brailleschrift na
nderhalve eeuw
iog overtroffen
doorzichtig met optimisme
de verkeersveiligheid
POP OP
de plaat
Joe Walsh
niet altijd
even goed
istienjarige jongen gaf de blinden hun communicatiemiddel
Volwaardige
plaats voor
blinden nodig
pardoor er minder slachtoffers vallen staat niet vast
'Stop kindermoord'
vindt drastischer
maatregelen nodig
Vader Kees
Vellekoop:
'Onrecht'
I
/KWARTET ZATERDAG 25 JANUARI 1975
a i i-Kl/
ir Bert de Jong
wordt niet alleen het jaar voor de vrouw en voor de monu-
fcen genoemd, het is internationaal ook uitgeroepen tot het
lle-jaar. Want het is dit jaar anderhalve eeuw geleden, dat de
enjarige Franse blinde jongen Louis Braille zijn uniek schrift
ond, waardoor hij zijn lotgenoten in staat stelde zelf te schrij-
en te lezen.
vondst van een syst«em van
punten in reliëf, waarmee 64
inaties en evenveel letterte-
zijn te maken, was geniaal en
de afgelopen 150 jaar door
ander en beter schrift vervan-
In het blindeninstituut aan de
Saint-Victor in Parijs gaf
Braille de blinden hun éigen
ft. Zij kregen hun eigen com-
catiemiddel, zoals de zienden
et gewone schrift hun middel
en om met elkaar in contact
imen, elkaar te informeren en
Is te nemen van eikaars ge-
ten en gevoelens. Alleen, dat
ft is zo gewoon en vanzelfspre-
dat er zelden over wordt na
cht hoe wezenlijk en onmis-
het schrift is als communica-
ddel.
het brailleschrift kunnen de
en weer schrijven en lezen
met de vingertoppen over de
s maar wisselende combinatie
zes punten in reliëf te gaan.
echter- en linker hand van de
e glijden over het schrift. De
erhand 'kijkt' vooruit en de
rhand 'leest' definitief het
iterstand
Braille slaagde er in principe
e handicap van het niet. meer
ïen lezen en schrijven op te
;n. De produktie van het brail-
rift gaat echter langzaam en is
nikenwerk in vergelijking tot
maken van het gewone schrift.
Hierdoor is de achterstand van de
blinde op zijn ziende naaste als het
om het lezen en schrijven gaat erg
groot.
Het bombarderen van 1975 tot jaar
voor de vrouw, die zich achterge
steld voelt, is zinvol. Wie echter
warm loopt voor het jaar voor de
vrouw (en waarom zou je dat niet
doen?) moet gloeiend heet worden
voor het braille-jaar, uitgeroepen
door de Wereldraad voor het Wel
zijn van de Blinden. Want de ach
terstand van de blinden in de lec
tuurvoorziening is essentieel en
diepingrijpend in het eigen leven.
Door middel van het braille-jaar
1975 wordt nu aandacht gevraagd
voor deze achterstand, die pas dui
delijk is geworden, toen het braille
schrift de gehele wereld veroverde.
Er wordt nu in het algemeen inte
resse gevraagd voor alle problemen
van de niet- of zeef slechtzienden.
Wat de blinde wil, is dat hij on
danks zijn handicap volledig in de
samenleving wordt opgenomen. Dat
betekent niet meer en niet minder
dat hij evenveel recht op werk,
studie en ontspanning heeft als wie
dan ook.
Nadelen
Het systeem van het brailleschrift
is binnen de beperkte mogelijkhe
den perfect. Er zijn ook' grote na
delen, waarvoor nog geen oplossing
is gevonden. Veel blinden kunnen
het schrift niet meer leren, omdat
ze op latere leeftijd het gezichts
vermogen hebben verloren. Hun
tastzin is, zoals bij de zienden het
geval is, onvoldoende ontwikkeld.
Als een jonge blinde leert lezen,
wordt de tastzin in zijn vingertop
pen door training verscherpt. Mo
gelijk kan de medische wereld een
bijdrage leveren tot het leespro
bleem van de oudere blinde door
het vinden van een onschuldig
middel, dat de tastzin in de vinger
toppen kan stimuleren.
Een ander bezwaar is, dat het lezen
trager verloopt. Verder is de lectuur
voor de blinde zeer duur, omdat
veel meer papier en papier van
hoge kwaliteit moet worden ge
bruikt.
Voorbeeld: één bijbel in braille le
vert al een boekenrij op van drie
meter lengte. Voor het werk in de
ontwikkelingslanden, waar veel
blinden leven, is de dure lectuur
voorziening een extra moeilijkheid.
In de lectuurvoorziening voor de
blinden is vooral de laatste tien
jaar de informatie via de geluids
banden (gesproken weekbladen en
boeken) steeds omvangrijker ge
worden. De blinde blijft niettemin
hechten aan zijn eigen braille
schrift, omdat er niemand aanwezig
is tussen hem en wat geschreven
staat. Er zit geen stem van een
ander tussen.
Maar, er pleit veel méér voor het
brailleschrift. Het denken van de
mens maakt onbewust gebruik van
beelden en symbolen, vooral van de
woorden en cijfers van het gewone
schrift. Zo denkt de blinde met
behulp van zijn brailleschrift. Voor
zijn studie is het gebruik van dit
schrift wezenlijk en een absolute
voorwaarde. Hoe zou je zonder te
schrijven berekeningen kunnen
maken en hoe kun je musiceren
zonder het notenschrift in braille?
Het schrift is voor de blinde onver
vangbaar en uniek.
Jan van Rossem: blinde mag door
zijn handicap niet achterblijven...
Dit artikel over het Braille-jaar is geschreven na een gesprek
met Jan van Rossem, de directeur van de Nederlandsche Blinden
bibliotheek in Den Haag. Hij zit in het hart van een levendig en
steeds groeiend bedrijf, waarin alles wordt gedaan om de blinden
aan hun lectuur te helpen.
Van Rossem wijdt zich nu al
twintig jaar met volle inzet aan
dit werk om zijn lotgenoten te
helpen een volwaardige plaats in
deze samenleving te veroveren.
Hij duldt niet, dat de blinde door
zijn handicap achterblijft en zegt:
'De ideale situatie is bereikt, wan
neer de achterstand van de blinde
bij het verkrijgen van lectuur ten
opzichte van de ziende medemens
is weggewerkt en de deuren van
de blindenbibliotheken gesloten
kunnen worden. 'Voorlopig echter
werkt het bedrijf aan de Noordwal
in Den Haag nog volop.
Met de andere niet-zienden heeft
Jan van Rossem de dankbare ver
ering gemeen voor Louis Braille.
die de blinden 150 jaar geleden
hun schrift gaf. Louis Braille is 43
jaar geworden. Over zijn korte
leven hebben zich reeds legendes
gevormd, zodat een waarheidsge
trouwe levensbeschrijving moei
lijk te vinden is. Hij werd in 1809
in Coupvray, een dorpje veertig
kilometer van Parijs, als zoon van
een zadelmaker geboren. Het ge
zin leefde in een betrekkelijke
welstand.
In de werkplaats van zijn vader
werd Louis het slachtoffer van
een ongeluk. Hij struikelde met
een mes in zijn hand (hij wilde
figuurtjes uit leer snijden) en
verwondde zijn ogen. Gevolg was
blindheid.
Toen Louis tien jaar was werd hij
opgenomen in het Koninklijk In
stituut in Parijs. Hij was een be
gaafde leerling. Op veertienjarige
leeftijd knutselde Louis met aller
lei figuurtjes om daaruit voor de
blinden een bruikbaar alfabet te
construeren. Daarna schakelde hij
over op een systeem van een ka
pitein Charles Barbier de la Serre,
die een voelbarecode had uitge
dacht van puntjes en streepjes,
waardoor in het duister geluidloos
commando's konden worden door
gegeven.
Kapitein Barbier had Louis Braille
op het spoor gezet, dat leidde
naar het nog steeds feilloos geble
ken brailleschrift van een systeem
van zes punten. Braille maakte
.promotie als leraar in het insti
tuut. Intussen moest hij een har
de strijd leveren om zijn schrift
erkend te krijgen. Toen hij op 6
januari 1852 stierf was hij om
ringd door mensen, die hem
waardeerden en bewonderden. In
1859 werd het schrift in Neder
land ingevoerd. In 1865 werd de
eerste brailledrukkerij in Neder
land in gebruik genomen.
Honderd jaar na zijn dood, In
Het gedenkteken op het graf van
Louis Braille in Parijs.
1952, eerde Frankrijk deze grote
zoon door zijn stoffelijk overschot
over te brengen naar het Patheon.
Blinden, die deze plechtigheid
hebben meegemaakt, denken er
nog steeds met ontroering aan
terug.
bede egh fc I n. o p
Gelijktijdig
q ic S tlivwxyz
Nederlands alfabet in braille.
-m
-« -r
f 2 3 4
cijfers in braille.
Na 150 jaar brailleschrift is het ook
duidelijk geworden juist door
het wenkend perspectief van de
techniek dat de achterstand kan
worden ingehaald. Er wordt niet
gezocht, zoals vroeger de alchemis
ten deden, naar een steen der wij
zen. Wel is het groot ideaal, dat het
gewone schrift, met zijn ingewik
kelde beelden direct en zonder ver
traging (hoewel een tussentijd van
twee dagen is al zeer acceptabel)
kan worden overgezet in braille.
Dan zal het niet meer voorkomen,
dat een blind meisje, dat in de
brugklas in Grave zit, wanneer ze
als gevolg van heimwee terug moet
naar Rotterdam in de brugklas
thuis geen boeken heeft. Ze zijn er
eenvoudig niet. Waneer de leerboe
ken met, de hand gebrailleerd wor
den, kost dat drie manjaren. Op
het ogenblik is het mogelijk het
eenvoudige brailleschrift over te
brengen op een ponsband, die in de
brailledrukmachine wordt gevoerd.
Maar ondanks dit versnelde proce-
dee moet het blinde meisje nog een
half jaar op haar boeken wachten.
De yraag blijft gewoon: waarom
kunnen blinden gelijktijdig niet
over dezelfde lectuur beschikken als
de ziénden?
Optimisme
Eens, zo is de overtuiging in de
blindenwereld, is deze vraag over
bodig geworden. Er heerst optimis
me. Met reden. Want de ontwikke
lingen in de grafische industrie zijn
ten gunste van de blinden. In Ja
pan is bijvoorbeeld een methode
ontwikkeld, waardoor de krant niet
meer via de fietsende bezorger,
maar door middel van de draad in
huis komt. Het optisch gedeelte van
een computer leest van een grote
muurkrant en geeft zijn informatie
via de kabel door aan de abonnees.
De krant wordt thuis geprojecteerd
in gewoon schrift. Als dat dan mo
gelijk is, moet het ook lukken in
plaats van het gewone schrift uit
het ontvangapparaat brailleschrift
te krijgen. Het eigen dagblad in
braille is geboren. De levensgrote
moeilijkheid is het direct vertalen
van het wat beeldvorming betreft
ingewikkelde gewone schrift in het
simpele brailleschrift. Daar in Ja
pan moet men echter al ver op weg
zijn.
Kabels
Overigens, ook in Nederland gaat
de ontwikkeling in de krantebedrij-
ven met de procedees van het
zogenaamd droogzetten, waarbij de
computer ook optisch functioneert,
door. Er bestaan reeds duidelijke
relaties tussen de blindenwereld en
de grafische industrie. Van beteke
nis voor de communicatie van de
blinden kunnen eveneens de vele
kabels, van welk systemen dok, zijn
die in de vaderlandse bodem zijn
gestopt.
Wat echter ook de technische mo
gelijkheden zullen zijn, het basis
gegeven, waarmee wordt gewerkt,
blijven de zes puntjes van Louis
Braille. Daarom zal altijd weer een
Braille-jaar worden uitgeroepen.
Maar als de blinde, gèholpen door
de techniek, eindelijk als volwaar
dige in deze samenleving wordt er
kend en bejegend, is het speciale
jaar overbodig. Wat Braille betreft,
zijn naam blijft toch wel onsterfe
lijk.
or Hans Schmit
HAAG Minister Westerterp geeft bij herhaling uiting aan de tevredenheid waarmee hij op
jaar 1974 terugblikt. De oorzaak van die tevredenheid is het teruglopen van het aantal slacht-
rs, dat het verkeer jaarlijks eist. Stierven in 1973 nog 3092 mensen ten gevolge van een verkeers-
eval, volgens de schattingen van het Centraal Bureau voor de Statistiek is dat aantal in 1974
ongeveer tien procent afgenomen tot rond 2750.
ister Westerterp wijst hierbij
ig, zoals onlangs in het radio-
gramma, In de rooie haan', op de
ïeidsbeperkingen, zoals die nu
>ijna een jaar gelden. Na een
ode van vrijwillige beperking,
het oogmerk benzine te sparen,
lutoloze zondag en de mislukte
line-distributie, werd op 6 fe-
iri 1974 de snelheid waarmee
imobilisten zich buiten de be-
svde kom mogen voortbewegen
banden gelegd: honderd kilo-
er per uur op de autosnelwegen,
ïtig kilometer per uur op de
ige wegen. Toen de oliecrisis
daarna ten einde liep, gaf de
iring niet toe aan de druk van
rse kanten om de snelheid weer
te geven. Het motto, en veel
imobilisten werkten (en werken
steeds) daaraan mee, was: als
niet meer langzamer hoeven te
en om benzine te sparen, kun-
we toch wel eens kijken of zo
ms geen levens kunnen worden
laard.
laatste is inderdaad het geval,
lister Westerterp is daar erg ge-
cig mee en hij zei dat er, zolang
minister van verkeer en water-
it is, geen vrije snelheid meer
it. Het is niet de enige uit-
lak waaruit de wil van de rege-
blijkt om de onveiligheid van
verkeer en de risico's die men
rin loopt, in te perken. Het
elopen jaar is een Rijksdienst
verkeersveiligheid ingesteld,
het blaaspijpje heeft (met de nieu
we alcoholwet) zijn intrede gedaan,
na veel geharrewar zal op 1 februa
ri het dragen van een bromfiets
helm verplicht worden en verder
wordt voor dit jaar de draagplicht
van veiligheidsriemen in auto's
voorbereid. Ook wordt nog gewerkt
aan de verplichte periodieke keu
ring van auto's (binnenkort valt
het antwoord van minister Wester
terp te verwachten op de vele kriti
sche opmerkingen die in de Tweede
Kamer over het wetsontwerp zijn
gemaakt), en begin dit jaar is een
centrale ongevallenregistratie in
het leven geroepen.
keersonveiligheld. Toch is voorzich
tigheid ten aanzien van dergelijk
optimisme geboden. Over het effect
van de snelheidsbeperking op het
mindere aantal doden valt weinig
te zeggen: naast de maximumsnel
heid heeft het verkeer op de auto
snelwegen het afgelopen jar onge
twijfeld profijt gehad de weersom
standigheden, die in vergelijking
met voorgaande jaren relatief gun
stig waren. Daarnaast is het onge-
vallencijfer beïnvloed door het feit
dat steeds meer bromfietshelmen
en veiligheidsriemen worden gedra
gen. Ook staat het niet vast of de
verkeersprestatie (het aantal afge
legde kilometers) is toegenomen
dan wel gelijk is gebleven.
Blijvend?
Hoopvol
Het lijkt, gezien ook het teruglo
pend dodental, een hoopvolle ont
wikkeling. Uit de vreugde waarmee
de cijfers bijvoorbeeld door minis
ter Westerterp worden bekend ge
maakt, kan gemakkelijk worden af
geleid dat een grote stap vooruit is
gezet bij de bestrijding van de ver-
Het valt dus niet precies vast te
stellen waaraan de teruggang van
het aantal verkeersslachtoffers
moet worden toegeschreven, terwijl
het evenmin zeker is of de terug
gang blijvend is. Bovendien is de
afname die 1974 te zien heeft gege
ven, niet voor alle deelnemers aan
het verkeer gelijk. De grens van
honderd kilometer geldt op autowe
gen, waar het verkeer bestaat uit
louter auto's en waarop zelden of
nooit sprake is van een botsing
tussen een auto en een voetganger
En juist bij dat soort ongelukken
vallen meer slachtoffers dan r.ij
welke andere botsing ook.
De tendens dat de afname niet
voor alle verkeersdeelnemers gelijk
is, blijkt uit het aantal verkeers
slachtoffers binnen en buiten de
bebouwde kom. In de periode van
januari tot en met augustus 1973
vielen 2.066 dodén, waarvan 829
binnen de bebouwde kom en 1237
buiten de bebouwde kom. Voor de
zelfde periode over 1974 was het
dodencijfer 1577, waarvan 665 bin
nen de bebouwde kom en 912 bui
ten de bebouwde kom. In percenta
ges uitgedrukt: het aantal slachtof
fers binnen de bebouwde kom daal
de met 19,8 pet., buiten de bebouw
de kom met 26,3 pet.
Deze cijfers, gevoegd bij de ver
wachting dat de afname van het
aantal gewonden (jaarlijks rond
zeventigduizend in 1974 kleiner
(ongeveer drie pet.) zal zijn dan de
afname van het aantal doden,
sterkt de actiegroep 'Stop de kin
dermoord' in de overtuiging dat
drastischér maatregelen nodig zijn
om tot een werkelijk blijvend veili
ger verkeer te komen. Maartje Rut
ten van de actiegroep over de
maatregelen die het afgelopen jaar
zijn genomen: 'De snelheidsbeper
king is een maatregel die het aan
tal botsingen vermindert, maar be
treft hoofdzakelijk botsingen tussen
auto's onderling en de botsing van
een auto met een vast voorwerp.
Voor de botsing die het meeste
aantal slachtoffers vraagt, die tus-
sen auto en voetganger, worden
echter weinig maatregelen geno
men. Verder zijn maatregelen zoals
het dragen van valhelmen en het
gebruik van autogordels natuurlijk
nuttig, maar ze voorkomen een
botsing niet. Ze verzachten alleen
het leed dat door een botsing wordt
aangericht'.
Minister Westerterp
Stop de kindermoord zou vooral het
accent willen verschuiven van
maatregelen die het gevolg van een
ongeluk verminderen naar maatre
gelen die ongelukken voorkomen.
De maximumsnelheid is een van
die laatste maatregelen, zoals ook
de aanleg van ongelijkvloerse krui
singen (hoofdzakelijk buiten de be
bouwde kom) en het scheiden van
verkeerssoorten (door aparte rijba
nen) en verkeersstromen (door
verkeerslichten)Radicalere maat
regelen zijn het weren van auto's
uit woonwijken en het aanleggen
van drempels, waardoor gemotori
seerd verkeer wordt gedwongen
langzaam te rijden.
Het afgelopen jaar heeft, naast de
maatregelen van minister^ Wester
terp, ook enkele suggesties opgele
verd om de 'zwakkeren' in het ver
keer meer bescherming te bieden.
Zo is de gedachte geopperd voor
het opstellen (en uiteraard nadien
uitvoeren) van een landelijk fiets
padenplan. Zo is ook de suggestie
gedaan de bestaande voorrangsver-
houdlngen in woongebieden ge
woon om te draaien. De rol van
"koning, nu toebedeeld aan de auto,
gaat dan in de woonwijk over naar
de voetganger. De voetganger heeft
dan voorrang op de fiets, de fiets
voorrang op de auto: de bestaande
rangorde is dan geheel omgekeerd.
Een interessante suggestie en zeker
niet in de laatste plaats voor de
interdepartementale werkgroep,
die zich bezig houdt met de vraag
hoe een minder overheersende po
sitie van het gemotoriseerd verkeer
in woongebieden kan worden ver
kregen.
De heer E. Vellekoop te Delft
schrijft ons:
'Als vader van Kees Vellekoop
kan ik niet nalaten te reage
ren op een ingezonden stuk
in deze krant van 18 januari
j.l. van de hand van de heer
H. Meijer.
Hij stelt daarin onder meer
de vraag: Is het waar dat
Vellekoops selectieve of poli
tieke gewetensbezwaren hem
wel verbieden democratisch
Nederland te verdedigen,
doch dat hij gaarne de wa
pens zal opnemen en zal do
den om het marxisme de
overwinning te bezorgen? Het
antwoord luidt: Neen, dat is
niet waar!
Wel waar is dat Kees (in wie
wij een zeer vredelievende
zoon hebben) zich kan voor
stellen dat mensen; die leven
in landen waar onderdruk
king en uitbuiting heersen,
geweld gebruiken en hij daar
aan, als laatste redmiddel, zou
kunnen deelnemen. (Als dat
niet meer kan, dan betekent
dit de veroordeling van allen
die in de bezettingsjaren 40-
45 gewelddadig verzet pleeg
den ter bevrijding van ons
land). Ook waar is dat de
minister van defensie (in na
volging van de commissie die
de bezwaren van Kees heeft
getoetst) tot de conclusie
moest komen dat 'in zijn ge
val duidelijk sprake is van
ernstige gewetensbezwaren'.
Ondanks deze constatering
ontving hij een oproep voor
opkomst in werkelijke mili
taire dienst, met andere
woorden een oproep om tegen
zijn geweten in te gaan han
delen.
Aangezien hij dit niet kon en
niet wilde, werd hij, tot in
hoogste instantie (het hoog
militair gerechtshof) veroor
deeld tot 21 maanden gevan
genisstraf.
Sta mij toe nu ook een vraag
te stellen: Heeft hier niet de
hele 'trias politica' gefaald?
De wetgevende macht door te
verzuimen een verouderde, in
ethisch opzicht gebrekkige
wet, tijdig te herzien. De uit
voerende macht, door Kees op
te roepen zijn geweten te
verloochenen, met als alter
natief gevangenisstraf. De
rechterlijke macht, door de
morele orde ondergeschikt te
^maken aan de juridische. Mi
nister Vredeling heeft gezegd:
de zaak Vellekoop is een
schoolvoorbeeld van het
recht, dat voor het gevoel van
de mensen onrecht is. Een
variant hierop zou kunnen
luiden: het is een voorbeeld
van onrecht, dat door sommi
ge mensen als recht wordt
beschouwd.'
door Willem-Jan Martin
Uit het vrij ruime aanbod van
popmuziek deze week, komt als
eerste Joe Walsh naar voren.
Walsh verdiende als gitaargigant
reeds zijn sporen binnen de
formatie James Gang, maar wist
zo mogelijk nog meer indruk te
wekken met de elpees Barnstorm
en The Smoker You Drink/The
Player You Get, intelligent
vervaardigde, nogal 'heavy'
muziek, die zijn beslag, kreeg
nadat Walsh de verbintenis met
Ja,mes Gang had verbroken.
Walsh' jongste produktie, So
What (ABC Dunhill DSD-50171),
is een nogal ongelijk vervolg op
belde zoëven genoemde platen.
Het vloeiende gitaargeweld is
betrekkelijk binnen de perken
gehouden, dit dan ten gunste
van een aanpak en
repertoirekeus, die ondanks de
altijd geheld zittende vokale
steun van drie-vijfde van de
Eagles (Don Henley, Randy
Meisner, Glenn Frey; bovendien
is hun al niet minder
getalenteerde 'buddy' John
David Souther ook incidenteel
van de partij), niet steeds
evenveel bevrediging weten te
schenken. Het geheel is zelfs wat
aan de matte kant, de keren dat
Joe echt 'loos' gaat zijn te
tellen.
Het kan zijn, dat Walsh in een
nogal bespiegelende stemming
verkeerde, toen So What werd
opgenomen, een these die in de
teksten enige ondersteuning
lijkt te vinden. Onder deze
noemer wordt het ingehouden
karakter van veel nummers
begrijpelijker, maar het kan
anderzijds geen rechtvaardiging
zijn voor de af en toe toch wel
wat matige verwerking van die
filosoferende gemoedsgesteld
heid: in momenten als de
synthesizer-adaptatie van Ravels
Pavane (De La Belle Au Bois
Dormant) of het met al te veel
slagroom en suikerwerk
'geproduce-te' Song For Emma
bereikt de rust grafkelder
achtige proporties.
Daartegenover springt een
opgeklopt staaltje
grappenmakerij als All Night
Laundry Mat Blues dan weer in
andere richting negatief uit het
kader.
Er blijft echter toch nog wel een
en ander te genieten over, laat
daar geen misverstand over
bestaan. In een aantal gevallen
(o.m. Welcome To The Club,
Time Out, Turn To Stone) wordt
er weer die uitstekende,
beheerst gespeelde en gaaf
gearrangeerde muziek gemaakt,
die we van Walsh, gewend zijn
en die hem ondanks het
kwantum missers op deze plaat
nog altijd doet kannen als een
van de betere gitaristen van dit
tijdsgewricht.
Verderop in de stapel treffen we
de zanger-componisten Bill
Amesbury met Jus' A Taste Of
The Kid (Casablanca NBLP
7003) en Jerry Jeff Walker, die
zijn nieuwste na lang zoeken de
titel Walker's Collectibles (MCA
Records MCA-450) meegaf.
Amesbury, een betrekkelijk
nieuw fenomeen in de gelederen
van de lichte muze, kan veel. De
bijgaande biografie vermeldt
aktiviteiten op het niveau van
componeren, arrangeren,
produceren, zangpartijen en
begeleiding. Een jonge'
duizendpoot dus, als het ware.
Hulde aan zo een veelzijdig
jongmens. Het blijft toch echter
vooral het resultaat, dat telt, en
dan valt niet te ontkomen aan
de kanttekening dat Amesbury's
gecombineerde inspanningen
hebben geleid tot een vrij
commercieel soort popmuziek,
naadloos gelaste geluiden van
het type-Neil Diamond, oftewel:
perfekt vervaardigde flauwekul.
De daden van JJ. Walker
houden trouwens ook niet over.
Klasse-composities als Mr.
Bojangles zijn er al tijden niet
meer bij, Jerry Jeff zoekt het
meer in een landerig soort,
-country, waarin de spaarzame
goede momenten verzuipen in
een onuitstaanbare lolbroekerij,
die met het motto ouwe-
jongens-krentebrood nog te
sympathiek gekarakteriseerd
lijkt. Nu geldt dat misschien
voor Collectibles iets minder
sterk dan voor zijn voorganger,
maar veel meer dan een
accentverschil betreft het toch
niet. Het wordt zo
langzamerhand tijd voor enige
bezinning over de tot nu toe
gevolgde koers, dat lijkt de enige
zinnige opmerking die op dit
moment te maken valt.
En daarmee zijn we dan alweer
aangeland bij het einde van de
rit. Melding dient nog te worden
gemaakt van het verschijnen
van een eerste gelijknamige
elpee van de groep Shanghai
(geen Chinezen, wel 'funk'
bedrijvende Engelsen plus één
Amerikaan), Out Of The Storm
door Jack Bruce en The End, een
nieuwe verzameling rampspoed
en onheil uit het traporgeltje
van de Duits-Poolse zangeres
Nico. Brrr.