Outsider Antheil koplengte voor in festival-race IMPREMIERES VAN DEZE WEEK mpathieke m van Wanders 1 Ook de musicals zijn niet zo in trek ilmondo als verkleder Unieke toneelavond in De Brakke Grond Personalia Krampachtige humor van Brooks Knappe kitsch van Disney Dirigent Gierdano onder de maat ^jplongaties en reprises 5 10AG 18 JUNI 1976 FILM-KUNST TROUW/KWARTET PS 11- RH 13 ütse filmregisseur Wim Wenders („Summer in the City", Angst des Tormanns beim Elfmeter", „Scarlet Letter", in den St&dten", „Falsche Bewegung") heeft in zijn werk jlijk gegeven van een sterke affiniteit met de Amerikaanse ijn nieuwste film „lm Lauf der Zeit", die in Cannes een prijs van de Kritiek en na vertoning op het Rotterdamse „Film ational"idoor ons reeds werd besproken, draagt van deze iur dan ook duidelijk de sporen. op de keper beschouwd uf der Zeit" mag dan op Ame- voorb^elden lijken (Hij ïedragen door twee mannen, de anti-helden van de wijde met een geheimzinnige ach- d, een basis-ingrediënt dat in renigde Staten veelvuldig ebruikt), de juke-box-muziek n uitsluitend Amerikaans zijn van de hoofdpersonen mag litroepen: „Ons onderbe- is door de Ami's bezet!", de toch veel te introvert om het van het Amerikaanse model lar te benaderen. Hij is eerder Duits in, zijn broeiende me- tAlice in den Stadten" zien Duitse land, ditmaal in de ek met de DDR, voorname- •uit een auto. De twee man- •uno, een filmgek met een uto die de dorpsbloscoopjes om apparatuur te kopen of n en ook wel eens inspringt n operateur, en „kamikaze", iderarts, die aan het begin van met zijn Volkswagen het wa- Jdt en kleddernat onderdak ij Bruno, trekken twee weken aar op en beleven van alles en t, maar het zijn meestal kleine ruzietj'es, irritaties, een irtij die op niets uitloopt, con- s die halverwege verzanden Kamikaze zoekt zijn vader loet een vergeefse poging om m af te rekenen, Bruno ont- Tigible". oftewel „De onverbe- avonturier", zijn laatste film, van die routine-producten •or hij Jean-Paul Belmondo, de getrouwe, heeft aangewor- it onderwerp is uitgebeend tot maar ja... originele scenario's oral in dit genre zeldzamer dan les vijf. ilichter van twaalf klusjes en ongelukken leeft voorname- n zijn populariteit bij de da- lauwelijks is hij het'gevang uit verkoopt alweer clandestien pitale pand van zijn minnares, ssant onderhoudt hij ook veel- nde betrekkingen met wapen- aren uit de ontwikkelingslan- oewel hij nog geen donderbus kopen heeft. Zijn verkleed- is formidabel, maar door zijn •oren slonzigheid en sukkelig- Een paar jaar geleden maakte de Amerikaanse filmgrappenmaker- regisseur Mel Brooks furore met „Blazing Saddles", een waanzinnige, absurde komedie la „Hellza Pop- pin", een vuurwerk van gags dat wordt afgestoken in een wilde westen waar Duitse soldaten uit de Tweede Wereldoorlog opduiken, plotseling een volledige band in de woestijn verschijnt en een Indianen- hoofdman jiddisch spreekt. Daama kwam „Young Frankenstein", ook een voltreffer en dat noopte de im porteurs ertoe, vroegere films van Brooks voor het eerst of in reprise uit te brengen. „The Producers" oftewel „Springtime for Hitler" bij voor beeld, een kolfje naar de hand van diegenen, die voor brute humor niet terugschrikken. Nu is „Twaalf stoelen voor een for tuin" („Twelve Chairs") uit 1971 aan de beurt. Dat hij zolang op de plank bleef liggen is geen wonder, want veel bijzonders is het niet. Het oude ver haal van de Jacht op twaalf stoelen, waarvan er één een fortuin in zijn zitting verbergt, heeft reeds vele films met meer of minder succes tot onderwerp gediend. Mel Brooks pro beert het nieuw leven in te blazen, doch slaagt daarin slecht. Door vreemde bekkentrekkerij, flauwe grapjes over het Rusland van na de revolutie en gruwelijke over-acting van de hoofdpersonen wordt de aan dacht van de toch altijd nog ijzerster- ke intrige afgeleid. Het bijwerk over woekert de gehele film en is zo kram pachtig en zo zelden geestig, dat zelfs de meest goedwillende lachers moei te zullen hebben hun gezicht in de vereiste plooi te houden. Amsterdam, Tuschinski 2, 14 jr. moet een meisje met wie hij niets begint en brengt een bezoek aan zijn oude, verlaten, in staat van ontbin ding verkerende huls, het enige echt dramatische voorval is de ontmoe ting met een man wiens vrouw is omgekomen bij een auto-ongeluk. Of was het zelfmoord? Dat blijft, zoals zoveel, in het midden. Voedingsbodem Alle triestigheden tezamen (de ster vende bioscoopjes, de eenzaamheid en het vastgelopen zijn, de verlaten landschappen) vormen een vruchtba re voedingsbodem voor galgenhumor en leiden ten slotte tot een vrij opti mistisch einde. „Im Lauf der Zeit" is sympathiek, soms ontroerend, vaak erg mooi maar met zijn drie uur definitief te lang. Vooral in de tweede helft gaat hij trekken, Bruno's kleine vrijgezel- lengewoontetjes zijn weliswaar zeer levensecht, maar niet voldoende om de film te vullen: er vallen dode plek ken. R-^-diger Vogler, Wenders lijfac teur, speelt er een prachtige rol in en ook Hanns Visschler mag er wezen. Het voortreffelijke camerawerk (zwart-wit, zoals in alle films van Wenders) is Robby Müller, een Neder lander. Zijn capaciteiten zijn door de lange samenwerking met Wenders genoegzaam bekend, toch heeft nooit een vaderlands regisseur of producer contact met hem gezocht. Vreemd. AmsUrdam-Kriterion, 18 jr. Ron Moody in „Twaalf stoelen1 lijf tien jaar geleden werd de Franse filmregisseur Philippe oca bekend door „Les Jeux d'Amour", een luchtige comedie en klein vleugje triestheid. In de jaren die volgden ging hij ingeslagen weg voort, alleen werden zijn films steeds idiger en helaas ook krampachtiger. De laatste tijd freew- hij in het karrespoor van zijn oude succes. heid en ook door het feit dat hij teveel hooi op zijn vork neemt wordt hij telkens herkend. Hij probeert, met behulp van zijn geestelijke va der, een doorgewinterde gentleman- boef, een juffrouw van de reclasse ring voor zijn karretje te spannen. Zij bezwijkt voor zijn charmes, doch is kien genoeg om hem een loer te draaien. Goed, dat is het dan. Van louter luchtigheid dreigt de film voortdu rend op te stijgen en uit het blikveld te verdwijnen, maar de onverbiddel ijke liefhebbers van Belmondo zul len zich door deze kleine handicap niet laten weerhouden. Hij rolt en tolt weer dat het een lieve lust is. Het kleine Canadese sterretje Genevieve Bujold staat hem daarbij trouw en sympathiek terzijde. Amsterdam-City 2, a.I. Toen Walt Disney's „Fantasia" in 1940 werd uitgebracht, waren de aanvallen scherp en de financiële baten niet groot. Het is zijn meest ambitieuze en meest controversiële film: hij vermat zich. om muziek van Bach, Tsjaikowski, Ducas, Stra- winsky, Beethoven, Ponchielli, Moesoorgski en Schubert op zijn ma nier te visualiseren. Wellicht heeft de film mettertijd een soort nostalgisch patina gekregen, wellicht speelt het feit een rol dat sollen met grote meesters in onze tijd niet meer zo snel tot de hei ligschennis wordt gerekend, hoe het ook zij: de film deed bij herzien aan merkelijk aangenamer aan dan werd verwacht. Zeker, zelfs al beant woordt men de vraag of muziek wel in beeld gebracht kan worden beves tigend, dan nog is de fantasie van Disney onveranderlijk twee dimensionaal en dikwijls plat. maar het verschaft een zeker genot om lekker loom onder te duiken in zijn knappe kitsch (met name bij Stra- winsky's „Sacre du Printemps".) We zijn natuurlijk ook niet zo bang meer voor kitsch als, pak weg, veer tig jaar geleden. Misschien is dat te wijten aan een zekere gemakzucht van het gevoel, misschien is het een poging om verboden gebied te explo reren, een feit is, dat zelfs degene die zich immuun achtte aan de algeme ne ontspanning op dit punt niet ont- komt.Amsterdam-Leidspleinth., a.I. Dat laatste werd woensdagavond duidelijk in Den Haag waar het Ne derlands Blazers Ensemble onder Reinbert de Leeuw in de Remon strantse Kerk werken van Varèse, Ives en Antheil uitvoerde. Het pu bliek was zo laaiend enthousiast dat een deel van Antheils „Ballet mécha- niques' en zijn gehele Jazz-symphony herhaald moesten worden. Dat laatste kon makkelijk, want de hele „symfonie" duurt maar zes minuten. Maar in die zes minuten heeft Antheil de jazz- (en amusementsmuziek) van het begin van de jaren twintig op een volstrekt unieke en onweerstaanbaar meeslepende manier gekarakteri seerd en tegelijk geparodieerd. Virtuoos Het is een enorm virtuoze, wervelen de jazz-grap voor een soort big-band met strijkers, blazers slagwerk en pi ano, waarvan de pointe zoals het be- Amerikaanse muziek Knap k\ "n JV k ew mediantcn. Meesterwerk van rij, Castricum. k Theo Angelopoulos over een twogen eigentijdse geschiede- ls die zich afspeelt in de lotge- van eep groep reizende to llers. De gehele week behalve in Filmhuis 't Hoogt. M. Klassieke Duitse film van Fritz Lang uit 1932 over de jacht op een lustmoordenaar. De gehele week beh. 21 juni Filmhuis Breda. City Lights. Sublieme film met en om los^te lopen. Schokkende door Charlie Chaplin uit 1930. De gehele week in Bijou. Hilversum. roerende documentaire over en om geesteszieken te inte- in de maatschappij, gemaakt 'n Italiaans collectief. De gehe- i in Filmhuis Delft. •ngaars doïp. Originele, moedi- igaarse documentaire van Ju- k. 18 juni Ojeeboerderij. Scha- Ijuni Filmhuis Medemblik; 23 •oil, Hoom; 24 juni De Bakke- Nashville. Meesterlijk mozaïek van Amerika, gesitueerd in de stad van de country-and western-music, ge maakt door Robert Altman. De gehe le week in Camera, Den Haag. Belle de Jour. Luis Bunuel verweeft (wens)dromen en werkelijkheid in een schitterende film. De gehele week ln Schousburg, Gouda. Histoire d'Adèle II. Tedere film over een verschrikkelijke liefde van Fran- gois Truffaut. De gehele week in Sas- kia, Arnhem. Roma. Ode van Federico Fellini aan de stad van zijn liefde. De gehele week in Tuschinski 4, Amsterdam. Zandy's Bridc. De Zweedse filmer Jan Troell licht de Amerikaanse my the van het Wilde Westen door en schenkt vooral aandacht aan de pio niersvrouwen. In de hoofdrollen Liv Ullman en Gene Hackman. Vrijdag en zaterdagnacht Studio K, Amsterdam. Door Piet Visser AMSTERDAM Waarom zou film muziek anders moeten zijn dan thea ter-, ballet-, opera-, of kerkmuziek? Alle eisen van de muziek een functie: de verlevendiging van de opname van het eigenlijke 'onderwerp'. Wat bij de beoordeling dus neerkomt op een literair of picturaal gebonden klank. Dat geldt voor alle filmmu ziek. dus ook voor de Amerikaanse. Het ontbreken bij de muziek uitvoering-sec ontneemt dan eigen lijk de grondslag van die muziek. Hooguit kan een frequente herhaling van het complete 'kunstwerk' in een later stadium de herinnering aan de ze volledigheid wakker roepen bij het aanhoren van alleen-maar muziek. Daarom was het Holland-Festival concert van woensdagavond in de schraal bezette - Grote Zaal een daad van onvolledigheid. Zeker voor hen die de films-met-muziek nooit gezien hadden. Het gaat niet aan om in de programma's te volstaan met de naam van de componist, de titels van de onderdelen van het verhaal, plus nog wat korte toelichting over de regisseur. Verder blijft er voor de serieuze luis teraar nog over het beoordelen van de muzikale uitvoering op zich. de prestaties van dirigent en orkest, de instrumentatie en de structuur van de muziek. Zodra hieraan iets gaat mankeren, slaat de muziek niet ver der aan! Het Amsterdams Philharmonisch Orkest heeft op de vijf 'notenlawines' en de talloze decibels aan ge luidssterkte die daarbij vereist wer den uitermate zijn best gedaan; maar de directie van John Giordano bleef vaak onder maat om van de 'compo sities' van Miklo Rozsa, Aaron Cop land met de meest acceptabele muziek Bernard Herrmann, Jerry Goldsmith en Leonard Bernstein re gelrechte 'concertmuziek' te maken. Gezien aller inspanning was dit jammer. Belangrijkste Ives en Antheil zijn, dacht ik, inder daad de twee grote figuren in de Amerikaanse muziekgeschiedenis geweest, en daardoor terecht de twee belangrijkste componisten van dit aan het Jarige Amerika gewijde Hol land Festival. Waarbij dan Antheil door zijn betrekkelijke onbekend heid (ook de grammofoonindustrie laat ons hier in de steek) en door de onuitputtelijke vitaliteit van zijn mu ziek voor de meeste verrassingen heeft gezorgd. Ik zou iedereen die niet in „moderne" muziek, en met name die van Ameri ka. gelooft, willen aanraden dit pro gramma alsnog vanavond (vrijdag) in Amsterdams Carré te gaan horen. Wat mij betreft onder de garantie: No cure no pay. door Adr. Hager SCHEVENINGEN Stanley Black was de centrale figuur bij het promenadeconcert dat onder de titel „A Tribute tot the Boston Pops" werd gegeven in een mager bezet circustheater. Hij diri geerde het Promenadeorkest en het versterkt Radiokoor. hij was pianosolist in o.a. Love Story en hij was arrangeur van vrijwel alle uitgevoerde werken. Een veelomvattende taak voor deze Engelse musicus en men kan niet anders zeggen dan dat hij zich daarvan behoorlijk heeft gekweten. Het Promenadeorkest voelde zich ln deze Amerikaanse musicals wel thuis, men wist de muzikale bedlelin- gen van de dirigent over het alge meen waar te maken. Meeslepend waren de vertolkingen echter niet, daarvoor was de aanpak toch te routineus. De leden van het koor hadden ln het begin moeite de Hilversumse studio te ruilen voor het Scheveningse theater, doch naarma te het programma vorderde kreeg men de sfeer beter te pakken. In de selectie uit „West Side Story" van Bernstein en uit „Oklahoma" van Rodgers kwam men goed voor de dag. door R.N. Degens DEN HAAG Met nog maar een paar concerten van het Holland Festival in het vooruitzicht lijkt het niet al te gewaagd te veronderstellen dat outsider Georg Antheil vóór het paradepaard Charles Ives door de finish van de drieweekse festival-race van Amerikaanse muziek zal gaan. Als die bestond zou hij zeker de prijs van de kritiek krijgen, en mogelijk ook wel de publieksprijs. De sopraan Roberta Alexander wist haar keuze zeker niet helemaal waar te maken, de aria uit „The King and I" klonk erg povertjes. Henk Smit had een groter aandeel ln het geheel verdiend, hij wist als bas-bariton ln „Porgy and Bess" van Gershwin te overtuigen en te boeien. Bepaald tekort schoot de program matoelichting. Over geen der compo nisten of composities was een woord ln het programmablad opgenomen, er valt over deze Amerikanen en hun werk toch voldoende te vertellen. Als geheel een afwisseld concert met een schokvrij verloop. hoort aan het slot komt in een protse- rig-banale musical-apotheose in drie kwartsmaat. Het Nederlands Blazer sensemble met o.a. Vera Beths (viool) Anthony Woodrow (contrabas) drie slagwerkers en Maarten Bon als bril jant pianist, hebben er onder leiding van Reinbert de Leeuw een onverge telijke vertolking van gegeven, die bij de herhaling op verzoek weer even fris en opwindend klonk. Het Ballet méchanique, in de herzie ne versie van 1953 was te lang om in zijn geheel herhaald te worden; maar het publiek had daar zeker geen be zwaar tegen gehad. Nu bleef het we derhoren beperkt tot de slotclimax van dit als begeleiding van de gelijk namige abstracte film van Fernard Léger geschreven werk. Dat bijna twintig minuten lang in sneltrein vaart op volle sterkte met vier plao's en een enorme batterij slagwerk (ze ven man hadden er de handen vol aan) een wilde, opwindende „mecha nische" muziek laat horen die on danks het constant ontketende ge weld steeds doorzichtig van struc tuur en helder en boeiend van klank blijft William Ward in „Sigismundo1 door André Rutten AMSTERDAM De Amerikaanse acteur William Ward, die door de verschillende voorstellingen van Franz Marijnens „Camera Obascura" een bekende verschijning is, heeft, toen hij een poosje vrij liep en niet naar Amerika terugwilde, samen met Mieke Visscher een toneelprogramma gemaakt, dat zij nu enkele dagen in De Brakke Grond spelen, en dat fascinerend is. Het heet „Sigismundo ceases to count". Dat was uiteraard voor een zeer be langrijk deel te danken aan de on voorstelbaar knappe vertolking on der leiding van De Leeuw die hiermee andermaal (en deze avond voor de zoveelste maal) bewees dat hij voor deze soort muziek de ideale dirigent is. Eerder op de avond waren daar het bekende (en naar mijn mening nog steeds overschatte) „Intégrales" van Edgar Varèse. en vijf stukken van Charles Ives die het beeld van deze Amerikaanse muzlek-pionier welis waar weer wat vollediger maakten, maar er toch geen nieuwe aspecten van belichtten. Hoewel je bij zo'n stuk als „From the Steeples and the Mountains" (uit 1901) voor trompet, trombone en vier buisklokken, toch met open mond zit te luisteren hoe Ives daar een muzikale landelijk idyl le laat uitgroeien tot wat je als een beklemmende suggestie van dolge draaide kerkklokken kan ondergaan. En dat allemaal met puur mecha nische klankproduktie, zonder de elektrische versterking waartoe de meeste componisten van onze tijd hun toevlucht schijnen te moeten Zij doen het met bijna niets, maar wel zo dat je voortdurend geï ntrigeerd blijft kijken en luisteren. Zij gaan uit van een merkwaardig krantenbericht van enkele jaren gele den: in een ziekenhuis voor oor logsveteranen in Chicago was een zwaar gehandicapte patiënt drie da gen zoek. Hij bleek die dagen ln een rolstoel in een lift doorgebracht te hebben, waar iemand hem ingerold had en niemand er uitgehaald, alhoe wel die lift doorlopend in gebruik geweest moet zijn. Enkele weken la ter is de man overleden. Het zieken huis gaf toen een verklaring uit dat zijn dood niets te maken had met zijn verblijf van drie dagen in de lift. Het is natuurlijk een verbijsterend- absurde gebeurtenis. Zij heeft de twee spelers ook tot een groteske voorstelling geïnspireerd. William Ward komt op in een witte jas, waar onder een rokkostuum, en duwt in een rolstoel een grote etalagepop in een kamerjas, hoofd en handen vol komen ingezwachteld. Hij maakt wat grapjes met de patiënt, maar krijgt daar uiteraard geen reactie op Hij rijdt hem in een lichtcirkel, je hoort de geluiden van het sluiten van liftdeuren, je ziet étagecijfers aan gloeien. De man in de stoel blijft daar staan. De reeks scenes, die daarop volgt, zijn een combinatie van een zweem van werkelijkheid en hallucinaties, .die te beschouwen zijn als een gefan taseerd antwoord op de vraag, wat er in het hoofd van die machteloze man in de lift moet zijn omgegaan. Die fantasie blijkt dan vele, verrassend- theatrale kanten uit te gaan. De mo gelijke relatie van die man met zijn vrouw komt er in verschillende va rianten in voor ook in de vorm van een soort ballet, dat beiden uitvoeren gezeten in rolstoelen en gekleed zoals de patiënt, op een wals van Strauss. Vooral William Ward vertoont een verbluffend acteer-vermogen. waar bij hij het groteske binnen de maat en het knarsende precies in even wicht met de humor hanteert. Hij eindigt, weer in doktersjas, met de voorlezing van de verklaring van het ziekenhuis, maar met een intonatie en een mimiek, die op een sublieme manier laat voelen dat hij die verkla ring verbazend en nauwelijks geloof waardig vindt. Een unieke gebeur tenis. Overleden Op 86-jarige leeftijd is te Laren overleden de schilder, teke naar en lithograaf Jan Voerman, die vooral bekend geworden is door zijn illustraties voor de Verkade-albums. Hij heeft het onlangs nog beleefd dat de herdruk van deze albums, waar aan ook zijn vader Jan Voerman sr. nog meewerkte, gretig aftrek vond bij het publiek. Vooral de natuur, en daarvan met name de plantenwe reld, was onderwerp van zijn werk. Hij schilderde ook veel landschap pen en stillevens en illustreerde ook catalogi voor bloemenkwekers. Rechterlijke benoemingen Tot raadsheer in het gerechtshof te Den Haag is benoemd mr S. Stutvoet, belastingconsulent te Amsterdam. Mr P. Verkade te Amhem. ge rechtsauditeur bij de raad van be roep te Amhem, is benoemd tot plaatsvervangend voorzitter van de raad. Drs A.P.M. Schrijvers volgt mr Ch.J.H.1. Paulussen op als lid van de raad voor de kinderbescherming te Maastricht. Mr A.G. van Galen kreeg op zijn verzoek eervol ontslag als lid en voorzitter van de raad voor de kinderbescherming te Den Haag.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 13