Park van Het Loo trekt ienduizenden wandelaars Groeten uit Zuid-Frankrijk heeste bezoekers komen in de koninklijke stallen Inpplnnt - uitpplnnt overleden De chauffeur is heer en meester in de autobus... lIlsilSs&ll Nieuwe boeken k DUW/KWARTET MAANDAG 11 AUGUSTUS 1975 BINNENLANP P6 RH7 oor Fred Lammers PELDOORN 'Het karakter n een huis wordt bepaald door bouwmeesters en vervolgens or de mensen die het bewonen. wordt de geschiedenis van n huis het verhaal van zijn woners. Het Loo is een paleis, aar dit verhaal bijzonder dui- lijk in te ontdekken en te her- nnen is. Het is de lange bloei- de historie, die vandaag voor is de grote waarde van dit ge- luw bepaalt'. it deze uitspraak kwam prinses satrix enige tijd geleden over het ils, dat zij altijd'"heeft gekend als woning van haar grootmoeder, lewel prinses Beatrix en haar. isters Het Loo in Apeldoorn aan- lidden als 'het kouwe Loo' in te-, nstelling tot 'Warmelo.' de' wo og van de moeder van prins mhard, dat in de familiekring et warme Loo' heette, kwam zij ak en graag in Apeldoorn, t Loo is in de loop der eeuwen it het familiehuis van de Oranjes worden. Dat verklaart dat er nu eeds meer belangstelling bestaat bruik te maken van de mogelijk- ld k raison van een gulden in het rk van Het Loo te gaan wande- ti. Het grootste deel van het vroe- ire paleispark is nu open voor het ibliek sinds Het Loo een rijksmu- i geworden. Vorig jaar kwa- en er 150.000 bezoekers en het is '1 duidelijk geworden dat dit clj- in 1975 weer zal worden over- hreden. meeste bezoekers, komen in het o-park niet verder dan de konink- ke stallen, waar zij allerlei his- lsche voertuigen van de Oranjes linnen bewonderen, variërend van chtkoetsen en aYresleden. die ns met léden van de koninklijke milie door de bossen van Het Loo eden, tot.de wagen, waarin ko- ngin Wilhelmina er op uittrok m te gaan schilderen, en de eerste ito van prins Hendrik, het paleis zelf is ook al iets te -. Er zijn in de oostelijke vleu- enige person eels vertrekken in richt met schilderijen en andere anje-souvenirs. Voor de meeste zoekers eindigt een visite aan Loo vervolgens met het nuttl- van een drankje in de vroegere nge. t zo leuk is het om eens een life dag door het park van Het lo te gaan zwerven. Vooral als het ooi weer is, is- dat een plezierige dsbesteding. Toen ik onlangs be- ipshalve op Het Loo was, heb ik t ook eens gedaah en al wande- ïd auto's zijn streng verboden het park kom je steeds meer de conclusie dat je niet zo maar een bos loopt, maar op histo- ch terrein. Links: de laatste rustplaats van Baby, het eerste rypaard van koningin Wilhelmina. Rechts: de Wil lemstempel, midden in het park van Het Loo was al ten tijde van de latere koning Willem de Eerste een geliefd plekje by koninklijke pick-nicks. Op dterenkerkhof staan de zerken keurig In gelid et Oude Loo iet ver, van Het Loo rijst tussen :t geboomte het kasteeltje op, dat ikend is als Het Oude Loo. Het is t oorspronkelijke gebouw, waarin adhouder Willem de Derde tegen het eind van de zeventiende eeuw zijn intrek nam. Spoedig ontdekte hij dat het te klein was. Hij besloot toen tot de bouw van het huidige Loo over te gaan. Het kasteeltje staat nu in de steigers. Eind vol gend jaar zal het volledig zijn ge- restaureeerd. Welke bestemming het Rijk, dat ook dit bouwwerk beheert, er aan zal geven is nog onbekend. Via oude bruggetjes, waarop de ver sieringen die er op zijn aange bracht soms duiden op het vorstelij ke verleden belanden we spoedig bij de grote vijver, een heel roman tisch plekje. Aan de oever van de vol waterlelies staande vijver staat verscholen in het groen een rustie ke theekoepel, ook wel aangeduid als de bandtent van koningin Wil helmina. Op het bankje bij de vij ver temidden van fuchsia's zat zij vaak te schilderen of te praten met bezoekers, met wie zij een rijtoer door het park maakte. Verder in het bos staat de Willem stempel, genoemd naar de latere koning Willem de Eerste. De eerste versie van die koepel kwam al in de achttiende eeuw tot stand. De huidige 'tempel' werd onlangs ge restaureerd. Na een lange wande ling is het goed rusten op de bank jes in dit koepeltje. Interessant is ook de dierenbe graafplaats, mee wordt hoge beukebomen staan de kleine zerken keurig in het gelid. De op schriften vertellen over de rijpaar den en ponies die er een laatste rustplaats hebben gekregen, de .schimmels van prins Hendrik, die hun meester overleefden: Baby, het eerste rijpaard van koningin Wil helmina en Hindin, die in het be gin van deze eeuw haar favoriete paard was Ook zijn er de graven van haar ponies, zoals die van Brownie, waarop zijals schoolmeisje vaak uit rijden ging. Blackle, het lieve lingshondje van Wilhelmina in haar laatste levensjaren rust er ook. Het opschrift op zijn zerk: 'Élackie: Mijn trouwste en liefste vriend' is veélzeggend. Kijkend naar al die grafzerkjes be sef. je eigenlijk op privéterrein te staan. Toen de steentjes op deze dierengraven werden geplaatst was het stellig niet de bedoeling, dat anderen dan de familiekring ze on der ogen zouden krijgen. Dat geldt vooral van de steen die prins Hen,drik in Januari 1917 liet plaatsen op het graf van zijn hond je Helga: 'Hier ligt mijn trouwe hond begra ven Die alle deugd ln zich vereent. Kon men met dieren vriendschap hebben Zo ligt wel hier niljn trouwste vriend'. Prins Hendrik, die zich aan het Nederlandse hof vaak heel eenzaam heeft gevoeld en ook door eigen familieleden niet begrepen werd. leède op deze steen zijn diepste» gevoelens vast. Het verhaal gaat dat koningin Wilhelmina niet lang voor haar heengaan nog eens naar die dierenbegraafplaats is gegaan en toen zeer ontdaan was na het lezen van het opschrift op het graf van Helga. Zij besefte toen pas hoe eenzaam haar man was geweest. lllgüluUl UllgCIUUl door Mink van Rijsdijk Eigenlijk is een kist met oude lapjes een mooier herinneringsreservoir dan welk foto-album ook. Waarom bewaart een mens oude lapjes? Voor: je- kunt- nooit- weten- of- ze nogeens van pas komen. Wat zelden het geval is. Want de lapjesdeken, die je ooit wilde maken blijft vrome wens en als je ergens een frutseltje voor nodig hebt, zit dat bijna nooit bij de oude resten. Zo groeit met de jaren de voorraad restanten, waar je tenslotte geen afstand meer van kunt doen uit pure piëteit. Gisteren speurde ik vergeefs naar een lapje, dat ik nog meende te hebben. Maar door alle herinneringen, die uit de kist tevoorschijn kwamen, vergat ik wat ik zocht. Brokstukken uit het verleden kwamen via stukjes textiel weer tot leven. De prilste belevenissen uit mijn huisvrouwperiode zag ik als in een droom door een restje van het eerste schoorsteenvalletje uit de keuken. Een stukje badstof.ik zag onze eerstgeborene weer in een koddig badjasje stappen. Eén verknipte bloes herinnerde me eraan dat ik niet zo'n ster was in de naaldvakken. Flanellen repen van rappelzakken brach ten weer de niet zo smakelijke geuren van een kinderbedje in de morgen boven. Er zitten toch gaten in je geheugen, want er waren ook lapjes, die ik helemaal niet thuis kon brengen. Ineens zat ik met twee bedsteegordijntjes in mijn handen, die al meer dan honderd jaar oud zijn. Vaal van, kleur en flinterdun zijn ze geworden, maar toch wat een uniek bezit. Niet alleen omdat ze eens de slaapstee van verre grootouders sierden, meer nog om het dessin. Op een witte ondergrond zijn in lila twee hartverscheurende tafereeltjes gedrukt. Op het ene zie je uitbundig blije ouders naast een soort Hansworst, die 'uitgeloot' is en derhalve niet verplicht is de wapenrok te dragen. Alle hoofden zijn fier geheven, drie paar armen steken hiep- hiep- hoera omhoog, want Jan hoeft niet te dienen. Maar in het andere gezin heerst ach arme grote zakdoeken droefheid. Dikke lila tranen, grote verslagen gestalten. Jan is ingeloot. Ik kan mij wel romantischer afbeeldingen voorstellen om het huwelijksbed achter te verhullen dan deze flarden geschiedenis. Maar ze zijn toch indringend gebleven, omdat je vaag weet hoe dat inloten en uitloten van ingrijpende en beslissende betekenis is geweest in veel gezinnen. Ik zat daar temidden van resten stof nog wat over na te sudderen, toen een vriendin me in alle staten van vreugde door de telefoon vertelde dat Frits was ingeloot. Hiermee bedoelde ze te zeggen dat haar zoon medicijnen mocht studeren. Maar aangezien ik nog helemaal in de ban van lila tranen en zakdoeken vertoefde, zei ik: 'Kind, ingeloot, wat afschuwelijk.' Als je je in geschiedenis wilt verdiepen, kunt je waarschijnlijk beter boeken lezen dan mijmeren bij besteegordijntjes. Zoo stuk textiel is tenslotte niet meer dan een momentopname. Je ontdekt er niets van de vreemde praktijken op dat kapitaalkrachtige vaders hun ingelote zonen vrijkochten. Een arme sloeber werd dan soldaat inplaats van het rijkeluisjong. Nee histo risch verantwoord kan zo'n gordijrt niet zijn. Maar hoe realistisch komen de emoties van het familieleven meer dan een eeuw in vale kleuren nog over. Wat bewaren onze kindskinderen anno 2075 in een lappen kist aan gordijnresten van ons? Ee stukje Pipo? Dat leert hen niets over ons. Wat heeft een restantje artistiek verantwoord gordijn hen te zeggen? Of folkloristi sche flarden uit Staphorst en Urk? Het zal hoogstens iets verraden van bepaalde voorkeuren, van een zekere smaak en van vergane modieuze uitingen. En zo zal ons nageslacht nooit weten hoe uitzinnig blij moeders en hoe geweldig opgelucht vaders in 1975 waren dat hun kinderen ingeloot waren. De zorg en teleurstelling van ouders als hun kroost uitlootte zal overwoekerd worden door harde geschiedenisfeiten van oorlogen en machtfanaten. Want emoties van gewone mensen lijken onbelangrijk. Over honderd jaar.Als ik gordijnen kon ontwerpen, nou, dan wist ik het wel hoor. door Annemarie Lücker geconfronteerd. OndeV R. Langerak (66) ROTTERÖAM Op 66-jairige leef tijd is overleden de heer R. Lange- rak, oud-wethouder van Rotterdam. De heer Langerak, die op 22 okto ber 1908 in Rotterdam werd. gebo ren, trad op 18-jarige leeftijd toe tot de toenmalige S.D.A.P. In 1946 werd hijfederatiesecretaras' van de PvdA in Rotterdam. Hij was tevens Lid van het partijbestuur. Sedert de bevrijding was de heer Roel Lange rak lid van de gemeenteraad en van de Provinciale Staten van Zuid-Holland. In september 1970 verliet hij de raad, waarvan hij sedert 1958 deeil uitmaakte van het college van b. en w. Zijn eerste portefeuille was die van openbare uur of zes open. Er zitten al een Vanuit het zuid-Franse bergdorp naar de kust is het slechts twintig kilometer, maar met de auto duurt de tocht drie kwartier. De ontelbare haarspeldbochten en de kleine colletjes beletten een verantwoord automobilist de bergen op en af te crossen. Een enkeling wil toch vlak voor de bocht-zonder-uitzicht met hoge snelheid passeren omdat, hij zich ergert aan toeristen die met een sukkelgangetje genieten van de fraaie omgeving. Af en'toe is het ook wel erg vervelend om in een lange sliert achter een caravan te hangen. Het mooiste is een ontmoeting met de bus. De bus neemt namelijk het grootste deel van de- weg in beslag en zie maar dat je ruimte maakt. Driemaal per dag rijdt de bus naar het plaatsje aan de kust en weer terug: 'sMorgens om kwart voor zeven, 's middags om een uur en de laatste maal 's avonds om half zeven. Er zijn twee chauffeurs, die elkaar afwisselen. Die chauffeurs zijn echte potentaten, ze hebben het voor het zeggen in de bus. Maar ze zijn onmisbaar voor de gemeenschap, want ze doen kleine boodschappen onderweg voor de dorpelingen. Ze nemen post mee, brood voor iemand die afgelegen woont, ze brengen filmrolletjes weg en nemen krachten mee. Het voorstp gedeelte van de bus lijkt dan ook eerder een vrachtwagen dan een personenbus. Zo'n tocht naar de kust is wat je noemt een toeristische attractie van de eerste orde, vooral de eerste rit om kwart voor zeven. Het dorp lijkt me rustig, maar de bakker verkoopt vanaf vijf uur verse croissants en de café's gaan om een irr i I !en landelijk tafereeltje op Het Loo. werkeh en volkshuisvesting. Daarna is de heer Langerak wethouder van personeelszaken en wethouder van onderwijs, volksontwikkeling^ sport en recreatie geweest. Om gezond heidsredenen was hij in 1967 nog alleen belast met de zorg voor de sport en recreatie. Bij zijn afscheid in 1970 werd hij benoemd tot rid der in de orde van de Nederlandse leeuw. De crematie heeft zaterdag •plaats gevonden. paar mannen achter hun eerste pastis of rode wijn van de dag. De bus vertrekt voor een café. Een hele oude tengere man leunt op zijn stok en staart onbewegelijk voor zich uit. Zijn broekspijpen worden bij elkaar gehouden door gerafelde touwtjes en een versleten rugzak hangt over zijn gebogen rug. Behalve een jongetje van een jaar of negen, duidelijk een dagje uit x met zijn zusje, bestaat de rest van de passagiers uit vrouwen. Een van hen heeft de leiding. Ze kakelt er op los met een monotone stem in het patois van de de streek, een mengeling van Frans en Italiaans. De anderen luisteren en knikken af en toe. Ze hebben allemaal grote tassen bij zich en dragen een vest over de arm. Misschien zijn ze bang dat het frisjes wordt. Het is tenslotte slechts-vijf en twintig graden om half zeven 's ochtends. Met veel lawaai en veel rook komt de bus de hoek omgezeild. Het is een vierkant, log geval met kleine raampjes en hij doet denken aan de films van Femandel. We mogen instappen, maar de chaifffeur neemt zijn tijd. Met de hand schrijft hij op leder kaartje het exact te betalen tarief. Hij is zwijgzaam. 'Ja' is een soort gegrom, 'nee' is helemaal niets. We vertrekken. In de verte komt een jonge vrouw met een baby op de arm. Ze wil kennelijk mee. maar de chauffeur doet net alsof hij haar niet ziet. Twintig meter voorbij de vrouw stopt hij en laat haar het eind terug sjokken met kind en tas. Nu lacht hij voor de eerste keer, tegen de baby. Het kind is wat je noemt lekker ingepakt voor de tocht in een handgebreid wollen jasje, jurkje, slobbroek, muts en niet te vergeten kniekousjes. Moeder heeft voor de zekerheid nog een gehaakte omslagdoek meegenomen. We rijden de hoofdstraat uit. De zon schittert af en toe tussen de platanen door. De omgeving is zeer groen voor de tijd van het jaar. Het is bijna niet voor te stellen dat het een eindje verderop zo droog is dat de aarde gebarsten is. We komen langs het park, waar de feestverlichting voor het bal van de 'Quatorze Juillet.' nog in de bomen hangt. Het podium voor de muziek ziet er wat triest uit. Voorbij het zwembad, een gift van de burgemeester, beginnen de eerste haarspeldbochten. De bus gaat of kan niet harder dan dertig kilometer per uur. Bij Iedere bocht lijkt hij de rots of het ravijn in te rijden, te stoppen en dan heel voorzichtig en traag te draaien. Ergens in het plets stopt de bus midden op de weg. Het mannetje met de rugzak stapt uit. Er is geen huls te zien. maar ver beneden ligt een moestuin aan de beek. Je vraagt je af hoe hij zonder zijn nek te breken beneden komt en straks weer boven. We gaan verder. De chauffeur komt los. Hij raakt in conversatie met de dame met de monotone stem. Ze lijkt hem de les te lezen. Onder het vrouw. De chauffeur grijpt onder zijn stoel en pakt een rond brood. Stralend geeft hij het aan de blonde vrouw die hem beloont met een lachje. Het is ineens doodstil 'in de bus en iedereen volgt nauwgezet de conversatie. Het laatste stuk voor de kust is een forse hap met veel bochten en dalingen. We rijden het stadje binnen, waar het nog heel rustig is. Over een uur zijn de toeristen wakker, dan komen ze koffie drinken onder de sinaasappelboompjes met de .Nice Matin' en boodschappen doen op de markt. De bussen bij het station laden mensen in en uit. Om acht uur 's ochtends is het dertig graden. Wij zijn aangekomen voor een dagje aan het strand. bordje 'verboden met de chauffeur te spreken 'hangt nog een bordje: 'verboden te roken en te spugen.' De bus stopt nog twee keer voor het eerste dorpje, één keer om een jong meisje in te laden met een badtas in de hand en een blote jurk aan en nog een keer om een pakje aan te nemen van twee hoogbejaarde mensen. In het dorpje staat een groepje mensen te wachten bij de halte. Het lijkt een complete volksverhuizing. Er worden mandflessen wijn ingeladen en een vrouw zeult zes knie-hoge pakketten met verse eieren de bus ln. Een zlgeuner-achtige vrouw met een prachtig kindje op blote voeten heeft een grote mand tomaten en uien bij zich. De markt aan de kust is al begonnen, ze mogen blij zijn als ze nog een plekje vinden om hun handel kwijt te raken. Vlak voordat we het dorp uit zi-jn stopt de bus voor een huis waarvan de luiken gesloten zijn. De chauffeur slaat drie keer' kort op zijn toeter en kijk: hij wordt een mens. De luiken gaan open en er verschijnt een beeldschone blonde Dré Brugmans, Wim van Dijk, Jan van Oostendorp: Muzikale vorming. Reader I. Uitg. Wolters-Noordhoff Groningen. 199 blz. 16.90. Een informatieve keuze Uit publicaties uit binnen- en buitenland over di verse facetten van de vernieuwing van het muziekonderwijs. Gertnid-Meyer-Denkmann: Experi menten met klank en vorm op jeugdige leeftijd. Vertaling J. van Oostendorp. Ultg. Wolters-Noord hoff Groningen. 63 blz. 8,40. Hel der geformuleerde, aan de praktijk ontleende wenken voor elementair muziekonderwijs op nieuwe basis. Het licht verteerbare dieet, door I. Linden bergh. Uitg. Unieboek Bus- sum. 71 blz. - 8.90. Gehakt festival, door A. Coppoolse. Uitg. Unieboek. Bussum. 90 blz - 4.95. Mooie Melle. roman van C'Claes. Uitg. Westfriesland. Hoorn. 203 blz - 14.90. .AFRIKA, een reis door zeven Afri kaanse landen. Zuid-Afrika, Rhode- sië, Malawi, Kenya, Egypte, Libië en Tunesië door E. en H. Hartog. Uitg. Westfriesland Hoorn. 153 blz - 25.- lulp van lezers: Oostloorn heeft «le pennen in beweging gezet: Ds Üfers heeft gewoond en gewerkt ln et vlak bij Hardenberg gelegen orpje Heemse, waar nog op het ude kerkhof een familiegraf aan- 'ezig is. Zijn grote vrierid dr. Schot oonde in Hardenberg en bijna agelijks was er contact tussen de- e beide mensen, zodat ook de Har enbergers met recht kunnen spre- en over 'onze Ulfers' De graanmo- n, beschreven in Oostloorn be aat nog al is de kop ervan ver en!) Wie helpt ons aan de tekst «treft: nog niet lang geleden ver- scheen bij Buyten en Schipperheyn een- nieuwe druk (368 blz.) Gebon den 12,50, met de plaatjes van Isings, zoals die vroeger er ook Lr) stonden. Van de grote stapelVragen naar versjes hebben we er twee afgeno men (svp. geen nieuwe aanvragen insturen in de eerste zes maan- dn!) Wie helpt ons aan de tekst van het volgende gedicht: 'Een meesterschilder, welbekend, woon achtig in de stad van Gent', enz. enz. En van het volgende ge titeld: 'Wie van u zonder zon de is' De eerste zinnen luiden: 'Gevloekt., gehoond, besmeurd, met slijk bedekt.ze kwam zij tot de Meester. Vraag: Dertig jaar lang heb ik mijn achtertuin bewerkt. Van Wildernis werd het een Lusthofje,maar nu ben lk te oud om alles naar wens te onderhouden: aan alle kanten komt dat duivelsnaaigaren en uit zaai weer op. Wat moet lk doen? Antwoord: We hebben Henk van Halm geraadpleegd: Duivelsnaaiga ren is niet de aanstichter van alle narigheid (Deze plant komt niet zo vaak voor in de streek waar u en Vragen (één per brief) zenden naar: Uw probleem ook het onze, Postbus 507, Voorburg. Naam en adres vermelden. Eén gulden aan postzegels bijsluiten. Geheimhou ding is verzekerd. ook hij woonit). Logischer is dat we hier te maken hebben met Haar- winde. (Pispotjes). Dit is een kruid dat bijna niet te verdelgen is. Elk jaar diep spitten en alle meterslan ge witte draden, waarvan een klein overgebleven stukje weer een nieuwe plant veroorzaakt (of meer) verwij deren en alles wat op komt met een schoffel (65 er gebruik een schoffel met lange steel!) verwijde ren. Een goede raad: Gooi het over een heel andere boeg in uw tuintje en laat de natuur zelf opbouwend 'en bestrijdend werken. De Wilde bosrank, de Ipomea. de Hop, Wilde Kamperfoelie en Aristolochi (Mof- fenpijp) doen het prachtig in een stadstuin. Tot zover H. van Halm. Onze medewerkers voegen hier nog aan toe: een zeer decoratieve be renklauw' «ui een weeldrige bra menpergola (die wel in het vroege voorjaar drastisch besnoeid wordt). Vraag: Welke kruiden beveelt u mij aan bij ademhalingsmoeilijkheden? Antwoord: Onze oude kruidenboe- kan noemen verschillende kruiden, waarvan wij wél de namen noe men, maar beslist geen recepten. Voor geneeskundige behandeling en voor recepten, moe een leek niet bij en andere leek maar bij zijn huisarts te rade gaan. In dé hoeo- pathie ontmoet men zoveel beken de benamingen in de receptuur, dat we onze vragenstelster gaarne in deze richting verwijzen. We vinden daarin veel huismiddelen uit de kruidentuinen terug: Klein Hoef blad, Ijzerhard, Stalkaars, Wijnruit, Citroenmelisse (vooral de laatste twee zijn, op onoordeelkundige ma nier op de een of andere wijze toegepast, niet ongevaarlijk) en 'A- juinensap met suiker'.Liever tóch maar naar de dokter! Vraag: Ik heb eenplant gekregen uit Spanje, een Joega In geen en kel plantenboek kan ik hem vin den. Wat moet Lk er mee? Antwoord: Zoek maar eens in de zelfde plantenboeken naar de be schrijving en behandeling van de Yukka (ook wel Ycca) en Palmle- lie. Zet de plant in goede tuingrond of in een grote pot met goede potgrond. Niet vaak verplanten war' de plant heeft een paar jaar n».dig om te wennen. Zonnige standplaats. In de zomer rijkelijk gieten, tijdens rust droog houden, tegen de winter: .buiten, een 'ton' van kippengaas vormen om de plant heen. Deze ton vullen met droog blad en van boven afdekken. In huis de plant koel en vorstvrlj laten staan. Vraag: Waar kan ik een hemelglove kopen: De boekhandel kan mij er niet aan helpen. Antwoord: Aangezien ln de kan toorboekafdeling van Vroom en Dreesmann ln Den Haag wél een mogelijkheid bestaat een hemelglo be te kopen of te bestellen menen wij, dat deze opdracht ook wel door andere grote kantoorboekhandels kan worden uitgevoerd. Vraag: Waar ls het secretariaat van de Nederlandse Go-bond gevestigd? Antwoord: Rijnstraat 5a te Leiden. Op een andere plaats lazen we het adres van de propagandist voor Ne derland: drs. J. 'H. Frankenhuysen, Joh. Verhuiststraat 125, Amsterdam. Vraag: Wat is het adres van de vereniging Succulenta? Antwoord: In ons blad van 11 no vember 1974 kwam een groot arti kel voor over cactushobbyisten en hun vereniging Succulenta. Deze vereniging heeft ln ons land alleen al 25 afdelingen. Landelijk secreta riaat: Mevrouw Verdiuin-de Bruyn, Koningsweg 2, Beekbergen. Vraag: Ik heb veel belangstelling voor stenen, ongeslepen en gesle pen. Hierbij zend ik u een vondst van deze zomer. Wat is dit voor gesteente? Zou het zilvererts kun nen zijn? Antwoord: Wij zenden u de werke lijk merkwaardig gevormde steen terug. Het enige zinnige woord, dat er over te zeggen valt is: 't is niet al goud en ln dit geval zilver, dat er blinkt. Gezien uw belangstelling raden wij u aan, contact te zoeken bij de afdeling van de Nederlandse Geologische Vereniging in uw woonplaats (Landelijk secretariaat: W. F. Anderson, Ootmarsumsestraat 116, Oldenzaal) Beginners en ge vorderden worden in deze vereni ging- gaarne opgenomen. Vraag: Een groep kunstnljvere le den van een gereformeerde kerk kreeg van predikant, en kerkeraad de eervolle opdracht tot het ont werpen en vervaardigen van 6 4 8 lopers, bestemd voor de tafel ln het liturgisch centrum van de kerk. Zij wensen gaarne contact met diege nen, die in andere, nieuwe of ver bouwde kerken een dergelijke op dracht hebben uitgevoerd. Brieven met gegevens over de gebruikte motiven, ontwerpen eh gebruikt materiaal kan men zenden aan postbus 507, Voorburg (ons adres). Vraag: Bestaat het Sykes-Picot ver drag nog? Antwoord: De in april 1916 geslo ten geheime overeenkomst (Rus land. Engeland, Frankrijk) betrof de toekomstige verdeling van het Turkse rijk in invloedssferen. In 1917 maakte de nieuwe machtheb bers in Rusland (na de oktoberre volutie) de inhoud bekend. De ge schiedenis heeft de betrekkelijkheid van dergelijke afspraken bewezen. (Lectuur: F. H. Kienitz. 5000 Jahre Oriënt).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1975 | | pagina 7