uriname is rijk
inder armen
naar arm
nder rijken
schiedenis van Suriname in jaartallen
ld nog grotendeels braak
begin van onafhankelijkheid
25 november: Suriname onafhankelijk
s u r Ln a m e
DAG 22 NOVEMBER 1975
BINNENLAND
TROUW/KWARTET 17
drs. G. A. de Bruijne
zo kort voor 25 november weinig sprake te zijn van een eendrachtig
volk dat zelfbewust de weg naar de toekomst gaat. Er is bij
Suriname twijfel over de toekomst, en die twijfel is vanwege de
migranten naar ons land en dankzij de niet aflatende stroom van
-es en artikelen over Suriname op velen van ons overgeslagen. En
twijfel is bij velen hier ook de opluchting gegroeid over de 25ste
er vreemd einde van een koloniale verhouding: het moederland
ch bevrijd.
'n er over twisten hoe en in hoe-
~e' ontwikkelingslanden tijdens het
e tijdperk door de Westeuropese
zijn misvormd en uitgebuit maar
ntext van Suriname kan dit niet
punt van discussie vormen. Suri-
Nederlandse schepping, een let-
p het oerwoud veroverd land, ont-
de zeventiende eeuw als een plan-
nie langs de Wilde Kust van Gui-
daartoe bevolkt uit vele verre
Suriname is ontstaan als een van
-nland afhankelijk land, en dat is
op vandaag gebleven. Het Caraï-
bied wordt wel als de meest kolo-
alle koloniale maatschappijen
d. Daarbinnen is Suriname, als
Nederlands-gestempelde variant,
ggelijk één van de meest kolo-
den veel kolonialer ook dan de
_dse Antillen, die minder geïso-
"*gen zijn van het eigenlijke La-
erika.
-iale Suriname is in het verleden
het heden toegesneden op het
aanbod en de economische vraag
erland (en in mindere mate van
"igde Staten). Juist dit heeft ge-
een tweeslachtigheid, een ambiva-
innen het land en van zijn be-
die alles met de twijfel voor de
te maken heeft. Suriname vormt
de niet-westerse wereld een wes-
1 en tussen onze westerse wereld
westers land. De etnisch verschei-
'king werd telkens geplaatst voor
ma van de waarde van het eigen
gedragspatroon versus die van
toch vreemde Europese cultuur,
'er meer in het onderwijs als een
'ze van leven werd voorgehouden,
onderwijs meer dan in de kerk:
dan elders is, dankzij de activi-
n de Moravische Broeders, de
r wereld hier gepredikt als ware
eer van Europa.)
naamse bevolking heeft in de ko-
'd, waarin zo duidelijk het goede
ds lag, dit dilemma niet te bo
Rijk en arm
ven kunnen komen. Indien staatkundige
onafhankelijkheid door de oriëntatie die
ze op het eigen land geeft, bijdraagt tot
het bevorderen van eigen identiteit en van
meer zeggenschap over eigen levensinrich
ting, zal ze alleen maar positief kunnen
werken. Dan ligt er een essentiële opgave
voor de regering, de kerken en religieuze
gemeenschappen alsmede voor de intelli
gentsia van het onafhankelijke Suriname:
het bevorderen van een cultureel klimaat
waarin een geestelijke emancipatie van
individuen en groepen mogelijk wordt, het
zelfrespect van de Surinamer toeneemt en
daardoor ook het-respect voor andere men
sen èn andere groeperingen.
Deze emancipatie vormt reeds op zichzelf
een zinnige doelstelling. Maar haar ver
wezenlijking is in de context van Suriname
ook een duidelijke voorwaarde voor de
vermindering van de armoede, de andere
doelstelling voor een onafhankelijk Suri
name, waarop hier iets uitvoeriger zal
worden ingegaan.
<00
ft
Ned. Sur
NATIONAAL
INKOMEN PER
INWONER
(per jaar)
GELD# Aan ontwikkelingshulp kreeg Suriname in
1955-1975 ca.100gldperjaar per inwoner Dat is het
hoogste bedrag ter wereldQn verhouding).
Suriname vormt binnen de arme wereld
een rijk land en binnen de rijke wereld
een arm land. Het eerste beseffen de be
woners nauwelijks omdat het land geen
relaties met andere arme landen onder
houdt, het tweede des te meer, want Su
riname functioneert binnen de economie
van de rijke landen. Juist omdat het lan
ger dan vele andere koloniën ook staat
kundig en cultureel in de rijke wereld is
opgenomen geweest, zijn de bewoners hun
relatieve armoede meer bewust geworden.
Velen hebben deze armoede en het gebrek
aan mogelijkheden in eigen land door een
verhuizing naar Nederland trachten te
ontlopen. De onderlinge etnische spannin
gen mogen de laatste maanden de trek
versneld hebben, zij die kwamen lieten
maar weinig achter.
Het verhaal van Suriname's economie is
langzamerhand algemeen bekend. Het land
heeft veel weg van één grote bauxiet-
onderneming. De door de buitenlandse
maatschappijen beheerste bauxietsector
levert eenderde van het bruto binnenlands
produkt op, eenderde van de overheids
inkomsten en negentiende van de export
waarde. De bauxietbedrijven hebben in
het land zelf echter nauwelijks positieve
uitstralingseffecten op andere sectoren,
maken een belangrijk deel van de winsten
naar het buitenland over en geven in di
recte zin slechts aan zeven procent van
de beroepsbevolking werk. Dit alles zou op
zich nog niet zo schokkend zijn, wanneer
er zich naast deze 'enclave' andere secto
ren binnen de economie hadden ontwik
keld welke meer produktieve werkgele
genheid en daarmee inkomen aan de be
volking boden. Dit is evenwel niet het
geval. Er zijn nauwelijks industrieën en
de kleine landbouw is weinig florerend.
Een belangrijk deel van de dagelijkse le
vensbehoeften moet worden ingevoerd, met
alle afhankelijkheden van de ontwikke
lingen op de wereldmarkt die daaruit
voortvloeien.
Hoofdstad domineert
De gehele culturele en economische ont
wikkeling heeft vanwege de eeuwenlange
oriëntatie op het buitenland geleid tot een
verhouding tussen stad en platteland waar
in de hoofdstad Paramaribo in eigen land
in alles domineert, functioneert als het
centrum dat de bemiddeling regelt met
het buitenland, maar het 'eigen' platteland
verwaarloost. In Paramaribo en directe
omgeving woont bijna zestig procent van
de geringe bevolking die, voorzover zij
daar werk vindt, voor een belangrijk deel
betrokken is bij het overheidsapparaat en
de handelssectoren waarin de verborgen
werkloosheid aanzienlijk is en soms tot
openlijke werkloosheid leidt. En hoezeer,
zoals gezegd, het nationaal inkomen per
hoofd in Suriname in vergelijking met an
dere ontwikkelingslanden niet laag ligt,
velen leven er in omstandigheden die zo
wel bij hen als bij ons als ontoereikend
overkomen.
Afhankelijk
Zal de staatkundige onafhankelijkheid
deze sociaal-economische structuur veran
deren waardoor de werkmogelijkheden in
eigen land toenemen en de armoede af
neemt? Dit lijkt, zeker op korte termijn
gezien, nogal optimistisch. Het hangt af
van de ontwikkelingspolitiek die de Suri
naamse overheid en bevolking zullen wil
len voeren. Niet geheel: Suriname is als
klein land sterk van het buitenland af
hankelijk zodat allerlei externe ontwik
kelingen het in belangrijke mate zullen
blijven beïnvloeden. Maar toch biedt de
onafhankelijkheid, in beginsel, de moge
lijkheid om een andere weg te gaan, waar
in meer dan tot nu toe is gebeurd, een
geestelijke emancipatie ook leidt tot een
sociaal-economische mobilisatie en waarin
ook door een betere spreiding van de in
komens de absolute èn relatieve armoede
van velen vermindert.
Ontwikkelingsbeleid
Het ontwikkelingsbeleid dat na de oorlog
door de Nederlandse en Surinaamse over
heid is gevoerd, heeft in elk geval de weg
tot ontwikkeling nog niet gewezen. In dit
beleid heeft men zich gericht op de groot
schalige en kapitaalintensieve benutting
van natuurlijke hulpbronnen en op de aan
leg van infrastructurele werken. Dit beleid
werd sterk geïnspireerd door de ontwik
kelingstheorie die veronderstelt dat het
nastreven van grootschalige en kapitaal
intensieve groei door het aanwenden van
de beschikbare hulpbronnen op langere
termijn 'vanzelf tot ontwikkeling leidt. In
dit denken is evenwel het probleem van
de produktieve aanwending op korte ter
mijn en op arbeidsintensieve wijze van de
uit de natuurlijke hulpbronnen en ont
wikkelingsbijdragen verkregen gelden niet
voldoende verdisconteerd. Het ontwikke
lingsbeleid in Suriname heeft tot nu toe
dan ook geen belangrijke groei van de
werkgelegenheid in de produktieve sec
toren teweeg gebracht noch in de mo
derne, grootschalige bedrijvigheid, noch,
omdat die veel minder ontwikkelingsmoge
lijkheden werden geboden, in de kleine
landbouw en de kleine industrie. Het heeft
in de praktijk betekend dat het werkge
legenheidsvraagstuk niet is opgelost en
het inkomen (al is dat in absolute zin toe
genomen) niet evenredig over de bevol
king is gespreid.
Dit ontwikkelingsdenken is een duidelijke
expressie van het denken van de Neder
landse ontwikkelingsdeskundigen in de
jaren vijftig en zestig en kan als zodanig
zeker niet primair als een Surinaams falen
worden beschouwd. Maar zal de onafhan
kelijkheid een heroriëntatie te zien geven?
De kansen daarop lijken momenteel niet
al te groot. Een nieuwe bezinning op de
toekomstige ontwikkelingsstrategie van
het land is nog nauwelijks op gang ge
komen. Er zijn enkele aanzetten, zoals het
nieuwe ontwikkelingsplan voor het district
Commewijne. Het denken van de Suri
naamse plandeskundigen een kleine
groep waarin dr. Essed domineert wordt
evenwel toch voor alles beheerst door de
gedachte aan de grootschalige ontwikke
ling van de bauxietvoorkomens en andere
hulpbronnen in het Apoeragebied in West-
Suriname.
Zie verder pagina 18.
e eerste Europeaan, de Spanjaard
"onso de Ojedo, landt (zeven jaar
Columbus' ontdekking van Ame-
a) op 'de wilde kust van Guyana'.
vindt slechts modderbanken, bos-
n en weinig bewoners.
eerste Nederlanders (Zeeuwen)
en Suriname aan.
mingo de Vera neemt heel Guyana
bezit voor de Spaanse koning.
0 Allerlei expedities en pogingen
t kolonisatie door Engelsen, Fran-
n, Nederlanders en uit Brazilië
rdreven joden. De laatste groep
oe klein ook) zal blijken een blij-
rtje te zijn.
gin van de feitelijke kolonisatie
n Suriname door de Engelsen (40
an, afkomstig van Barbados, mét
a ven).
-gin van de bouw van een fort bij
et Indianendorpje Parmurbo of Par-
uribo (een indiaans woord; het be-
ent waarschijnlijk bloemenstad),
ie latere hoofdstad.
ds 5.000 mensen (kolonisten en
laven) geteld.
)rie Zeeuwse oorlogsschepen (met
100 soldaten) en wat kleinere sche
ien onder bevel van Abraham Crijn-
len varen dë Suriname-rivier op en
komen op 26 februari bij Paramaribo^
san. Het fort wordt veroverd en om
gedoopt ln Fort Zeelandia. Het eer
ste schip met suiker en andere (ge
brandschatte) goederen uit Surina
me vaart naar Zeeland. Waarde van
de goederen: ongeveer 400.000 gul
den. Dat bewijst dat Suriname toen
ïen welvarende kolonie was.
De handtekening van Cornells van Aersen van Sommelsdijck.
260.000 gulden in vergelijking met de
waarde van het schip uit 167 bewij
zen dat de zaken slecht gaan).
De familie Van Sommelsdijck en de
stad Amsterdam kopen elk één derde
van het aandeel van de W.I.C. in Su
riname. Gedrieën richten zij de
'Geoctroyeerde Sociëteit van Suri
name' op. Cornells van Aerssen van
Sommelsdijck wordt gouverneur. Pa
ramaribo telt dan 30 huizen en er
zijn 50 plantages met ongeveer 2.000
slaven. Van Sommelsdijck laat meer
slaven importeren.
Ook vraagt hij om lieden uit het Am
sterdamse rasphuis (de gevangenis)
om een soort sociale tussenlaag tus
sen kolonisten en slaven te vormen.
hdtekening van Abraham Crjjn-
Vrede van Breda, waarbij Suriname
aan Nederland komt. Wraakneming
van Engelsen van het eiland Barba
dos (waar het bericht over de vrede
nog niet was doorgedrongen). Er
trekken een 1.200 Engelsen, joden en
slaven weg uit de kolonie, die daar
door een stuk minder attractief
wordt. Bij de Vrede van Westminster
in 1674 worden-de Nederlandse aan
spraken op het gebied nog eens be
vestigd.
De Staten van Zeeland verkopen Su
riname voor 260.000 gulden aan de
West-Indische Compagnie (die
Het wapen van de Geoctroyeerde So
ciëteit van Suriname.
1688 Van Sommelsdijck gedood door mui
tende soldaten. Er zijn dan ongeveer
200 plantages.
1712 Grote plundertochten van Fransen
tijdens de Spaanse Successie-oorlog.
Zeer veel slaven maken gebruik van
de verwarring en vluchten de bossen
in, waar zij een guerrilla tegen de
plantages beginnen. Deze guerrilla
van de Marrons, zoals zij werden ge
noemd, duurt voort tot 1778. (Maar
nog in 1829 wordt strijd met de bos
negers gemeld). De namen van de
leiders van deze 'Marrons', Boni, Ba
ron en Joli Coeur zijn (of worden al
thans steeds meer) een begrip in Su
riname de nationale helden uit de
toekomstige geschiedenisboekjes.
1735 De Moravische broeders (de Herrn-
hutters) komen naar Suriname en
zetten zich in voor de kerstening van
de slaven.
1770 De familie Van Sommelsdijck ver
koopt haar aandeel in Suriname aan
de stad Amsterdam voor 700.000 gul
den, zodat Amsterdam nu voor twee
derde eigenaar is van het land.
1772 Uit Nederland komen achthonderd
man Staatse troepen onder comman
do van kolonel Fourgeoud om te
strijden tegen de Marrons, nadat eer
dere pogingen om met een bewapend
slavenlegertje de weggelopen slaven
te bestrijden niet zo effectief waren
gebleken.
1786 De eerste twee rooms-katholieke
priesters worden min-of-meer offi
cieel in Suriname toegelaten.
1793 In het buurland Frans-Guyana wordt
de slavernij afgeschaft.
1799-1802 Brits 'protectoraat' over Surina
me (tijdens de Bataafse republiek).
1804-1816 Suriname in Britse handen (tij
dens de Franse tijd). Nieuwe gebie
den, als Coronie en Nickerie worden
opengelegd.
1808 De Engelse gouverneur Hughes ver
biedt de verdere import van slaven.
Deze bepaling blijft na 1816 van
kracht.
1821 Een grote brand (als gevolg van de
vlam in de pan bij het bakken van
oliekoeken) verwoest vrijwel het ge
hele centrum van Paramaribo.
1826 Aan de sedert 1808 bestaande leven
dige smokkel van negerslaven komt
een einde, doordat een registratie
van alle slaven wordt ingevoerd.
Daardoor is controle mogelijk.
1832 Een aantal jonge s'aven neemt
wraak, waardoor in f maribo een
grote brand ontstaat. Drie jonge sla
ven worden gestraft en in 1833 le
vend en in het openbaar verbrand.
1833 In het buurland Brits-Guyana wordt
de slavernij afgeschaft.
1848 Suriname krijgt vrijhandel, waardoor
ook andere dan Nederlandse hande
laren toegang tot het land krijgen.
1850 Alle beperkende bepalingen over de
slavernij (een slavenhouder mocht
bijvoorbeeld voordien zijn slaaf niet
naar eigen goeddunken de vrijheid
geven) worden afgeschaft.
1863 De 'Emancipatie', zoals dat in Suri
name wordt genoemd. Op 1 juli wor
den alle slaven (er zijn er dan on
geveer 33.000) vrijgelaten. Zij moes
ten echter nog wel tien jaar als vrije
arbeiders op de plantages blijven
werken. Er ligt op het ogenblik van
de vrijlating een Nederlands oorlogs
schip in de haven van Paramaribo
(voor alle zekerheid).
De handtekening van Reinhart Frans
van Lansberge, de gouverneur onder
wiens bewind de slavernij werd afge
schaft in 1863.
1865
1876
1890
1901
1909
1916
Nieuw regeringsreglement, met in
stelling van de Koloniale Staten (het
begin van een parlementair sys
teem) met negen door en uit de wel-
gestelden gekozen en vier benoemde
leden.
De eerste hindostanen worden als
contract-arbeiders aangevoerd uit
Brits-Indië. (In 1917 verbiedt de En
gelse regering verdere migratie van
Indiërs).
De leerplicht voor alle kinderen van
zeven tot twaalf jaar wordt inge
voerd.
De eerste javanen komen als con
tact-arbeider in Suriname aan. (De
ij ste javanen zullen tussen 1918
en 1930, na het migratieverbod voor
Brits-Indiërs, naar Suriname komen;
de laatsten in 1939).
Het stelsel van benoemde leden in de
Koloniale Staten wordt afgeschaft.
Paramaribo krijgt een gasvoorzie-
ning.
De Surinaamse Bauxiet Maatschap
pij wordt opgericht. (De eerste
exploitatie van de bauxiet in Moen-
go in 1920).
1932 Paramaribo krijgt elektriciteit
1933 Sociale onlusten in Paramaribo. Op
7 februari worden bij een demonstra
tie op het Oranjeplein twee Surina-
mers doodgeschoten en 22 gewond.
De Surinaamse schrijver en nationa
list Anton de Kom wordt naar Ne
derland verbannen. (Hij zal in 1945
in Dachau omkomen en begraven
worden op het ere veld in Loenen op
de Veluwe). Paramaribo krijgt wa
terleiding.
1936 Nieuw regeringsreglement, waarbij
de naam Koloniale Staten werd ver
vangen door de thans nog geldende
naam: Staten van Suriname en het
stelsel van benoemde leden weer
terugkwam; dat laatste met de be
doeling de hindostaanse en javaanse
minderheidsgroepen de kans te geven
zich te laten horen.
1940-1945 Een periode met voor Surinaam
se begrippen ongekende welvaart als
gevolg van de grootscheepse bauxiet-
winning ten behoeve van de Ameri
kaanse productie van oorlogsvlieg
tuigen.
1941 Invoering van de zgn. Aziatische wet
geving, waardoor o.a. hindostanen en
javanen volgens eigen normen en
regels wettige huwelijken kunnen
sluiten.
1942 Een aantal nationalisten, waaronder
Wim Bos Verschuur en (de dan nog
maar 17-jarige) Eddy Bruma, wordt
op grond van nationalistische aspira
ties door de gouverneur geïnter
neerd. Eddy Bruma is nu minister
van economische zaken; Wim Bos
Verschuur is lid van de Raad van Ad
vies zoiets als de Surinaamse Raad
van State). Koningin Wilhelmina
kondigt voor de periode na de oorlog
nieuwe verhoudingen tussen Neder
land en zijn overzeese gebiedsdelen
aan.
1948 De eerste van een reeks ronde tafel
conferenties tussen Nederland, Suri
name en de Antillen wordt gehou
den. Er komt een nieuwe staatsrege
ling met binnenlands zelfbestuur en
algemeen kiesrecht. De eerste Suri
naamse politieke partijen worden op
gericht
1954 Het Statuut voor het Koninkrijk der
Nederlanden wordt afgekondigd.
1963 Herdenking honderd jaar 'emancipa
tie'. Johan Adolf ('Jopie') Pengel
wordt premier; een feit dat zeer tot
de verbeelding van de brede creool
se massa spreekt, omdat nu voor het
eerst een gewone Surinaamse volks-
NUTTIGE EK NOODIGE
BEKBEB.INGE »ER HEIDENEN
B E R B "i C E S,
Cos. Eu., wat rolk «ogb rerfsjmt word,
LO VLYK VO ET SPOOR
VA N
DE MA A T^S CHAPPY
VoortrJanringe «IE (JAN GEL1E,
ENGELANDS BUITEN-GEWESTEN.
Deel van de titelpagina van een boek
van gouverneur Johan Jacob Mauri-
cius uit 1735.
jongen en niet zoals tot dan het
geval was iemand uit de Suri
naamse elite een zo hoog staatsambt
bekleedt. Archibaldi Currie wordt de
eerste, in Suriname geboren en geto
gen gouverneur van Suriname.
1965 Koningin Juliana opent de Brokopon-
do-stuwdam het grootste project,
ooit in Suriname uitgevoerd.
1969 De hindostaanse partij VHP wordt bij
de verkiezingen de grootste politieke
partij. VHP-leider Lachmon vormt
een nieuwe regering, die echter zal
worden geleid door de creoolse pre
mier Jules Sedney.
1970 Voor het eerst in de geschiedenis blij
ken in één jaar tijd meer dan 5.000
Surinamers zich in Nederland ge
vestigd te hebben.
1973 Grote sociale onrust in Suriname,
zich uitend in stakingen en verzet te
gen de regering. De regering kondigt
de noodtoestand af, waardoor vak
bondsleiders en journalisten (kun
nen) worden geïnterneerd. In de
Gravenstraat wordt een demonstrant
doodgeschoten. In Nederland wordt
gesuggereerd dat Nederland moet in
grijpen om chaos te voorkomen. Bij
de verkiezingen wordt de regerings
coalitie Sedney-Lachmon verslagen.
Een coalitie van partijen onder de
naam Nationale Partij Kombinatie
onder leiding van Henk Arron wint.
1974 Premier Henk Arron zegt op 15 fe
bruari in de eerste officiële verkla
ring van zijn nieuwe regering dat
deze zal streven nar de volledige on-
afhankelykheid van Suriname om
streeks eind 1975. (Later is de nauw
keurige datum voor de onafhanke
lijkheid: 25 november genoemd).
I