Tjeerd Bottema: „Moderne
kunst is vaak verlakkerij"
fllsilistll
Morgenster
Uw probleem ook het onze
„Je moet nooit zeggen dat er geen wonderen meer gebeuren"
Nieuwe boeken
MAANDAG 19 JULI 1976
BINNENLAND
TROUW/KWAR' jjJJT
Fred Lammers
KATWIJK AAN ZEE „Ver-
velen doe ik me geen moment.
Het beroerde is dat ik hoe ou
der ik word steeds meer tot de
ontdekking kom dat er nog zo
veel dingen zijn waar ik nog
niet aan toe ben gekomen.
Toen ik tegen de zeventig liep dacht
ik: daar krijg Je nou tijd voor. maar
ik ben nu 92 Ik heb niet zoveel meer
te verwachten van het leven. De hon
derd begint in het verschiet te ko
men. Ik denk wel eens: zou je dat
nog halen? Ik zou het best willen, als
ik tenminste lichamelijk en geeste
lijk blijf zoals ik nu ben. Mijn geheu
gen is niet zo best meer, maar dat is
altijd mijn zwakke punt geweest en
er zijn erger dingen. Ik wacht maar
Ai. Het zit er dik in dat ik nog slechts
een paar jaar voor de boeg heb
In het zonovergoten atelier van zijn
huis op de meest noordelijke punt
van de boulevard zit ik naast de
illustrator/kunstschilder Tjeerd Bot
tema. Velen denken dat hij al lang
niet meer in het land der levenden is.
Tjeerd Bottema- begrijp dat wel,
want hij vertegenwoordigt een gene
ratie waarvan alleen nog de heel
sterken over zijn gebleven. Zijn
naam wordt vaak in een adem ge
noemd met zijn tijdgenoten colle
ga's Isings en Jetses. Met Isings, die
eveneens diep in de negentig is, heeft
Tjeerd Bottema af en toe nog schrif
telijk contact. Verder is het eenzaam
geworden rond deze hoogbejaarde
kunstenaar.
„Ik heb eigenlijk niemand meer op
de wereld sinds mijn vrouw en twee
dochters een jaar of tien geleden zijn
gestorven, vlak na elkaar. Binnen
een jaar was het gebeurd. Gelukkig
hebben ze niet geleden. Bij alle drie
was het het hart. Mijn dochters.
Hilde en Johanna, tekenden ook. Ze
waren razend begaafd. Het is dood
zonde dat ze hun talenten niet heb
ben kunnen ontplooien. Maar ja. het
heeft zo moeten zijn. Soms denk ik
wel eens dat ik nu kleinkinderen had
kunnen hebben. Dat zou fijn zijn
geweest. Aan de andere kant heb je
ook heel wat minder zorgen als je ze
niet hebt. Als ik die verhalen hoor
over druggebruik en noem maar op
dan denk ik vaak dat het niet een
voudig is kinderen te hebben in deze
tjjd. Het is tegenwoordig een ver
schrikkelijke wereld. Als er vroeger
iemand was vermoord stond het hele
land op stelten. De kranten schreven
er dagenlang over en er werden spe
ciale liederen op gemaakt. En nou: je
s}aat de krant maar op en het is
allemaal moord en doodslag, elke
dag opnieuw."
Geen kletspraatjes
Vrienden heeft Tjeerd Bottema niet
zo veel. „Als Je een populaire schilder
bent lopen de mensen graag bij je
binnen om een praatje te maken.
Oat is heel aardig, maar zoiets moet
niet te vaak gebeuren."
Er gaat geen dag voorbij zonder dat
Tjeerd Bottema voor zijn schilders
ezel staat. Als ik bij hem ben is hij
bezig met een olieverfschilderij van
de duinen met op de voorgrond hotel
Royal, zoals hij het ziet vanuit een
van de ramen in zijn atelier. „Daar
werd ik dit voorjaar ineens door ge
boeid. Ik ben er een beetje mee aan
het tobben. Telkens als ik uit het
raam kijk zie ik het anders. Het is
een enorm groot verschil of ik 's mor
gens om half vier aan het schilderen
ben of 's middags op dezelfde tijd.
Tjeerd Bottema, vervelen doe ik me geen moment
Op die manier blijf ik aan het veran
deren. Ik vraag me af of ik ei ooit
mee klaarkom."
Tjeerd Bottema woont sinds 1919 in
Katwijk aan Zee. „Ik heb altijd aan
de boulevard gezeten. Voor de oorlog
in het huis „De Teerling". Dat is door
de Duitsers afgebroken. Na de oorlog
heb ik er dit huis voor teruggekre
gen. Ik zou nergens anders willen
zitten omdat je nergens zo'n wijds
uitzicht hebt. Heimwee naar Fries
land, waar ik ben geboren, heb ik
niet. Friesland is het oude Friesland
niet meer. Vroeger had je daar uitge
strekte weilanden met prachtige
boerderijen. Nu lopen er autowegen
door de mooiste gedeelten van Fries
land. Als ik er kom erger ik me alleen
maar," zegt hij beslist, terwijl hij zijn
ogen dichtknijpt.
Tjeerd Bottema trok al jong weg van
de boerderij in Langezwaag waar hij
samen met drie broers opgroeide.
„Voor twee broers was plaats op de
boerderij. Ik zou bij het onderwijs
gaan op aanraden van mijn grootva
der die hoofdonderwijzer was in Be
neden Knype. een dorpje bij Heeren
veen. Ik heb de opleiding afgemaakt
maar nooit voor de klas gestaan. In
plaats van onderwijzer werd ik pla
teelschilder in Amsterdam. Daarmee
verdiende ik genoeg om naar de aca
demie te kunnen gaan. Mijn broer
Tjedde was daar ook. Hij heeft ook
heel veel getekend, vooral politieke
prenten De Duitsers zetten hem
daarvoor op de zwarte lijst. In het
voorjaar van 1940 vluchtte hij uit
Parijs, waar hij woonde, naar Bor
deaux en nam daar een boot naar
Engeland. Zijn schip werd echter in
het Kanaal getorpedeerd. Tjedde
kwam daarbij om het leven Ik hoor
de dat dezelfde avond via Radio
Öranje."
Etsen
Tjeerd Bottema was toen al een
gevestigd kunstenaar. „Vooral op
het etsen heb ik me toegelegd. Dat
had een speciale reden Ik ben ie
mand die erg moeilijk afstand kan
doen van een werkstuk. Zoiets
wordt een stukje van jezelf en als je
dat dan verkoopt ben je het kwijt.
Met etsen ligt dat anders. Je kunt er
net zoveel afdrukken van maken als
je wilt en die verkopen, maar het
origineel kun je zelf houden. Dat
vind ik erg aantrekkelijk".
Tegenwoordig verkoopt Tjeerd Bot
tema nooit meer iets. „Financieel
heb ik dat niet nodig", zegt hij. een
uitspraak die illustreert dat hij za
kelijker is geweest dan zijn collega
Jetses. In zijn Katwijkse woning
hangen vele werkstukken. Wat niet
aan de muren hangt bewaart Tjeerd
Bottema in mappen. Ook van zijn
broer, vrouw (die ook tekende) en
dochters heeft hij het nodige in huis.
„Na mijn dood gaat alles naar de
gemeente Katwijk. Het is de bedoe
ling dat alles dan in één ruimte
wordt geëxposeerd. Ook werkstuk
ken die nog nooit iemand onder
ogen zijn gekomen zullen dan wor
den getoond. Ik heb dat bij mijn
leven willen regelen omdat ik het
afschuwelijk zou vinden als mijn
werk ergens in een kelder van een
museum zou worden opgeborgen.
Dat gebeurt maar al te vaak. als de
smaak van het publiek tijdelijk een
andere kant uitgaat. Van de Maris-
sen bijvoorbeeld heeft het prach
tigste werk tientallen jaren in kel
ders gestaan. Dat vind ik verschrik
kelijk. Dat zal mij niet overkomen.
Het is ook een geruststellend idee
dat alles bij elkaar blijft. De mensen
zullen dan later nog eens aan me
denken, want helemaal vergeten
worden vind ik niet zo aantrekke
lijk."
„Dat is ook de reden dat ik theosoof
ben. De theosofen geloven dat de
mens na de dood gewoon verder
leeft, zij het onder andere omstan
digheden. Ik heb er diep over nage
dacht en er ook over gesproken met
een heel bekende dominee. Die zei
toen ik hem vroeg wat er volgens
hem bij het sterven met een mens
gebeurt, dat bij je dood de naam van
het bord waarop alle levenden staan
wordt uitgewist. Je bent er niet
meer. totdat je bij de wederkomst
van Christus een nieuw lichaam
krijgt. Dat vind ik geen aangenaam
toekomstbeeld: weggevaagd te wor
den. Bij de theosofen is het bij je
dood alsof je een kledingstuk
uittrekt. Dat geloof past meer bij
mij. Op die manier vind ik de dood
niet afschrikwekkend. Het sterven
en het leven er na heeft voor mij
zelfs iets aantrekkelijks".
Amerika
In het rommelige atelier ligt op een
tafeltje een dik boek. Een Hollandse
jongen in Arizona. Tjeerd Bottema
heeft het zelf lang voor de oorlog
geschreven. Het gaat over de beleve
nissen van een jongen in de V. S.
„Amerika is een land dat mijn grote
interesse heeft al ben ik er zelf nooit
geweest. Ik weet er echter heel veel
van omdat ik er de nodige familiele
den had wonen. In de jaren dertig
was ik van plan er naar toe te gaan
omdat ik de oorlog zag aankomen
en Amerika volgens mij het enige
land was dat buiten de strijd zou
blijven. Het is er niet van gekomen,
maar ik ben Amerika een bijzonder
land blijven vinden. Nederland is
Amerika ook veel dank verschul
digd. Als we alleen maar denken aan
de hulp die het ons tijdens en na de
oorlog heeft gegeven. Ik heb me
daarom erg opgewonden over die
vuilspuiterij op Amerika tijdens de
Watergate-affaire".
Tjeerd Bottema heeft zich nu op
nieuw aan het schrijven van een
boek gewaagd. Het is het verhaal
van zijn leven, dat in het najaar zal
verschijnen. „Vooral de oorlogsja
ren krijgen daarin extra aandacht.
In de oorlog heb ik een dagboek
bijgehouden, waarvan ik voor dat
boek gebruik kon maken. Het wordt
een dik boek. al heb ik van de uitge
ver veel moeten schrappen. Als de
mensen dat boek lezen zullen ze heel
wat over de mens Tjeerd Bottema
aan de weet komen".
Memoires
Vooral het laatste hoofdstuk vindt
Tjeerd Bottema „erg belangrijk".
"eir
door Mink van Rijsdijk
,,Wect jij wat een morgenster is?" vroeg een kennis
van me. Nu heeft de man dikwijls van dat soort
vraagjes, waarop ik het antwoord niet weet. Daarom
was ik danig in mijn noppen vlot een bewijs van
algemene ontwikkeling te kunnen geven. Mijn ken
nis over de planeet Venus lag voor het grijpen. De
vragensteller kwam geenszins onder de indruk en
merkte op: ..Ik vroeg niet naar DE, maar naar EEN
Morgenster."
Je pakt me niet, jongen, dacht ik. Gelukkig herin
nerde ik me dat er ooit mannen hadden rondgelopen
met knotsen, waarop venijnige punten zaten. Een
dergelijk wreed wapen gaf men de lyrische naam
morgenster. „Goed." zei de man op een toon van:
dat is een mager zesje, maar het kan nog alle kanten
uit. Of ik nog meer wist. Het geluk was me gunstig.
Ik wist dat mijn wandelend woordenboek een grote
plantenliefhebber is, wat mij driest deed gokken dat
een morgenster een plant was. Laat mijn antwoord
nog kloppen ook. Maar als ik dacht inmiddels voor
het examen geslaagd te zijn, bleek dat voort te
spruiten uit te groot optimisme. Mijn parate kennis
was uitgeput.
„Een morgenster," leraarde de man verder, „is
ook nog een soort voddenraper, die voor dag en
dauw op zoek gaat naar zaken die de gegoede burger
kwijt wil en naast de vuilniszak zet." Zo werd het
een leerzaam uurtje, vooral toen mij ook nog verteld
werd dat in de grote steden veel morgensterren een
aardige boterham verdienen aan afgedankte spullet
jes van diverse families. Een morgenster met kennis
van zaken verwacht niet veel heil uit de zogeheten
rijke buurten. In grote huizen heeft men zolders en
kelders, waar niet meer direct bruikbare stukken
worden opgeborgen onder het motto: je weet nooit
hoe we nog eens komen te zitten.
De beste handel wordt gevonden bij flatblokken,
aangezien flatbewoners meestal weinig ruimte
hebben voor zaken die misschien later nog wel eens
van pas komen. Ik hoorde zelfs dat er in een van
grote steden een twaalfjarig morgensterretje o
reert, die een eigen „wijk" heeft en bij het o>i
tendkrieken steevast op pad gaat. Deze jonj
handelt niet, hij is een zuivere amateur, die het v(
de sport doet. Zijn buit geeft hij altijd weg
Ik was het hele verhaal alweer vergeten, toer*
op een pril uur door een dorp reed, waar
vuilniszakken blijkbaar de avond daarvoor al bij
hek waren gezet. Ineens kreeg ik morgenstern"
gingen.
Zou ik stoppen en die roestige vogelkooi mee
men? De emaille pan ernaast zou wel lek zijn, m
dat malle tafeltje? Als ik de poten eraf zou zagi
kon onze kamerlinde er schitterend op staan. Ik re
langzamer en speurde. Oude schoenen, een ga
mele kinderwagen geen belangstelling. Maar
stond daar? Jawel, een oude houten kaasscha
TRE.
iet b
imer
e toe
stee
twi
.of;
Mijn grootmoeder had er zo een. Met snelle gebarej
haalde ze daar voor de talrijke familie een groot sr
Edammer over. Een kaasschaaf. Ik reed terug, v
erlangs. Het ding zag er solide uit. De gordijnen
het huis, waar de schaaf te vondeling was gelej
waren nog dicht. Ik kon dus niet gaan vragen
hem hebben mocht. Trouwensstond het appai
niet op de vuilnisman te wachten? In een flits zaj
de vele tot schuiten uitgeholde en verminke stuk
kaas in ons huis, die me altijd zo geërgerd hadd<^
Het einde daarvan leek me zeer nabij
Ik stapte uit en met de schichtigheid van eïymp
t bo
k V£
vaar:
,pie,
lia,
ibrek
onts
le b<
zich
ie is
Hoé
•n no
d Al
alem
gypt<
ifcken
Zee.
echt
lat di
gespi
pro
da
:t te
.tianse
•^ntijd
ran
rt. D;
jk c
bo;
okT
g :sluit
v :t wi<
renr
'aarr
eerlijk mens, dat voor het eerst uit stelen ga
eigende ik me de schaaf toe. Het weekend daar
waren alle volwassen kinderen met aanhang thu^gj
Tijdens de boterham sneed ik kaas op onze nieu ties
aanwinst alsof ik jaren niet anders gedaan h;
„Wat heb je dóér nou?" vroeg iemand. „Wet|
jullie wat een morgenster is?" was mijn wedervraï*e
Want hoe dan ook een moeder blijft zich
antwoordelijk voelen voor de algemene ontwiklTenij
ling van haar nazaten. jreten
t D
Daarover zegt hij: „Er staan veel
dingen in die de hele wereld in zijn
zak kan steken. Ik hoop dat de men
sen die mijn boek lezfen dat ook
zullen doen. Dat zou voor mij een
grote voldoening zijn". In zijn me
moires is Tjeerd Bottema kritisch
ten opzichte van de samenleving,
zoals hij ook sceptisch staat ten
opzichte van moderne kunst. Hij
komt er eerlijk voor uit daardoor
niet zo geïmponeerd te zijn. „Moder
ne kunst is vaak verlakkerij. Het
werk van Karei Appel bijvoorbeeld
vind ik waardeloos. Appel heeft
trouwens zelf gezegd dat hij maar
wat aanrotzooit. Dat is een waar
woord geweest. Ik begrijp niet dat
mensen dan toch blijven zeggen dat
ze zijn werkstukken zo mooi vinden.
Daar moet ik om lachen".
Tjeerd Bottema vindt dat de men
sen weer van kleine dingen moeten
leren genieten. „Dat houd ik ze ook
voor in mijn boek. De mensen gaan
aan zoveel moois voorbij. Je moet
nooit zeggen dat er geen wonderen
meer gebeuren. Neem nou de rup
sen, die zich in het najaar, als ze zich
hebben volgevreten, inpoppen. In
die cocon onststaat dan een geheel
ander wezen: een vlinder die in het
voorjaar de wereld infladdert. Op
school wordt daarover gezegd: dat is
de natuur. Ze kunnen me wat. Als
dat geen wonder meer is. wat is dan
wel een wonder? Als je er op let is
bijna alles een wonder. Als de men
sen weer in wonderen gaan geloven
zal de wereld in zijn geheel gelukki
ger worden. In hoeverre ik er in ben
geslaagd dat de mensen duidelijk te
maken zal de tijd leren".
„Zeilsport, zeiltechniek, zeiljachten"
door Juan Baader, uitgave Hollandia
BV, Baarn. Intekenprijs 64,50 (na 1
oktober 69,50).
De stormachtige ontwikkeling op
het gebied van de zeilsport wordt
overduidelijk gedemonstreerd, als
men bedenkt dat veertien jaar gele
den de eerste druk van dit handboek
verscheen en men nu toe is aan de
vijfde, geheel herziene druk. Lt. ter
zee J. F. Brongers zorgde voor de
bewerking, waarin de katoenen zei
len geheel verdwenen zijn en meer
aandacht wordt gevraagd voor de
meerrompboten, transatlantische
zeilwedstrijden en zelfstuurinrich-
tingen. Beginnende watersporters
en de vergevorderden zullen in dit
kostbare werk. verlucht met tiental
len foto's en honderden tekeningen
kostelijke wetenschap opdoen. G.L.
Volken en Stammen, deel: Midden-
Amerika. Uitgeverij Amsterdam
Boek b.v., 1975. Prijs 24,50.
Dit boek .geeft een beeld van de
afkomst, de cultuur en het dagelijks
leven van de bevolking van Midden-
Amerika en het Caraïbisch gebied.
Ook voor mensen die moeilijk tot
lezen komen, biedt dit vierde deel in
de serie Volken en Stammen een
zeer toegankelijk overzicht van le-
|ekwe
vensgewoonten, levensstijl ei&ezi'
bruiken in dit deel van de we"rec'
Religie, omgeven door magisch61
ten blijkt sterk het karakter ti
ben van een ontvluchting qre
ellende van deze wereld. De Vf e!r
religie van Haïti is hiervan eenf. ei
beeld. Ook het onlangs in dezeryi?ï
vertelde verhaal van de op Jan
wonende Rastafari's, die zeggPr e
komstig te zijn uit Ethiopië e*
wachten daarheen op het eiri
tijden te zullen terugkeren, isl
een deel aan dit boek ontleen*
boek telt 153 (grote) pagina's
160 schitterende foto's (mer<
in kleur) maken de prijs
antwoord.
In de serie „Ankertjes" van uil,
rij Ankh Hermes te Deventej
weer een aantal deeltjes vei
nen: Goed eten, makrobiotiscl
C. Sams (80 blz), Kruiden om
pen, door J. Huibers (77 blz)j
comics verzameld en getekent
Ionna Salajan (80 blz), Het
tische pendelboekje, door J. F.
du (78 blz), Psychologie, eenviTE!
toegepast door R. W. Wilde (8qste(
Kalm door kruiden, door J. HlL^of
(78 blz). Prijs per deeltje 7.5Ti
dezelfde uitgeverij verscheer!611
ademende mens (in rust en
ging, ziekte en gezondheid, inl cor
R
meditatie) door
fin
Schaarschuch. 121 blz. - 25.-Lr
Morota! de bevrijding van de <Ln r
Oost en Borneo geschreven da
Giebel. Uitg. Wever, Franeker^-
blz. (16 pagina's foto's en 4 kad
19,50. Dit boek is verse» ei]
met steun van het Prins Berirreal
Fonds. P r01
elka
ich
Vragen (één per brief) zenden naar uw probleem ook het onze. Postbus 5(%r e]
Voorburg. Naam en adres vermelden. Eén gulden aan postzegels bijsluite(^eoe
Geheimhouding is verzekerd. js r
ALLEREERST een paar hartelijke
dankwoorden: Namens de klein
kinderen van Mini v. d. Iessel. Vele
lezers hebben hun exemplaar van
de gevraagde boeken ter beschik
king gesteld. De familie zal zelf
contact met u opnemen. De redac
tie van deze rubriek vindt het al
leen jammer, niet vaker be
hulpzaam te kunnen zijn bij het
zoeken naar graag gelezen boeken.
Maar het eind zou daarbij ver te
zoeken en uitermate kostbaar zijn.
Er lag een berg van 240 problemen
te wachten Dat kan natuurlijk niet
tegelijk. Wilt u een beetje geduld
hebben? Helaas kunnen we de 34
vragen, die niet vergezeld gingen
van de postzegel van 1 (zie kop
van rubriek) niet in behandeling
nemen. Dat geldt ook voor onvol
doende gefrankeerde brieven
(strafport!).
VRAAG: Namens een gehandi
capte lezer Onze vriend geniet ge
weldig van de strip: Ferd'nand (te
keningen van Dahl Mikkelsen-
Mik). Goedwillende mensen die
hem nu en dan eens helpen verhui
zen. hebben echter veel van de
plaatjes, die hij steeds verzamelde,
opgeruimd. Die van vóór 1962 zijn
«allemaal weg en van de latere Jaren
ontbreken er soms ook heel veel.
Zijn er misschien lezers die ook
deze plaatjes hebben bewaard?
Mogen we eens een contact leggen'
Mogelijk kan er iets gefotografeerd
worden of geruild. In deze warme
dagen denken we nogal eens aan
onze trouwe lezers, die van deze
zomer slechts ervaren dat de zon
buiten schijnt en dat het binnen
onhoudbaar warm is. Vergeet daar
om de chronische patiënten niet!
VRAAG: In een uitvoerige brief, die
vergezeld ging van een aardige foto
waarop een koolmees bezig is een
jong te voeren, vraagt onze lezer
wat de oorzaak er van zou kunnen
zijn, dat -bij het uitvliegen van het
jonge volkje (8 levende vogeltjes) 4
dode jongen in het nestje ach
terbleven.
ANTWOORD: U woont op de 8ste
etage van een stadsflat. Een hele
afstand dus voor het ouderpaar,
dat af en aan vliegt om de kinderen
aan de kost te helpen Er zijn niet
zo heel veel insecten die geschikt
zijn gevangen en toegediend te
worden (insectidenbespuitingen en
milieuverontreiniging) De ouders
hebben het dus al moeilijk. Twaalf
jongen gaat daarbij boven hun
kracht. Ze voeren dus de sterksten
in de eerste plaats, die trouwens
met de verst opengesperde snavel
het gunstigst gaan zitten. Met de
lijsters die in grote getale in ons
stadstuintje nestelen, maken wij
het zelfde mee. Men zou het er
warm van krijgen als men zo'n vo
gel met open bekje ziet zitten broei
en. Toch nemen de vogels heus wel
tijd om even te gaan drinken. Een
in de buurt van het nest op een
stokje geprikte vrucht, een aardbei
of iets dergelijks wordt zeer ge
waardeerd en de vogels kennen de
gever op de duur zo goed dat ze niet
wegvliegen.
VRAAG: Wie kan ons helpen aan
het adres van een apotheek waar
de medicijnen volgens de genees
wijze Dr. Pastoor Heuman te koop
zijn?
HULP VAN LEZERES: Er blijken
heel wat foto's en bladzijden van
boeken aan elkaar geplakt te zit
ten Volgens onze brieven
schrijfster zou men het boek in een
oven moeten leggen, die op zeer
matige temperatuur is ingesteld.
Na een paar minuten moet het
boek een paar uren in de zon liggen.
Hoewel wij deze raad waarderen,
zouden we toch niet graag onze
hand ervoor in het vuur, c.q. onze
boeken in een oven willen steken.
Voorkomen is beter dan genezen.
Nooit een wiebelig boeket op een
boekenkast of boven op een stapel
kostbare boeken en als het ongeluk
gebeurd is, het boek rechtop met
geopende en los van elkaar staande
bladzijden laten drogen. De kaft zo
droog mogelijk maken. Onze ex
pert alles wat er van aan elkaar
geplakte bladzijden of foto's te
recht komt, is meegenomen.
VRAAG: Onze tuin krioelt van de
mieren en van de bladluizen. Hoe
komen wij er af?
ANTWOORD: Het beste antwoord
dat wij u kunnen geven is: koop het
boekje van Henk van Halm „Tui
nieren buiten het boekje" dat el
ders in dit blad of in de omroepgids
van de NCRV aangekondigd werd
en wordt Abonnees van Trouw
kunnen het boek zelfs met korting
bestellen.
VRAAG: Weken lang hebben we
met veel genoegen geluisterd naar
het gezang van een „nachtegaal
Nu blijkt het gezang van een merel
afkomstig te zijn. Gebeurt zoiets
wel vaker?
ANTWOORD: Merels en lijsters
kunnen zeer bedriegelijk geluiden
nabootsen, niet alleen het gezang
van andere vogels, zoals in dit ge
val dat van een nachtegaal, maar
ook gedeelten van versjes. Een lijs
ter in mijn buurt begint elke keer
met nieuwe moed aan: De keizer
van China maar heelver komt deze
zanger niet. Let eens goed op. De
merel zal iets scheller, minder flu
welig zingen dan de nachtegaal,
maar deze vogel moet toch ook wel
ergens in de buurt zitten, waar veel
opslag en ruigte is. Het is heus niet
waar dat men de nachtegaal
uitsluitend in het vroege voorjaar
hoort. Bij een gunstige begroeiing
hoort men hem de hele zomer 's a-
vonds zingen.
VRAAG: Jacob van Dam (1680-
1733), Domheer tot Utrecht, woon
de aan de Vecht 25 km van Utrecht
af en werd daar met pracht en praal
in de hervormde kerk begraven.
Wat was de funktie van een Dom
heer en hoe kwam zo'n roomse pre
laat in een hervormde kerk
terecht?
ANTWOORD: Domheren zijn ka
nunniken van de Dom en van de
andere kerken in Utrecht. Het
ambt omvatte het beheer van de
prebenden (kerkelijke inkomsten
die vermogensobjekten waren ge
worden). Domheren moesten van
de Gereformeerde (Hervormde) re
ligie zijn. maar belijders van ande
re protestantse religies konden dis
pensatie krijgen. Domheren had
den ook enige invloed bij de sa
menstelling van de provinciale sta
ten (zie Tegenwoordige Staat der
Ver Nederlanden van 1757 thans
wederom uitgegeven bij de Europe
se Bibliotheek Zaltbommel deel 8
blz. 175).
U ziet dat Van Dam wel niet rooms
katholiek zal zijn geweest hoewel
het in 1600 nog wel mogelijk was
dat een katholiek dit ambt kreeg,
maar later niet meer. Van Dam is
een bekend Utrechts regentenge
slacht. Jacob van Dam konden we
echter in het standaardwerk Neder
landse biographieën niet vinden.
VRAAG: Er zou een lijst bestaan,
waarop alle belangrijke evenemen
ten herdenkingen enz. van het jaar
te vinden zijn. Bestaat die lijst wer
kelijk en wat is dan de titel, uitge
ver en de prijs?
ANTWOORD: Wij kunnen u direct
op grond van prettige service en
persoonlijke contacten noemen de
Matla-agenda (uitg. Het Haagsch
(met sch) Persbureau. Matla, Ri-
ouwstraat 138, Den Haag. tel. 070-
556655). Kosten min. uitgave 75
per maand 4% BTW. Dat lijkt nu
wel een heleboel geld. maar vraag
niet. hoeveel tijd het zoeken naar
kleine dingen soms kost en hoeveel
mogelijkheden er zijn iets over het
hoofd te zien. Vele zullen zich de
prachtige fin de sièclebibliotheek
en de portretten van vele langgele
den overleden bekende figuren in
het trappenhuis van deze zo
merkwaardige Haagse instelling
herinneren.
VRAAG: 57» jaar draag ik een
kunstgebit. De binnenkant van de
tandaanzet ziet er zwart uit. Ik heb
al (bekend middel) bleekwater en
Vim geprobeerd maar het blijft
maar een naar gezicht. Is drop ver
keerd. Wat te doen?
ANTWOORD: 5'h jaar is al een hele
tijd voor een kunstgebit Is u niet
aan een nieuw apparaat toe. De
k?ak heeft de vervelende gewoonte
te veranderen in de loop der jaren,
zodat het gebit niet meer goed
past. Het gebruik krijgt vervelende
bijverschijnselen en het gezicht
van de drager ziet er vermoeid uit.
Drop. rode wijn, trouwens alles
waar kleurstof in zit heeft de door u
genoemde invloed op de kleur van
de tanden en de aanzet in het kaak-
gedeelte. Het enige, dat ik u aanra
den kan: spoel elke keer de resten
van dergelijke stoffen grondig weg
en gebruik een goede* tanden
borstel. Het door u genoemde mid
del werkt prachtig, maar u moet de
behandeling, zoals trouwens op het
buisje staat regelmatig herhalen.
Ook waterstofperoxyde gecombi
neerd met een goede schuimende
tandpasta kan u gebruiken. Uw
tanden zijn uw visitekaartje. Wat
nu het gebruik van bleekwater en
schuurpoeder betreft, dat is prach
tig om een closetpot een goede
beurt te geven of een douchecel en
dan moet het nog met beleid en
met mate worden gebruikt. Uw tan
den verdienen een meer voorzichti
ge behandeling. Ook uw drogist
heeft nog heel wat pijlen op zijn
boog, wat uw klachten betreft.
VRAAG: Overal kakkerlakken in
onze vrij nieuwe flat. Hoe komen ze
erin en hoe komen we er af?
ANTWOORD: Er zijn allerlei ver
klaringen mogelijk van zo'n inva
sie. Er hoeft er maar één met een
vracht eieren (15-40 per keer) mee
gekomen te zijn met handelswaar
en dat is dan wel het begin. Onze
huizen zijn met alle verwarmings-
en heetwaterbuizen nooit goed
koud (daar kan een kakkerlak be
slist niet tegen). Alle etenswaren
dienen goed afgesloten te worden.
Kleding waarop etensvlekken of
transpiratiekringen zijn, moeten
niet rondslingeren, maar meteen
gereinigd worden. Een schoteltje
met gelijke delen basterdsuiker en
inl
borax is een vrij aardig bestiL.
gr
ilyrr
dingsmiddel. Een stukje haring i
een schoteltje jaagt de die en na
de buren, dus dat is beslist milirf^
onvriendelijk. Een goed insecticiC^
kan plaatselijk nuttig zijn, echl re
niet alle plaatsen zijn bereikbat^
Meldt de ervaringen met allerustu
torren, kakkerlakken, faraomierr
e.d. in moderne flats eens aan
Instituut van Oecologisch Ondj
zoek. Kemperbergweg 11, Arnhel
VRAAG: Restauratie van oude Sfi
tenbijbels.
ANTWOORD: We hebben verserf
lende adressen op ons lijstje stal*
en sommige daarvan wel eens g
noemd. De zusters van St Cathal
nadal hebben de eerste jaren
meer dan genoeg te doen. We nd.
men nu: Horsten. Burgstraat 33
Gorinchem en Obbens Middenw
104, Den Helder. Ongetwijfeld zif,
er meer goede vakmensen op
gebied en we willen graag al is l
niet altijd in deze rubriek,
dan toch zeker in een persoonld
antwoord aan onze lezers nieur
adressen, vooral in de Noordelijr
provincies doorgeven; maar df
moeten deze restaurateurs hf,
adres zelf aan ons opgeven!