Zodra een tekst iets van een wijsvingertje krijgt, denk ik: nou nou!" Zijn de worstelaartjes al door? E r r ;f f :r- r' WWW IJfTJ 31 r r|r r r u UimM Hans Bouma mmrsm *iftS i Louis van Vandaag Mi Samenwerking Hans Bouma en Louis van Dijk 55 16. Dit is de dag van ons geluk Onze adressen: VOORBIJGANGERS ZATERDAG 11 SEPTEM8ER 1976 KERK/BINNENLAND TROUW/KWARTET JATE door Haro Hielkema AI heeft pianist Louis van Dijk een rij platen achter zijn naam staan, die hem we reldfaam hebben bezorgd, zo dra je zijn activiteiten in de moderne kerkmuziek aan roert wordt hij een beetje schichtig. Typerend is dan een uitspraak als: ,.Wat ik op dat terrein maak is absoluut niet wereldschokkend. Kerkmuziek componeren is een heel avontuur voor mij." Amper drie jaar geleden staakte hij het vervaardigen van kerkelijke melodietjes radicaal. Juist op een moment dat een grammofoonplaat met op muziek van Louis gezette teksten van Huub Oosterhuis bij jeugdkoren in den lande gretig af trek vond. nam de componist af stand van zijn eigen produkt: „Voor jazz-achtige muziek is in de kerk geen toekomst; ik vind het niet verantwoord door te gaan met het maken van dergelijke melo dieën". noteerden we toen op deze plaats uit zijn mond. De Gregorius- vereniging citeerde deze zinnen gniffelend en met een snufje leed vermaak, wat weer de irritatie van Louis opwekte. Per post Ook de gereformeerde Hilversumse predikant Hans Bouma onthield de uitspraken van Louis en maakte bijna een jaar geleden gebruik van een ander gezegde van de pianist. ..Als je eenmaal een hervormde on derbroek aan hebt. krijg je die moeilijk weer uit". Bouma stuurde Van Dijk een stapeltje gedichten met de opmerking Bekijk eens of je ze leuk vindt en of je er muziek bij kunt maken" Het duurde een tijd en Bouma moest nóg een paar keer schrijven, maar toen kwamen plotseling een paar melodieën per post naar hem toe Louis van Dijk. knap improvisator op klassieke stukken en moderne hits. bleek toch weer zin te hebben gekregen in het componeren van kerkmu ziek. Het werden uiteindelijk 27 melo dieën (waarvan er één een aantal jaren geleden is gemaakt). Onder de titel „Zolang je zingt, leef je" komen ze met Bouma's teksten binnenkort in boekvorm uit voor 14,90 bij uitgeverij Kok in Kam pen. In datzelfde Kampen wordt zaterdag 25 september om half drie een introduktiemiddag gehouden in de Open Hof. Een Hilversums koor zal er een paar liederen zingen met begeleiding van Louis van Dijk. Hans Bouma vertelt wat over de teksten. Heel wat moeite Het kostte Louis heel wat moeite het componeren weer aan te vat ten: „Hans Bouma vroeg me dertig liedjes te maken; in het begin wist ik werkelijk niet hoe ik daar door heen moest komen. Ik had een tijd niets in die richting gedaan en moet bovendien dan nog over het gevoel heen dat ik geen daverend compositietalent heb. Maar goed. ik heb de teksten bestudeerd en ben aan de gang gegaan. Vanuit de sfeer waarin ik op het ogenblik zit: ik ben gek op de Duitse romantiek. Van Richard Strauss ga ik op het moment plat: van Brahms en Schu- man ook veel meer dan van Schubert. Ik word geboeid door het vormloze; ik bekommer me niet om de vorm. het gaat om de inval. Waarschijnlijk is het een bevlie ging van me en verkeer ik over een paar jaar weer in een heel andere toestand. Maar nu heb ik wel met dat romantische gevoel gewerkt, zonder me af te vragen of het de wereld zou vernieuwen of dat het verschrikkelijk origineel zou zijn". Anderen Je moet Louis van Dijk geloof ik niet vragen of hij stevig achter de inhoud van de liederen staat; hij zou je waarschijnlijk grijnzend toe lachen zo van; „Hoe kan je dat nu denken!" Maar daartegenover staat dan weer zijn hervormde on derbroekentheorie. Wel is het op vallend (Hans Bouma wees er al vóór het gesprek met Louis op) dat de musicus het eerst greep naar de liederen over de mens en de relatie tussen mensen. „De zichzelf wegcij ferende liefde", zegt Louis. „Ik denk graag over en aan anderen. Vooral als ik speel. Als ik namelijk ga beredeneren hoe geweldig het volgende stuk moet worden, speel ik de helft minder dan wanneer ik aan anderen denk Ik improviseer J. J. jfrj- J. J j j j zet ons in een guns - tig licht. Hij T f r f -S3 -zicht. Tekst: Hans Bouma. Muziek: Louis van Dijk. Uit de bundel ..Zolang je zingt, leef je". het best als ik aan zielige oude mannetjes denk en daar heb je er nogal wat van. Zo ben ik aan de gang geraakt." Erg voorzichtig Louis van Dijk blijft voorlopig nog erg voorzichtig over zijn jongste produkten. „Je moet niet denken dat ik de melodieën geschreven heb vanuit plotselinge Eureka- Erlebnisse ineens uit de tuin naar binnenstormen naar de piano. Nee, ik heb heel wat keren broeierig de tuin in staan kijken. Als er dan niks kwam. werd ik stapelgek. Ik ben erg onzeker, de meest labiele figuur van de wereld: als er iemand tegen mijn weegschaaltjes aantikt, valt de hele boel in elkaar". Daartegenover staat de stelligheid van Hans Bouma, wiens produktie kennelijk veel minder moeizaam tot stand komt. Onlangs versche nen nog enkele dichtbundels van hem en een foto-tekstboek „Dro men over Zeeland". In het najaar komt er een foto-boek over Israël uit. waarin Bouma's impressies uit dat land staan weergegeven. „Ik moet mezelf bedwingen om nfét te schrijven", zegt hij. Louis wat wei felend: „Maar jij leeft toch ook bij de inval?" Hans Bouma weer: „Maar invallen krijg ik snel. De liederen, die Louis op muziek gezet heeft, stammen uit de jaren '70 tot *72. toen ik predi kant was in Heerhugowaard. Ik maakte toen. wekelijks een lied voor de gemeente. Ik zou me ge schaamd hebben, als het een keer niet was gelukt: als je elke zondag merkt dat de gemeente er is, dan werkt dat stimulerend. Toen ik naar Hilversum verhuisde, vond ik het moeilijk om het te laten. Maar ik kwam daar in de tijd, dat het nieuwe liedboek net uit was: we wilden dat alle kansen geven om te slagen". „Vanaf dat moment heb ik veel kinderliederen gemaakt, vaak maar om één keer gezongen te wor den. De gemeente blijkt een enorm goede zeef te zijn. Als een lied qua tekst en qua melodie niet aan spreekt. moet je het niet meer laten zingen. Ik heb wel eens het idee gehad dat liederen uit het nieuwe liedboek te weinig gezeefd zijn. Ja, wel in de Thomaskerk van Amster dam, maar die maatstaf is onvol doende". Smaakt naar meer Hans Bouma kiest nog steeds uit het nieuwe liedboek, maar hij blijft ook zelf actief: „Het liedboek smaakt naar meer! Ik vind dat je tegenover de verkondiging ver plicht bent om als gemeente met nieuwe antwoorden te komen. Er zijn zeker vele schitterende psal men, maar wanneer je geraakt bent door de nieuwe verkondiging, moet je dat kunnen uitdrukken in de taal van onze tijd. Je hoopt dan dat er eigentijdse componisten komen om eigentijdse liederen erbij te maken". Louis van Dijk heeft die wens ver vuld. Hij onderscheidt een duide lijk verschil in de teksten van Bou ma en die van Oosterhuis: „De ge dichten van Huub nodigden niet uit tot het maken van romantische muziek; hij is zelf ook niet roman tisch. De teksten moeten ook niet moraliserend zijn, want dan kan ik er zeker geen melodie bij maken. Zodra een tekst iets van een wijs vingertje krijgt, denk ik: hou, nou! Dan wordt het een slag in de wol ken, waar ik niet bij kan. Dan denk ik: prima gezegd, maar ik voel niets meer mee". Hans Bouma: „De nieuwe melodi eën van Louis zijn niet alleen ro- m. fte-lpi A *5% Wmmê- Ms - SP? «Hl Omslag van „Zolang je zingt, leef je" mantisch; ze hebben ook iets van een volkslied. Ze liggen meteen lek ker in het gehoor. Mensen zullen denken: we hebben het eerder ge hoord, maar waarom hebben we het nooit eerder gezongen. De me lodieën liggen ook dicht bij de En gelse hymnen. Jij bent door gegaan op een spoor dat ten onrechte ver laten is. In het liedboek zijn nogal wat liederen opgenomen voor het benepen lippenwerk. Mensen wil len graag uit volle borst zingen; deze melodieën lenen zich daar uitstekend voor. Ze hebben iets probleemloos, maar zijn gelijk toch ijzersterk". En Louis: „Misschien zijn er een paar iets te moeilijk voor de ge meente maar de leidraad bij het componeren was de gedachte dat ze te zingen zouden zijn voor de middelmatige wat een gek woord, zeg, maar modale ge meente. Ze sluiten in elk geval meer aan bij onze muziekcultuur. Ik vind het verschrikkelijk een ge meente in Nederland „We shall overcome" te horen zingen. Kun nen die mensen zich voorstellen hoe een Amerikaanse neger zich bij ADVERTENTIE Leest WAARHEID en EENHEID authentiek en aktueel Gereformeerd weekblad. Vraagt proefnummer Postbus 139. Utrecht. AMSTERDAM Postbus 859 Wibautstraat 131 Tel 020-913456 Telex 13006 ROTTERDAM/DORDRECHT: Postbus 948 Westblaak 9. Rotterdam Tel 010-115568 DEN HAAG/LEIDEN Postbus 101 Parkstraat 22. Den Haag Tel 070-469445 ZWOLLE/GRONINGEN Postbus 3. Melkmarkt 56. Zwolle Tel 05200-17030 door A. J. Klei Toen ik pas bij de krant was. hoorde ik eens over de redac tie roepen: zijn de' worste laartjes al door? Ik wist in middels dat de vraag of iets dóór was. betekende: is de ko pij al naar de zetterij ge stuurd? Maar die worste laartjes vermocht ik niet thuis te brengen, ze konden net zo goed met sport als met de vleesverwerkende indus trie te maken hebben. Een meer ervaren collega legde mij het uit. Het ging om de dagelijkse rubriek kerkelijke beroepingsbe- richten. Dominees, die een beroep naar een andere gemeente kregen, hadden drie weken de tijd om daar over na te denken. Als zij dan in hun kerkblad bekend maakten dat zij het beroep aangenomen of er voor bedankt hadden, ging dit meestal vergezeld van een verhaal, hoe zij ermee geworsteld hadden, alvorens te kunnen beslissen. Ze schreven nooit dat ze best zin had den in meer traktement en een andere streek van t land of omge keerd. dat ze wel uitkeken om naar dit of dat gat te vertrekken nee t was altijd een kwestie van worstelen Vandaar: de worste laartjes Tegenwoordig is die romantische kant van het domineesbedrijf ver dwenen de eerwaarden kunnen, als ze dat willen, adverteren of schrij ven op een advertentie. Blijkens een telefoongesprek dat ik onlangs had met een gereformeerd man, die ons een door zijn kerkeraad uitge bracht beroep kwam melden, is het geworstel overgeslagen op de be roepingscommissies. Het was, zei onze berichtgever, een heel getob geweest voor ze een dominee naar hun zin uitgezocht hadden. Mijn zegsman, zo begreep ik, verlangde vurig terug naar de periode, dat gereformeerden misschien van me ning verschilden omtrent de aan trekkelijkheid van het nuttigen van andijvie, maar stevig één lijn trokken als de gang van zaken in kerk, staat en maatschappij in het geding was. Dat je vandaag de dag meer en minder orthodoxen in zijn kerk had. vond hij nog tot daaraan toe, dat had je gauw genoeg in de gaten. Maar je moest, verklaarde hij. drommels goed uitkijken datje niet via een rechtzinnige preek een PPR-mannetje in huis haalde. Want aan Kreeg je politiek in de kerk. Zuid-Afrika voor en Zuid- Afrika na, en daar was-t-ie tegen Hij wou nou wel eens van de kansel horen, dat die zwartjes het daar ginds prima hadden, heel wat beter dan in de zogenaamde bevrijde ge bieden. Ik hoopte voor hem dat de nieuw beroepen dominee aan dit verlangen tegemoet zou komen, maar moest toch vaststellen dat in dat geval evengoed sprake was van politiek in de kerk. en dat wilde hij immers niet? Tja, als je 't zo be kijktantwoordde hij vaag, en legde de haak neer. Lezing van het laatste nummer van Getrouw, het blad van de ICCC (internationale raad van christelij ke kerken) bepaalde me er opnieuw bij, dat eigenlijk niemand tegen politiek in de kerk is, als 't maar de politiek van je eigen kleur en keus is. De ICCC valt er de wereldraad van kerken op aan. dat deze verpo litiekt aan de gang is. Nu bericht Getrouw over de bouw van een kindertehuis op Bali. ICCC- secretaris dominee Maris zet uiteen waarom „een aantal christelijke projecten in het voormalig Neder lands Indië wordt gesteund: van wege de band met dat land en om het wereld-communisme te be strijden Het komt mij voor dat dit alleszins politieke redenen zijn. Ze getuigen ook van politieke overwegingen: de heer Maris weet dat in het land. waar een christelijke kindertehuis zal verrijzen, het plaatselijk com munisme stevig onder de duim wordt gehouden en slaat daarom de blik naar. wat hij noemt, het wereldcommunisme. De positie van een kindertehuis in de strijd daartegen is me niet direct helder doch omdat ook mijn begeren naar de genoemde staatsvorm uiterst gering is, hopen we er het beste van. Niemand kan me echter wijs maken dat de ICCC niet aan poli tiek doet. Ik wil tenslotte, nu het gaat om de ..Ik heb het beroep, lieve! Nog drie weken je mond houden en dan sal ik vertellen dat ik het na veel aarzeling en strijd heb aarigenomen". strijd tegen net wereldcommunis me, er op wijzen dat er mensen zijn die van buiten aan iemand kunnen zien of hij communist is. Ik zelf behoor niet tot die begenadigden, ik ben zo n argeloze ziel die. kij kend naar de laatste kamerdebat ten voor de t.v., meent dat Marcus Bakker van de CPN er als een nette en fleurige burgerman uitziet. Maar dat lied voelt? Zo kan ik me leven dig indenken dat joden kwaad zijn dat we van het Israëlische volkslied ons kerkliedje „Door de wereld gaat een woord" hebben gemaakt'. Hans Bouma en Louis van Dijk kijken met belangstelling uit naar de reacties op hun gezamenlijk werk. Interessant wellicht om hier wijlen Frits Mehrtens te citeren, die op 11 juli 1971 lovend in deze krant over de liederenbundel „Een nieuwe schepping" van Hans Bou ma schreef. „Bouma heeft zijn liederen in hoofdzaak geschreven tegen psalmmelodieën. Dat is moedig, want dat impliceerde een moeilijke strofevorm. Men zou ook kunnen zeggen dat deze bundel nog steekt in de vorm van het halffabrikaat. Ik dacht dat het literaire palet van Bouma róépt om andere melodi eën. Dit idioom van verrassing in zegging en rijm, wacht nog op de rechte partner". Het is jammer dat juist Mehrtens dit partnerschap van Hans Bouma en Louis van Dijk niet heeft mogen beleven. in Waarheid en Eenheid, het blad van de verontruste gereformeer den. merkt ds C. W. Keur op dat Marx niet gelukkig maakt en dan vervolgt hij „Kijk eens naar de stompzinnige, verbeten of uitge bluste gelaatstrekken van de com munisten op de t.v.". Dat is mij ontgaan, ik zie blijkbaar niet goed aan, wat voor ogen is. LEVEN OF DOOD Wie Mij vindt, vindt leven, welgevallen van de Heer rust op hem. Maar wie Mij voorbij gaat, doet zijn bestaan geweld aan; die Mij verwerpen, beminnen de dood. (Spreuken 8 vers 32-36) Daar loopt het op uit met de wijs heid. Wijsheid is geen vrijblijvende zaak, geen luxe. Je kunt niet rede neren: als ik maar een beetje ge zond verstand heb en uitkijk in dit leven, dan maak ik het wel. Wijs heid is onmisbaar. Een zaak leven en dood. De woorden doen denken aan het slot van Mozes' woorden in Deuterononium 30: Le ven en dood heb ik jullie voorge legd, kies dan het leven! Het gaat op het scherp van een snede. Hier loopt de waterscheiding. Stromen van leven of de doodsrivier. Onder de ogen van God neemt de mens die beslissing, telkens weer. Gods welgevallen, Gods ogen rusten op hem die het leven kiest en naar de wijsheid luistert. Die een genoegen neemt met een stelletje regels of stellingen, maar daarachter ge hoord heeft: woorden van eeuwig leven. Woorden die spreken van genade en waarheid, van stilte en tot zichzelf komen. Wie geen vrede neemt met leven zoals het reilt en zeilt, maar vfie verder wil, wie wil weten, wie wil kennen en wie ge kend wil zijn, wie wil beminnen en bemind wil zijn, die kiest op deze waterscheiding van leven en dood. De keuze is niet eenvoudig. Je loopt zomaar aan deze gesmade figuur van de wijsheid voorbij. Je hebt haar zo gemist. Voordat je het weet. Er is een bewust leven en denken voor nodig. Een helderheid, een opst&an en een opstanding. Een wedergeboorte. Het ken prijs besc men d cent Ook Wer! wee king ongi Het Al Var DE ger ger Beroepingswerk NED. HERV.KERK. Beroepen te Wezep; dr J. Broekhuis te Schoonhoven; te Finsterwolde: H. D. Holman te Hallum; te Drie- sum: R. T. Huizinga te Elspeet. Bedankt voor Kinderdijk: H. Veldhuizen te Wapenveld. GEREF. KERKEN Benoemd tot luchtmachtpred. in vaste dienst: J. C. Langeveld te Huizen, die deze benoeming heeft aangenomen. Beroepen te Amsterdam (hoofd van de dienst pastorale zorg academisch ziekenhuis bij de universiteit van Amsterdam): L. Bech te Wassenaar. CHR. GEREF. KERKEN Bedankt voor Doornspijk: P. Beek huis te Noordeloos. (ADVERTENTIE) ont 196 boekennieuws Ir. J. van der Graaf (eindredactie) OP DE HOOGTE VAN DE HEILSFEITEN 138 blz.. 15.90 Aspecten van de prediking. Het grote belang van het kerk-zijn wordt in deze bundel onder de aandacht gebracht. Ir. J, van der Graaf ALS GOD ROEPT 96 blz., f 10.75 Bundeling van een serie NCRV-radiolezingen over de roeping en het geroepen zijn van de kerk Prof. Dr. C. Graafland WAAROM NOG GEREFORMEERD? 104blz.. Ml.75 De auteur belicht op uiterst boeiende wijze de betekenis van het gereformeerd belijden. H, Verweij DE KOMENDE MESSIAS 104blz., I 12.50 De auteur, journalist, tracht een bijbels-ver antwoorde weg te vinden tussen uitersten in de hedendaagse opvattingen omtrent het heil in Christus. Een scherpe analyse die tot nadenken stemt over het bijbels toekomstperspectiet, Verkrijgbaar in de boekhandel. [K§3] KOK KAMPEN ADVERTENTIE Drs. H. de Jong Waar liefde woont Een perspectiefbiedende verkondiging over de plaats van de homofiel binnen de christelijke gemeente. Deze preek over Rom. I is te bestellen door overschrijving van mkiirrnai (2.50 op girorek. 63.23.29 t.n.v. H. van Dijk, Amsterdam, met vermelding van de letters TR. De nettoop brengst ervan is bestemd voor het Parijse pastoraat onder homofielen van Ds. J. Doucé.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 2