Prins Claus wil zinvol werk doen Europa praat tegen Fries decor m rj IB Zwolle goedkoop warm gehouden? „Er is niemand die geen fouten maakt" in Lauswolt (Beetsterzwaag) hangt de sfeer van een rijk verleden .ATERDAG 4 SEPTEMBER 1976 BINNENLAND TROUW/KWARTET 9 door Fred Lammers AMSTERDAM „Een verjaardag is de domste dag van het jaar", zo heeft prins Claus zich een poosje geleden in huiselijke kring uitgelaten. Het liefst zou hij zijn verjaardag niet vieren, omdat hij het een vreemd gebruik vindt dat mensen je gelukwensen met het feit dat je weer een jaar ouder bent geworden. Met het ouder worden heeft prins Claus moeite. Vandaar dat hij niet met gejuich begroet, maandag 6 september zijn vijftigste levensjaar vol te maken. Maar het is niet anders. Prins Claus zal die dag, zoals de volksmond zegt, Abraham zien. Weinig Nederlanders hebben erbij stil gestaan dat de man. die elf jaar gele den onze geschiedenis binnenwandel de, thans iemand van middelbare leef tijd wordt, omdat dit hem beslist nog niet is aan te zien. Trouwens, vroeger was iemand van vijftig oud, nu liggen er op die leeftijd vaak nog tientallen jaren voor de boeg en voor prins Claus mogelijk nog zijn beste jaren als man van een regerend vorstin, een taak die in het verschiet ligt. Of prins CLaus dat een aanlokkelijk vooruitzicht vindt is een zaak waar hij nooit veel over heeft gezegd. Vrienden weten dat hij het voor zijn vrouw wel plezierig zou vinden wanneer zij in praktijk kan gaan brengen waar zij jaren naar toe heeft geleefd. Al is koningin-zijn een zware taak. prins Claus vindt dat ook een aantrekkelij ke functie. „Het is een baan die bijzon der zwaar is, maar als je het goed doet, als je de gelegenheid krijgt het goed te doen, geeft die ook een bijzondere voldoening. Dat vind ik heel belang rijk. de voldoening die je krijgt uit een zware baan." heeft hij er zelf enige tijd geleden over gezegd. Zorgen Wat hem persoonlijk betreft maakt prins Claus zich wel eens zorgen over de periode, waarin hij de man van koningin Beatrix zal zijn. omdat hij in het ongewisse verkeert over de vraag wat dan zijn taak zal zijn. Vandaar dat hij hoopt dat zijn schoonmoeder er nog enige tijd mee zal doorgaan. Voor prins Claus staat centraal dat hij zinvol wil bezig zijn, er niet als entou rage wil bijhangen Die opvatting deelt prins Claus met zijn schoonvader, prins Bernhard, een man van wie hij wat karakter betreft overigens totaal verschilt, vandaar dat het lang niet altijd botert tussen deze twee mensen. Prins Bernhard is een sportman, iemand van de wereld. Dat kan van prins Claus niet worden gezegd. Op het speleh van een partijtje golf na. wat zeilen en af en toe eens een duik in het water maakt prins Claus zich niet zo druk over sport. Skiën leerde hij pas na zijn kennismaking met prinses Beatrix. Daar kon hij niet onderuit, omdat de hele koninklijke familie voor deze wintersport geestdriftig is. maar een ster is hij er niet in geworden. Wat nationale en internationale con tacten betreft staat prins Claus veruit in de schaduw bij zijn voorganger. Enige jaloezie is de man van prinses Beatrix in dit verband niet vreemd. Af en toe steekt dat de kop op. Prins Claus heeft eerst de aversie die velen tegen hem hadden omdat hij een Duit ser was moeten overwinnen, ook in zijn naaste omgeving. Dat is hem aar dig gelukt. De contacten die hij heeft gelegd zijn echter nogal eenzijdig, ze hebben alles te maken met zijn werk bij de ruimtelijke ordening en de ont wikkelingssamenwerking. Natuurlijk zijn er door de contacten, die prinses Beatrix reeds had. ook heel andere mensen in zijn leven gekomen, maar over het algemeen moet worden gezegd dat prins Claus weinig vrien den heeft. Dat komt voort uit zijn karakter. Hij gaat in tegenstelling tot prins Bernhard niet gauw vriendschappelijk met iemand om. Prins Claus is iemand die de kat lang uit de boom kijkt. De vrienden die hij heeft zijn daardoor wel echte vrien den. mensen op wie hij aan kan. die hem waarderen als mens en niet om dat het interessant is met de man van de kroonprinses op goede voet te staan. Dat is een groot pluspunt. Tactvol Prins Claus is een man die zichzelf is. Hij is tactvol en moet niets hebben van opgewonden gedoe Als je met hem praat, gaat er een zekere rust van hem uit. Populair doen is er bij prins Claus niet bij. Hij heeft eerder iets bescheidens over zich en dat draagt ertoe bij dat velen hem zo sympathiek vinden. Evenals prinses Beatrix heeft prins Claus groot gevoel voor stijl. Hij heeft zich ook vast voorgenomen iets van zijn leven te maken. Tegenstanders, die prins Claus nog steeds heeft, type ren hem daarom wel eens als „een streber". Wat daar ook van waar is. prins Claus is in elk geval een perfecti onist. die alles wat hij onderneemt resoluut aanpakt. Iets half doen is er bij hem niet bij. Dat bleek kort na zijn komst in Nederland al. De wijze waar op hij de Nederlandse taal ging leren en die in korte tijd voortreffelijk onder de knie kreeg, trok de aandacht. Prins Claus was met dat Nederlands leren hard voor zichzelf. Al lang voor zijn huwelijk wilde hij dat er Nederlands werd gesproken als hij ergens op be zoek kwam. Verstaan kon hij onze taal spoedig, met het spreken ervan maak te hij in het begin uiteraard de nodige fouten, maar daar schaamde hij zich niet voor. Hij deed het! Toen kort na het huwelijk van prins Claus iets moest worden gevonden waarmee hij zich kon bezighouden lag het voor de hand dat men zou voort borduren op de ervaring die Claus als ambtenaar van het Duitse ministerie van buitenlandse zaken had. Er is nagegaan of er in Nederland een functie was te creëren in deze richting. De regering heeft met de gedachte gespeeld prins Claus contactman te maken voor onze buitenlandse verte genwoordigers. Dat plan kreeg onvol doende bijval. Tenslotte kwam de ruimtelijke ordening en wat later de ontwikkelingssamenwerking uit de bus. De regering dacht dat dit werk voor een man van de kroonprinses weinig kwaad kon. De eerste tijd ging het goed. maar naarmate dit werk in een politiek vlak werd getrokken, kwamen de proble men om de hoek kijken Een paar jaar geleden is men aan het schuiven ge gaan met de functies van prins Claus en werd hij belast met het leiding geven aan het werk van de Jonge vrij willigers. Kort na zijn benoeming als zodanig werd die activiteit al onder werp van een felle discussie, toen bleek dat niet al het geld dat daarin wordt gestoken goed terechtkomt en het bij die Jonge vrijwilligers soms een rommeltje is. Voor prins Claus was het een pijnlijke situatie, maar hij zat toen al in het schuitje. De ruzie werd bijgelegd en de schuit vaart nog steeds met prins Claus aan het roer. De regering is er echter wel van geschrokken. De recen te gebeurtenissen met prins Bernhard hebben de verantwoordelijke minis ters nog terughoudender gemaakt wat betreft de activiteiten van de leden van de koninklijke familie. Prins Claus zit daar duidelijk mee in zijn maag. Zal hij ook in de toekomst de kans krijgen zich bezig te houden met werk dat hij plezierig vindt, dat hem voldoening geeft, of zal hij nog meer aan handen en voeten worden gebon den omdat de regering köste wat het kost wil voorkomen dat er opnieuw schandalen ontstaan die de mo narchie afbreuk doen? Constructief Een paar weken voor zijn huwelijk zei Claus „een constructieve bijdrage" te willen leveren aan het welzijn van de Nederlandse samenleving. Op zijn trouwdag merkte hij op: „Ik kan u zeggen dat het mijn vaste voornemen is om mijn eifeen taak en plaats naast mijn vrouw zo op te vatten en zo te vervullen dat ik haar alle steun zal geven, die van mij kan en moet wor den verwacht1'. Aan de andere kant vertikt Claus het, en dat zijn ook zijn eigen woorden, „een ornament" te zijn. „Ik geloof niet dat wij in deze tijd met een ornament verder kunnen gaan. Dat is misschien in het verleden gedeeltelijk zo geweest, maar voor de toekomst zeker niet." Prins Claus is er de man niet naar zijn mond te houden als hij vindt iets zinnigs naar voren te kunnen brengen. Hij is evenmin bang kleur te beken nen. Oud-minister ir. W F. Schut van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Or dening vertelde me er eens over: „Prins Claus is een heel modern mens. Hij staat open voor indrukken en nieuwe ontwikkelingen. Tegelijkertijd heeft hij oog voor het betrekkelijke van iemands persoonlijke mening. Dat geldt ook voor zijn eigen opvattin gen. Dat maakt hem tot een ideale gesprekspartner. Prins Claus zal zich nooit te vroeg in eigen bunker opslui ten en zijn mening evenmin klakke loos vo9r een andere opvatting in ruilen." Risico's nemen Als je je als lid van een koninklijke familie kritisch opstelt, lok je proble men uit. Prins Claus zal dat niet met opzet doen. maar hij is niet bang risi co's te nemen. „Er is niemand die geen fouten maakt en ik maak er zelfs veel", aldus prins Claus. Waar gehakt wordt vallen spaanders, vindt onze nu vijftig jaar wordende prins. Hij heeft ook eens gezegd van mening te zijn dat je pas echt mens bent. als je medemens bent „met en voor de ander". door Jan Sloothaak De bosrijke streek van Olterterp en F.ctsterzwaag wordt wel eens de „parel aan Friesiands kroon" ge noemd. De Friese meren hebben hier plaats gemaakt voor een afwisselend landschap met loof- en naaldhout en hakhoutbossen, onderbroken door idyllische open plekken, weilanden en kleine stroompjes. Dit landschap is te danken aan de Friese adel. die op zijn landgoederen en buitenverblij ven bossen heeft aangelegd. In het weekeinde van II en 12 september zal het dienen als decor voor een Europese bij eenkomst. De negen EG-ministers van buitenlandse zaken vergade ren dan in hotel Lauswolt. Dit enige „viersterrenhotel" boven Arnhem, met onder meer een eigen golfbaan, ademt nog de sfeer uit het rijke verleden. Een rijkdom die echter een schril contrast vond in de ar moede die werd geleden in de nabijgelegen veenderijen. De hoge Europese gasten zouden in de directe omgeving van .hun gastverblijf de historische verwevenheid kunnen ontdek ken van rijkdom en armoede en de daaruit voortgekomen maatschappelijke structuur, zoals men die overal in Europa wel aantreft. Ze zouden ont dekken dat het behalve aan de adel. ook (onder meer) aan die veenderijen te danken is dat het lommerrijke landschap kon worden opgebouwd Het Friese grootgrondbezit is mede te danken aan de kapita len die uit de veenkoloniën werden geperst. De gastge- meente Opsterland vertoont nog de duidelijke sporen uit dat veenverleden. Het in de bossen gelegen Beetsterzwaag (zoveel als: Weidebeek) heeft zich ontwikkeld tot de hoofd plaats van deze gemeente Het twee keer zo grote Gorredijk is duidelijk herkenbaar als een vroegere veenkolonie die is uit gegroeid tot een dorp met in dustrialisatie De enige mid delbare school van de uitge strekte gemeente met 24.000 inwoners op 20 000 hectare staat hier. Onkerkelijk In de geschiedenis van de soci ale strijd neemt Opsterland een belangrijke plaats in. Opsterland is daaruit voortge komen als een sterk links ge richte en onkerkelijke gemeen te. Bijna vijftig procent van de bevolking is onkerkelijk en plaatselijk kan dit percentage zelfs oplopen tot rond de ze ventig. Opsterland behoorde tot het vroegere kiesdistrict Schoterland. de springplank die het Ferdinand Domela Nieuwenhuis mogelijk maakte om als eerste socialist door te dringen tot de Tweede Kamer (1888). Vooraanstaande Neder landers zagen het socialis tische bolwerk als een gevaar en Jan ten Brink dichtte: „Ik heb u lief. o Nederland, Behal ve één plekje: Schoterland Er is een boeiend en menselijk verslag uit die periode van de veenarbeid en de in deze streek tot uitbarsting geko men sociale strijd. De landar beider Imke Klaver hield aan tekeningen tot 1925 en de Socialistische Uitgeverij Nij megen gaf die in boekvorm uit (in het Fries en Nederlands) onder de titel „Herinneringen van een Friese landarbeider" (1974). „Bolle losgeraakt" Een passage uit dit boek: „In de veenderijen te Beets was in april 1890 „de bolle losge raakt". zoals het staken werd genoemd. De baggelaars had den het werk neergelegd om dat ze te weinig verdienden Er staakten vijftienhonderd man. „Dat zag er aanvankelijk hoopvol uit. Er verscheen poli- tieversterking. Vergaderingen met sprekers: Domela Nieu wenhuis. TJ. Stienstra. Van Emmenes en Van der Zwaag". Imke Klaver kan echter weinig waardering opbrengen voor de stakingbreker „Patrimonium", het christelijke werkliedenver bond dat hij omschrijft als „een landelijke vereniging van gelovigen met als doel het so cialisme te bestrijden". De al- deling van Patrimonium uit Het hotel Lauswolt in Beetsterzwaag het nabijgelegen Drachten be gon aan brooduitdeling als me dicijn tegen „Recht voor Al len". het door Domela Nieu wenhuis uitgegeven blad. In dit deel van Friesland deed zich echter ook toen al het fenomeen voor van de rode do minee en waren er pogingen een brug te slaan tussen chris tendom en socialisme Er wa ren zelfs christen- anarchistische dominees. Zij kwamen op voor de politieke mondigheid van de arbeiders In een bijlage bij Imke Klavers „herinneringen" wordt als voorbeeld genoemd ds J. A. Bruins jr. dié in het even bui ten Opsterland gelegen De Knipe stond De schrijver van de bijlage. Johan Frieswijk, is het niet eens met Klaver dat ds Bruins socialisten terug wilde winnen voor het christendom. Eerder wilde hij christenen winnen voor het socialisme Structuur In de loop van de jaren zijn de veenderijen verdwenen. De structuur van de gemeente Opsterland is er echter in ve lerlei opzichten door bepaald. In Nij Beets is een turfgra verswoning herbouwd (het DamshOs). Gorredijk (zesdui zend inwonérs) is met zijn Compagnonsvaart de turfroute nog duidelijk her kenbaar als veenkolonie De gemeente is sterk voor behoud van deze structuur van Gorre dijk omdat het nog één van de weinige behouden veenkoloni ale monumenten in Friesland is Het instandhouden van de Compagnonsvaart kost echter geld en behalve de gemeente moet ook de provincie mee wil len doen. Er is een stichting De Nije Compagnonsvaart, die zich inspant om wat er nog aan turfroutes is te bewaren. Pater L. M. van Uden uit Gorredijk is er voorzitter van en volgens hem hebben veel vroegere veenkoloniën aan ..identi teitsverwoesting" gedaan. Die gemeenten probeerden het „symbool van een gehaat ver leden van armoede" kwijt te raken. Vijftien dorpen Overigens telt Opsterland met zijn lengte van achtentwintig en breedte van veertien kilo meter veel meer dorpen In to taal zijn er vijftien Bakkeveen heeft ook een veenkoloniaal verleden en is nu agrarisch zo wel als recreatief. Een dorp als Ureterp is geheel agrarisch en in de gemeente zijn landbouw en veeteelt trouwens nu nog de hoofdmiddelen van bestaan De werkloosheid is er rond de negen procent en steekt nog niet eens zo slecht af bij allerlei andere noordelijke gemeenten. Het beleid van het gemeente bestuur is niet alleen gericht op de materiële zaken maar speelt zich vooral ook af in de immateriële sfeer, zegt ge meentesecretaris A Meines Zo gaat er veel geld zitten in het vervoer van kleuters naar kleuterscholen. Dat is niet zo spectaculair, maar het kind trekt er in de toekomst profijt van dat het naar die school toe kon. Uniek noemt Meines de samenwerking tussen christe lijk en openbaar onderwijs op onderwijskundig gebied met inschakeling van een onder wijskundig bureau dat door de gemeente wordt betaald. Over igens zijn toch ook de materië le zaken niet vergeten „We hebben een best wegennet en zelfs het kleinste dorp heeft nog een korfbal- en voetbal veld." Bestuurscentrum Beetsterzwaag is als hoofd plaats van de gemeente wat anders van opbouw Als be stuurlijk centrum telt het veel gemeente-ambtenaren, maar er wonen ook veel forensen. De dagrecreatie zorgt in de zomer in de omgeving van Beetster- Ferdinand Domela Nieuwen huis. zwaag voor grote drukte, maar ondanks de fraaie natuur is er merkwaardigerwijs nooit een sterke verblijfsrecreatie van de grond gekomen. Het gemeen tebestuur is daar ook voorzich tig mee omdat dit een ingreep in het fraaie woudenbezit (deels particulier en deels van Staatsbosbeheer) zou bete kenen. Grootgrondbezit Grootgrondbezit is er nog steeds, zij het veelal in wat andere vorm dan vroeger De Harinxmastate is nog in bezit van een familie HetLycklema- huis midden in de bebouwde kom van Beetsterzwaag is sinds enige jaren eigendom van de gemeente en wordt (in clusief het koetshuis en een burgerwoning) gerestaureerd om er het bestuurlijk deel van de gemeente te huisvesten. Het buiten Lydenstein is inge richt tot kinderziekenhuis van de Cornelia-stichting. Lauswolt tenslotte is een hotel geworden dat met de bijbeho rende grond in bezit is van een verzekeringsmaatschappij. De huizinge waar de Europese mi nisters te gast zullen zijn, werd in 1868 gebouwd. Overigens niet door een Lauswolt-telg. maar wel op grond van de fa milie Lauswolt. De naam Jan Jansen Lauswolt komt voor het eerst voor op een grafsteen uit 1625 Hij was lakenkoper en vrederechter in Beetsterzwaag Voordat het landgoed aan de verzekerings maatschappij werd verkocht werd de huizinge bewoond door mevrouw Bieruma Oos- ting-Van Harinxma thoe Sloo- ten Het was in 1955 dat er een hotel werd geopend, dat sindsdien vooral ook veel bin nen- en buitenlandse gasten heeft geherbergd door Rob Foppema Zwolle krijgt geen stadsverwarming. De mogelijkheid is voor het uitbreidingsplan Zwolle-zuid ernstig beke ken. En omdat daar de komende vijftien jaar zo'n tienduizend woningen gebouwd moeten worden, was daar zeker aanleiding toe. Inderdaad, aldus de conclu sie. het zou een forse hap aardgas besparen. Maar het zou toch te duur worden. Bij die conclusie passen een paar bespiegelingen. De cij fertjes zullen allemaal best kloppen. Wanneer je mensen van de IJsselcentrale. het Gas bedrijf Zwolle en de gemeente om een tafel zet, versterkt met mensen van de KEMA. de Arnhemse onderzoekinstelling van de gezamenlijke elektrici teitsbedrijven. dan valt niet te verwachten dat die samen fei telijke onzin zullen voort brengen. Maar wanneer hun eindconclu sie luidt dat de toepassing vpn stadsverwarming in dit geval „economisch onverantwoord" is. dan vraagt dat om een nade re bezinning op de woorden „economisch" en „onver antwoord". Alweer de cij fertjes zullen best kloppen. Er kan keurig worden uitgere kend hoeveel het zou kosten wanneer de IJsselcentrale heel Zwolle-zuid voorziet van warm water voor de verwarmingsra diatoren. de douche en de keu kenkraan Dat kan vergeleken worden met wat die Zwollena ren kwijt zouden zijn als ze elk hun eigen centrale- verwarmingsketel zouden heb ben (het gaat voornamelijk om eengezinswoningen) en hun ei gen warmwatervoorziening. En dan kun je uitrekenen dat ze duurder uit zouden zijn met die stadsverwarming. Óf dat de IJsselcentrale duurder uit zou zijn. „bij de kosten/batena nalyse is er van uitgegaan dat de kosten voorde verbrui ker niet hoger zijn dan in het geval hij daar individueel in voorziet". (Het citaat, en de gegevens over Zwolle, komen uit het voorlichtingsbulletin van de elektriciteitsbedrijven.) Maar dat is niet de laatste wijs heid. Want we kunnen nu al weten dat in ieder geval ons eigen Groningse aardgas op zal raken in een tijd dat er naar alle waarschijnlijkheid nog steeds mensen in Zwolle-zuid wonen, die 's winters nog steeds hun huis warm willen hebben en waarschijnlijk ook af en toe nog onder de douche willen Hoe ze dat over een jaar of 25 daar en elders in dit land verder zullen regelen, valt nog moeilijk te overzien Wie weet kunnen ze nog een tijdje aardgas uit de Noordzee halen of kopen, of van de Ara bieren betrekken Maar de vraag kan niet uit de weg worden gegaan, hoe blij ze tegen die tijd zouden zijn als wij nu de „economisch onver antwoorde" beslissing hadden genomen om toch zo zuinig mogelijk met aardgas te zijn Ook al kost dat extra geld Dat is een soort overweging dat buiten de hier en nu gebruike lijke economie valt. en dus ook niet in een kosten'batenanaly- se kan worden verwerkt Toch zullen we op een of andere ma nier tot een beslissing moeten komen voor de vraag, hoeveel extra geld ons een bepaalde besparing op het verbruik van energiebronnen waard is Doen we dat niet. en houden we ons bij de schijnbare zeker heden van de kosten/batena nalyse. dan leveren we ons uit aan een aantal economische toevalligheden (de huidige aardgasprijs. de te verwachten rentevoet! De overtuiging dat dit soort strategische proble men door het prijsmechanisme te langzaam en dus te laat wordt opgelost heeft de laatste jaren veld gewonnen. Het alternatief is op zijn minst het beantwoorden van moeilij; ke vragen zoals die door het nieuws uit Zwolle worden op geworpen Dat heet overigens energiebeleid Isolatie De gebrekkige werking van het prijsmechanisme is en wordt misschien het treffendst geïl lustreerd door de kwestie van de warmte-isolatie van huizen en gebouwen. Dat is even de andere kant van het verwar mingsprobleem. Om op een verantwoorde manier warme voeten te houden, moet je niet alleen zorgen dat je warmte op een verstandige manier binnen je huis krijgt, maar ook dat die warmte niet onnodig snel weer naar buiten weglekt Op beide fronten vallen besparingen te veroveren Met name in de tijd dat nieuwe huizen er zo vlug en zo goedkoop mogelijk moesten komen, is het weglekken van warmte door de muren heen grondig uit het oog verloren Nu worden de bouwvoorschrif ten op dit punt aangepast, maar voor de dikke vier mil joen woningen die er nu staan, helpt dat natuurlijk weinig En voor oris gezamenlijk energie verbruik voorlopig dus ook niet veel. Daar is best wat aan te doei Sterker nog. het is zeer profij telijk om daar wat aan te doen Weliswaar bereik je met isola- tiewerken aan bestaande wo ningen niet helemaal watje bij nieuwbouw kunt realiseren. Maar ik heb nog nooit een kos tenberekening voor zo'n opera tie gezien waaruit niet bleek dat dat een investering met een gouden randje was. Je moet er inderdaad wat geld tegenaan gooien, maar dat komt er in een beperkt aantal jaren weer uit in de vorm van verlaagde stookrekeningen. En die lage rekeningen gaan door. en dat is daarna pure winst. Economisch gesproken zou ie dereen dus moeten staan trap pelen om zo snel mogelijk zijn huis te laten isoleren. De wer kelijkheid is. dat de regering er zelfs nog een voorzichtige sub sidieregeling voor invoerde, en dat er toen op bescheiden schaal wel wat gebeurde. Maar van een massale beweging was en is geen sprake. Door allerlei omstandigheden werkt het prijsmechanisme hier kenne lijk bijna niet. Een van die omstandigheden kan zijn. dat de kosten ergens anders drukken dan waar de baten terechtkomen. Dat was bijvoorbeeld de grote zorg van de firma die vorige maand een centrale-verwarmingsketel in troduceerde die wat duurder maar veel zuiniger was dan de gebruikelijke De brandstof- besparing komt terecht bij de bewoner van het huis. of die nu huurder of koper is. Maar de verhoogde prijs van de ketel moet in eerste instantie be taald worden door de bouw heer. of dat nu een wo ningbouwvereniging is of een particuliere firma. En die heb ben de neiging om hun kosten zo laag mogelijk te houden Er zijn op papier best mogelijkhe den om dit probleem bevredi gend op te lossen, maar voor de praktijk hield men zijn hart toch een beetje vast. Vooral omdat inog',i zelden iemand zich druk maakt over het soort cv-ketel dat ergens uit de verte voor zij.n warme voeten zorgt. In dit geval is het probleem nog binnen de hier en nu ge bruikelijke economie op te vangen In de kwestie-Zwolle zijn kosten en baten boven dien in de tijd gescheiden. De kosten zijn nu voor ons en zijn haarscherp uit te rekenen. De baten komen veel later, en zijn dus ook met veel minder zeker heid te voorspellen. Dat is een van de dingen die energiebe leid zo moeilijk maken Hoe blij zullen de Zwollenaren straks zijn dat wij nu een „eco nomisch onverantwoorde" be slissing hebben genomen, en wat is ons dat waard? Handig Dat een oneconomisch verle den soms vreselijk handig kan uitkomen, blijkt uit een weinig opgemerkte maar boeiende ge dachte uit het tweede tussen tijdse rapport van de Landelij ke stuurgroep energieonder zoek (LSEO). Bij de mogelijk heid om met een moderne vorm van windmolens elektri citeit op te wekken, komt al tijd meteen het probleem op dat het niets steeds hard ge noeg waait om die dingen goed te laten draaien. En er is nog steeds geen echt handige ma nier om grote hoeveelheden elektriciteit op te slaan om pe rioden met stil weer te over bruggen. Maar de reservecapaciteit van de gezamenlijke Nederlandse elektriciteitscentrales, aldus de LSEO. is door historische omstandigheden groter dan technisch nodig is. Je hebt een zekere reserve nodig om storin gen op te vangen en zo. maar we hebben veel meer Theore tisch gesproken zou je op korte termijn een heleboel elektrici teitswindmolens kunnen in stalleren Je zou dan de nu overbodige extra capaciteit van de bestaande centrales kunnen bestemmen tot „reser vecapaciteit voor wanneer het niet waait". En dat zou een even fraaie als bedrijfszekere inschakeling van de wind voor onze elektriciteitsvoorziening betekenen, met een dienover eenkomstige besparing op en ergiebronnen die kunnen opraken. Daar kunnen we niet morgen mee beginnen, want er wordt nog gestudeerd op het beste ontwerp voor die windmolens die overigens zo weinig op de klassieke molen lijken dat ze tegenwoordig maar wind generator worden genoemd). Maar het is een aardige de monstratie hoe je twee proble men kunt combineren tot één oplossing

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 9