Weer 'oliedruk' op Noord-Zuidgesprek
Libanon: puin ruimen en opnieuw beginnen
i «piMr'
Prijsverhoging nu beperkt maar verdere stijging dreigt
Vrees voor ondergrondse voortzetting van burgeroorlog
RDAG 18 DECEMBER 1976
BUITENLAND
TROUW/KWARTET 21
door Nico Kussendrager
In een hotel in Katar, met uitzicht over de Perzische Golf, waar
mammoettankers ankeren, praatten ministers van de OPEC-
anden over een nieuwe prijsverhoging. In een somber gebouw
aan de Parijse Avenue Kléber wachtten ondertussen de deel
nemers aan het Noord-Zuidgesprek af. De afgevaardigden van
de rijke landen zullen betrekkelijk opgelucht zijn geweest toen
gisteren bleek dat de olieprijsstijging beperkt blijft tot 10
procent (door de olielanden die aanvankelijk een grotere
stijging wilden) en tot 5 procent (door Saoedi-Arabië en de
Golfstaten, die helemaal geen verhoging wensten). Maar wel
jen de achtergrond dat als het Parijse Noord-Zuidoverleg
tussen arm en rijk niets blijft opleveren, er half volgend jaar
«ver nieuwe olieprijsstijgingen gepraat wordt.
j teg«
f tusi
folgens programma had het
Hoord-Zuidgesprek deze maand
idigd moeten worden, na een
jaar van moeizame onderhandelin
gen. Er werd tot uitstel besloten
omdat tot nu toe geen enkele voor-
ótgang is geboekt.
ing
Ie hoop bestaat dat de nieuwe
merikaanse president Jimmy
arter de derde wereld meer tege-
loet zal komen dan Gerald Ford.
Al eerder werd in deze krant uiteen
gezet dat de kans daarop klein is.
lok Carter geeft de voorkeur aan
rerleg met afzonderlijke ontwik-
elingslanden in plaats van ge-
arekken met de derde wereld als
•heel, terwijl hij evenmin als zijn
oorganger voelt voor een werkelij-
ie aanpassing van de economische
rde (meer in het voordeel van de
ntwikkelingslanden).
loezeer Gerald Ford en vooral zijn
ninister van buitenlandse zaken
lenry Kissinger voorstander is van
Ben „verdeel- en heers" beleid tege
nover de derde wereld bleek on-
uit een uitgelekt telegram
un de Nederlandse regering
Kissinger wil proberen de eenheid
van de derde wereld bij het Parijse
1-Zuidoverleg kapot te maken
om zo geen tegemoetkomingen te
genover de derde wereld te hoeven
toen.
luister van ontwikkelingssamen-
Vdcing Jan Pronk i£ juist een
«stander van die eenheid omdat
de derde wereld eindelijk de
gelijkheid geeft haar eisen
:ht bij te zetten. Al meermalen
inspeelde NRC-Handelsblad erop
at Pronk of één van zijn medewer-
ers het telegram wel zou hebben
iten „lekken", om de Amerikanen
zwart te maken. Tot nu toe is ech
ter niet vastgesteld wie het tele
gram in de publiciteit heeft ge
bracht, maar in ieder geval is wel
duidelijk geworden wéér de Ameri
kanen staan.
Wat niet wil zeggen dat de Europe
se Gemeenschap, die bij het Noord-
Zuidgesprek als geheel onderhan
delt. zo toegevend is tegenover de
verlangens van de derde wereld.
Met name West-Duitsland blijft
„dwars" liggen en weigert op de
eisen van de olie- en ontwikkelings
landen in te gaan. Ook de onlangs
in Den Haag gehouden Europese
Raad heeft wat dat betreft geen
enkele oplossing opgebracht.
De starre houding van de Westduit
sers blijkt niet alleen bij het Parijse
Noord-Zuidgesprek. Op de in mei
van dit jaar in Nairobi gehouden
wereldhandelsconferentie Unctad
weigerde West-Duitsland akkoord
te gaan met een grondstoffenfonds
dat de ontwikkelingslanden moet
verzekeren van hogere en even
wichtiger prijzen voor de
grondstoffen (koffie, koper, katoen
bijvoorbeeld) die zij uitvoeren en
waarvan zij voor een groot deel van
hun inkomsten afhankelijk zijn.
Over dat fonds wordt nu in Genève
verder gepraat, maar het lijkt er
weinig op dat daar overeenstem
ming wordt bereikt.
Ook het Noord-Zuidgesprek heeft
alles te maken met grondstoffen,
waarover in één van de vier com
missies wordt gepraat (de andere
drie houden zich bezig met energie,
financiën en ontwikkelingssamen-
Zuidgesprek voorzitten doorgaans
zeer snel schorsen om vervolgens
samen te gaan eten: „ouwe-
jongens-krentebrood"). Dat alles
heeft het wantrouwen bij de derde
wereldlanden zónder olie tegenover
het oliewapen en tegenover de
„broederschap" van de olierijke
landen alleen maar vergroot. Zij
kwamen diep in de schulden, de
duurdere olie heeft hun ontwikke
ling sterk geremd (voor één procent
economische groei is in ontwikke
lingslanden twee procent méér e-
nergie nodig, tegen 0.8 procent in
de westerse landen), en daar stond
nauwelijks steun van de olielanden
tegenover, zeker niet voor de niet-
islamitische ontwikkelingslanden.
Het oliegesprek deze week in
werking). De negentien olie- en ont
wikkelingslanden willen een kop
peling van de grondstoffenprijzen
aan die van industrieprodukten om
de geldontwaarding (inflatie) voor
te zijn. Als de machines die de
derde wereld in de westerse indus
trielanden moet kopen duurder
worden, wil zij het recht de prijzen
van haar grondstoffen evenveel te
verhogen. De rijke landen voelen
daar niets voor, maar de arme blij
ven op het standpunt: hogere
grondstoffenopbrengsten of dat nu
is door middel van een grondstof-
fendonds of van een koppeling van
prijzen of een mengsel, als die
opbrengsten maar omhoog gaan.
Verder verlangt de derde wereld in
Parijs een schuldenregeling omdat
veel van de armste ontwikkelings
landen op de rand van het
Katar.
bankroet staan. Door de gestegen
prijzen van olie en van industrie
produkten en de grote bedragen
aan „ontwikkelingshulp" kunnen
die landen hun schulden bijna niet
meer afbetalen. Met zo'n algemene
schuldenregeling gaan de meeste
westerse landen evenmin akkoord.
Zij zijn op zijn best bereid de schul
den van de verschillende ontwikke
lingslanden afzonderlijk te bekij
ken, maar voelen niets voor een
alomvattende aanpak.
Het gebrek aan overeenstemming
op de wereldhandelsconferentie
Unctad over grondstoffen en schul
den was niet zo'n verrassing, het
uitblijven van vooruitgang in Pa
rijs was dat voor een deel wel. Over
het Noord-Zuidgesprek waren inge
wijden over het algemeen wat
hoopvoller gestemd omdat daar de
olie zou kunnen worden gebruikt
om de economische wereldorde
..om te krikken". De „oliecrisis"
(beperking van de produktie en
verviervoudiging van de prijzen)
deed de westerse landen opschrik
ken en leerde hen dat de derde
wereld een machtsmiddel in han
den had: olie. Althans, zo leek het.
Het dreigen met olieprijsverhogin
gen bleek een minder krachtig wa
pen dan algemeen werd aangeno
men. Daarvoor zijn een aantal ver
klaringen. Een aantal westerse lan
den vond de olieprijsstijging achte
raf helemaal niet zó rampzalig om
dat daarmee onderzoek naar eigen
nieuwe oliebronnen (in teerzanden,
in de Noordzee) winstgevend kon
worden gemaakt. Verder groeiende
de verdeeldheid binnen de derde
wereld door tal van oorzaken waar
door zij een minder harde vuist kon
maken. (De ellenlange „verlanglijs
ten" bij het Noord-Zuidgesprek
zijn daar een bewijs van: ieder wil
zijn zegje kunnen doen).
Ook nam de vraag naar olie door de
economische teruggang af (vorig
jaar daalde de olieproduktie voor
het eerst sinds twintig jaar). Boven
dien deden veel olielanden grote
investeringen in het westen (met
name in Groot-Brittannië en de
Verenigde Staten) die zij niet door
een nieuwe botsing met de wester
se landen in gevaar willen brengen.
(In Parijs gaat het verhaal dat de
Saoedi en de Amerikaan die de
energiecommissie van het Noord-
Gesproken is over een dubbe
le olieprijs: één voor de ontwikke
lingslanden en een hogere voor de
industriestaten. Technisch betrek
kelijk lastig, maar het kan wel. De
mate van de laatste prijsverhoging
zou dan moeten afhangen van de
tegemoetkomendheid van de wes
terse landen bij het Noord-
Zuidgesprek. zo was de opzet. Niet
voor niets viel de bijeenkomst van
olieministers aanvankelijk samen
met de slotzitting van het Parijse
overleg en werd zij later er vlak na
op de agenda gezet. Als een botte
bijl hing daarmee een dreigende
forse olieprijsverhoging de wester
se wereld boven het hoofd.
Dat „gevaar" leek door het uitstel
van de slotvergadering in Parijs
niet meer te bestaan. In feite waren
de rollen omgekeerd: de westerse
industriestaten zouden hun bereid
heid om in Parijs over de brug te
komen kunnen laten afhangen van
de mate van de olieprijsverhoging
waartoe de olielanden besloten:
werd het tien procent (wat alge
meen als „redelijk" werd gezien»
dan viel er nog te praten in Parijs,
werd het meer dan zouden bij het
Noord-Zuidgesprek geen tegemoet
komingen worden gedaan. Door de
matige olieprijsverhoging waartoe
nu is besloten maar met de drei
ging van een verdere stijging heb
ben de olielanden weer de indruk
gewekt dat er nog steeds „olie
druk" staat op het Noord-
Zuidoverleg. De bal is weer terug
gespeeld naar de westerse landen
die in de Franse hoofdstad over de
brug moeten komen.
Het nieuws staat op de
pagina economie.
door James Oorsey
Iniibanon heerst een gespannen rust. De vijandelijkheden op
(rote schaal, de grootscheepse verdwijningen en ontvoeringen,
de massale afslachtingen hebben plaats gemaakt voor inciden
tie aanslagen op vooraanstaande politici, het zo lang moge-
Ijk willen vasthouden aan veroverde politieke en militaire
Bachtsposities en de versteviging van de Syrische greep op de
olitieke verhoudingen in het land. De door het Arabische
redesleger, dat voornamelijk uit Syrische eenheden bestaat,
Igedwongen wapenstilstand van een afgedwongen vrede
an nauwelijks sprake zijn heeft meer vragen opgeworpen
er momenteel antwoorden te verzinnen vallen.
•v. jt -
ff.ljJ'.. 'T*-
ihttien maanden lang hebben al-
bevolkingsgroepen in het voor-
ïaiige Zwitserland van het Midde-
-Oosten elkaar met alle middelen
aar het leven gestaan. Er vielen
leer dan veertigduizend doden en
e totale schade wordt op ruim
ijftien miljard gulden geschat.
Indanks al deze offers werd de
orlog door niemand gewonnnen.
(el hebben verschillende partijen
e oorlog verloren.
)ude structuur
lit blijkt duidelijk uit de sa-
lenstelling van de verleden week
ïvormde nieuwe Libanese rege-
ng, een regering die de in-
tandhouding van de oude politie-
structuur vertegenwoordigt,
olgens de oude traditie is de eer-
er dit jaar onder Syrische druk
ekozen president Elias Sarkis een
laronietische christen. De nieuwe
enoemde premier Selim al Hoss, is
overeenstemming met de vroe-
ere politieke verdeelsleutel een
oenni-moslem. Ofschoon Sarkis
iet getrouwd is, is zelfs de eerste
ame van Libanon een maronie-
sche christen, want de voormalige
rofessor in de economie al Hoss is
ehuwd met de dochter van een
an de meest vooraanstaande ma-
toietlsche families in Libanon.
et beeld dat de linkse Libanezen
ch vormen is duidelijk: de politie-
e overheersing van de maronle-
sche christenen duurt in het na-
Klogse Libanon voort. Niet alleen
e^oude politieke structuur is over-
J blijven staan, ook de enorme
erschillen tussen arm en rijk heb-
tn de oorlog overleefd.
Rechts Libanon is net zo min tevre
den met de huidige situatie in het
land. Weliswaar heeft zij het Pales
tijnse verzet zware klappen kunnen
toebrengen, maar desondanks vor
men deze vreemdelingen nog
steeds een machtsfactor in het
land. Het zijn dan ook vooral de
rechtse krachten in het land die de
hereniging van Libanon zoveel mo
gelijk proberen uit te stellen. We
kenlang hebben oud-president
Franjieh en oud-minister van bin
nenlandse zaken Camille Cha-
moen, de vorming van een nieuwe
regering weten te voorkomen. Uit
eindelijk wilden deze krachten de
nieuwe regering van technocraten
in plaats van vertegenwoordigers
van politieke partijen slechts tijde
lijk gedogen. Het kabinet van al
Hoss mag alleen dienen als wegbe
reider voor een regering van politici
in plaats van technocraten. Met
andere woorden een regering zon
der werkelijk politiek mandaat be
tekent een verdere vertraging van
het Libanese herenigingsproces.
Overwinning
Al Hoss lijkt ondanks alle politieke
tegenwerking zijn eerste politieke
overwinning te hebben behaald.
Precies een week geleden gaf hij
opdracht om de rechtse en linkse
radiostations in het land ln een
nationaal Libanese radiostation te
herenigen. Tegen deze eerste stap
op de weg van de hereniging van
het Libanese ministerie van voor
lichting, wiens hoofdkantoor ln het
door de linkse krachten beheerste
westelijke deel van Beiroet is ge
vestigd, hadden de rechtse krach
ten zich met handen en voeten ver-
Een Syrische tank van Sowjetrussische makelij rolt door de ruïnes van wat eens de zakenwijk van
de Libanese hoofdstad Beiroet was.
zet. Herhaaldelijk kwamen zij met
tegenvoorstellen op de proppen,
die het bestaan van aparte radio
stations moesten garanderen. Poli
tieke waarnemers in de Libanese
hoofdstad menen dat de hereniging
van het Libanese ministerie van
voorlichting een voorwaarde is
voor de hereniging en de stroomlij
ning van de overige departementen
in het land.
Naast de vraag of de Libanese oor
log werkelijk is afgelopen speelt
ook de vraag naar de rol van de
Arabische oftewel Syrische vredes
macht in het na-oorlogse Libanon
een zeer belangrijke rol. Zowel
rechtse als linkse Libanezen vrezen
dat de Syriërs zich permanent in
Libanon willen vestigen en dat Li
banon een Syrische provincie zal
worden. Duidelijk is in elk geval
dat de Syrische troepen verder zijn
gegaan dan alleen het vervullen
van hun taak als Arabische vredes
macht. De eens zo vrije Libanese
pers heeft van de Arabische vredes
macht moeten horen dat het zich
beter kon onthouden van kritiek op
de Syrische troepen. Ook kwamen
er vooral uit het zuiden van Liba
non berichten over de arrestatie
van anti-Syrische Libanezen.
Dat de Syrische troepen, eenmaal
omgekleed in de kleuren van de
Arabische vredesmacht door de Li
banese bevolking vriendelijk ont
vangen werden verandert hieraan
bitter weinig. Raymond Eddé, te
genstander van Sarkis tijdens de
presidentsverkiezingen eerder dit
Jaar wees onlangs op het gevaar
van de Syrische aanwezigheid in
Libanon met de woorden: „Tijdens
de Tweede Wereldoorlog werden de
Duitse tanks toen zij voor het eerst
Frankrijk binnenvielen door vele
Franse mannen en vrouwen verwel
komd. De Duitsers brachten een
soort vrede met zich mee en ze
verdeelden snoepjes onder de kin
deren maar wij allen weten wat
vlak daarop gebeurde. Voor dege
nen onder ons die de Syriërs altijd
van territoriale ambities verdacht
hebben blijft het een feit dat het
Syrische invasieleger vrijwel ge
heel Libanon zonder het lossen van
een schot heeft bezet".
Explosief
De nog zeer explosieve situatie in
Libanon heeft de Syrische troepen
overrompeld. Hoe men de situatie
ook bekijkt, de Syrische troepen in
Libanon zijn in de nabije toekomst
niet weg te denken. Zelfs al zouden
de Syriërs geen territoriale ambi
ties hebben dan zal hun aanwezig
heid ter waarborging van de vrede
nog lange tijd noodzakelijk zijn. Of
de Syriërs echter in een werkelijke
pacificatie van Libanon zullen sla
gen is maar zeer de vraag. Welis
waar is Syrië erin geslaagd de
linkse en rechtse eenheden van hun
zware wapens te ontdoen, maar op
de lichte wapens zoals geweren,
machinepistolen, mortieren en ra
ketwerpers zullen zij nauwelijks
beslag kunnen leggen. Aan de
vasthoudendheid van de verschil
lende militia gaf Eddé uitdrukking
toen hij stelde dat een „Libanees
eerder van zijn vrouw dan van zijn
Kalaschnikow afstand zal doen".
Politieke waarnemers vrezen dat
de burgeroorlog zich ondergronds
zal voortzetten. Dat de ontwikke
ling in Libanon deze kant zou kun
nen opgaan bleek uit de aanslagen
op Eddé en Camille Chamoen eer
der deze week. Een eventuele golf
van bomaanslagen, moordaansla
gen en ontvoeringen zou het voor
malige Zwitserland van het Midde
n-Oosten in een nieuw Ierland van
het Midden-Oosten kunnen veran
deren. Dat een dergelijke ontwik
keling niet ondenkbaar is onder
strepen de woorden van de gema
tigde politicus van het midden Ed
dé, die onlangs verklaarde zelf de
ondergrondse oppositie te zullen
leiden wanneer niemand anders
dat doet.
Tegenstellingen
De explosieve situatie waarmee de
nieuwe Libanese regering ge
confronteerd wordt is niet alleen te
wijten aan de overeind gebleven
tegenstellingen in het land tussen
rechts en links. Ook de onderlinge
verhoudingen binnen de verschil
lende machtsblokken zijn niet opti
maal. Tussen de falangisten onder
leiding van Pierre Gemajel en de
Tijgers van Camille Chamoen is
het herhaaldelijk tot gewelddadige
botsingen gekomen over vragen
van gebiedsafbakening en juris
dictie.
President Elias Sarkis
De afgelopen week is het herhaal
delijk tot incidenten gekomen.
Zondag botsten falangistische mili-
tialeden met de lijfwacht van Cha
moen in Beiroet. Later deze week
ontplofte een bom in de auto van
de falangistische voorman, Kariem
Pakradoumi, een Armeniër, die een
belangrijke rol speelde in de con
tacten met de Syrische autoriteiten
in het verleden. Ook in het linkse
kamp verloopt niet alles even soe
pel. Herhaaldelijk is het tot bot
singen gekomen binnen de gelede
ren van de Palestijnen, met name
tussen pro- en anti-Syrische Pales
tijnse organisaties.
Wil nu in Libanon het ontstaan van
een oorlog naar Iers voorbeeld wor
den voorkomen, dan zullen er snel
vergaande hervormingen in het
land moeten worden doorgevoerd.
De nieuwe Libanese regering van
technocraten lijkt de nadruk op de
economische heropbouw te willen
leggen. Hoe nodig deze heropbouw
ook is, het is maar één kant van de
medaille. Ingrijpende wijzigingen
van het politieke stelsel, de op
bouw van een maatschappij die
gebaseerd is op de gelijkheid van
mensen in plaats van op de onge
lijkheid van bevolkingsgroepen is
de enige methode om Libanon voor
een slepende en uitputtende onder
grondse oorlog te bewaren. Of al
Hoss en zijn technocraten dat met
een voorlopig politiek mandaat zul
len kunnen bewerkstelligen mag op
z'n minst worden betwijfeld.