bazende Bol: nieuw ïiland in de Noordzee net niets dan zand botterdam 'zit' met probleem Surinamers Vrakhout, meeuwen en. bierblikjes fethouder ('soms met de handen in het haar'): 'We deden nog lang niet genoeg' Bezorgdheid over ontwikkelingen op de Kruiskade :T8 ENSDAG 4 AUGUSTUS 1976 BINNENLAND TROUW/KWARTET 9 ver- ie in oer n p 2 20 zo 2 vn 2 vn I no 0 no rdam Jreat it nr >n nr tt nr bock. lor Hans Masselink 430, ;ENDE BOL Een winderige zacht gloeiende zandvlakte, zich ruim een meter boven de Noordzee verheft. Meer is het id de Razende Bol of Noorderhaaks niet. De meeuwen, die je heen cirkelen, zijn het enige teken van leven. Gezien het aantal lege bierblikjes moeten hier herhaaldelijk mensen ten. twee ervaren redders van de KNZHRM omgekomen. Dit was se dert 1937 de grootste ramp die de KNZHRM is overkomen. Het Duitse jacht de Hasco III met zeven opvarenden aan boord strandde nabij de Razende Bol. na dat het zijn romp had openge scheurd op de wrakstukken van een gezonken schip. De schipper had Den Helder willen bereiken, maar vermoedde niet dat de Haaksgron- den zo'n gevaar konden opleveren. De ondiepte bij de „Bol" belette de te hulp geroepen reddingboot het jacht van nabij te naderen. Met de vlet de Christiaan Huygens probeer de men de schipbreukelingen van boord te halen De vlet kwam echter dwars op de branding te liggen en kapseisde. Twee redders kwamen hierbij om het leven, één wist met grote moeite de Razende Bol te be reiken. De Duitse schipbreukelingen is niets overkomen. Vertrouwen Op deze plek kwamen wij op de Razende Bol aan. Voor deze tocht hadden we om een Helderse schip per gevraagd die ons de Haaksgron- den over zou leiden en zou afzetten op de Razende Bol Schipper Henk Tot jr. stemde toe om zijn kotter bij eiland ligt ten westen van het idiep. het water tussen Den Hel- '3en Texel, en heeft een lengte van ~tn kilometer en een breedte van |kilometer. De naam de Razende [kwam voor het eerst voor op een van 1838. In 1958 pas kwam de iplaat regelmatig bij laag water te liggen. Sedertdien is de Ra- Ie Bol elk jaar iets hoger gewor- In 1970 ligt het hoogste gedeelte meter boven NAP. Op het iblik komt de zandplaat niet onder water. Voor de nabije imst zijn geen veranderingen te achten. Alleen de hoogteligging aangetast worden door ivloeden. 6,04 lijvaarlijk p,q jRazende BoL ligt midden in de iarlijke en verraderlijke '0'Mksgronden. De KNZHRM <Ko- Iklijke Noord- en Zuidhollandse -pingmaatschappij) spreekt in 2g$brochures over „de witte hel van 22,01 Haaksgronden". De reddings- ^•Stschappij had zelfs het plan om Razende Bol een vluchthuisje iö4.qiaatsen om in geval van nood als "jilhut te dienen voor schipbreu- ngen. Den Helder is het redding- jon dat kan bogen op de meeste i63!Jingen. Vorig jaar nog zijn hier de Razende Bol te ankeren. Tot jr. boezemde al direct groot vertrou wen in. Aan zijn loop was te zien dat hij meer gewend was zich op een dek van een schip voort te bewegen dan op de vaste wal. Tot jr. begrijpt niet wat wij er in zien om naar de „Bol" te gaan „Er is toch niets te zien. meneer, alleen maar zand. Ja. wrakstukken, die liggen er genoeg Je kan er erg goed jutten. Prachtige stukken hout", zegt hij enthousiast Hoe meer we over de Razende Bol praten, hoe meer zin de schipper er in lijkt te krijgen. Is hij eenmaal op de kotter, geel geverfd en met de naam Johanna, dan is een groot deel van zijn stug heid verdwenen. Als een ervaren reisleider beantwoordt hij onze vra gen. We varen de Helderse haven uit. eerst langs de vele oorlogssche pen Den Helder is een van de grootste Nato-havens van West- Europa kruisen vervolgens de route van de veerpont naar Texel, die op het drukbezochte recreatie- eiland weer vele honderden toeris ten uit gaat spuwen en komen dan op het Marsdiep. Tot jr. praat achteloos 'over de sportvissers die hij vaak mee neemt en die^dan door zeeziekte gekweld niet eens aan vissen toekomen en vertelt over de vele schipbreuken en rampen bij de Razende Bol. Intus sen doemt in de verte het oostelijk deel van het eiland op. Inderdaad alleen maar zand. alleen maar zand De lucht is bewolkt. Er staat weinig wind. Kamperen hipper Henk Tot jr meer gewend op het water dan op het land Tot jr. vertelt dat hij gezien heeft dat er mensen op het eiland kampe ren. Enkele weken terug hadden vijftien kampeerders er hun tent op gezet, zegt Tot. terwijl hij het water opzet om ons te kunnen bedienen van een kopje koffie. Hij bevestigt dat de Razende Bol altijd droog ligt. Volgens hem moet in de zestiende eeuw ter hoogte van het eiland de vissersnederzetting Huisduinen ge legen hebben. Ter illustratie toont hij een kaart van Adrianus Anthon- ij. waar inderdaad een dorpje te zien is op de plaats van het eiland. We komen bij de oostpunt van de Ra zende Bol. Hier zouden we aan land kunnen gaan. maar de zuidelijke punt lijkt Tot jr. geschikter. Op naar de zuidpunt door een stuk volle zee. Een flinke deining vergroot de angst om zeeziek te worden. De koffie is klaar. Vreemd, die koffiegeur op zee. Het gezamenlijk drinken van een bakkie geeft de burger weer moed De kotter Johanna mindert vaart De zuidpunt is in zicht. In de verte lijkt er een zeehond te zien. maar na een uitvoerige bestudering met de verrekijker blijkt het een aange spoelde autoband te zijn. Volgens Tot jr. vertoonden zich een aantal jaren geleden nog regelmatig zee honden op het eiland. Nu is dat zeldzaam. De zuidpunt is met dit tij toch erg moeilijk te bereiken. Slechts als we een groot stuk door het water waden kunnen we erop komen. Voor landrotten is dat toch iets te veel van het goede. Schipper Tot jr. stelt voor om toch maar weer aan de oostpunt het eiland te betreden Daar aangekomen probeert hij zijn kotter te ankeren. Het lukt niet. de stroming is te sterk. Een honderd meter verderop blijkt de stroming veel minder sterk. Hier lukt het an keren wel. Van de kotter stappen we in het kleine volgbootje en tuffen naar het eiland. Vaste grond onder de voeten. Ner gens een bordje „verboden toegang" wel een bord „schietgebied le vensgevaarlijk onontplofte pro jectielen. De koninklijke Marine had van te voren al gewaarschuwd dat zij regelmatig schietoefeningen houdt ter hoogte van de Razende Bol en dat er niet ontplofte bri- santgranaten op het eiland kunnen liggen. De marinevoorlichter had verzekerd dat er vrijwel niets kon gebeuren als je op de granaten stap te „het zijn per slot van rekening geen mijnen" maar dat je ze niet mee naar huis moet nemen. Dat hebben we dan ook maar niet gedaan. Behoedzaam Toch wel enigszins behoedzaam lo pend zijn we aan onze verkennings tocht. Het is een zeer grote te leurstelling dat er geen enkele vorm .Een hutje van planken en een Russische munitiekist van begroeiing en beplanting op de Razende Bol te bespeuren is. Wel veel stukken wrakhout, veel flessen overigens zonder briefjes erin en lege bierblikjes van vorige bezoe kers. Enkele honderen meters ver derop is een hutje gebouwd van planken en een kist. Het blijt een Russische (CCCP) munitiekist te zijn. Boven ons vliegen een groot aantal meeuwen, die duidelijk niet gewend zijn aan publiek Hier en daar liggen dode vogels Een gol vend landschap met afwisselend hard zand en een soort slik. waarin je tot halverwege je enkels en je knieën inzakte. Dit eiland zou een begroeid eiland kunnen zijn. maar zoals de marinevoorlichter vertelde het is officieel geen Nederlands grondgebied, het is geen eiland, maar een stuk zee. Volgens Rijkswa terstaat kan het eiland door het uitvoeren van oeverwerken gemak kelijk worden gefixeerd en aan het Nederlandse grondgebied woden toegevoegd Een stormvaste aan legsteiger en een regelmatige boot verbinding zou het eiland voor re creatie kunnen ontsluiten Neder land heeft dan een Waddeneiland erbij. Nu dient de Razende Bol al leen maar als schietschijf van de marine. Zelfs een vluchthuisje voor schipbreukelingen op de gevaar lijkste plaats van het eiland kan door de oefenbombardementen van de Koninklijke Marine niet verwe zenlijkt worden NDS? i een verslaggever %r AaTTERDAM „Rotterdam heeft nu ook zijn Surinamers. Er leven er tienduizenden, en hun ublemen zijn steeds groter geworden. Op de West-Kruiskade, het ontmoetingscentrum voor es inaamse jongeren, kwam de heroïne in september (1974) was de heroïne al tot vijand 709 nmer één uitgeroepen. Er waren toen al zo'n 400 tot 500 gebruikers op de Kruiskade. De pïne wordt nu gewoon op straat aangeboden. De Surinaamse jeugd is aan het witte monster 170 irgeleverd. Het is verschrikkelijk als je langs een school loopt en beseft dat daar kinderen no l van twaalf jaar, die heroïne gebruiken. Als het zo door blijft gaan wordt het hier nog erger dan boo He States." 190 enstaande citaten zijn ontleend 420 het „Witte Monster", een on- 129 |s verschenen boek van Mau Fa- „streetcomerworker" in het 53 tskadekwartier. Een „streetcor- nfw ^°rker" is een maatschappelijk 4-o ^er' die zhn cliënten, meestal aan [ine verslaafden („junkies"), op- tt in hun eigen milieu en van zeer 135 |j begeleidt bij eventuele pogin- 28 terug te keren in .de gewone 150 itschappij. Fabri kreeg onlangs 2050 bnale bekendheid, doordat hij, 385 r zijn zeggen volmaakt onschul- 37 z°ven dagen in voorarrest w^rd 305 Maarm op beschuldiging van ver- 1050 itègen de politie, toen deze in- 155 |P bij een vechtpartij. 140 130 'politieke verantwoordelijkheid 150 r het gebeuren op en rond de 400 tt-Kruiskade berust bij wethou- 60 Elisabeth Schmitz van sociale 75 en. Zij heeft er geen behoefte aan 400 op de strekking van Fabri's 2000 k af te dingen. Eerder het tegen- 31.50 Zij wijst er zelf op. dat er in het 180 askadekwartier, de „zwartste" 15,50 U van Rotterdam, een situatie is 40° itaan die veel lijkt op die in 110 imige wijken van Londen of New 210 k: krotten, „junkies" en crimina- k. ir tegelijkertijd meent zij dat het leentebestuur niets verweten worden. Volgens haar is deze blematiek een rechtstreeks ge- t van de vloedgolf Surinamers. in korte tijd over de stad nspoelde. „Toen ik in september I begon als wethouder, had ik tens van Surinamers gehoord. 18 Haar dat was dan ook alles. Het '78 daarop kwamen er twaalfdui- 1^33 A naar Rotterdam. Vier- vijf- (86 jderd per week." Mevrouw ifnitz legt uit. dat er toen priori .65 j .20 i 1460 1060 1320 teiten moesten worden gesteld. Pri oriteit nummer één was te zorgen dat de migranten een dak boven het hoofd kregen. „Aan andere zaken kwamen we eenvoudig niet toe. Je kunt rustig stellen, dat we compleet verrast zijn door de ontwikkelingen op de Kruiskade." Project Het waren de Surinamers zelf. die het college van B en W. attent maakten op het ontstaan van de „Kruiskade-scène". De stichting Su riname Centrum Rotterdam en de Surinaamse jongerenorganisatie, die voor een rechtstreekse aanpak (het naar de mensen toegaan) van de problemen pleitten, richtten het West-Kruiskade Projekt iWKP) op. Met financiële steun van de gemeen te werd in februari van dit jaar in de Middellandstraat, het verlengde van de West-Kruiskade, het Surinaamse trefcentrum „Kwakoe" geopend. Van hieruit werken de coördinator en de vijf „streetcornerworkers" van het WKP, van wie Mau Fabri er een is. In „Kwakoe". genoemd naar de lei der van een slavenopstand in Suri name. is de stemming erg somber Fabri en de zijnen noemen de omstandigheden van hun mensen zo erbarmelijk, dat zij een wan hoopsdaad, zoals het kapen van een trein, bepaald niet denkbeeldig ach ten. „Een Surinamer is van nature heel anders dan een Zuidmolukker Wij zullen niet zo snel optreden als zelfmoordpiloot Maar men kan je natuurlijk ook te ver drijven", aldus Harry Brul. een collega van Fabri And "ren van het WKP houden reke ning met de mogelijkheid van een massaal oproer. Maar naar hun me ning zou dat anders verlopen dan in sommige Amerikaanse steden. „Als er iets gaat branden, dan zullen dat niet onze eigen straten zijn". Nóg geen rellen Elisabeth Schmitz deelt deze angst van de WKP-werkers. „Grote rellen zijn nóg uitgebleven Zij zegt momenten te hebben, dat ze „met de handen in het haar zit". Vooral wanneer ze zich afvraagt, wat er nu eigenlijk voor de Kruiskade- Surinamers bereikt wordt. Haar adviseur W. J. Tuynman van het bureau coördinatie migranten kijkt er iets anders tegenaan. Zijn grootste vrees is. dat er op de Kruis kade botsingen zullen komen tussen verschillende groepen Surinamers De oorzaak daarvan zou kunnen zijn een strijd om de afzetmarkt voor heroïne of een poging van een of meer mannen om leider van de zwar te gemeenschap te worden. Een aan wijzing voor dat laatste is volgens Tuynman. dat het telkens, wanneer er een nieuwe man in de publiciteit komt. bijvoorbeeld Mau Fabri. op de Kruiskade begint te „ritselen" „En ontstaan er daardoor woelin gen, dan zullen de aanstichters zon der twijfel de slechte sociale omstandigheden als alibi ge bruiken" Geen weg terug Sinds kort hebben de wethouder en haar adviseurs er nog een zorg bij gekregen Zij vrezen dat het zoge naamde selectieve remigratiebeleid van de Surinaamse regering de frus traties van veel Nederlandse Surina mers nog zullen verergeren. Premier Arron heeft er bepaald geen geheim van gemaakt, dat hij geen behoefte heeft aan de terugkeer van pro bleemgevallen. „Veel Surinamers hier houden zich staande, doordat ze het idee hebben, dat er altijd nog een weg terug is. Als dat steuntje in de rug nu ook nog wegvalt al dus mevrouw Schmitz. Zij heeft er weinig vertrouwen in dat de Nederlandse regering Suriname kan dwingen de afspraken betref fende een onbeperkte remigratie na te komen door bij voorbeeld de geldkraan dicht te draaien. „Ont wikkelingshulp en remigratie schij nen twee heel verschillende zaken te zijn." Beter begrip Weer een heel andere moeilijkheid voor het gemeentebestuur is de hou ding van de politie jegens de Surina mers in het algemeen en de Kruiska- de-Surinamers in het bijzonder „We zijn om de donder niet bang voor Surinamers We rammen het hele zootje in elkaar als het moet." ver klaarde een politiefunctionaris tege nover een weekblad. Wethouder Schmitz wordt onophoudelijk ge confronteerd met klachten over „ra cistisch" optreden van met name de straatagenten In het geval-Fabri wekte ook het openbaar ministerie de woede op van de Surinaams» gemeenschap, doordat de officier van justitie niet bereid bleek de „streetcomerworker" spoedig weer op vrije voeten te stellen Elisabeth Schmitz. die zich in die dagen het vuur uit de sloffen liep voor Fabri. is van plan de zaak op te nemen met burgemeester André van der Louw, wanneer deze terug is van vakantie. Samen met hem wil zij zien te bereiken dat justitie en poli tie beter bekend raken met de WKP'ers en de omstandigheden, waaronder deze mensen moeten werken. Zij spreekt de hoop uit. dat het niet tot een proces tegen Fabri zal komen Wat betreft de manier, waarop de politie de (Kruiskade)-Surinamers zou moeten bejegenen, worden er al geregeld voorlichtingsbijeen komsten gehouden. „Maar ja. als een agent in een stress-situatie ge raakt. is hij alle voorlichting verge ten." aldus mevrouw Schmitz. Over igens is zij van mening, dat de Suri namers zelf ook wel eens te blame ren zijn. „Sommigen hebben vanuit hun geboorteland het idee meege bracht. dat een politieagent auto matisch een aparte vijand is en roe pen daardoor vaak zelf de conflicten op Hulp heeft effect De Kruiskade-Surinamers zijn on geveer tweeduizend in getal Dat is tien procent van het totaal aantal in Rotterdam wonende ex- rijksgenoten Wethouder Schmitz vertelt dit met grote nadruk, omdat zij voor alles de indruk wil vermij den dat iedere Rotterdamse Surina mer aan de zelfkant van de samenle ving verkeert. Het zijn de „vele dui zenden". die het wel redelijk goed gaat. die het gemeentebestuur de overtuiging geven, dat de hulppro gramma's effect sorteren Vorig jaar trok Rotterdam acht mil joen gulden hiervoor uit Voor 1976 wil men dit bedrag verdubbelen Enige posten op de begroting Suri naamse organisaties (4.7 miljoeni. onderwijs '4 6 miljoen» en huisves te.0 iv.iljoeiii Als concrete voor- Wethouder Elisabeth Schmitz: hoop dat het niet tot een proces tegen ..streetcomerworker" Fa bri komt beelden van wat er bereikt wordt, noemt de wethouder het grote aan tal jongeren (75 per cursus», dat op het speciaal voor hen opgerichte test- en trainingscentrum een vak opleiding volgt en daarna meestal snel werk vindt, en de 1199 gezinnen, die in negen maanden tijds aan een goede behuizing zijn geholpen Niet genoeg Maar de Kruiskade is voor ons het beste bewijs, dat we nog lang niet genoeg doen. voegt Elisabeth Schmitz daar onmiddellijk aan toe Haar gedachten gaan uit naar het stichten van een opleiding voor jon geren. die met zo weinig geestelijke bagage uit Suriname zijn gekomen, dat zij zelfs niet in aanmerkine ko men voor een piaais op het test en trainingscentrum Het zouden vaak juist deze mensen zijn. die tussen wal en schip raken en daardoor een gemakkelijke prooi vormen voor de heroine-pushers van de Kruiskade Daarnaast wil de wethouder met steun van het gewestelijk ar beidsbureau het bedrijfsleven doordringen van de noodzaak om werkloze Surinamers een eerlijke kans op een baan te geven Voorts doet zij haar best om ook al leenstaande Surinamers aan een re delijke woning te helpen Met dit soort maatregelen hoopt Rotterdam te voorkomen dat het aantal Kruis- kade-Surinamers nog zal toenemen Brigade uitbreiden Maar ook voor degenen, die reeds in dat milieu gevangen zitten moet er hulp komen. Wethouder Schmitz zou graag zien dat de narcoticabri gade van de politie zo zou worden uitgebreid, dat er met succes slag geleverd kan worden met de grote importeurs en handelaren van hard drugs. Het maatschappelijk werk op en rond de Kruiskade wil zij alle mogelijke voorrang verlenen Mau Fabri en zijn collega s hebben haar ervan overtuigd, dat er met „street- cornerwork" veel te bereiken is Alle goede voornemens van Rotter dam staan of vallen echter met de medewerking van „Den Haag Vol gens mevrouw Schmitz is de rege ring nog niet doordrongen van de ernst van de situatie Zij vertelt over een informele bijeenkomst van het college met enige leden van het ka binet. onder wie premier Den Uyl „Ze konden hun oren niet geloven, toen wij schetsten hoe het op de Kruiskade toegaat. Het is natuurlijk ook voor het eerst dat Nederland met dergelijke typisch grootstedelij ke problemen te maken krijgt Maar mevrouw Schmitz laat er geen twijfel over bestaan, dat Rotterdam zo mogelijk met steun van de andere grote steden, maar anders alleen, niet zal rusten voordat de diverse ministeries de benodigde gelden be schikbaar stellen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 9