-V
tó. .I.: A" x
Kerstfeest in de jungle
Verhaal van een oud-
kampgevangene in Birma
(Siam)
eeuwen na de watersnood-
-Drukte in een gezin
°io>-
De andere wereld
-Bethlehem
een ervaring rijker,
een illusie armer
Hongaren in 1956:
berooid en ontredderd
17 DECEMBER 1976
KERSTBIJLAGE
TROUW/KWARTET 35
als d n
hebbe
latie
BLAD
kwamen bij een klein station
lan. Met moeite ontcijferden
naam: Thanbijosajat. Er
en gelukkig barakken niet
m het station. Na een ontzet-
ang appèl vielen we doodmoe
onze doorweekte kleren. De
ide dag begonnen we aan de
geworden Dodenlijn, en zo
het dus, dat we hier midden
jungle zitten.
ht
hc
>rstaa
de ei
pelijki
ONG)
oorlp
ampe Paar armoedige barakken. Als
-ft, heb je een halve meter
Het ongedierte (wandlui-
ratten) tippelt rustig van de
*haar de ander. In het midden is
oven pad. maar doordat het dak
illend tal lekt.is het gewoonlijk één
derpoel. Onze schoenen zijn
"leten en we krijgen geen nieu-
oudei 'el hebben we een kledingstuk
'gen: een schaamlapje! In de
waatendschemering word je gewekt
de reveille. Dan is het opstaan
iPPMIfap halen. We moeten het vlug
en. Daar klinkt het signaal
het appèl al. Groepsgewijs
en we aantreden en na de no-
militaire plechtigheden wordt
nummerd. Het duurt een hele
en in de vroege morgen met
tisch geen kleren aan, is het
coud gedoe. Eindelijk gaan we
ons werk. Vaak moeten we de
ophogen en dan sjouwen we
ele dag grond naar boven. Pas
it je niet uitglijdt, met je blo-
>eten. Soms is het terrein heu-
:ntig en dan moet de baan uit-
aven worden. Vooral, als er
Wagen zitten, is dat vervelend
want vaak spatten stukjes
tegen je benen en veroorza-
ondjes. In het gewone leven
dat weinig betekenen, maar
verzwakte lichamen kunnen
rondjes niet helen; ze blijven
open en worden groter en
E3 I
enkele uren is het jasmé en in
;nen {rustpauze gaan we eten. We
gen natuurlijk alleen een hapje
Onze gastheren schreeuwen,
we weer aan het werk moeten
lus gaan we weer terug naar de
k n. Doodmoe strompelen we laat
A e middag naar onze barak. We
i liggen en proberen te slapen.
ds zijn er veel zieken en haast
dag sterfgevallen. Hoe lang zal
log duren? Wie overleeft deze
ide? r
heb
vai
netje
ar en
an te
lan gebeurt het! Het is donker,
r wat is dat? Ik hoor zingen!
e nacht, heilige nacht.
ik nu weer malaria? Droom ik?
ele kameraden komen Over-
Zij horen het blijkbaar ook.
is het echt! Davids Zoon, lang
pacht
Het is Kerstfeest, Kerstfeest in de
jungle: Nooit heeft een Kerstlied
zoveel indruk op mij gemaakt. God
denkt aan de wereld.
Hij denkt ook aan ons.
Als het lied uit is. is het even
doodstil. We denken aan onze vrou
wen en kinderen. Zouden ze nog in
leven zijn? We kunnen alleen maar
voor ze bidden.* De reveille! We
staan op, maar minder zwaarmoe
dig dan anders. We baggeren op
blote voeten door de modder, maar
dat is niet zo erg: we gaan toch eten
halen:
De pap smaakt lekkerder dan an
ders. Nog geen appél? Ja, daar gaat
het signaal. Na een poosje staan al
die broodmagere kerels aangetre
den. Nou ja, maar die bierbuikjes
zijn toch ook niet zo gezond. De
Jappen weten niet. hoe we heten.
We zijn alleen maar nummers. We
hebben allemaal een nummer
bordje en dat moeten we steeds op
onze buik dragen. Wie het niet
doet, wordt onthoofd, is ons vroe
ger gezegd.
Een paar plaatsen van ons af staat
een Surinamer. Hij kon door de
emoties zijn bordje niet vinden, en
heeft met krijt zijn nummer op zijn
buik geschreven. We wachten in
spanning af, hoe dat zal aflopen.
Daar komt de Jap al aan. Hij ziet
het, laat iets van een glimlach zien
en zegt alleen maar: „Very no
good." Maar het allerwonderlijkste
komt nog: de Japanse comman
dant geeft ons vandaag vrij! Het
kan niet op: Kerstfeest en niet naar
de spoorbaan.
We gaan terug naar onze barakken.
Eerst maar even rusten. Er wordt
druk gepraat en dus kan Je niet
slapen. Het ligt ook wel wat hard:
matrassen zijn slechts een herinne
ring. Ik ga eerst maar eens naar de
rivier om te baden. Wel jammer,
dat je nooit zeep hebt, maar je frist
er toch wel van op.
Die lange baard is ook wel verve
lend, maar misschien krijgen we
later weer eens scheergerei.
Een vriend vertelt me, dat hij een
rat gevangen heeft. Als ik hem help
bij het klaar maken, gaan we hem
samen opeten. De rat wordt ge
slacht en gekookt. Dan vinden we,
dat we ook nodig weer wat groente
moeten hebben en dus plukken we
wat jonge blaadjes van de bomen,
die hebben allicht wat vitaminen.
Een heerlijk Kerstdiner in
jungle: rijst, vlees en groente!
de
wiei
nden
wal
eeld.
de watersnood in 1953 werd
len groepje Zeeuwse gezinnen
er gebracht in het zeer afgele-
ienig kamp in Baarschot (Noord Bra-
vanjt), een omheind barakken-
ge- plex waarin voordien arbeiders
aan een ontginningsproject
eten waren ondergebracht. De
ipbeheerder zorgde dat ieder
het meest noodzakelijke
g. hij distribueerde koffie,
suiker, margarine en brood,
tok verzorgde vanuit de centra-
euken de maaltijden. In het
ie jaargetijde trokken jong en
naar het centrale kolenhok
anthraciet, ieder gezin stookte
ijn dikke buiskachel.
W. Steegenga, Heemstede
ander kamp overgebracht te wor
den, trok mevrouw Smulders naar
Den Haag en zij pleitte er voor
uitstel en met succes.
imstreeks kerstmis zullen velen
iog wel eens aan terugdenken
zij met de kolenkit over de
uwde paden liepen. Er wa-
mannen die 's maandagsmor-
vroeg naar Zeeland vertrok-
om er te werken bij het dichten
de dijk. zaterdagsavonds kwa-
zij terug. Ook waren er man
die opstandig van plan waren
en te werken als zij terug zou-
zijn in hun woonplaats. Men
:ht veelal de tijd door in eikaars
tlschap met het ophalen van
leringen aan de verschrikke-
belevenissen. Het wachten
le lang.
ïefden ook deze gezinnen naar
I Kerstfeest toe. De burgem&s-
^van Oostel-Middel- en Westel-
mevrouw Smulders, heeft
i het lot van deze mensen erg
Jgetrokken. Toen in de herfst
y feestavond in het kamp georga-
ïerd werd waar een toneelver-
feing een stuk opvoerde, was zij
haar hele gezin aanwezig. Op
irklaasavond bracht zij met
li ..echte" sint de geschenken in
gezinnen Zij luisterde naar
«chten en wensen. Toen sommi
st zeiden dat zij hetzoerg vonden
1 voor het kerstfeest naar een
Er was een onderlinge band ont
staan, en gezamelijk gingen wij ons
voorbereiden op het kerstfeest De
kinderen van de zondagsschool die
in het kamp gevormd was leerden
kerstliederen bij het orgel dat in
bruikleen was afgestaan. Ook de
opgroeiende jeugcj werd erbij be
trokken. Samen zochten we denne-
appels in de omgeving; die werden
verguld om straks de kerstboom te
versieren die de mannen in het bos
kapten.
Voor de Kerstavond werd alles
overgebracht naar de kantine, die
sfeervol gemaakt was met aaneen-
geschoven tafels en met wit da
mastpapier, waarop rode kande
laars en lantaarntjes een plaats
kregen. Twee kerstbomen stonden
versierd met gouden denneappels
en witte kaarsjes. Daar tussenin
stond het orgel.
Er was sprake van een intense
blijdschap die te lezen stond op
ieders gezicht. De predikant uit
Hilvarenbeek was met enkele ker-
keraadsleden gekomen en zij wa
ren zeer verrast door wat deze men
sen met zulke eenvoudige midde
len hadden gepresteerd. De domi
nee leidde de liturgie, advents-
teksten werden door kinderen en
groteren met overtuiging en aan
dacht gezegd. Kerstliederen klon
ken blij en hoopvol uit monden die
in de afgelopen tijd het zingen ver
leerd schenen. Het kerstevangelie
kreeg voor velen een nieuwe klank.
Na de pauze, waarin chocolade
melk. kerstkransjes en krentenbol
len gretig aftrek vonden, werd een
kerstverhaal verteld, waarnaar on
der doodse stilte geluisterd werd.
P. E. Mielus, Brunssum
i Tekening van Wilma Koolma, 14 jaar, uit Woerden.
7 O ALS aan ieder feest dat in de
familiekring gevierd wordt gaat
er heel wat aan het kerstfeest voor
af, elke huismoeder weet daarvan
mee te praten. In elk gezin is dat
weer anders, misschien kan elk ou
derpaar er het zijne over zeggen.
Zelf kom ik uit een mid
denstandsgezin, en later hebben we
ook tientallen jaren in deze sector
geleefd en gewerkt. Daarom wil ik
graag weergeven wat het voor men
sen in de „verzorgende" beroepen
is vóór het kerstfeest aanbreekt.
Als dan. zo kort na de siriter-
klaasdrukte de kerstweek aan
breekt. komt er heel wat kijken.
Wij hadden een bakkerij met een
kruidenierswinkel, waar dus een
breed assortiment aan banket en
levensmiddelen „gevoerd" werd.
De drukte, de spanning vooral, is
moeilijk te beschrijven. Vader, de
spil waar naast moeder alles om
draaide, maakte korte nachten. Ja.
de dag vóór kerst was vaak een
werkperiode van 36 uur achtereen.
Het hele gezin had zijn taak. De
meisjes hadden de handen vol aan
huishouding en winkelwerk met
moeder, de jongens in de bakkerij
en in de bezorging. Alles stond ge
spannen, maar allen werkten mee.
Er moest op die dag heel wat ge
beuren, alles draaide op topsnel
heid. Tot laat in de avond was er
werk. Gelukkig echter hadden de
kinderen kans gezien na een tip
van vader een kerstboom te halen
en een was reeds begonnen de
boom op te tuigen. Zo zachtjes aan
loopt de drukte ten einde, met ge
zamenlijke krachten wordt de zaak
opgeruimd, er wordt nog wat nage
praat onder de koffie, 't Is inmid
dels negen uur geworden, er belt
nog een late klant om een
kerstkrans, een van de jongens
moet er nog op uit. Maar nu wordt
het toch tijd, zegt moeder, en ze
voegt eraan toe: ik voel mijn benen.
Ook de kinderen hebben maar aan
één ding behoefte: aan slaap. Vader
zit voor z'n tweede kopje koffie te
slapen, hoe kan het ook anders?
En denk niet dat het uitslapen
wordt, allen maken zich gereed
voor de kerkdienst van tien uur
's morgens. Al van kwart voor tien
af zullen er kerstliederen gezongen
worden en ons graag zingende ge
zin verheugt zich daarop. Na al die
spanning en drukte is het geweldig
die dag als gezin bijeen te zijn. Zo
mochten we eraan meewerken dat
anderen een prettig kerstfeest kon
den vieren. Het was „om den bro
de" maar toch was het ondanks alle
drukke voorbereidingen en het ge
voel van verantwoordelijkheid te
genover de klanten vaak een heen
leven naar de rust en de gezellig
heid van de kerstdagen. De kleine
middenstander en zijn gezin waren
misschien wel: zijn gelukkig
met de kleine dingen. Om in alles
nog wat blij te zijn is soms zo
moeilijk. Maar gelukkig het
wordt nog gevonden.
Joh. Rotte, Nieuwerkerk, Zeeland.
P Anno Johan Muller (7 jaar) uit Holten maakte deze tekening van de herders in het veld en de koningen bij de stal.
TH c
Ha,
r diverse kerstpreken en medita-
lties hoor je dikwijls de uitdruk
king: ..Laat ons in gedachten of in
de geest naar Betlehem gaan", en
als je dan een keer werkelijk in de
gelegenheid bent om in de nacht
van 24 op 25 december in dat oude
stadje in Israël te zijn. dan is er
wel iets in je van een zekere ge
spannen verwachting. Zo tegen
tien uur rijd je. onder een flonke
rende sterrenhemel Jerusalem uit,
en allerlei kerstliedjes neuriën
zacht in je mee Langs de vijf kilo
meter lange weg is met bogen tus
sen de lantaarnpalen een wat kit-
serige versiering aangebracht en
zo ben je letterlijk op weg naar
Betlehem. Daar. in de geboorte
kerk wordt om twaalf uur een mis
opgedragen, die via radio en tele
visie over de gehele wereld te vol
gen Is.
De bus parkeert bij tientallen an
dere en te voet gaan we naar het
plein voor de kerk. die er meer
uitziet als een versterkt fort dan
een bedehuis. We zijn voorzien van
speciale pasjes ons de vorige dag
bij aankomst op het vliegveld Ben
Ooerion bij Tel Aviv, ter hand ge
steld. Zo schuiven we langs Israë
lische militairen, die een cordon
om het plein hebben getrokken in
verband met de huidige politieke
situatie. Na tien uur wordt de toe
gang gesloten en onder strenge
maar daardoor veilige bewaking,
staan we met vele anderen uit di
verse windstreken te wachten tot
twaalf uur. Toegang tot de kerk
heb je niet, want die is alleen voor
een select gezelschap hoogwaar
digheidsbekleders van de rooms-
kalholieke kerk. Je drentelt wat
rond binnen de beperkte ruimte en
jaom twaalf uur begin
nen de klokken te luiden en op een
groot laken, tegen de muur gespan
nen. zie je de dienst geprojecteerd.
Het licht van de heldere maan. dat
op het doek valt, maakt de béélden
vaag en na tien minuten zegt ieder
een: „Zullen we de bus maar opzoe
ken en terugrijden naar Jeru
salem."
De slapende chauffeur wordt ge
wekt en wat koud stappen we in de
onverwarmde bus. rijden een erva
ring rijker maar een illusie armer,
naar ons hotel Nee. dit was het
niet. gelukkig niet. Was dat wel het
geval dan zouden alle andere men
sen op de wereld tekort komen
Heel goed weten we nu en wisten
we allang ..Het gaan naar Betle
hem is niet aan plaats gebonden,
maar een rijke geestelijke erva
ring. die je overal en onder alle
omstandigheden kunt hebben
Maar als we dan de volgende dag
naar de velden van Efratha gaan.
die daar nog precies zo liggen als
tweeduizend jaar geleden, is het
anders Onder de dennebomen
door loop je naar een plekje, waar
je een mooi uitzicht hebt over het
karakteristieke bergland van Ju-
déa en meestal passeert daar ook
nu wel een herder met zijn kudde
als eens David. Als je daar nu
samen leest Lukas 2 8-20. ja. dan
trilt er wel iets in je en je voelt je op
dat moment een bevoorrecht mens.
dat je hier op deze plek mag staan.
Na het samen zingen van het ..Ere
zij God", zegt iemand spontaan:
Nu ook nog ..Heerlijk klonk het
lied der englen".
Ja. dat is wel een fijne diepe bele
ving. die later elk jaar. als je in
Holland bij kaarslicht en de »»*■/*-
groen. het kerstfeest viert, in Je
gedachten teiuykomt. Maai lotrijt
hier in Efratha's velden midden in
juli. dan beleef je hetzelfde en is dit
altijd één van de hoogtepunten
van een Israëlreis. En zo is het
duidelijk, dat de boodschap van
kerst tijdloos en niet aan een
plaats is gebonden, maar altijd
voor ieder waar ook ter wereld kan
het ook nu weer zijn: „Een geze
gend kerstfeest 1976".
Mevrouw T. T. Smith, Den Helder
T^TOOIT is er kerstfeest gevierd als
in 1956 In het opvangcentrum
voor Hongaarse vluchtelingen in een
oude kampeerboerderij. Ze waren
hier een paar weken daarvóór aange
komen, berooid, vermoeid en ontred
derd. Een bij elkaar geraapt stel: een
man die er alleen vandoor gegaan
was maar nu zijn gezin miste, moe
ders die nog een kind kwijt waren.
Ze hadden het vege lijf gered, ze
zaten veilig en warm, toch wel
dankbaar dat er een eind gekomen
was aan de lange tocht, meestal te
voet naar de Oostenrijks-Hongaarse
grens door sneeuw en ijs.
De enige tolk voor deze voorlopig
tachtig mensen vroeg: zullen wc
toch een beetje kerstfeest vieren?
De vluchtelingen, blij met elke af
wisseling, versierden de oude koe
stal die omgetoverd was in een ge
meenschapsruimte. In de kleine
boograampjes kwamen kaarsen te
staan, de koeienpalen werden met
dennegroen versierd en op lange ta
fels lagen geïmproviseerde
kerststukjes. Er zou lekker gekookt
worden met iets Hongaars erbij. Het
zakgeld, a vier gulden per persoon
was juist uitgedeeld en werd in het
dorpswinkeltje in lekkernijen omge
zet. Midden in de drukte bedachten
we nog dat er geen harmonium was.
Na veel getelefoneer naar het nabu
rige dorp werd juist op tijd een har
monium gebracht, samen met de do
minee die, hoewel de taal niet mach
tig, toch een kleine meditatie zou
houden. Toen het even later begon
te sneeuwen werden de kieren van
de stal gestopt met kranten die de
vluchtelingen nog hij zich hadden
met het 'laatste nieuws' van oktober
Een stuk van een Hongaarse krant
flapperde er wat bij. je kon er nog
net op lezen 'Sla op Hongaar, uw
vaderland roept u'.
Stilletjes schoven allen aan de ta
fels, een jonge moeder bleef nog
even in een hoekje zitten huilen,
maar wie zou er niet huilen:
kerstfeest vieren onder zulke
omstandigheden! 'Alles zijn we
kwijt, we moeten helemaal opnieuw
beginnen'. De tolk wees haar op
haar dochtertje dat bij het harmoni
um rondsprong: 'Zie eens wat je
hebt mogen behouden'. De jonge
vrouw droogde haar tranen en kwam
met man en kind aan tafel zitten. De
dominee hield zijn korte meditatie,
die onderbroken werd door een jon
getje dat riep 'Zie eens, hij slaat
geen kruisje'. Iemand speelde daar
na 'Stille nacht' en er kwam zelfs
wat sfeer in de stal. Naast de tolk zat
iemand scheef op zijn stoel: hij had
gisteren nog een granaatscherf uit
zijn been gepeuterd en het deed nog
pijn. Tegenover hem zat een meisje
van zes dat vluchten zo leuk vond.
samen met vader en moeder door de
besneeuwde bossen. Plotseling kwa
men afgevaardigden van de plaatse
lijke kerken binnen met dozen vol
geschenken: kleding en speelgoed.
Toen ging een van de Hongaarse
mannen op zijn stoel staan en
dankte de Nederlanders voor hun
gastvrijheid 'Met blote handen heb
ben we gevochten tegen de overheer
sers. we zijn wel een verloren volk
maar geen overwonnen volk. de
strijd gaat door'. Degenen die het
lied kenden zongen samen 'Een vas
te burcht is onze God', helemaal
geen kerstversje maar het vertolkte
wel wat in de harten leefde.
■p)RIE jaar geleden maakte Corry
■^Lammersen uit Deventer het
Kerstfeest mee in het ontwikke
lingsland Haiti, in het vrij geïso
leerd in het binnenland gelegen
dorpje Deschapelles. Zij werkte
daar in een tropenziekenhuis, het
Hópital Albert Schweitzer, met
Haitiaanse, Amerikaanse, Zwitser
se en Nederlandse collega's en dok
toren. „In deze streek was er in de
adventstijd weinig uiterlijk ver
toon. slechts in een paar gezinnen
zou kerstfeest gevierd worden met
een kerstdiner, geschenken enz.
Een groot deel van de bevolking
was al blij elke dag te eten te heb
ben. een nog groter deel had slechts
af en toe te eten. niet eens dage
lijks. Wij. als buitenlanders, wilden
wel wat met kerst doen. Ik heb toen
pannekoeken gebakken voor een
gezin waar ik vaak kwam. Eigenlijk
was er in dit gezin, met zeven kin
deren. waar niemand werk had.
dagelijks gebrek De twee kinderen
uit het gezin die de pannpkoeken
kwamen halen gingen er glunde
rend mee op pad. De
kerstnachidienst maakte bijzonde
re indruk op me: de dienst begon
even na half twaalf op de tennis
baan op het ziekenhuisterrein en
alle in Deschapelles vertegenwoor
digde „nationaliteiten" werkten
mee. Er stonden wel wat stoelen en
banken maar de meesten moesten
staan. Zoals vrijwel altijd was het
een prachtig heldere nacht met
duizenden sterren en het was
warm. Vele Haitianen stonden op
een afstand, sommigen omdat ze
beschroomd waren, anderen omdat
ze hun kleding te schamel vonden.
Wij, Nederlanders, zongen het lied
„Komt verwondert u hier mensen',
begeleid door een non uit Canada,
die op een klein harmonium speel
de. Kerstliederen, het kerstevange
lie en gebeden klonken in verschil
lende talen. De betekenis van de
komst van de messias. zo'n 2000
jaar geleden, ging in deze omgeving
zo duidelijk voor mij spreken. Van
aangebrachte kerstsfeer in het zie
kenhuis was geen sprake; wel gin
gen we met verschillende mensen
die dienst hadden langs alle afde
lingen om kerstliederen te zingen,
's Middags na diensttijd gingen we
met een groepje Nederlandse ver
pleegsters naar l'Escole, een
centrumpje in Deschapelles. waar
tb-patiënten verpleegd worden. We
namen chocolademelk mee en ei
gengebakken cake. We zongen er.
lazen het kerstevangelie en trac-
teerden er. We merkten er weinig
van dat het tot de mensen
doordrong dat dit het over de hele
wereld gevierde kerstfeest was.
Toen we voorbereidingen troffen
voor het kerstfeest dat we 's avonds
met elkaar wilden vierden, zag ik
als zo vaak weer de schrijnende
tegenstelling tussen het „rijke wes
ten" en dit land Ook dit jaar zullen
m'n gedachten weer uitgaan naar
die andere wereld en ik zal me
afvragen: .Hoevelen zullen ook dit
jaar weer. zelfs met Kerst, het zon
der een bordje eten moeten stel
len?" Aldus Corry Lammersen uit
Deventer.
Kinderen in het ziekenhuis
m■■Ka
van Deschapelles. Haiti.