'De Spiegel was in begin
helemaal vaders werk'
fjm
Uw probleem ook het onze
Oploskerk
f *w//
De poppen van Couzijn Simon:
zeer verlokkende expositie
i'Wf llr
MAANDAG 8 DECEMBER 1975
BINNENLAND
TROUW/KWARTET
door Fred Lammers
ARNHEM „Ik ben er trots
op een dochter van Willem
Kirchner te zijn, de man die in
1906 het christelijk weekblad
De Spiegel ging uitgeven. Ik
weet wat hij er allemaal voor
over heeft gehad om het ideaal,
dat hij als zijn levenstaak is
gaan zien, te realiseren. Daar
om vind ik het verdrietig als
daaraan achteloos wordt voor
bijgegaan." Dat dit laatste ge
beurt, daarmee werd mevrouw
*G. E. Kirchner, de 81-jarige
dochter van de geestelijke va
der van het blad, dat eens be
kend was in duizenden christe
lijke gezinnen, nog zeer recent
geconfronteerd nu een boek is
verschenen met een bloemle
zing uit 63 jaar Spiegelhistorie.
„Vader was tot aan zijn dood, in fe
bruari 1921, de man achter De
Spiegel. Tot 1928 heeft zijn naam
op het omslag gestaan. Toen nam
Zomer en Keuning de uitgave
over. In het boek, dat nu is ver
schenen als historisch document,
komt zijn portret echter niet voor.
'Er »jn een paar pagina's uit 1921
in het boek gereproduceerd, maar
niet de voorpagina waarop vader
uitvoerig werd herdacht. Dat vind
ik een groot gemis. Piet Terlouw,
die het boek heeft samengesteld,
schrijft in het voorwoord dat. de
eerste tientallen jaren van De Spie
gel voor zijn tijd waren. Maar his
torie schrijven is toch niet alleen
schrijven over wat je hebt meege
maakt? Je moet dan speurwerk
gaan verrichten en dat was in dit
geval niet zo moeilijk geweest."
Truus Kirchner is evenals haar va
der destijds was, een strijdbare fi
guur. De aanleiding dat ik bij haar
zit in haar Arnhemse herenhuis,
dat uitziet op Sonsbeek, is een
briefje dat zij onze redactie stuur
de en waarin zij aanbood iets te
vertellen over die vergeten periode
uit de Spiegelgeschiedenis. „Mijn
kennissen vinden het vreemd dat
ik dit heb gedaan. Gisteravond had
ik mijn zuster nog aan de telefoon
en toen ik haar vertelde dat u
kwam, liet zij duidelijk merken dat
.zij het wel een beetje brutaal van
me vond. Maar als je niets zegt, ge
beurt er ook niets. Ik doe het niet
voor eigen eer, maar alleen omdat
•ik vind dat de mensen wel eens mo
gen horen wat er allemaal voor
kwam kijken alvorens zij die Spie
gel in hun brievenbus kregen."
Reuma-aanval
Het eerste Spiegelnummer, dat op
22 september 1906 verscheen, had
.al veel voeten in de aarde. „In de
weken waarin dat nummer moest
worden voorbereid, kreeg vader
een acute reuma-aanval. Hij was
er heel naar aan toe, maar ja. dat
eerste nummer was aangekondigd
en moést verschijnen. Daar was
vader alles aan gelegen. We heb
ben toen dagenlang bij zijn bed ge
zeten om hem binnen- en buiten
landse kranten voor te lezen. Zo
doende was vader goed op de
hoogte en vanuit zijn bed heeft hij
vervolgens die eerste Spiegel gere
digeerd.
Dat vader met het uitgeven van
een christelijk weekblad begon,
was een hele onderneming, ik mag
wel zeggen dat het een geloofsdaad
was. Vader was uitgever in Am
sterdam. In zijn zaak aan de
Bloemgracht, in het hart van de
Jordaan, gaf hij boeken uit van
christelijke auteurs en vooral van
theologen, zoals van ds Kuyper, de
broer van de staatsman Abraham
Kuyper. Bij vader verscheen ook
de Amsterdamsche Kerkbode en
de bekende scheurkalender. Uit de
fonteinen des heils.
Als ouderling van de gereformeer
de kerk werd vader er mee gecon
fronteerd dat er geen weekillustra-
De oprichter van De Spiegel, Willem Kirchner.
Mevrouw G. E. Kirchner: De abonnees stroomden
binnen
tie was voor christelijke gezinnen.
Langzamerhand ontstond het plan
daarin te voorzien. Het financiële
probleem dat er aan was verbon
den, werd grotendeels opgelost
toen vrienden aanboden te helpen.
De Spiegel sloeg meteen reuze aan.
De abonnees stroomden binnen.
„Nu wordt er soms minachtend
over de inhoud van die eerste Spie
gels gesproken. Men heeft het dan
over de vele foto's van dominees
en bondsdagen die er in stonden.
Men vergeet dan, dat het een ande
re tijd was zonder televisie en met
nauwelijks foto's in de dagbladen.
De mensen wilden die foto's over
kerkelijke zaken. Naar het ver
schijnen van een nieuwe Spiegel
die naam werd ook door vader be
dacht werd elke week uitgezien,
vooral in de kleine doppen".
Willem Kirchner had geen staf van
medewerkers achter zich. „Vader
deed alles zelf. De hele Spiegel was
van A tot Z zijn werk, op de foto's
na, die hij in de regel van Vaz Dias
betrok of door een fotograaf liet
maken. Het hele land reisde hij
door, alles per trein, en vaak kwa
men mepsen over wie hij iets wilde
schrijven bij ons thuis. Als het no
dig was ging vader ook naar Duits
land en Engeland. In die tijd waren
dat wereldreizen".
Blanco voorpagina
„De problemen die soms onver
wacht ontstonden moest hij alleen
oplossen. Eens heeft hij een voor
pagina blank gelaten omdat ds
Vonkenberg, een bekende man bij
de gereformeerde jongelingsver
enigingen, wiens foto op het om
slag zou komen, op het laatste mo
ment medewerking weigerde. Op
de plaats waar het fotobijschrift
had moeten staan werd de reden
vermeld van de vreemde aanblik
die de pagina bood. De betrokkene
vond het niet leuk op die manier in
zijn hemd te worden gezet. Zo was
vader ook. Hij liet niet met zich
spotten". Op zaterdagavond moest
de kopij voor De Spiegel van de
daaropvolgende week op de post
naar Nijmegen, waar het blad
bij Thieme werd gedrukt. „Va
der bracht het materiaal persoon
lijk te voet naar het hoofdpostkan
toor in Amsterdam. Om beurten
mocht een van zijn acht kinderen
met hem mee. Onderweg werd er
dan heel wat afgepraat. Ik bewaar
goede herinneringen aan die wan
delingen. Donderdags arriveerden
de gedrukte Spiegels bij ons thuis.
De gang stond dan vol en het hele
gezin kwam in actie om te helpen
bij de verzending. We leefden allen
mee met het wel en wee van vaders
lijfblad. Mij zal altijd bijblijven dat
vader op een dag tegen ons zei dat
we die avond onze zondagse jur
ken en pakken moesten aantrek
ken omdat we een etentje hadden.
Het bleek dat De Spiegel tien jaar
bestond en dat wilde vader vie
ren".
Bij het orgel
„Hoewel hij van 's morgens vroeg
tot 's avonds laat in de weer was,
maakte hij altijd ogenblikken vrij
voor zijn gezin. Zondagsavonds,
als moeder naar de kerk was, las
hij voor: een mooi gedicht of uit
een boek van Dickens. We zöngen
zondags ook altijd met elkaar bij
het orgel en de piano en met een
viool erbij.'We hebben een prachti
ge jeugd gehad in het achttiende-
eeuwse grachtenhuis, dat zoals de
gevelsteen aanduidde Vrede zij
mijn doelwit' heette."
„Er werd natuurlijk wel eens geru
zied door al die kinderen. Als het te
erg werd riep vader uit zijn kan
toortje naar boven: ,Denk er om:
vrede zij mijn doelwit'. Zo zal ik
ook nooit vergeten dat vader mij
eens uit Groningen, waar hij een
universiteitsdag bijwoonde, een
prentbriefkaart stuurde, waarop
hij schreef: ,Ik heb vandaag veel
gehoord over het onbekende, maar
ik weet nog volkomen dat jij mijn
dochter bent.' Onze ouders dach
ten altijd om hun kinderen".
Zuinig zijn
Al liep De Spiegel goed, de Kirch-
ners. werden er niet rijk van. „Vrij
dagsavonds keek vader in zijn por
temonnee hoeveel geld er was om
boodschappen te halen. Vaak kon
den we alleen het hoognodige ko
pen. Ik heb zodoende als kind ge
leerd zuinig te zijn en dat ben ik ge
bleven. Vader en moeder belastten
ons echter niet met hun proble
men. De enige keer dat ik vader in
de put heb gezien was in 1914, toen
ik onverwacht zijn kantoor bin
nenkwam. Hij zat met zijn handen
onder zijn hoofd en huilde omdat
hij. die middag had gehoord dat
moeder blind zou worden en waar
schijnlijk nog maar een half jaar
had te leven. Dat eerste is uitgeko
men, maar moeder is 86 gewor-
ripn"
Papieren herinneringen aan haar
vader heeft mevrouw Kirchner
weinig. „Bij de slag om Arnhem is
bijna alles verbrand, ook de kost
bare bibliotheek van vader. Daarin
stonden de in zwart kunstleer,
goud-op-snee, gebonden Spiegel-
jaargangen, speciaal voor vader op
kunstdrukpapier gedrukt. Het eni
ge dat ik in mijn vluchtkoffertje
heb kunnen stoppen is het poëzie
album, dat vader in juli 1886 op
zijn verlovingsdag aan moeder gaf:
Daarin staat het door hem ge
maakte gedicht, eigenhandig in
sierlijke letters geschreven, waar
mee moeder kort voor haar heen
gaan steeds bezig was".
Mevrouw Kirchner loopt de kamer
uit en komt even later met een in
bruin leer gebonden album aan
dragen. Ze leest me een gedeelte
van het gedicht voor: „Daar aan de
gouden poort, waar ik reeds de
vreugd geniet, wacht ik tot mijn
oog u ziet, totdat mijn oor u hoort.
Dan gaan we saam de Godsstad
binnen, waar we in volmaaktheid
Jezus minnen, tot in der eeuwen
eeuwigheid".
Mevrouw Kirchner schetst haar
vader als „een piëtistisch man"
zoon van een Duitse kleermaker
die op vijftienjarige leeftijd zijn
vader reeds moest missen. Zelf
werd hij evenmin oud. Na zijn
heengaan nam Truus Kirchner de
leiding op zich van het gezin met
opgroeiende kinderen en zij bleef
nadien nog lange tijd voor haar
blinde moeder zorgen. De Spiegel
heeft mevrouw Kirchner later
slechts af en toe gezien. „De nieu
we uitgevers hebben nooit de
vriendelijkheid gehad moeder een
gratis abonnement aan te bieden.
Ons erop abonneren wilden wij
niet. De Spiegel werd voor ons ver
leden tijd toen vader stierf. Ik heb
er dan ook geen hartzeer over ge
had toen dat blad in 1969 ver
dween. Het leek toen weinig meer
op vaders blad. Ik ben er echter
van overtuigd dat als vader niet zo
betrekkelijk jong hij werd 54
zou zijn gestorven. De Spiegel ook
wel zou zijn gemoderniseerd. Va
der was een man die met zijn tijd
meeging. Op zijn laatste ziekbed
was hij nog druk doende met ver
nieuwingsplannen".
Als ze mij de hand ten afscheid
geeft zegt mevrouw Kirchner: „Het
klinkt misschien raar, maar één
van de redenen dat ik nooit ben ge
trouwd was ook, dat ik het vrese
lijk zou hebben gevonden de naam
Kirchner te verliezen".
(„Dit was De Spiegel" is een uitga
ve van Zomer en Keuning BV,
Prijs 19,90, tot 1 januari 15,90).
door Mink van Rijsdijk
-r m
Wrêm m
Architecten in Moskou gaan een kerk bouwen. Dat is we
reld- en frontpaginanieuws, want het laatste godshuis
werd daar in 1917 opgetrokken. Het is niet nodig dat wij
hier te lande dankdiensten gaan organiseren voor deze
kerkbouw.
Het wordt namelijk alleen een bedehuis voor de deelne
mers aan de Olympische Spelen, die in 1980 in Moskou
worden gehouden. Zodra het Olympisch vuur is gedoofd,
blaast men ook het kerkkaarsje weer uit. Met rappe hand
zal dan de Olympische tempel worden omgebouwd tot pa
leis van de staat, waar huwelijkssluitingen worden ge
pleegd.
Ik kan me voorstellen dat veel vaders en moeders van
christelijke huize, die discuswerpende zonen of ver
springende dochters hebben helemaal blij waren met het
bericht over die Olympische kerk. De idee dat hun top-
sporterige spruiten in een kleedkamer om de gouden plak
moesten bidden is wat stuitend. En iets minder op de 'me-
dailletoer gedacht, een gemeenschappelijke lofzeggingen
schuldbelijdenis komt toch pas in een echte kerk tot zijn
recht. Vandaar hun enthousiasme en waarschijnlijk liggen
ze niet wakker bij de gedachte dat Russische christenen
na afloop van de spelen geen kerk rijker zijn.
Het lot van hen is nu eenmaal belabberd en daar doe je
niets aan. Waarom zou je je dan zinloos opwinden? Zo'n
sport'dorp kost kapitalen en het is logisch dat men alles zo
bouwt dat er achteraf een andere bestemming aan gege
ven kan worden. Men moet in deze dure tijden econo
misch denken.
Woorden als oplos- of wéggooikerk spreken hen niet aan.
Hun kinderen kunnen straks devoot mediteren in een ech
te kerk en dat versterkt en vertroost het hart. De ontspan
ning, die daarvan uitgaat zou ook weieens goed voor de
spieren kunnen zijn, ha ha ha.
Maar ik werd een beetje misselijk van die Olympische
kerk. Niet omdat ik zo'n gebouw als superheilig wil zien. jn
In mijn jeugd zeiden de anti-bioscoop-mensen: als je in
bepaalde gelegenheden niet zou kunnen sterven, moet je 'I
er ook niet vertoeven. Nou lijkt me in een kerk doodgaan s
ook een heel gedoe en bovendien erg storend voor de an-
dere aanwezigen, maar tenslotte is het niet iedereen be-
schoren rustig in bed te overlijden. Daarom is een beetje
nuchterheid over zogenaamde heilige of onheilige gebou
wen wel gewenst.
Maar ik zit wel met die Russische christenen, die zo^
wreed geconfronteerd worden het feit dat er wel ruimte
gecreëerd wordt voor heilbegerige topsporters, maar niet
voor hen. De vraag is zelfs gerechtvaardigd of er in het ft|
Olympische huis des heren door atleten voor de Russi
sche broeders en zusters kan worden gebeden.
Tegen allerlei onrecht wordt actie gepleegd. Dat is goed.
Actie veronderstelt in ieder geval dat mensen bepaald
worden bij onderdrukte groepen en politieke overheer-
sing. Sport kan in een onvrije wereld geen sport meer
zijn, het is politiek geworden. Zo is het ook met religie,
kunst en wetenschap. Vrijblijvende zaken bestaan nauwe- el
lijks meer. Het solidariteitsgevoel wordt van dag tot dag
getest. Je hoeft geen onheilsprofeet te zijn om te stellen
dat het in 1980 allemaal nog niet zo riant zal zijn.
Voor het elitaire groepje van sportfanaten wordt een kerk
gebouwd. „Kom, ga met ons en doe als wij", kunnen ze
er in ieder geval niet zingen.
Een kerk boycotten lijkt een onzalige zaak, maar is het
dat ook? Zou het niet een indrukwekkende manifestatie
zijn als het toekomstige trouwpaleis in de periode dat het
als kerk is ingericht leeg bleef, uit protest tegen onder
drukte christenen? Kan een kerk eigenlijk wel echt een
bedehuis zijn voor een exclusief groepje?
door Annemarie Lücker
In Galerie K 276 aan de Keizers
gracht in Amsterdam wordt tot en
met 11 januari een uitzonderlijke
collectie antieke poppen en speel
goed geëxposeerd. Terwijl boven
tot de vorige week de kleurenli
tho's „Labyrinthen" van Gertie
Bierenbroodspot te zien waren, is
de strakke benedenruimte een bi
zarre maar sobere achtergrond
voor de schitterende poppen en het
ingenieuze opwindbaar blikken
speelgoed van Qouzijn Simon.
Tien jaar geleden kwam hij voor
de eerste keer via een verzamelaar
in aanraking met antieke poppen.
Hij raakte dermate gefascineerd
dat hij nu sinds anderhalf jaar in
de Nieuwe Spiegelstraat 48 in Am
sterdam een piepklein pandje
heeft, waarvan kenners en verza
melaars weten dat het hier.om.een
unieke collectie gaat.
Wie denkt dat deze poppen bij uit
stek thuishoren in een romantische
meisjeskamer heeft het mis. Het
aanleggen van een antieke poppen-
verzameling is een serieuze en een
kostbare onderneming. Kenners
letten niet op een lief koppie of een
mooie jurk, ze letten in de eerste
plaats op de ogen, op de mond, de
handjes en ze proberen er achter te
komen of er geknoeid is met de sa
menstelling van het lijf en de lede
maten. Het haar is niet zo belang
rijk. want alle kinderen hebben
ooit wel eens de schaar gezet in de
lokken van hun lievelingspop en
dat deden ze in 1880 ook al. zeker
tijdens de polka mode in 1920. Hoe
wel het hebben van mooie poppen
ook toen een kostbare zaak was.
Rijke kinderen (arme hadden geen
mooie poppen) mochten meestal
uitsluitend onder toezicht met hun
poppen spelen. Misschien is dat
wel de reden dat er zulke fraaie
exemplaren bewaard zijn. De
Franse poppen worden het mooist
geacht. Beroemde Franse poppen-
makers waren Jumau, Steiner en
Bru van rond 1860. De koppen van
deze poppen zijn van porselein,
vaak werd het ontwerp van een
kunstenaar gebruikt voor de mal
waarvan de kop „getrokken"
werd.
In de vroegste periode hadden de
vpoppen gesloten monden, later gin
gen deze iets open en waren er wat
tandjes te zien. Nog later kregen ze
„slaapogen". De oogjes zijn ge
maakt van handgeblazen glas. ze
kwijnen je tegemoet, nog echter
dan echt. Opvallend in deze tere
poppekoppen zijn de haast volwas
sen. zwaar gearceerde wenkbrau
wen. Veel later kwamen de karak
terpoppen. poppen met een typisch
jongens- en meisjesgezicht.
De oudste pop uit de collectie van
Couzijn Simon is een witte houten
gesneden Hollandse pop uit zeven
tien honderd, die waarschijnlijk is
gemaakt door een kunstenaar.
Onwaarschijnlijk zijn twee perfect
geklede dames met een badmin-
tonracket in de hand. Ze staan op
een platfompje met wieltjes en ze
kunnen ook nog bewegen.
Poppen dienden vroeger in eerste
instantie als mannequin om h
ontwerp van een nieuwe opdrac p
te tonen. Zo is er een pop met eaw
wassen kop in een witsatijni tg
bruidsjurk met sleep, bezaaid m io
petieterige corsages. De toebeh n
ren worden niet vergeten, mini gl
cés liggen naast een leren koffe 1
tasje in de vitrine, de meest
schoentjes zijn van leer, kleine gt
breide kousjes hebben een p; J
troontje en aan de meeste ondei1(j
kleding is net zoveel aandacht b^et
steed als aan de rest. Bij het zie ai
van al deze beeldschone poppe oi
wordt de wens er zelf ook een t
hebben erg groot. 11
Couzijn Simon heeft in z'n winke
in de Nieuwe Spiegelstraat eei J
aantal poppen met een rood plak f
kertje (verkocht). Mensen die „be,,
zeten" raken kunnen na een eersti J
aanbetaling wachten tot ze het res t>
terende bedrag bij elkaar ge ei
spaard hebben. Tot nu toe dacht i) ai
dat uitsluitend betalingen vai
kleuren-t.v. en wasmachine of
deze wijze geregeld konden wor
den.
Vraag: Wat maakt u van de afbeel
ding van de hierbij afgebeelde
munt van 1793? Wij dachten aan
een afbeelding van de koning-stad
houder Willem III.
Antwoord: Onze eerste reactie
was: dat kan niet. want dat klopt
niet met het jaartal. Verder zoch
ten wij in Amerika en dat zou met
het ruiterfiguurtje weer wél uitko
men. Het Rijkspenningkabinet
geeft in zulke gevallen uitkomst:
aan het eind van de 18de eeuw was
in Engeland het kleingeld schaars.
Particulieren gaven in vele plaat
sen hulpgeld uit (Tokens). Men be
loofde dit geld voor het aangege
ven bedrag weer terug te nemen.
"Mogelijk staan de namen van de
ondernemers Holland Andrews
te Petersfield (Hampshire) op de
kant vermeld. Wat Willem III daar
mee te maken heeft? Zijn stand
beeld is in deze plaats net zoiets als
dat van Michiel de Ruyter in Vlis-
singen.
Vraag: Ter gelegenheid van mijn
jubileum kreeg ik een fles in een
heel fraaie verpakking. Er staat
o.a. op VSOP. Wat betekenen die
letters?
Antwoord: Very Selected Old Pro
duct, hetgeen betekent, dat de in
houd het resultaat is van buitenge
wone zorg en selectie, bereiding en
verpakking, minimaal 8 jaar gela
gerd op houten fust en dat uw
vrienden hun waardering voor u
op een bijzondere manier tot uit
drukking brachten. Het is jammer,
dat u verder geen mededeling deed
over de rest van het opschrift. Ook
dat zou de moeite van even nëkij-
ken wel waard zijn.
Reactie De Gortpan: Een van onze
lezeressen kwam ons persoonlijk
haar oude gortkookpan demon
streren: twee. aan één kant geslo
ten cilinders, allebei voorzien van
een trekhandvat, precies en soepel
over elkaar heen glijdend. De on
derste werd geheel gevuld met
Vragen (één por brief) zendon
naar: Uw probleem ook het onze.
Postbus 507, Voorburg. Naam en
adres vermelden. Eén guldon aan
postzegels bijsluiten. Geheimhou-
ding is verzekerd.
deeg, dat, terwijl het uitzet, de bo
venste cilinder terugduwt. Hoewel
de fabricage van deze kookpan of
bus niet moeilijk en kostbaar is,
hebben we in geen enkele winkel
een dergelijk apparaat kunnen
vinden.
Vraag: Ik heb een ets, gesigneerd
J. C. Nachenius. Kunt u iets over
hem en zijn werk opzoeken voor
ons?
Antwoord: Jan Coenraad Nache
nius werd in 1890 geboren. Hij was
leerling van Dysselhof en Haver
kamp. Hij werkte te Bloemendaal
en Bennekom. later te Garderen.
Zijn voortreffelijke tekeningen en
etsen kan men in verschillende
musea bewonderen (Rijksprenten
kabinet, Boymans v. Beuningen,
Teylermuseum en andere collec
ties). Naar aanleiding van de
vraag over de abacus van enige
weken geleden, schreef men ons
dat op de school van „Ba'rtiméuste
Zeist, hiervan gebruik wordt ge
maakt in de rekenlessen. De vorm
is iets anders: Boven de afschei
ding zijn niet vijf maar vier kralen
en daaronder slechts een en niet
twee kralen, maar het principe i^
zeer eenvoudig en efficiënt. De
leerlingen vonden het heel grappig
te horen, dat hun „rekenboek" al
zoveel duizenden jaren oud is.
Vraag: Wij hebben een paar schil
derijen: één gesigneerd Leonida
Sologaub, voorstellende rotsen en
zee bij Capri, een tweede gesig
neerd Leonid Sologub, voorstellen
de stervende bomen in het Haagse
Bos. Nu vertelde men ons dat deze
twee van dezelfde schilder afkom
stig zouden zijn. Ik kan het niet ge
loven: de stijl is volkomen anders.
Antwoord: Tóch is het zo: De schil
der werd in 1884 in dé Kaukasus
geboren. Hij studeerde in Peters
burg en werkte in Italië. Uit zijn
Russische tijd waren er veel stads
gezichten en grote krijttekeningen.
Uit de Italiaanse periode waren er
zonnige en scherp gewerkte land
schappen, met veel lichtcontras
ten, uit de laatste periode (tot 1956)
droefgeestige en sfeervolle bosge
zichten. Hij was lid van Pulchri en
de Haagse Kunstkring. In het
Haagse Bezuidenhout was hij een
zeer bekende figuur.
Rectificatie: Het woord Heurige
hangt samen met Heu-er, niet met
Heu-te. De eerste lettergreep Heu
(middelhoog Duits Hiu (deze) is
wel dezelfde, maar de tweede let
tergreep „te" hangt samen met
Tag, terwijl „er of yer" samen
hangt met Jaar. Heuerige betekent
dus inderdaad: wijn van dit jaar,
als open wijn (voornamelijk bij de
wijnboer zelf of in zijn directe om
geving). De wijn, die, gebotteld in
ons land, daar heel dicht bijkomt is
de Gröner Veltliner uit de Wachau
bij Wenen.
Vraag: Hoe reinig en onderhoud ik
heel vieze oude ijzeren gewichten?
Antwoord: Eerst in een blik met
petroleum weken. Daarna met
zand of schuurmiddel en staalwol
schuren. Als alles glad is, gebruikt
u voor blank ijzer een klein beetje
olie, voor zwart ijzer kachelglans
of zwart schoensmeer. Op deze
manier maakt men ook vuile
haard potten en dergelijke zaken
schoon. Gebruik hiervoor wel oude
handschoenen.
Vraag: De geglazuurde gevelsteen
gaat barstjes vertonen. Is dit nog te
redden?
Antwoord: Helaas gebeurt het va
ker, dat er onder invloed van
warmte en vorst barstjes komen in
het glazuur. Als vocht, bv. sneeuw
water, hier binnendringt en het
gaat vriezen, dan gaat er natuur
lijk nog meer stuk. Probeer het
eens met witte vaseline en contro
leer nu en dan of u de behandelui
moet herhalen en hoop er het best
van!
Vrager» van verschillende lezer ie
die uitgeleende boeken terug wi
len hebben, maar niet meer weteif®
waar ze die kunnen vinden.
Antwoord: We kunnen daar ech
niet aan beginnen, maar willen
namens hen vragen: geef toch
bundels van Johannes de Heer
die Woensel Kooys eens aan
rechtmatige eigenaars terug. Alge
ze er niet zo naar verlangden, zou
den ze het niet op deze manier
ten vragen.