. Hij laat zich echter denk ik niet als een speelgoedje voor de dag halen. Ik kan niet zeggen dat God mij heeft gered. Er zijn zoveel waaroms in mijn leven. Waarom ben ik genezen en 'de blonde'die een schat van een dochtertje had. niet. In zo'n zieken huis zijn de waaroms vlak bij je, schreeuwen de vragen en wordt het protest groter". Controle Rienk is hersteld, al is er nog elke drie maanden de controle. „Als die datum nadert word ik steeds ner veuzer. Je hebt toch ergens het idee van zou het wel goed zijn? Mensen die je ontmoet zie je ook vaak den ken: zou hij echt wel beter zijn? Door mijn ziekte ben ik veel kennis sen en vrienden kwijtgeraakt. Som mige mensen gaan je behandelen alsof je een besmettelijke ziekte hebt. Ik zou misschien onder de zelfde omstandigheden netzo reage ren, ik weet het niet. Er zijn ook relaties door verdiept omdat andere factoren een rol gingen spelen. Er kwamen bij mensen eigenschappen naar voren die ik eerder niet had opgemerkt". Is Rienk door zijn ziekte anders tegen de dingen aan gaan kijken? „Er is iets in mij veranderd, maar ik kan niet onder woorden brengen wat. Voordat ik dit kreeg was ik banger voor de dood dan nu, iets van de angst daarvoor is verdwenen, waarschijnlijk omdat ik er zelf zo mee heb moeten worstelen. Toen ik ziek was, was er geen gemakkelijker man dan ik. Alles kon, alles mocht, niets was belangrijk, alleen het le ven zelf. Langzamerhand keert alles terug. Aan kleinigheden merk je in eens dat Je nog dezelfde mens bent als daarvoor. Alle dingen die je je voorneemt vergeet je, hoewel ik in mijn relaties ten opzichte van ande ren toleranter ben geworden. En ik toeter niet meer zo hard als ik in mijn auto zit". (De gedichtenbundel van Rienk Ratsma is te bestellen door 9,10 over te maken op giro 543534 van de Raif- feisenbank in Zwanenburg (rekening nr. 32 46 62 777) met vermelding 'De heiligen van Slotervaart') door Mink van Rijsdijk Ze wonen in het noorden van Friesland, twee jonge mensen met hun dochtertje. Vorige week kwam er gezinsuitbreiding. Op de kaart die vanwege het heu gelijke feit werd verstuurd, stond dat God hen op Zijn tijd en Zijn wijze had verblijd met dit nieuwe kind, een zoon. Hij heet niet Boeke, Tjitte of Anne, maar Nashire, want die naam had hij nu eenmaal al voordat hij de lange reis van Bahgla Desh naar Friesland maakte. Je kunt slechts gissen of zijn ouders in dat verre land blij waren toen Nashire vijf jaar geleden werd geboren. Voor hem is dat niet eens meer zo belangrijk. Hij heeft immers nu zijn heit en mem en zij keken vol ongeduld naar hem uit. De eerste dagen in zijn nieuwe omgeving sliep hij veel en tussen die slaapuren door vroeg hij om brood. Hij zei geen „bólle" want hij spreekt nog geen Fries, en vroeger heette brood „pang" dus vroeg hij daar om. Zijn maag was een beetje van streek en daarom kreeg hij die eerste dagen droog pang. Na een week gaf hij te kennen dat hij ook best eens kaas op zijn boterham wilde proeven. Hij zegt al mem tegen zijn nieuwe moeder en krijgt een tuutsje als hij naar bed wordt gebracht. Nog even en dan weet hij als donker „Fries" jongetje dat de tantes uit Holland dat een zoentje noemen en misschien is hij dan ondertussen vergeten hoe het vroeger heette. Hij voetbalt met zijn zusje en ontdekt iedere dag hoe mooi het leven kan zijn. „Ach, wat zielig," zei een bakkersvrouw, toen mem hem en het zusje meenam om boodschappen te doen. Ze kreeg er tranen bij in de ogen. „Wat vreselijk zielig, zo'n kind. Mag hij wel een stuk chocola?" Nee, dat mocht niet, zijn maag verdroeg nog geen Hollands snoep. Haalde zijn zusje opgelucht adem? Ze was best blij met dat nieuwe broertje, ze vond het trouwens gewichtig ook. Samen met hem in het bad was ook veel leuker dan vroeger alleen. leuk. Nashire kreeg zoveel, nieuwe kleren en speel goed, tja en dat was even wennen. Voordat hij kwam was alle aandacht voor haar geweest, nu moest ze delen. De mevrouw in de winkel had een grote plak chocola in haar hand gehad, nou dat had niemand haar ooit in een winkel willen geven. Nashire wel, omdat hij zielig was. Daarover moest het meisje lang nadenken Eigenlijk vond ze hem helemaal niet zielig. Vroeger wel, toen moest hij vluchten voor het water en was zijn moeder verdronken. Later raakte zijn vader gewond en moest hij een been missen, zodat hij niet meer voor zijn kinderen kon zorgen. Nashine moest toen naar een tehuis, waar hij geen eten genoeg kreeg. Dat was echt zielig geweest. Nou ja, het was natuurlijk wel moeilijk voor hem dat hij geen Fries en geen Hollands verstond, maar hij begreep al zoveel. Trouwens hij had nu heit en mem en die waren erg lief voor hem. Zo piekerde ze wat door. 's Avonds vertelde mem het verhaal van de chacola aan heit, die bromde: „Wat zielig? Als ze zo begaan is met het jong, waarom neemt ze dan zelf niet zo'n kind?" De schrik sloeg het meisje om het hart. Stel je voor dat een kind déér moest wonen. Ze was altijd een beetje bang voor de vrouw, waarom wist ze eigenlijk niet goed. Geloof maar niet dat de bakkersvrouw altijd zo royaal zou zijn met plakken chocola, vast niet. Nashire lag op de grond met een autootje te spelen en maakte er vreemde geluiden bij. Het leek net alsof ze hem voor het eerst zag. Op dat moment werd hij zomaar ineens echt haar broertje, waar ze van hield. Dat zei ze natuurlijk niet, maar omdat ze haar warmte voor hem toch kwijt moest, haalde ze een bal, hield die hem voor en vroeg: „Zullen we samen gaan voetballen?" Ze kon echt met hem lachen dan, al begreep ze hem Nashire lachte blij. Zie je wel, dacht het meisje, hij is niet als hij tegen haar praatte. Toch was niet alles helemaal niet zielig. W do< AM! den, tot Zwe Op d certgi monii volta Oscai de tw extra het t Olof, bers mee final< enige onint Wat i cabai stich Roye opm< gesto mens conci verdf oratc doe ROT Pent gebr norn "'UchE :-r. r door Annemarle Lücki KI De voorjaarscollectie van Maison Kuiper uit Zeist, waar zoals altijd veel Parijse en Italiaanse couture en demi-couture te zien is, vertoont een duidelijk jongere tendens dan voorafgaande seizoenen. Nergens in de couture vertoont de mode een dwingend uitgesproken beeld, be halve de hele wijde romantische zi geunerjurken bij Yves Saint Laurent. Iedereen kan zich naar eigen smaak en mentaliteit kleden. Veel modellen in de collectie van Maison Kuiper zijn dan ook naar Yves Saint Lau rent: blote schouders, ruches, vo lants en wijde onderrokken met kant en biezen. Corsages en bloemen in het haar versterken de jonge, meisjesachtige indruk. Chanel en gi- venchy dienen eveneens als voor beeld. Nieuw is de naam van de Parijse couturier Bernard Penis waar Maison Kuiper terecht trots op is want de demi-couture die Penis maakt vertoont stijl en is speels en jong. Hermès maakt onberispelijke, keurige jassen, rokken en blouses in combinerende dessins en stoffen, met ook bijpassende accesoires. Van Leonard zijn er fraaie bedruh strand-ensembles, Fabèr maakt e zeer uitgebreide serie van bikin jasjes, handdoeken, tasjes, stola's ceintuurs, in effen badstof met e streepverwerking in de randen. C der zwierige boulevardkleren zitt shorts, pofbroekjes, keursachti lijfjes of strapless plastronnen. Ieder seizoen komt Rob Falk m eigen ontwerpen. Dit maal verwei hij in smalle banen geknipte stof en over elkaar gestikt zodat er e ingewikkeld soort vlechtwerk o staat. Een wit crêpe de Chine p geeft hij het effect alsof het jasje afgewerkt met een reuze fci telschaar. Een avondjurk van witte organ za, afgebiesd met Schotse gerui te zijden linten van Bernard Perris, bij Maison Kuiper. De materialen zijn natuurlijk, ei veel katoen, batist en katoenen cot. Daarnaast is er wol en zui\ zijde te zien. Bloemen en romanti horen bij elkaar, talloze bloen dessins sieren de stoffen, van gn tot klein. Naast felle kleuren bliji het klassieke wit, zwart en mai erg belangrijk. lers blaze schill merk Pend werk) klank bruik stuk titel is blij de i Pendt 25-jar prins Alle 1 in v< tegen indru opscl er er| En v met de ps word' het i ronk toch doeld een Jacol op h On doe VRAGEN uitsluitend In envelop sturen nssr postbus 507, Voorburg. Per vrssg een gulden In postzegels het liefst In wssrden ven 55 en 45 ets bl|voegen, en beslist niet ssn de buitenkant opplakken. Geheimhouding verzekerd. Briefkaarten worden terzijde gelegd. Vraag: Waar kan ik inlichtingen krij gen over betrouwbare en goedkope schriftelijke lessen? Antwoord: Allereerst een waarschu wing: Goedkope cursussen bestaan niet. Ga slechts in zee met een in stantie, die voorkomt op de lijst van de Inspectie van het Schriftelijk on derwijs (Achter de Dom nr. 5 Utrecht, tel. 030-319530) Kies een Instantie uit die lijst en vraag inlich tingen. Lees alle bepalingen heel goed door: Op het ogenblik dat u door het zetten van uw handteke ning u als student heeft opgegeven, heeft ook u verplichtingen tegenover de instantie, die u zelf uitkoos. Als u op een gegeven ogenblik, bv na een maand of 4 denkt: Nee, toch maar niet, dan moet u toch betalen. Aanvulling door lezer: U schreef laatst dat u meende dat er vroeger een plaatselijke belasting op ramen was. Dit is niet zo. maar de ramen vielen onder de personele belasting. ANTWOORD: Hartelijk dank voor deze aanvulling: De belasting op deuren en ramer. werd in 1805 door Gogel ingevoerd, na de inlijving in het Franse belastingstelsel en daar na bleef deze belasting in de Neder landse wetgeving gehandhaafd tot diep in de 19de eeuw. Een en ander werd ons medegedeeld in het belas tingmuseum. Parklaan 14. Rotter dam. tel. 010-366333; open van maan dag te m. vrijdag van 9-12 en van 14-17. Het is een buitengewoon inte ressant museum, dat niette genstaande de weinig aanlokkelijke naam een bezoek beslist waard is. Vraag: Wat houdt het „wetje Boersma" in? De belangen van de 57-jarigen en ouderen zouden daarin verzekerd zijn. Binnenkort word ik 60 en ben daarin geïnteresseerd. Antwoord: Dit wetje houdt In dat werknemers van 60 jaar en ouder, wanneer zij 27» Jaar uitkering WW hebben gehad, deze laatste betaling door ontvangen tot hun 65ste jaar. Dit wordt door de sociale dienst zelf toegepast, zodat men zich geen zor gen hoeft te maken. In de praktijk betekent dit dat personen van 577» Jaar onder deze regeling vallen, u als 60jarige dan zeker. VRAAG: Verleden jaar stond de ro man Dolly van Arnhem als feuille ton in onze krant. Is het nog ergens te koop? ANTWOORD: In verband met uw vraag hebben we het huis van me vrouw L. T. de Beaufort opgebeld. Men deelde ons mede dat de vierde en laatste uitgave van Dolly van Arnhem reeds lang uitverkocht is, maar dat het boek in alle bibliothe ken te vinden is. Er zijn geen plan nen voor een nieuwe uitgave. VRAAG: De 25 kinderen van Nes Ammin in Israël hebben in hun bi bliotheekje een paar boekjes van Jaap ter Haar en v.d. Hulst helemaal stuk- en uitgelezen Er zullen waarschijnlijk nog wel ergens kin derboekjes zijn, die niet meer gele zen worden door grotere kinderen. Wilt u daar eens naar vragen? ANTWOORD: Mevrouw Velema Verhey (Mr. Troelstralaan 39. Amstelveen, tel. 020-417347) zal gaarne bemiddelend optreden, zo dat de kast in Nes Ammin aange vuld kan worden. Liever niet te gro te en te zware boeken, maar wat de kindertjes hier prachtig vinden, wordt ook daar gewaardeerd. Het Rijmdicht van de bijbelboeken: Heel wat van onze lezers hebben een exemplaar uit de door ons ontvan gen voorraad aangevraagd. We zijn er nu echter helemaal doorheen en wie nu nóg dit gedicht wenst te ontvangen, kan dat slechts op de gebruikelijke manier (zie kop van rubriek) aanvragen. Fijn, dat onze abonnees elkaar een genoegen de den met het overschrijven van zo'n lang vers. VRAAG: Hoe kan men uit een witzij den trouwjapon de vlekken verwij deren van wijn (rode) en ossegal? ANTWOORD: Een witte japon van kostbaar materiaal kan men niet zonder risico zelf gaan behandelen. Ons advies is: Een goede zaak voor stomen of chemisch reinigen kan hier misschien iets zinnigs over zeg gen. Als men u aanraadt, te laten verven, informeer dan wel, of die verf de vlekken dan wél onzichtbaar maakt. Onze vraag zou kunnen zijn: Wijnvlekken zijn niets bijzonders, maar wie kliedert er met ossegal op haar trouwdag? VRAAG: Op de dag van het We- relddiakonaat zag ik in de kerk een prachtige poster, die ik graag zo mogelijk in kleiner formaat in bezit zou hebben. Waar is die te bestellen? ANTWOORD: U kan uw vraag en bestelling schriftelijk richten aan de Stichting Oecumenische Hulp, Com. Houtmanstraat 17 te Utrecht. Er werken daar veel mensen, die leder hun eigen taak hebben. Een brief komt altijd op de goede plaats terecht; een telefonische bestelling blijft wel eens ergens hangen. Wel precies zeggen welke poster u bedoelt! VRAAG: Graag zou ik het adres nebben van een goede boxerkennel en inlichtingen over de registratie van rashonden. ANTWOORD: Bij de Raad van Be heer op Kynologisch Gebied in Ne derland (Emmalaan 16. Amsterdam, tel. 020-732996) kan men u over ver schillende zaken inlichtingen geven en verder verwijzen. VRAAG: Een zaak die elk jaar tegen het voorjaar in de bus en in de krant voorkomt is die van de bonen, die krioelen van de kevertjes: Wat doen we ermee, zijn ze nog voor de con sumptie geschikt? ANTWOORD: Wij kunnen het ons niet indenken dat iemand, die zo'n blik vol bonen met gaatjes en krie belig ongedierte enige tijd onder zijn neus heeft gehad, voorlopig nog verlangt iets dergelijks als gerecht opgeschept te krijgen. Weg met die rommel en dan niet ergens op een mesthoop, maar verbranden. Zoek contact met de Plantenziektekundi- ge Dienst te Wageningen, want het bonenkevertje is algemener dan men zou denken. VRAAG: In Trouw van 17 januari noemt Michael de Vries met een paar woorden de Evangelische Alli antie Wilt u daar verder iets over vertellen? ANTWOORD: De heer De Vries is moeilijk te bereiken (hij woont te Genève en werkt bij de Wereldraad van Kerken). Op 21 augustus 1974 kwam in Trouw een artikeltje voor van een ongenoemde medewerker: „In Blankenburg (Oost-Duitsland) staat een huis." In dat huis worden elk jaar de conferenties gehouden, die het ontmoetingspunt zijn van individuele protestanten uit Baptis ten, methodisten en vrije evange lische, de zgn. Freikirchen. Deze bij eenkomsten zijn een bron van inspi ratie en geestelijke kracht. Dit werk is voortgekomen uit de beweging van Evangelische Alliantie, opge richt in 1846 te Liverpool door Tho mas Chalmers, met het doel bijbels christendom te bevorderen, als reac tie op de starre institutaire kerk van die dagen, waar zo weinig uitings mogelijkheden waren van persoon lijk geloofsleven. Deze Alliantie was een soort voorloper van de oecume nische beweging. Wij hebben u een fotocopy van dit artikeltje toege zonden. VRAAG: Ons huis is vergeven van de pissebedden. Is er iets aan te doen. Zegt u nu niet dat het interes sante beestjes zijn: als er zoveel zijn is het alleen maar erg vervelend en onsmakelijk. ANTWOORD: Uw huis is vochtig en het heeft waarschijnlijk veel don kere hoekjes; u moet eerst proberen eens iets te doen om de vochtigheid te bestrijden. Er is in '71 een boekje uitgegeven (in de Casareeks van Kluwer Alg. Uitgaven/Bouw centrum Rotterdam) met de naam „Een vochtig huis, wat doe je er aan?". Het zal niet gemakkelijk zijn het nog ergens te vinden misschien in een bibliotheek. kelder en de keukenkasten zijn heerlijke verblijfplaats van deze Puur milieleden van kreeft, garnaal krab, die leven van plantaart stoffen en afval en wonen or kisten, koffers, stenen en bloemj ten, in de holten van spouwmi enz. Heeft u misschien de lei wanden van uw waarschijn oude huis met gipsplaten wei werkt? Rentokil Chemie Bouv scherming BV te Apeldoorn delgt zowel ongedierte als voel verlast Leg of zet op gunstige plaatsen letjes neer. Halve aardappels, ui hold met een klein toegangsga opzij. Als ze vol zijn, gooit u ze ii tuin. Ook omgekeerde bloempot vol vochtig hooi zijn een goede Padden en kikkers zijn dol op pi bedden. Vooral padden zijn lef dieren. Al jarenlang, als de tij rijp voor is, scharrelt zo'n pad de tuin en in de schuur en veror w?t ar onnoemelijk veel van dit soort spuis. Bespuiten met een insecti heeft geen zin, slechts lucht, li Haa8 zonneschijn en nu en dan f ïLon?e,r tochten. Duitsli aangec stylist daad swing in he' meest orthot door c um gi gend geerde Vergel band alleen veranc leeftijc aan en jaar, tempo dat ge gewilli hun bi ijzeren Rich' 1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1977 | | pagina 8