Park van Het Loo trekt
ienduizenden wandelaars
Groeten uit Zuid-Frankrijk
heeste bezoekers komen in de koninklijke stallen
Inpplnnt - uitpplnnt
overleden
De chauffeur
is heer en
meester in
de autobus...
lIlsilSs&ll
Nieuwe boeken
k
DUW/KWARTET MAANDAG 11 AUGUSTUS 1975
BINNENLANP P6 RH7
oor Fred Lammers
PELDOORN 'Het karakter
n een huis wordt bepaald door
bouwmeesters en vervolgens
or de mensen die het bewonen.
wordt de geschiedenis van
n huis het verhaal van zijn
woners. Het Loo is een paleis,
aar dit verhaal bijzonder dui-
lijk in te ontdekken en te her-
nnen is. Het is de lange bloei-
de historie, die vandaag voor
is de grote waarde van dit ge-
luw bepaalt'.
it deze uitspraak kwam prinses
satrix enige tijd geleden over het
ils, dat zij altijd'"heeft gekend als
woning van haar grootmoeder,
lewel prinses Beatrix en haar.
isters Het Loo in Apeldoorn aan-
lidden als 'het kouwe Loo' in te-,
nstelling tot 'Warmelo.' de' wo
og van de moeder van prins
mhard, dat in de familiekring
et warme Loo' heette, kwam zij
ak en graag in Apeldoorn,
t Loo is in de loop der eeuwen
it het familiehuis van de Oranjes
worden. Dat verklaart dat er nu
eeds meer belangstelling bestaat
bruik te maken van de mogelijk-
ld k raison van een gulden in het
rk van Het Loo te gaan wande-
ti. Het grootste deel van het vroe-
ire paleispark is nu open voor het
ibliek sinds Het Loo een rijksmu-
i geworden. Vorig jaar kwa-
en er 150.000 bezoekers en het is
'1 duidelijk geworden dat dit clj-
in 1975 weer zal worden over-
hreden.
meeste bezoekers, komen in het
o-park niet verder dan de konink-
ke stallen, waar zij allerlei his-
lsche voertuigen van de Oranjes
linnen bewonderen, variërend van
chtkoetsen en aYresleden. die
ns met léden van de koninklijke
milie door de bossen van Het Loo
eden, tot.de wagen, waarin ko-
ngin Wilhelmina er op uittrok
m te gaan schilderen, en de eerste
ito van prins Hendrik,
het paleis zelf is ook al iets te
-. Er zijn in de oostelijke vleu-
enige person eels vertrekken in
richt met schilderijen en andere
anje-souvenirs. Voor de meeste
zoekers eindigt een visite aan
Loo vervolgens met het nuttl-
van een drankje in de vroegere
nge.
t zo leuk is het om eens een
life dag door het park van Het
lo te gaan zwerven. Vooral als het
ooi weer is, is- dat een plezierige
dsbesteding. Toen ik onlangs be-
ipshalve op Het Loo was, heb ik
t ook eens gedaah en al wande-
ïd auto's zijn streng verboden
het park kom je steeds meer
de conclusie dat je niet zo maar
een bos loopt, maar op histo-
ch terrein.
Links: de laatste rustplaats van Baby, het eerste rypaard van koningin Wilhelmina. Rechts: de Wil
lemstempel, midden in het park van Het Loo was al ten tijde van de latere koning Willem de
Eerste een geliefd plekje by koninklijke pick-nicks.
Op dterenkerkhof
staan de zerken
keurig In gelid
et Oude Loo
iet ver, van Het Loo rijst tussen
:t geboomte het kasteeltje op, dat
ikend is als Het Oude Loo. Het is
t oorspronkelijke gebouw, waarin
adhouder Willem de Derde tegen
het eind van de zeventiende eeuw
zijn intrek nam. Spoedig ontdekte
hij dat het te klein was. Hij besloot
toen tot de bouw van het huidige
Loo over te gaan. Het kasteeltje
staat nu in de steigers. Eind vol
gend jaar zal het volledig zijn ge-
restaureeerd. Welke bestemming
het Rijk, dat ook dit bouwwerk
beheert, er aan zal geven is nog
onbekend.
Via oude bruggetjes, waarop de ver
sieringen die er op zijn aange
bracht soms duiden op het vorstelij
ke verleden belanden we spoedig
bij de grote vijver, een heel roman
tisch plekje. Aan de oever van de
vol waterlelies staande vijver staat
verscholen in het groen een rustie
ke theekoepel, ook wel aangeduid
als de bandtent van koningin Wil
helmina. Op het bankje bij de vij
ver temidden van fuchsia's zat zij
vaak te schilderen of te praten met
bezoekers, met wie zij een rijtoer
door het park maakte.
Verder in het bos staat de Willem
stempel, genoemd naar de latere
koning Willem de Eerste. De eerste
versie van die koepel kwam al in
de achttiende eeuw tot stand. De
huidige 'tempel' werd onlangs ge
restaureerd. Na een lange wande
ling is het goed rusten op de bank
jes in dit koepeltje.
Interessant is ook de dierenbe
graafplaats,
mee wordt
hoge beukebomen staan de kleine
zerken keurig in het gelid. De op
schriften vertellen over de rijpaar
den en ponies die er een laatste
rustplaats hebben gekregen, de
.schimmels van prins Hendrik, die
hun meester overleefden: Baby, het
eerste rijpaard van koningin Wil
helmina en Hindin, die in het be
gin van deze eeuw haar favoriete
paard was
Ook zijn er de graven van haar
ponies, zoals die van Brownie,
waarop zijals schoolmeisje vaak
uit rijden ging. Blackle, het lieve
lingshondje van Wilhelmina in
haar laatste levensjaren rust er
ook. Het opschrift op zijn zerk:
'Élackie: Mijn trouwste en liefste
vriend' is veélzeggend.
Kijkend naar al die grafzerkjes be
sef. je eigenlijk op privéterrein te
staan. Toen de steentjes op deze
dierengraven werden geplaatst was
het stellig niet de bedoeling, dat
anderen dan de familiekring ze on
der ogen zouden krijgen.
Dat geldt vooral van de steen die
prins Hen,drik in Januari 1917 liet
plaatsen op het graf van zijn hond
je Helga:
'Hier ligt mijn trouwe hond begra
ven
Die alle deugd ln zich vereent.
Kon men met dieren vriendschap
hebben
Zo ligt wel hier niljn trouwste
vriend'.
Prins Hendrik, die zich aan het
Nederlandse hof vaak heel eenzaam
heeft gevoeld en ook door eigen
familieleden niet begrepen werd.
leède op deze steen zijn diepste»
gevoelens vast. Het verhaal gaat
dat koningin Wilhelmina niet lang
voor haar heengaan nog eens naar
die dierenbegraafplaats is gegaan
en toen zeer ontdaan was na het
lezen van het opschrift op het graf
van Helga. Zij besefte toen pas hoe
eenzaam haar man was geweest.
lllgüluUl UllgCIUUl
door Mink van Rijsdijk
Eigenlijk is een kist met oude lapjes een mooier
herinneringsreservoir dan welk foto-album ook. Waarom
bewaart een mens oude lapjes? Voor: je- kunt- nooit-
weten- of- ze nogeens van pas komen. Wat zelden
het geval is. Want de lapjesdeken, die je ooit wilde
maken blijft vrome wens en als je ergens een frutseltje
voor nodig hebt, zit dat bijna nooit bij de oude resten.
Zo groeit met de jaren de voorraad restanten, waar je
tenslotte geen afstand meer van kunt doen uit pure
piëteit.
Gisteren speurde ik vergeefs naar een lapje, dat ik nog
meende te hebben. Maar door alle herinneringen, die
uit de kist tevoorschijn kwamen, vergat ik wat ik
zocht. Brokstukken uit het verleden kwamen via stukjes
textiel weer tot leven. De prilste belevenissen uit mijn
huisvrouwperiode zag ik als in een droom door een
restje van het eerste schoorsteenvalletje uit de keuken.
Een stukje badstof.ik zag onze eerstgeborene weer
in een koddig badjasje stappen. Eén verknipte bloes
herinnerde me eraan dat ik niet zo'n ster was in de
naaldvakken. Flanellen repen van rappelzakken brach
ten weer de niet zo smakelijke geuren van een
kinderbedje in de morgen boven. Er zitten toch gaten
in je geheugen, want er waren ook lapjes, die ik
helemaal niet thuis kon brengen.
Ineens zat ik met twee bedsteegordijntjes in mijn
handen, die al meer dan honderd jaar oud zijn. Vaal
van, kleur en flinterdun zijn ze geworden, maar toch
wat een uniek bezit.
Niet alleen omdat ze eens de slaapstee van verre
grootouders sierden, meer nog om het dessin. Op een
witte ondergrond zijn in lila twee hartverscheurende
tafereeltjes gedrukt. Op het ene zie je uitbundig blije
ouders naast een soort Hansworst, die 'uitgeloot' is en
derhalve niet verplicht is de wapenrok te dragen. Alle
hoofden zijn fier geheven, drie paar armen steken hiep-
hiep- hoera omhoog, want Jan hoeft niet te dienen.
Maar in het andere gezin heerst ach arme grote
zakdoeken
droefheid. Dikke lila tranen, grote
verslagen gestalten. Jan is ingeloot.
Ik kan mij wel romantischer afbeeldingen voorstellen
om het huwelijksbed achter te verhullen dan deze
flarden geschiedenis. Maar ze zijn toch indringend
gebleven, omdat je vaag weet hoe dat inloten en
uitloten van ingrijpende en beslissende betekenis is
geweest in veel gezinnen. Ik zat daar temidden van
resten stof nog wat over na te sudderen, toen een
vriendin me in alle staten van vreugde door de telefoon
vertelde dat Frits was ingeloot. Hiermee bedoelde ze te
zeggen dat haar zoon medicijnen mocht studeren. Maar
aangezien ik nog helemaal in de ban van lila tranen en
zakdoeken vertoefde, zei ik: 'Kind, ingeloot, wat
afschuwelijk.'
Als je je in geschiedenis wilt verdiepen, kunt je
waarschijnlijk beter boeken lezen dan mijmeren bij
besteegordijntjes. Zoo stuk textiel is tenslotte niet meer
dan een momentopname. Je ontdekt er niets van de
vreemde praktijken op dat kapitaalkrachtige vaders hun
ingelote zonen vrijkochten. Een arme sloeber werd dan
soldaat inplaats van het rijkeluisjong. Nee histo
risch verantwoord kan zo'n gordijrt niet zijn. Maar hoe
realistisch komen de emoties van het familieleven meer
dan een eeuw in vale kleuren nog over. Wat bewaren
onze kindskinderen anno 2075 in een lappen kist aan
gordijnresten van ons? Ee stukje Pipo? Dat leert hen
niets over ons. Wat heeft een restantje artistiek
verantwoord gordijn hen te zeggen? Of folkloristi
sche flarden uit Staphorst en Urk? Het zal hoogstens
iets verraden van bepaalde voorkeuren, van een zekere
smaak en van vergane modieuze uitingen. En zo zal
ons nageslacht nooit weten hoe uitzinnig blij moeders
en hoe geweldig opgelucht vaders in 1975 waren dat
hun kinderen ingeloot waren. De zorg en teleurstelling
van ouders als hun kroost uitlootte zal overwoekerd
worden door harde geschiedenisfeiten van oorlogen en
machtfanaten. Want emoties van gewone mensen lijken
onbelangrijk. Over honderd jaar.Als ik gordijnen
kon ontwerpen, nou, dan wist ik het wel hoor.
door Annemarie Lücker
geconfronteerd. OndeV R. Langerak (66)
ROTTERÖAM Op 66-jairige leef
tijd is overleden de heer R. Lange-
rak, oud-wethouder van Rotterdam.
De heer Langerak, die op 22 okto
ber 1908 in Rotterdam werd. gebo
ren, trad op 18-jarige leeftijd toe
tot de toenmalige S.D.A.P. In 1946
werd hijfederatiesecretaras' van de
PvdA in Rotterdam. Hij was tevens
Lid van het partijbestuur. Sedert de
bevrijding was de heer Roel Lange
rak lid van de gemeenteraad en
van de Provinciale Staten van
Zuid-Holland. In september 1970
verliet hij de raad, waarvan hij
sedert 1958 deeil uitmaakte van het
college van b. en w. Zijn eerste
portefeuille was die van openbare uur of zes open. Er zitten al een
Vanuit het zuid-Franse bergdorp
naar de kust is het slechts twintig
kilometer, maar met de auto duurt
de tocht drie kwartier. De ontelbare
haarspeldbochten en de kleine
colletjes beletten een verantwoord
automobilist de bergen op en af te
crossen. Een enkeling wil toch vlak
voor de bocht-zonder-uitzicht met
hoge snelheid passeren omdat, hij
zich ergert aan toeristen die met
een sukkelgangetje genieten van de
fraaie omgeving. Af en'toe is het
ook wel erg vervelend om in een
lange sliert achter een caravan te
hangen.
Het mooiste is een ontmoeting met
de bus. De bus neemt namelijk het
grootste deel van de- weg in beslag
en zie maar dat je ruimte maakt.
Driemaal per dag rijdt de bus naar
het plaatsje aan de kust en weer
terug: 'sMorgens om kwart voor
zeven, 's middags om een uur en de
laatste maal 's avonds om half
zeven. Er zijn twee chauffeurs, die
elkaar afwisselen. Die chauffeurs
zijn echte potentaten, ze hebben
het voor het zeggen in de bus.
Maar ze zijn onmisbaar voor de
gemeenschap, want ze doen kleine
boodschappen onderweg voor de
dorpelingen. Ze nemen post mee,
brood voor iemand die afgelegen
woont, ze brengen filmrolletjes weg
en nemen krachten mee. Het
voorstp gedeelte van de bus lijkt
dan ook eerder een vrachtwagen
dan een personenbus.
Zo'n tocht naar de kust is wat je
noemt een toeristische attractie
van de eerste orde, vooral de eerste
rit om kwart voor zeven. Het dorp
lijkt me rustig, maar de bakker
verkoopt vanaf vijf uur verse
croissants en de café's gaan om een
irr i I
!en landelijk tafereeltje op Het Loo.
werkeh en volkshuisvesting. Daarna
is de heer Langerak wethouder van
personeelszaken en wethouder van
onderwijs, volksontwikkeling^ sport
en recreatie geweest. Om gezond
heidsredenen was hij in 1967 nog
alleen belast met de zorg voor de
sport en recreatie. Bij zijn afscheid
in 1970 werd hij benoemd tot rid
der in de orde van de Nederlandse
leeuw. De crematie heeft zaterdag
•plaats gevonden.
paar mannen achter hun eerste
pastis of rode wijn van de dag. De
bus vertrekt voor een café. Een
hele oude tengere man leunt op
zijn stok en staart onbewegelijk
voor zich uit. Zijn broekspijpen
worden bij elkaar gehouden door
gerafelde touwtjes en een versleten
rugzak hangt over zijn gebogen rug.
Behalve een jongetje van een jaar
of negen, duidelijk een dagje uit x
met zijn zusje, bestaat de rest van
de passagiers uit vrouwen.
Een van hen heeft de leiding. Ze
kakelt er op los met een monotone
stem in het patois van de de streek,
een mengeling van Frans en
Italiaans. De anderen luisteren en
knikken af en toe. Ze hebben
allemaal grote tassen bij zich en
dragen een vest over de arm.
Misschien zijn ze bang dat het
frisjes wordt. Het is tenslotte
slechts-vijf en twintig graden om
half zeven 's ochtends. Met veel
lawaai en veel rook komt de bus de
hoek omgezeild. Het is een
vierkant, log geval met kleine
raampjes en hij doet denken aan
de films van Femandel.
We mogen instappen, maar de
chaifffeur neemt zijn tijd. Met de
hand schrijft hij op leder kaartje
het exact te betalen tarief. Hij is
zwijgzaam. 'Ja' is een soort gegrom,
'nee' is helemaal niets. We
vertrekken. In de verte komt een
jonge vrouw met een baby op de
arm. Ze wil kennelijk mee. maar de
chauffeur doet net alsof hij haar
niet ziet. Twintig meter voorbij de
vrouw stopt hij en laat haar het eind
terug sjokken met kind en tas.
Nu lacht hij voor de eerste keer,
tegen de baby. Het kind is wat je
noemt lekker ingepakt voor de
tocht in een handgebreid wollen
jasje, jurkje, slobbroek, muts en
niet te vergeten kniekousjes.
Moeder heeft voor de zekerheid nog
een gehaakte omslagdoek
meegenomen. We rijden de
hoofdstraat uit. De zon schittert af
en toe tussen de platanen door. De
omgeving is zeer groen voor de tijd
van het jaar. Het is bijna niet voor
te stellen dat het een eindje
verderop zo droog is dat de aarde
gebarsten is. We komen langs het
park, waar de feestverlichting voor
het bal van de 'Quatorze Juillet.'
nog in de bomen hangt. Het
podium voor de muziek ziet er wat
triest uit. Voorbij het zwembad, een
gift van de burgemeester, beginnen
de eerste haarspeldbochten. De bus
gaat of kan niet harder dan dertig
kilometer per uur. Bij Iedere bocht
lijkt hij de rots of het ravijn in te
rijden, te stoppen en dan heel
voorzichtig en traag te draaien.
Ergens in het plets stopt de bus
midden op de weg. Het mannetje
met de rugzak stapt uit. Er is geen
huls te zien. maar ver beneden ligt
een moestuin aan de beek. Je
vraagt je af hoe hij zonder zijn nek
te breken beneden komt en straks
weer boven.
We gaan verder. De chauffeur komt
los. Hij raakt in conversatie met de
dame met de monotone stem. Ze
lijkt hem de les te lezen. Onder het
vrouw. De chauffeur grijpt onder
zijn stoel en pakt een rond brood.
Stralend geeft hij het aan de
blonde vrouw die hem beloont met
een lachje. Het is ineens doodstil
'in de bus en iedereen volgt
nauwgezet de conversatie.
Het laatste stuk voor de kust is een
forse hap met veel bochten en
dalingen. We rijden het stadje
binnen, waar het nog heel rustig is.
Over een uur zijn de toeristen
wakker, dan komen ze koffie
drinken onder de
sinaasappelboompjes met de .Nice
Matin' en boodschappen doen op de
markt.
De bussen bij het station laden
mensen in en uit. Om acht uur 's
ochtends is het dertig graden. Wij
zijn aangekomen voor een dagje
aan het strand.
bordje 'verboden met de chauffeur
te spreken 'hangt nog een bordje:
'verboden te roken en te spugen.'
De bus stopt nog twee keer voor
het eerste dorpje, één keer om een
jong meisje in te laden met een
badtas in de hand en een blote
jurk aan en nog een keer om een
pakje aan te nemen van twee
hoogbejaarde mensen. In het
dorpje staat een groepje mensen te
wachten bij de halte.
Het lijkt een complete
volksverhuizing. Er worden
mandflessen wijn ingeladen en een
vrouw zeult zes knie-hoge pakketten
met verse eieren de bus ln. Een
zlgeuner-achtige vrouw met een
prachtig kindje op blote voeten
heeft een grote mand tomaten en
uien bij zich. De markt aan de kust
is al begonnen, ze mogen blij zijn
als ze nog een plekje vinden om
hun handel kwijt te raken. Vlak
voordat we het dorp uit zi-jn stopt
de bus voor een huis waarvan de
luiken gesloten zijn. De chauffeur
slaat drie keer' kort op zijn toeter
en kijk: hij wordt een mens.
De luiken gaan open en er
verschijnt een beeldschone blonde
Dré Brugmans, Wim van Dijk, Jan
van Oostendorp: Muzikale vorming.
Reader I. Uitg. Wolters-Noordhoff
Groningen. 199 blz. 16.90. Een
informatieve keuze Uit publicaties
uit binnen- en buitenland over di
verse facetten van de vernieuwing
van het muziekonderwijs.
Gertnid-Meyer-Denkmann: Experi
menten met klank en vorm op
jeugdige leeftijd. Vertaling J. van
Oostendorp. Ultg. Wolters-Noord
hoff Groningen. 63 blz. 8,40. Hel
der geformuleerde, aan de praktijk
ontleende wenken voor elementair
muziekonderwijs op nieuwe basis.
Het licht verteerbare dieet, door I.
Linden bergh. Uitg. Unieboek Bus-
sum. 71 blz. - 8.90.
Gehakt festival, door A. Coppoolse.
Uitg. Unieboek. Bussum. 90 blz -
4.95.
Mooie Melle. roman van C'Claes.
Uitg. Westfriesland. Hoorn. 203 blz
- 14.90.
.AFRIKA, een reis door zeven Afri
kaanse landen. Zuid-Afrika, Rhode-
sië, Malawi, Kenya, Egypte, Libië en
Tunesië door E. en H. Hartog. Uitg.
Westfriesland Hoorn. 153 blz -
25.-
lulp van lezers: Oostloorn heeft
«le pennen in beweging gezet: Ds
Üfers heeft gewoond en gewerkt ln
et vlak bij Hardenberg gelegen
orpje Heemse, waar nog op het
ude kerkhof een familiegraf aan-
'ezig is. Zijn grote vrierid dr. Schot
oonde in Hardenberg en bijna
agelijks was er contact tussen de-
e beide mensen, zodat ook de Har
enbergers met recht kunnen spre-
en over 'onze Ulfers' De graanmo-
n, beschreven in Oostloorn be
aat nog al is de kop ervan ver
en!) Wie helpt ons aan de tekst
«treft: nog niet lang geleden ver-
scheen bij Buyten en Schipperheyn
een- nieuwe druk (368 blz.) Gebon
den 12,50, met de plaatjes van
Isings, zoals die vroeger er ook Lr)
stonden.
Van de grote stapelVragen naar
versjes hebben we er twee afgeno
men (svp. geen nieuwe aanvragen
insturen in de eerste zes maan-
dn!) Wie helpt ons aan de tekst
van het volgende gedicht: 'Een
meesterschilder, welbekend, woon
achtig in de stad van Gent', enz.
enz. En van het volgende ge
titeld: 'Wie van u zonder zon
de is' De eerste zinnen luiden:
'Gevloekt., gehoond, besmeurd, met
slijk bedekt.ze kwam zij tot de
Meester.
Vraag: Dertig jaar lang heb ik mijn
achtertuin bewerkt. Van Wildernis
werd het een Lusthofje,maar nu
ben lk te oud om alles naar wens
te onderhouden: aan alle kanten
komt dat duivelsnaaigaren en uit
zaai weer op. Wat moet lk doen?
Antwoord: We hebben Henk van
Halm geraadpleegd: Duivelsnaaiga
ren is niet de aanstichter van alle
narigheid (Deze plant komt niet zo
vaak voor in de streek waar u en
Vragen (één per brief) zenden
naar: Uw probleem ook het onze,
Postbus 507, Voorburg. Naam en
adres vermelden. Eén gulden aan
postzegels bijsluiten. Geheimhou
ding is verzekerd.
ook hij woonit). Logischer is dat we
hier te maken hebben met Haar-
winde. (Pispotjes). Dit is een kruid
dat bijna niet te verdelgen is. Elk
jaar diep spitten en alle meterslan
ge witte draden, waarvan een klein
overgebleven stukje weer een nieuwe
plant veroorzaakt (of meer) verwij
deren en alles wat op komt met
een schoffel (65 er gebruik een
schoffel met lange steel!) verwijde
ren. Een goede raad: Gooi het over
een heel andere boeg in uw tuintje
en laat de natuur zelf opbouwend
'en bestrijdend werken. De Wilde
bosrank, de Ipomea. de Hop, Wilde
Kamperfoelie en Aristolochi (Mof-
fenpijp) doen het prachtig in een
stadstuin. Tot zover H. van Halm.
Onze medewerkers voegen hier nog
aan toe: een zeer decoratieve be
renklauw' «ui een weeldrige bra
menpergola (die wel in het vroege
voorjaar drastisch besnoeid wordt).
Vraag: Welke kruiden beveelt u mij
aan bij ademhalingsmoeilijkheden?
Antwoord: Onze oude kruidenboe-
kan noemen verschillende kruiden,
waarvan wij wél de namen noe
men, maar beslist geen recepten.
Voor geneeskundige behandeling en
voor recepten, moe een leek niet
bij en andere leek maar bij zijn
huisarts te rade gaan. In dé hoeo-
pathie ontmoet men zoveel beken
de benamingen in de receptuur, dat
we onze vragenstelster gaarne in
deze richting verwijzen. We vinden
daarin veel huismiddelen uit de
kruidentuinen terug: Klein Hoef
blad, Ijzerhard, Stalkaars, Wijnruit,
Citroenmelisse (vooral de laatste
twee zijn, op onoordeelkundige ma
nier op de een of andere wijze
toegepast, niet ongevaarlijk) en 'A-
juinensap met suiker'.Liever
tóch maar naar de dokter!
Vraag: Ik heb eenplant gekregen
uit Spanje, een Joega In geen en
kel plantenboek kan ik hem vin
den. Wat moet Lk er mee?
Antwoord: Zoek maar eens in de
zelfde plantenboeken naar de be
schrijving en behandeling van de
Yukka (ook wel Ycca) en Palmle-
lie. Zet de plant in goede tuingrond
of in een grote pot met goede
potgrond. Niet vaak verplanten
war' de plant heeft een paar jaar
n».dig om te wennen. Zonnige
standplaats. In de zomer rijkelijk
gieten, tijdens rust droog houden,
tegen de winter: .buiten, een 'ton'
van kippengaas vormen om de
plant heen. Deze ton vullen met
droog blad en van boven afdekken.
In huis de plant koel en vorstvrlj
laten staan.
Vraag: Waar kan ik een hemelglove
kopen: De boekhandel kan mij er
niet aan helpen.
Antwoord: Aangezien ln de kan
toorboekafdeling van Vroom en
Dreesmann ln Den Haag wél een
mogelijkheid bestaat een hemelglo
be te kopen of te bestellen menen
wij, dat deze opdracht ook wel door
andere grote kantoorboekhandels
kan worden uitgevoerd.
Vraag: Waar ls het secretariaat van
de Nederlandse Go-bond gevestigd?
Antwoord: Rijnstraat 5a te Leiden.
Op een andere plaats lazen we het
adres van de propagandist voor Ne
derland: drs. J. 'H. Frankenhuysen,
Joh. Verhuiststraat 125, Amsterdam.
Vraag: Wat is het adres van de
vereniging Succulenta?
Antwoord: In ons blad van 11 no
vember 1974 kwam een groot arti
kel voor over cactushobbyisten en
hun vereniging Succulenta. Deze
vereniging heeft ln ons land alleen
al 25 afdelingen. Landelijk secreta
riaat: Mevrouw Verdiuin-de Bruyn,
Koningsweg 2, Beekbergen.
Vraag: Ik heb veel belangstelling
voor stenen, ongeslepen en gesle
pen. Hierbij zend ik u een vondst
van deze zomer. Wat is dit voor
gesteente? Zou het zilvererts kun
nen zijn?
Antwoord: Wij zenden u de werke
lijk merkwaardig gevormde steen
terug. Het enige zinnige woord, dat
er over te zeggen valt is: 't is niet
al goud en ln dit geval zilver, dat
er blinkt. Gezien uw belangstelling
raden wij u aan, contact te zoeken
bij de afdeling van de Nederlandse
Geologische Vereniging in uw
woonplaats (Landelijk secretariaat:
W. F. Anderson, Ootmarsumsestraat
116, Oldenzaal) Beginners en ge
vorderden worden in deze vereni
ging- gaarne opgenomen.
Vraag: Een groep kunstnljvere le
den van een gereformeerde kerk
kreeg van predikant, en kerkeraad
de eervolle opdracht tot het ont
werpen en vervaardigen van 6 4 8
lopers, bestemd voor de tafel ln het
liturgisch centrum van de kerk. Zij
wensen gaarne contact met diege
nen, die in andere, nieuwe of ver
bouwde kerken een dergelijke op
dracht hebben uitgevoerd. Brieven
met gegevens over de gebruikte
motiven, ontwerpen eh gebruikt
materiaal kan men zenden aan
postbus 507, Voorburg (ons adres).
Vraag: Bestaat het Sykes-Picot ver
drag nog?
Antwoord: De in april 1916 geslo
ten geheime overeenkomst (Rus
land. Engeland, Frankrijk) betrof
de toekomstige verdeling van het
Turkse rijk in invloedssferen. In
1917 maakte de nieuwe machtheb
bers in Rusland (na de oktoberre
volutie) de inhoud bekend. De ge
schiedenis heeft de betrekkelijkheid
van dergelijke afspraken bewezen.
(Lectuur: F. H. Kienitz. 5000 Jahre
Oriënt).