g&f, v*» Treemonisha, hen neger-opera Met Wilson, Glass en Einstein vijf uur on the beach Lutoslawski's muziek oorspronkelijk en bevattelijk tegelijk Boeiend spel van Kamerorkest Nieuw toneelspel Lodewijk de Boer ;rflet late succes van Scott Joplins levenswerk Plan voor sociaal- cultureel centrum Met leden van The Family NDAG 25 OKTOBER 1976 KUNST TROUW-KWARTET 7 ne uit Treemonlsha in de nieuwe enscenering die in 1975 in Houston in première ging. Links Betty len als Monlsha, rechts Carmen Balthrop als Treemonisha. »or Joop Schrier geschiedenis van Scott Jo- i's in 1975 herontdekte ope- .Treemonisha" is weinig nder dan een sprookje, zij jet dan dat de hoofdpersoon gelukkige ontknoping niet leeft mogen meemaken. componist, Scott Joplin, was tot ir enkele Jaren het exclusieve be- van Jazzfreaks, die met verheer- :te gezichten zijn oude krassende ten beluisterden, de minder ver- ite geesten onder hen stelden h desnoods ook tevreden met mo- ie opnamen van de door Joplin gespeelde" pianorollen. Kort en ;d: hij gold in de Jazzgeschiede- iboeken dan wel als de grote cory- van de ragtime-planostljl. als ifiguur leidde hij toch een schim- g bestaan. In de latere jzgeschiedenls werd hij volkomen 'erschaduwd door figuren als Ja- :s P. Johnson en Fats Waller, die ragtime een meer swingend ka ter gaven. Pas in de loop van de n '60 ging men zich in Amerika lseren dat het Scott Joplin was voor een goed deel het gezicht de nationale dansmuziek had tpaald: inde Jaren 1890 tot pakweg 18 speelde ledereen op parties rag- lemuzlek. Scott Joplln's Maple iaf Rag" was een bestseller: in 04 bereikte de bladmuziek van dit :uk een verkoopcijfer van een mil- >en! In 1950 was bij Knopf van de and van Harriet Janls en Rudy lesh een boek verschenen „They f//^ll played Ragtime", dat de her- aarderlng van Scott Joplin als na tionaal amusementscomponist in- stte. In het begin van de Jaren '60 ette zich een Amerikaans musicolo og e met name Vera Brodsky Lawren- ,e aan de heruitgave van Joplln's werken". die in 1971 in twee dikke ie elen bij de New York Public Libra- ,0y verschenen. Ongeveer tezelfder- rfi jd maakte de pianist Joshua Rif- ln een klassiekeling! een plaat iet planorags van Joplin, die aan- Q ankeiijk niets deed. maar na vijf ie ïaanden Ineens een kraker van Je welste werd. jg)e grote klap kwam echter toen I ven later Joplln's compositie „The Intertainer" als muzikaal thema oor de misdaadfilm „The Sting" ■Werd gebruikt. Dit stuk uit 1902 loeg In een door de componist b| lunther Schuller georkestreerde ersie als muzikale milieutekening -e nno 1930, als een tang op een var- rê en: de half-negroïde, half-blanke ïhicago-stijl bepaalde immers de - leer ln het misdaadwezen in het lrooggelegde Amerika! Aaar goed. op een schoonheidsfout je kijken we tegenwoordig maar zel den. Het spreekt welhaast vanzelf dat men. na kennis te hebben geno men van Joplln's ragtime-werk, ook wel eens wilde weten hoe die vreem- de opera „Treemonisha". die overal n de schrifturen opdook, eigenlijk donk. Wel, dat weten we nu. Van v! 1972 af zijn verschillende recon- Atructles uit het nog bestaande pla- io-uittreksel gemaakt en er zijn wat 'Ci iltvoerlngen op amateuristische tchaal geweest, maar het Is de al eerder genoemde Gunther Schuller jeweest die heeft gezorgd voor een H vakkundige orkestratie en recon- r itructle van de zangpartijen. De Houston Grand Opera nam het stuk w op het repertoire en ziedaar: het succes van de première in 1975 was 'iÉ enorm. Deutsche Grammophon ver- In zekerde zich fluks van de opname- p| rechten. De opname is nu een paar ,0 weken op de markt en de enkele u honderden exemplaren die hier wer- den geïmporteerd waren binnen en- c kele dagen uitverkocht. En een uit >nde tweeplaats-set getrokken single ]l met de twee spectaculaire gedeelten r(j0p de A-kant en een versie voor groot orkest van The Entertainer door de Boston Pops aan de B-zijde «taat Intussen veilig en wel op de lü hitparade. Is dat een sprookje of niet? e Wrang )d Het wrange van de situatie Is echter n dat Scott Joplin zelf van zijn „Tree- 0 monlsha" niets dan ellende heeft ondervonden. Het idee voor „Tree- r monisha" moet al rond 1906 hij e was toen een beroemd musicus die n overal in de Verenigde Staten werd 1 gevraagd bij hem zijn gerijpt In n leder geval meldde het dagblad New n York Age op 5 maart 1908 dat de Scott Joplin 1868-1917 ragtime-componlst Scott Joplin aan een opera werkte. „Van ragtime naar opera is beslist een grote sprong" gaf het blad als commentaar. Hoe groot die sprong wel was ondervond Joplin alras. Toen de opera gereed was kon hij het werk nergens geplaatst krijgen. Ten einde raad heeft hij toen op eigen kosten een provisorische uit voering in concertvorm op touw ge zet en zo ging dan in 1915 in een klein zaaltje in een New Yorkse buurtbioscoop „Treemonisha" in première. Het was een rommelige aangelegenheid, solisten en koortje waren slecht ingestudeerd, een or kest was er niet, want Joplin moest zich noodgedwongen tot de piano beperken. Het mag alleen al vanwe ge de belabberde uitvoering geen verwondering wekken dat muzie kuitgevers en theaterproducenten geen brood zagen ln „Treemonisha". Maar daarnaast hebben toch ook factoren van raciale aard de val van het werk veroorzaakt. Verhaal Het verhaal van deze opera behan delt de strijd van een te vondeling gelegd negermelsjé Treemonisha dat, eenmaal ouder geworden, wil afrekenen met het bijgeloof ln haar kring, haar pleegouders inbegrepen. Een ontvoering door een groep ne gers, die de „black magic" ten koste van alles wil handhaven en een be vrijding door medestanders, leiden tot een gelukkig einde, dat Treemo nisha begroet als leidster van haar clan. De toenmalige producenten wilden een in een negerge meenschap spelende opera eenvou dig niet accepteren. En bovendien, een opera van een gekleurde compo nist: een onmogelijkheid bij een overwegend blank publiek. Zelfs als die componist de beroemde Scott Joplin was. Twintig Jaar later zou- dep de rollen omgedraaid worden: Gershwin heeft met zijn „Porgy and Bess" meer moeit? gehad met de zwarte groeperingen dan met zijn blanke publiek. Draak Muzikaal biedt „Treemonisha" geen enkel probleem, want Joplln's Idi oom ls uiterst conventioneel en wordt wat dramatische vormgeving betreft met gemak geslagen door de eerste de beste Italiaanse roman tische draak. De meest overtuigen de delen zijn die welke op DGG's single zijn opgenomen. Eén daarvan ls een gezongen en gespeelde rag, maar daarmee houdt het ragtlme- karakter (en zelfs het enige negroïde element) van de opera op. Het gaat dan ook wat ver „Treemo nisha" uit te roepen tot de nationale opera van de negers in Amerika. Of tot een voorloper van „Porgy and Bess", want Gershwin heeft nooit een noot van „Treemonisha" ge hoord of gezien. De sprong van rag time naar opera ls voor Scott Joplin te groot geweest. Hij heeft zich het lot van zijn opera, die hij zelf als zijn levenswerk beschouwde, sterk aan getrokken. Na „Treemonisha" heeft hij eigenlijk niets meer geschreven en zijn vrienden beweren dat het debacle van zijn opera zijn einde heeft verhaast. In 1917 stierf hij, nog maar 49 Jaar oud. erp Tussen stoomlocomotief en ruimteschip door R. N. Degens ROTTERDAM - Na de premiè re in Avignon drie maande ge leden, en na succesvolle voor stellingen in Venetië, Belgrado, Brussel en Parijs heeft de ope ra in vier akten „Einstein on the Beach" van Robert Wilson en Philip Glass met in totaal ruim veertig medewerkenden, Nederland bereikt. De geplan de vier voorstellingen ln Rot terdam en Amsterdam moes ten worden teruggebracht tot drie omdat voor de opbouw van de apparatuur meer tijd nodig was dan was vooralen. Na de helemaal uitverkochte voorstellingen van vrijdag en zaterdag in de Rotterdamse Schouwburg komt er nu nog maar één in het Amsterdamse Carré, aanstaande dinsdaga vond. Te beginnen om zeven uur. En dan bent u er niet veel voor twaalven uit. Tenzij u het eerder hebt opgegeven. Want het gaat zonder pauze en zon der andere onderbreking aann en Glass die het samen in hoofdzaak en in negen maanden bedachten zelfs Wagner, die tenminste nog om de paar uur tijdens zijn middag- en avondvullende opera's het publiek gelegenheid tot eten en drinken gaf, wat bij Wilson en Glass overigens ook mag, en nog wel wanneer en zo vaak het publiek dat zelf wil, zodat er tijdens de voorstelling steeds mensen de zaal uitlopen naar de buffetten en de toiletten, en die ko men nooit meer terug denk Je eerst, maar dat pakt anders uit, want ze hebben er een avondje en geld voor uitgetrokken, dus gaat de zaal lijken op een nieuwsclneac met doorlopend bezoek voor een voorstelling van een stuk met tot het uiterste vertraagde bewegingen en met begeleiding van orgelmuziek waarbij de organist zijn handen steeds op dezelfde plaats van het klavier houdt en ter plekke ritmische vingeroefeningen doet. want zo klinkt bij de eerste indruk de muziek van Philip Glass, en ook wanneer er wat blaas- en strijkin strumenten en menselijke stemmen aan te pas komen zijn de verschui vingen ln melodisch, ritmisch en har monisch opzicht zo gering dat Je ze nauwelijks opmerkt, en dat stemt dan prachtig overeen met het toneel- gebeuren waar met de snelheid van de mlnutenwljzer van een mid delgrote wekker dingen aan het be wegen zijn in het decor, waar ook de acteurs en zangers zich meestal nau welijks zichtbaar bewegen maar toch verplaatsen en waartussen door plotseling heftig spastisch gebaren de lieden zichzelf alsmaar herhalen, onmenselijk lang ln grote vaart om hun as draaien, of schijnbaar zinloze schrijfbewegingen ln de lucht ma ken, maar ook ln deze waanzin zit systeem want het libretto dat moei lijker na te vertellen is dan dat van de meest dolle romantische opera, loopt chronologisch van stoomloco motief tot ruimteschip, die allebei ten tonele worden gevoerd, en het wordt bij elkaar gehouden door een op Einstein gelijkende figuur die tus sen orkestbak en toneel viool zit te spelen op een verhoging en dat is allemaal opgebouwd volgens een zeer ingenieus constructieschema waarover Je ln het programma alles kunt lezen, wat Je tijdens de voor stelling niet lukt, zodat Je daar maar zit onder het martelende geweld van de elektrisch versterkte, eindeloos herhaalde do-re-mi-fa-sol-formules van Glass' muziek die Instrumentaal en vocaal met een ongelofelijke pre cisie en uithoudingsvermogen wordt uitgevoerd, hoewel de musici ook door een soort estafetteschema kans krijgen zich te verwijderen en van nieuwe energie te voorzien, zodat het voor ledereen best uit te houden is behalve als het nog boven top-pop- geluidsniveau uitgaat, waar Je dan met vingers ln de oren ook wel weer doorheen komt. terwijl Blass boven dien nog hier en daar een soort Bach- Gounod-Ave-Maria muziek voor stem en orgel Inlaste om bij te ko men, en Wilson af en toe een grapje ertussendoor gooit, zoals het tanden- borstelende en tong-uitstekende koortje, één van de meest duistere van de symbolische handelingen en toestanden waarmee het hele stuk volgestopt is, en een knappe Jongen die het allemaal direct door heeft, wat ook voor de muziek geldt want daar zit natuurlijk veel meer achter dan zo oppervlakkig lijkt, en ten slotte kun Je ook met minder best een hallucinerend muziektheater maken zoals dit wel genoemd wordt, zoek maar in het woordenboek op wat dat betekent, en dat ls het wel, verbijsterend, want we blijven toch allemaal maar zitten kliken en luis teren, en echt niet doordat Je vanwe ge de relatieve tijd van Einstein het besef van de gewone kloktijd kwijt zou raken, hoewel er ook in de zaal veelvuldig op horloges wordt geke ken, maar misschien wel omdat de dreunende elementaire stampmu- zlek en het met geraffineerde hijs- en rolconstructies werkende decor iets 'zou doen beseffen van onze bijna onmerkbare maar grlezellg- onstultbare vooruitgang naar het einde, totdat dat einde hier in een onbegrijpelijk kitscherige show filmstijl anno 1930 als rijk gemon teerde finale met veel licht en lawaai wordt gepresenteerd in de vorm van een atoomexplosie, die Je dan ook wel weer in verband kan brengen met Einstein, al was het maar van wege de relativerende werking die zo'n anticlimax op het voorafgaande uitoefent, waardoor dat ineens ook allemaal gemakkelijk doorprikbaar lijkt, zodat Je Je ten slotte toch gaat afvragen of Je niet bijna vijf uur lang genomen bent door Wilson, Glass en Einstein, on the Beach, of waar dan ook. ALPHEN AAN DEN RIJN - B en W. VAN Alphen aan den Rijn stellen de raad voor een krediet van 110.000 beschikbaar te stellen om een definitief ontwerp voor het soci aal-cultureel centrum „De Kom" te laten vervaardigen. De besturen van de Stichting Cultureel Centrum en van de Streekmuzlekschool hadden B en W hiertoe verzocht, nadat het ontwerp van een schetsplan in maart van dit Jaar was klaargeko men. Met het bedrag, moet niet al leen een definitief ontwerp bekos tigd worden, maar tevens de kosten- beraming met voorlopige ontwerpen van technisch akoestische en tonee ladviseurs. door R. N. Degens ROTTERDAM Oorspronkelijkheid en bevattelijkheid zijn eigenschappen die maar zelden ln hedendaagse muziek verenigd zijn. Uitzondering om deze regel te bevestigen lijkt de muziek van de Poolse componist Witold Lutoslawskl die vrijdagavond voor een helaas slecht bezette zaal ln de Rotterdamse Doelen en zondagmiddag ln het Amsterdamse Concertgebouw een pro gramma met eigen werken dirigeerde waarvoor hij het Con- certgebouworkest ter beschikking had. door Jac. Kort AMSTERDAM Inplaats van de dirigent Szymon Goldberg, kwam zaterdagavond aan het begin van het concert dat het Nederlands Kamerorkest in de Grote Zaal gaf, Sieto Hovingh de trappen van het podium afdalen. Zulks niet om Goldbergs taak over te nemen, maar om op (de van hem bekende) ironische manier het voornemen van minister Van Doorn om het orkest op te heffen te hekelen, eindigend met de slogan: „Het Nederlands Kamerorkest moet blijven." Een pleidooi, dat het orkest vervol gens ruimschoots onderstreepte door de geïnspireerde en boelende wijze, waarop het Haydn's symfonie no. 73 vertolkte. Het is een van de werken, die de meester in de jaren 1780-'90 op een bestelling uit Parijs schreef en die de bijnaam „De Jacht" kreeg, hetgeen duidelijk te maken heeft met het feit, dat in het laatste deel hoorns en trompetten een Jachttafereel uitbeelden. Honeggers Tweede symfonie voor strijkorkest ls tijdens de donkere Jaren '40-'45 ontstaan en heeft uiter aard een somberder karakter. Maar ook ln dit werk greep Goldberg alle kansen aan tot effectvol orkestspel. Bijzonder voldeed de Ingehouden trompet-solo ln de finale, die zich zeer evenwichtig bij het strijkorkest aanpaste. Marlus Flothuis had met zijn uit 1949 daterende Capriccio opus 32 nr. 2 een groot succes. Het is een kort driedelig werkjé. dat voortreffelijk voor het medium ls geschreven en dat zoals thans opnieuw bleek, het publiek door zijn puntigheid goed aanspreekt. De componist kwam op het podium danken. Aan het slot toch nog een solo concert Misha Dichter speelde Mo- zarts Pianoconcert in C groot (K.V. 503) dat. hoewel het door kenners zeer geroemd wordt, toch betrekke lijk weinig wordt gespeeld. Ik was met deze uitvoering om meer dan een reden zeer gelukkig. Dichter gaf van het werk een zeer virtuoze ver tolking, vol goed gekozen nuancerin gen en met veel aandacht voor de opbouw van het geheel. En het or kest gaf zowel ln de begeleiding als in de voor- en tussenspelen steeds het Juiste antwoord op het spel van de solist, zodat een zeer fraai resul taat werd bereikt. Lutoslawskl die ln 1913 werd gebo ren en die zonder aarzelen de be langrijkste levende Poolse compo nist genoemd kan worden, dirigeert veel en graag zijn eigen werken ln het buitenland, waar hij ook zeer actief ls als docent. Met Penderecki. zijn twintig Jaar Jongere landgenoot, is hij internationaal de meest beken de en ook de best erkende vertegen woordiger van het hedendaagse Poolse componeren. In tegenstelling tot Penderecki, die in korte tijd een groot aantal werken van vrijwel gelijkblijvende stijl en techniek produceerde, is Luto slawskl een minder „vruchtbaar" maar veelzijdlger en kritischer inge steld muzlekschepper. Een man wiens compositorische mogelijkhe den zich in een nog steeds voort gaande ontwikkeling ontplooien. Daarvan was het programma dat hij dit weekeinde dirigeerde een goed voorbeeld, en dat houdt tevens ln dat het een afwisselend programma was dat door sommige toehoorders gewaardeerd kon worden om de inte ressante Informatie die het bevatte, terwijl het voor anderen zonder meer boelende muziek bood. Te beginnen met de Eerste Symfonie uit 1947, een duidelijke voorloper van zijn Concerto voor Orkest waar mee hij aan het eind van de Jaren vijftig Internationale bekendheid zou verwerven. Een neo-klasslek werk, briljant geïnstrumenteerd, deels nog thematisch verwant aan de volksmuziek en ln zijn geheel merkbaar geschreven met het controlerend oor van de estheticus die Lutoslawskl ln al zijn werken steeds weer blijkt te zijn. Zoals ln het hier al vaker uitgevoer de werk voor tenor, strijkers, harp, plano en slagwerk „Paroles tlssées" dat hij ln 1965 voor de Engelse tenor Peter Pears schreef op een magnifie ke tekst van Jean-Frangols Cha- brun, waarin de strofen met woordherhalingen in elkaar verwe ven lijken („Geweven woorden"). Het werd nu gezongen door Paul Sperry, Intelligent en met een uiter mate verzorgde toonvorming en dic tie, maar zonder de diepe doorleefd- held die Pears zelfs met minder stemcapaclteiten (vanwege de leef tijd) er nog aan kan geven. Nieuw stuk Het nieuwe stuk van Lutoslawskl „Mi-parti" voor orkest, geschreven ln opdracht van het Concertgebouwor kest beleefde nu zijn allereerste uit voering. Ml-partl beduidt zoiets als twee gelijke, maar naar muzikale gedachte verschillende, delen. In on geveer vijftien minuten ontwikkelt Lutoslawskl hier met toepassing van o.a. vrije improvisatie voor de spe lenden, een uitermate kleurrijk en door emotionele spanningshoogte punten boelend orkestwerk dat ln zijn afsluitende maten (misschien door tijdgebrek, het moest voor deze concerten klaar zijn) niet helemaal bevredigend lijkt uitgewerkt. Het onbetwiste hoogtepunt werd naar mijn mening de uitvoering door de pas 24-jarlge cellist Heinrlch Schlff van het Concert voor cello en Witold Lutoslawski orkest uit 1970, tevens een van de hoogtepunten in het oeuvre van Lu toslawskl. Hoogst origineel van vorm, met een uitermate moeilijke maar nooit ge forceerde solopartij, en met een zo magnifiek georkestreerde orkestpar tij dat de solo-cello overal het nodige relief krijgt, is het terecht door vele cellisten als een belangrijke aan winst voor het repertoire begroet Het is opgedragen aan Rostropo- wltsj, die er al vele terecht bewon derde vertolkingen van op zijn naam heeft staan. De prestatie die ik vrij dagavond van Schlff hoorde, doet wat technische virtuositeit en uitdrukkingskracht betreft daarvoor niets onder. Integendeel zou ik bijna zeggen, ware het niet dat Je in deze met onvergelijkbare „grootheden" te maken hebt. door André Rutten AMSTERDAM Lodewijk de Boer heeft opnieuw een to neelstuk geschreven, nu voor Henny Orrl en vier leden van The Family: Martlne Crefcoeur, Hulb Broos, Qees Llnnebank en Wlm Kouwenhoven. De officiële première ervan was vrijdag ln het theater Frascatl aan de Nes. Velen uit Amsterdam en Hilversum waren er. De titel „Als JIJ de bloemen vertrapt, zal ik Jou vertrappen", zegt Lodewijk de Boer gevonden te hebben in een half vergaan en warrig dagboek van een familielid, dat lang geleden de hand aan zichzelf heeft geslagen. De i—, voorstelling doet vermoeden, dat hli denk dat Lodewijk de Boer daar- Die verschijnen ook prompt in de gedaantes van Huib Broos en Gees Llnnebank. opzichtig goed gekleed, maar louche. voorstelling doet vermoeden, dat hij het eerst de plaats van handeling en de vijf figuren voor ogen gehad heeft. In een ouderwets en nogal groot huls •- Je ziet er alleen de kamerachtige hall met een klikje op de tuin - is Henny Orrl een bizar-vlinderachtige niet meer zo Jonge vrouw met Martl ne Crefcoeur als een ook wat ver- knipt-vrljmoedige dochter en met Wim Kouwenhoven als een inwonen de man, die blijkbaar zowel bedge noot als butler ls. maar zich ook graag als vrouw verkleedt. Haar vroegere man of minnaar, over wie wel gepraat wordt, maar die on zichtbaar blijft, heeft een adverten tie geplaatst, waarin de benedenver dieping van het huls aan een of twee keurige heren wordt aangeboden. na gewoon gekeken heeft, wat er In zijn verbeelding zou gaan gebeuren als hij die vijf personen bij elkaar bracht. Zij hebben angst voor elkaar, trekken elkaar aan, stoten elkaar af. proberen te overheersen, schrikken niet voor geweld terug, wat allemaal ook Inhoudt, dat de een nooit precies van de ander weet wat hij van plan is, en dat niemand dat ook ooit zegt. Er zijn dus doorlopend spanningen, die zich op het eind fors ontladen Dat wil zeggen: het speelt wel ln een ander milieu en in een andere perio de (de dertiger Jaren. UJkt mij) dan The Family, het is ook minder rech tuit. maar het heeft er niettemin veel van weg - loucher, decadenter, maar tegelijkertijd ook een absurder spel.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 7