'Nederland niet solidair met joodse vervolgden' Veel eidereenden in netten verstrikt 7/4%rent met't nieuw Spaar- extra-Premie - boekje. Rabobank Q Als het zo doorgaat, is er in '83 geen zeehond meer over in Waddenzee Werkgroep: Wij willen geen barmhartigheid maar recht ,Krentewegerij met percentages"- Spoedig maatregelen nodig Slachtoffer van visserij in de Waddenzee IONDERDAG 2 DECEMBER 1976 BINNENLAND TROUW/KWARTET 13 C. J. Teeboom NAARDEN Pas achtentwintig jaar na het einde van de tweede wereldoorlog kwam er een wet, die de joodse vervol gingsslachtoffers recht gaf op een uitke ring. Dit was de per 1 januari 1973 van kracht geworden Wet Uitkering Vervol gingsslachtoffers (WUV). Vóór die tijd hadden de joodse slachtoffers van de Duit se concentratiekampen, evenals de Neder landers die verbleven in de Japanse kam pen, het moeten doen met de bijstandswet. En op de bijstandswet werd uit begrijpelij ke ti'orwegingen van „nu kan ik het zelf wel rooien", niet vaak een beroep gedaan. Premier Den Uyl heeft in 1974 gesproken over onze solidariteitsplicht jegens de ver volgden. Maar wordt nu, met deze WUV wel voldaan aan de solidariteitsplicht en uiterste zorgvuldigheid" tegenover de KZ- slachtoffers, die kampen met de psy chische en fysieke gevolgen? Twee weken geleden, op 13 november, werd de Werkgroep Joodse Vervolgings slachtoffers opgericht. Secretaris J. Tee boom (uit Naarden) van deze werkgroep zegt: ,,Wat nu gebeurt laat juist een totaal gemis zien aan solidariteit met de joodse vervolgden. Wij vragen overigens geen barmhartigheid, maar recht." Een recht dat bij voorbeeld nog niet is toegekend aan een 73-jarige vervolgde, die drie jaar gele den WUV aanvroeg, maar het nog steeds niet heeft ontvangen. De Uitkeringsraad in Den Haag heeft een verklaring voor deze trage gang van zaken: personeelsge brek. drs J. J. Voogd door Huib Goudriaan Over het falen van de diverse Nederlandse regeringen tot 1973 om de financiële bijstand aan oorlogsslachtoffers af doende te regelen, is in de loop der jaren voldoende gezegd. Het PvdA-Tweede Kamerlid Voogd, die zich inspande om de uitkering aan de joodse ver volgden los te koppelen van de bijstandswet zei in 1972: „Het gaat hier niet om een afkoopre geling." En het Auschwitzco- mité stelde toen met nadruk: „Dit moet geen koehandel wor den." Na het in werking treden van de WUV, zijn er niet veel kritische geluiden meer ge hoord. De 52-jarige Joop Tee boom kreeg eerst in 1974 oog voor gebreken van deze wet, die door hem en de andere le den van de Werkgroep Joodse Vervolgingsslachtoffers als on recht wordt ervaren. Teeboom: „Waarschijnlijk viel mij dit zo op, omdat ik na een verblijf van twintig jaar in Zwitserland, waar ik als be drijfsleider bij een dagblad werkte niet zo van de situa tie in Nederland op de hoogte was." In 1971 openbaarden zich, zoals bij vele vervolgings slachtoffers, ook bij Teeboom de gevolgen van zijn onder duikperiode en van het verlies van zijn familie. Hij begon aan depressies te lijden en werd on geschikt verklaard voor zijn werk. In december 1973 keerde hij op medisch advies naar Ne derland terug. Geen smartegeld Teeboom had in 1972, in het kader van de toenmalige rijksgroepsrege ling voor oorlogsslachtoffers om een uitkering gevraagd. Wat hem daar na overkwam gaf hij weer in een brief aan staatssecretaris Meijer van CRM. Hij schreef: „ik stel nu met verontwaardigde verbazing vast, dat mijn gezin een korting van vijf tien procent wordt opgelegd op de uitkeringsgrondslag. Een uitke ringsgrondslag, die tot nu toe in genen dele Is uitgegaan van mijn Van een onzer yerslaggevers HARLINGEN Indien het aantal zeehonden in de Waddenzee op dezelfde wijze blijft achteruitgaan als de laatste jaren het geval is, zal de zeehond in 1983 niet meer in de Nederlandse Waddenzee voorkomen. Deze sombere voorspelling doet ir. Peter J. H. Reijnders in het laatste nummer van het Waddenbulletin, een uitgave van de Landelijke vereniging tot behoud van de Waddenzee, aan de hand van een onderzoek naar het verloop van de aantallen zeehonden vanaf 1900. Vanaf die periode tot kort na de tweede wereldoorlog bleef een aan tal (ondanks het feit dat op zeehon den werd gejaagd) van rond de 2600 zeehonden gehandhaafd. Daarna liep het aantal terug via twaalfhon derd stuks in 1955 tot negenhonderd stuks in 1959. Dit laatste cijfer is geen schatting, maar is vrij nauw keurig, omdat in dat jaar voor het eerst met een vliegtuig werd geteld. Met een vliegtuig kan in enkele uren de hele Waddenzee worden afge zocht. zodat in één laagWatereriode alle dieren tegelijk kunnen worden geteld. Ondanks het feit dat het aan tal sindsdien drie keer een toename heeft vertoond ten opzichte van het voorgaande jaar, bleef de ontwikke ling toch negatief. Staatssecretaris Meijer (CRM) bevestigde begin no vember dat het aantal zeehonden dit najaar is teruggelopen tot minder dan vierhonderd. Rustgebieden Volgens Ir. Reijnders zullen snel maatregelen moeten worden geno men om te voorkomen dat de zee hond in de jaren tachtig zal verdwij nen. Hij noemt in dit verband het direct instellen van rustgebieden in de perioden dat de zeehonden hun jongen werpen en zogen. Herhaalde Verdachte bekent overval op vrouw Van een verslaggever KERKRADE De 23-jarige werkloze man J. G. K. uit Kerkrade die verdacht werd van een roofover val op de 78-jarige alleenwonende vrouw C. Jelsma-Faber uit Schaes- berg, heeft volgens de politie volle dig bekend. Via het kelderraam verschafte hij zich zondag toegang tot dve woning van de vrouw in de buurtschap Tér- winselen. Hij was op zoek naar geld en had niet verwacht de vrouw in de huiskamer aan te treffen Zij sliep daar en werd wakker toen zij merkte dat er een ongewenste gast in haar huls was. K. greep een stoel en sloeg de schreeuwende vrouw Jelsma op het hoofd, bovendien bracht hij haar met een mes diverse steekwon den toe. Levensgevaarlijk gewond liet hij haar achter. Voorzover be kend heeft hij geen geld buitge maakt. Het levensgevaar voor de overvallen vrouw is Intussen geweken. verstoring is tijdens deze periode de sastreus voor de zeehonden. Voorts £u zo snel mogelijk een onderzoek Shoeten worden ingesteld naar de factoren die een negatief effect hebben op het aantal zeehonden, zo dat de overheid een duidelijk beleid kan gaan voeren. I salaris, verdiend gedurende twintig jaren. Waarom die korting?" En hij vervolgde in zijn brief: „De mensen die door hun aandeel in het verzet arbeidsongeschikt geworden zijn, ontvangen hun verzetspensi- oen, en naar de mate van hun ar beidsongeschiktheid tevens een per centage (20 tot 40 prodent) smarte geld. Dit spreekt vanzelf. Maar jood se oorlogsslachtoffers geeft het mi nisterie een korting op hun uitke ring van minstens 15 procent." Heb ik geen smart ondervonden bij het afscheid van mijn toen 42-jarige vader in het jaar 1942? Ben ik niet gearresteerd door de Grüne Polizei op het Amsterdamse J. D. Meij- erplein en gevlcucht met hulp van de politiepost op dit plein? Stond ik niet ettelijke malen op de straatstenen, niet wetende waar ik de nacht doorbrengen zou? Moest ik me niet als jongen van achttien, negentien jaar dozijnen keren aan passen aan mij meestal vijandige milieu's om het leven te redden? Was dit leven niet een helse smart en was het verzet of niet? Waar ligt eigenlijk die grens tussen het verzet in de illegaliteit en verzet tegen de vervolging? Waarop baseert zich de hypocriete aftrek van minstens 15 procent op de uitkeringen van die paar overgeblevenen?", aldus Tee boom in de brief aan staatssecreta ris Meijer. Percentages De staatssecretaris antwoordde dat de leden van het voormalige verzet onder de uit 1947 stammende wet „Buitengewoon Pensioen 1940-'45" vallen. Dit pensioen, dat een zieke of invalide verzetsman 100 procent van zijn pensioengrondslag uitkeert, wordt beschouwd als het inlossen van een ereschuld. Maar het verzet tegen de vervolging kan niet gelijk gesteld worden met het verzet van de illegaliteit, „omdat aan het verzet tegen de vervolging niet tengrond- slag lag de vijand te bestrijden en daardoor het oorlogsgebeuren te beïnvloeden." Teeboom was aller minst tevreden gesteld met dit antwoord. Bovendien had hij ont dekt, dat de staat der Nederlanden de joodse vervolgden, die niet meer voor zichzelf kunnen zorgen, nou niet bepaald royaal een uitkering geeft. Na bijna dertig jaar touwtrek ken. waarbij slechts een verzor gingsregeling en geen wettig pen sioen uit de bus is gekomen, is er toch weer sprake van krentenwe- gerij. In de WUV komt bijvoorbeeld arti kel vier voor. Dit artikel houdt in dat de joodse verzetsstrijder, die het voor alle verzetsmensen geldende buitengewoon pensioen aanvraagt, na zijn aanvraag elk recht op de WUV-uitkering verliest indien de Pensioenraad slechts ten dele op zijn verzoek kan ingaan. In zo'n ge val wordt gewikt en gewogen met percentages: welk deel van de psy chische en fysieke gevolgen, die de aanvrager nu ondervindt is terug te voeren op het verzetswerk en welk deel op de vervolging als jood? Komt de Pensioenraad tot de conclusie dat slechts een deel van de invaliditeit (zeg maar dertig pro cent) is terug te voeren op ver zetswerk, dan kan geen volledig pensioen worden toegekend. Maar ook de uitkeringsraad die de WUV uitvoert, weigert dan op grond van artikel vier een rest-uitkering. Deze joodse verzetsstrijder moet dan voor zijn overige inkomsten (de res terende zeventig procent) een be roep doen op sociale zaken in zijn woonplaats. Pensioenrecht Het hoofddoel van de werkgroep is pensioenrecht. „Het buitengewoon pensioen van de verzetsmensen is een recht, terwijl de WUV een aan de bijstandswet verbonden verzor gingsregeling is, onderhevig aan de veranderingen in de sociale wetge ving," vindt Teeboom. „Het buiten gewoon pensioen kent hogere mini mum- en maximumgrondslagen. De WUV trekt vijftien procent van de grondslag af voor de gehuwde met kinderen, tot dertig procent voor de weduwe van het vervolgings slachtoffer. De joodse overgebleve nen ontvangen geen smartegeld, ze krijgen geen belastingfaciliteiten om over de vrijstelling van kijk- en luistergelden maar te zwijgen." de werkgroep ervaart het als bijzon der grievend dat alle andere oor logsslachtoffers, de verzetsmensen, de overlevenden van de slachting in Putten, de gegijzelden, de nabe staanden van de gesneuvelde koop- vaardij-mensen, beschikken over pensioenrecht, behalve de joodse vervolgden. Teeboom: „Wij zijn blij met het buitengewoon pensioen voor de verzetsmensen, maar we vragen ons af waarom de regering de vervolgden, die toch ook verzet pleegden door onder te duiken of zich te verzettei> tegen de vervol ging, scheidt van het verzet. Zelfs al zouden we dit regerings standpunt omhelzen verzet tegen vervolging zou geen verzet tegen de vijand geweest zijn dan nog ziet de werkgroep niet in, waarom de joodse vervolgingsslachtoffers geen recht zouden hebben op dezelfde materiële en sociale voorzieningen binnen de WUV, die voor de ver zetsmensen binnen het BP gelden. Het lijden van de joodse vervolgden is bovendien niet te vergelijken met dat van welke groep ook: zij troffen bij terugkeer hun vertrouwde milieu niet meer aan. Dat was vernietigd Daarom doen wij een beroep op de verzetsorganisaties ons te steunen, indachtig de humanitaire traditie die ons bindt." Teeboom benadrukt overigens dat de werkgroep geen enkele politieke binding heeft, met welke politieke groepering dan ook. Verbittering De werkgroep wil geen bijstandsuit keringen. kortingen van de grondslag (inkomen dat in gezonde staat zou worden verdiend, red.) for mulieren en medische keuringen meer. „Wij willen er overigens niet eens over praten." aldus Teeboom, „dat praktisch alle Nederlandse in stanties met de Duitsers hebben sa mengewerkt bij de deportatie van meer dan 100.000 Nederlandse joden naar de vernietigingskampen. De Nederlandse overheid zou uit dit bit tere feit een ereschuld ten aanzien van het handjevol overgeblevenen kunnen afleiden. Wat ook verbittering oproept is het soms jarenlange wachten op de be schikking dat de WUV zal worden toegekend. Teeboom vindt dat een verklaring van de huisarts dat de ex-vervolgde ongeschikt is om te werken, voldoende moet zijn om hem de uitkering als voorschot te verstrekken. „Wij kunnen niet het slachtoffer worden van perso neelsgebrek. (Er zijn volgens de uit keringsraad te weinig ambtenaren om het grote aantal aanvragen te kunnen verwerken, red.). Het niet bepaald zachtzinnig oor deel van de werkgroep over de WUV wordt gedeeld door de Amsterdam se psychologe mevrouw Further-De Jong Zij heeft gewezen op het nega tieve psychologisch effect van de WUV op de joodse vervolgden. „Een geldelijke uitkering voor oor logsslachtoffers betekent meer dan geld alleen: men zou het slachtoffer het gevoel moeten geven, dat hij door de overheid weer wordt geac cepteerd. De uitkering werd door de slachtoffers ook in de eerste plaats als een erkenning gezien. Maar de erkenning is uitgebleven. Men krijgt geen uitkering omdat men geduren de de oorlogsjaren in een kamp was. of omdat op andere wijze vervolgd, men krijgt een uitkering omdat men ziekten of gebreken aan de vervol ging heeft overgehouden." Martelgang Mevrouw Further-De Jong heeft uit gesprekken met de joodse ver volgden een samenvatting gegeven van hoe de WUV overkomt: „Alge heel gevoel van vernederd worden;, liefdadigheid; moeten bedelen om iets wat je toekomt; angst om aan gezien te worden voor „daar heb je ze weer die joden, ze slaan er weer een slaatje uit; ziekmakend door het vele oprakelen van het verleden. Vooral het steeds weer oprakelen, waardoor de mensen dikwijls nach ten daarna niet kunnen slapen, weerhoudt ze zo langzamerhand om de dingen waar ze voor de wet recht op hebben, aan te vragen. Kortom, de gang naar de instanties wordt een martelgang." De werkgroep staat open voor verzoe ken om advies van ex-vervolgden- Werkgroep Joodse Vervolgings slachtoffers. postbus 1113, Bussum. Voor financiële steun: Postgiro Rabo bank 57291 ten gunste van 3437.53.804 „Werkgroep". Een verdronken eidereend in een kieuwnet bij eb op het wad bij Vlieland Van een onzer verslaggevers HARLINGEN De vangst van harders (grote vissen) door middel van kieuwnetten eist op de wadden een groot aantal slachtoffers onder vogels, voor al eidereenden. De vogels ra ken bij laag water verstrikt in de netten en verdrinken bij hoogwater. Bij een dit jaar gehouden onderzoek is gebleken dat van de volwassen eidereenden die in enkele netten bij Vlieland zijn verdronken, het meren deel uit wijfjes bestond. Dit bete kent een extra verlies voor de broed- populatie van deze vogel in het wad dengebied. Dit staat in een artikel in het laatste Voordelig Voor de konstante spaarder, die zijn spaartegoed niet vaak aanspreekt. Het Spaar- extra Premieboekje van de Rabobank is dan een prachtige manier om extra rente te maken. Uw spaartegoed blijft onmiddellijk opeisbaar. U betaalt wel 2% over elk opge nomen bedrag. Als vuistregel kan gelden dat net Spaar extra Premieboekje voordelig is. alsu het spaartegoed langer dan een jaar laat staan. Niet voordelig Bent u een spaarder, die geregeld wat van z'n spaartegoed opneemt, dan is het Spaar extra Premieboekje niet voordelig voor u U kunt dan beter een andere spaarvorm kiezen De Rabobank helpt u daarbij graag Over sparen gesproken Sparen is een zaak van meer dan rente alléén. Wip daarom even bij ons binnen als u meer wilt weten over de verschillende mo gelijkheden. Met 3100 vestigingen is er altijd een Rabobank in de buurt. En goede raad kost niets geld en goede raad nummer van het waddenbulletin, een uitgave van de landelijke vereni ging tot behoud van de Waddenzee. De harder is een vrij grote vis die meer dan een halve meter lang kan worden en die na de oorlog onder invloed van de zachte winters in het Nederlandse kustgebied in aantal is toegenomen. In het voorjaar trekken de harders de waddenzee in. waar zij bij opkomend water op de hogere delen voedsel zoeken. Door het plaatsen van netten met grote ma zen. waarin zij met hun kieuwen blij ven hangen, kunnen de harders wor den gevangen. Deze netten worden over een grote lengte op ondiepe en voedselrijke delen van het wad ge plaatst. zoals op het Balgzand, voor de waddenkust van Texel en bij Vlie land en Terschelling. Niet-beroepsvissers Harders worden door beroepsvissers gevangen als bijverdienste, maar de laatste jaren neemt het aantal nlet- beroepsvissers dat harders vangt toe. Zij controleren echter niet bij iedere eb de netten, zodat de vogels die verstrikt zijn geraakt niet kun nen worden bevrijd en bij opkomend water verdrinken. Vooral eidereen den raken in de netten verstrikt. Deze vogels trekken van hun rustge bieden. die op of in de nabijheid van een eiland liggen, naar de voedselge- bleden op het wad. ZIJ moeten dan de hardemetten passeren, die soms over een lengte van meerdere kilo meters staan opgesteld. Volgens het waddenbulletin Is het moeilijk een Juist beeld te krijgen van de aantallen vogels die in de netten omkomen. Dit Jaar zijn ech ter enkele getallen bekend gewor den. Zo spoelden in opril bij Coksdorp op Texel 140 dode ei dereenden aan. die door verdrinking om het leven waren gekomen. Kort voor zij aanspoelden waren op het wad hardemetten geplaatst. Onderzoek Het waddenbulletin wijst verder op een onderzoek dat de bioloog drs G.Th de Roos tussen april en Juni van dit Jaar op het wad bij Vlieland uitvoerde. In de daar opgestelde net ten trof hij in die periode meer dan zeshonderd door verdrinking gestor ven vogels aan. terwijl minstens een zelfde aantal door vissers is bevrijd. Onder de dode vogels waren 589 ei dereenden. Het waddenbulletin schrijft dat in leder geval het plaatsen van langte netten verboden zou moeten worden daar waar de eindereend In het voor jaar dagelijks heen en weer pendelt tussen het rustgebied en voedselge- bied. Voor de hardervangst als lief hebberij, aldus het waddenbulletin, lijkt de prijs aan ellendig omgeko men vogels te hoog

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 13