doorwegen raakt in een benarde positie
ussen Oost en West
een paar roepia's kon ik
pijn eetlust nog net redden'
gebied rond Noordkaap is militair belangrijk geworden
at went het gauw, toerist zijn in een ontwikkelingsland
-LlpUW/KWARTET ZATERDAG 18 JANUARI 1975
BUITENLAND T11-K13
tien e
eig<
di f
Chris Blankenburgh
wijl alle aandacht van de wereld wordt vastgehouden door1 het
ien-Oosten, waar het risico van een alles meeslepende oorlog
lit, is het noordelijkste deel van West-Europa bezig een nieuwe
d nningshaard te worden.
:e rwegen dat sinds 1949 lid van
"jlAVO is, Zweden'dat zich actief
djtraa] houdt en Finland dat zijn
doet op goede voet met de
jet-Unie te blijven, zijn drie
en die internationale ruzies
tijd op flinke afstand hebben
'epen houden. Maar het soms bij-
%ergeten noorden begint de in-
ationale aandacht te trekken,
land dat vooral in het zoeklicht
t te staan is het vier miljoen
tners tellende Noorwegen. De
en zien tot hun grote verdriet
rust verdwijnen en vrezen
dig het middelpunt te worden
internationale politieke ge-
ullen en een machteloze speelbal
eefle wat vriendschappelijker ge-
wedstrijd tussen Oost en
oi len
[floorse ongerustheid wordt aller-
ingegeven door de snelle toe-
e van de strategische belang-
teid van zee en grondgebied
de Noordkaap het meest
delijke puntje van, het Noorse
yeland. Een tweede reden is de
iekking van gigantische voorra-
olde en aardgas in de zeebodem
de Noorse kust. Het 'vloeibare
van de Noren begint in het
;Jium van exploitatie te komen
een tijdstip waarop blijvende
gieschaarste internationaal als
tand gegeven wordt erkend,
wegen vreest met de twee an-
noord-Scandinavische landen
de aandacht extra op hun ge
en gevestigd zal worden, zodra
O en Warschau Pact zouden
iiten tot een drastische' troe-
'ermindering in centraal-Euro-
assische vloot
gebied rond de Noordkaap
in betrekkelijk korte tijd een
ider 'strategisch gewicht ge
kregen. Dat komt door de tamelijk
recente, zeer sterke uitbreiding van
de Russische marine, waarvan on
geveer 70 pet. in de noord-Russi
sche havens vlak bij noordelijk
Noorwegen is gestationeerd. In juli
1967 verklaarde de Russische admi
raal S. G. Gorsjkow al dat de Rus
sische marine was omgebouwd tot
een offensieve strijdmacht met een
grote reikwijdte 'die een beslissen
de invloed kan uitoefenen op het
verloop van een gevecht.en die
eveneens in Vredestijd ter zee de
belangen van de staat kan onder
steunen'. Sinds 1968 is de aanwe
zigheid van de Russische marine in
de grote oceanen en strategische
wateren verviervoudigd.
De onbetwistbare hoofdstad van de
sowjet-marine is Moermansk, dat
enkele honderden kilometers van
de Noorse grens verwijderd ligt. In
of bij deze havenstad hebben naar
schatting 500 oppervlakteschepen
en omstreeks 200 onderzeeboten
hun thuishaven. De overgrote
meerderheid van de Russische
kernduikbootmacht Is er gevestigd.
Deze belangrijke marinemacht is in
staat de grote oceanen te bereiken
dank zij de toegangswegen in de
Barentzzee en de Noordelijke IJs
zee. De schepen moeten echter een
630 km. brede zeestraat passeren
die tussen noordelijk Noorwegen en
de gedemilitariseerde Noorse eilan
dengroep Spitsbergen ligt.
Voor de Sowjet-Unie is dit zeege
bied van het grootste belang. In
tegenstelling tot de Oostzee, die
grote delen van het jaar stijf dicht
gevroren ligt, is de noordeüjke rou
te dank zij de warme golfstroom
ijsvrij en is ook de haven Moer
mansk het gehele jaar door bereik
baar. De route hëeft tevens het
voordeel dat zij moeilijk te blokke
ren is, zoals de Bosporus en de
Dardanellen bij Turkije die de ver
binding tussen de Zwarte Zee en de
Middellandse Zee vormen.
Tegelijk met de opbouw van de
marine in het noordelijk gebied is
de sterkte van het Rode Leger bij
Moermansk toegenomen. Er zijn
minstens vier divisies met om
streeks 100.000 man gestationeerd.
In de omgeving van Moermansk
staan de silo's van de op de VS
gerichte kernraketten en installa
ties voor raketten, die Amerikaanse
kernprojectielen met bestemming
Moskou en elders onschadelijk
moeten maken. Daar komt bij dat
de Sowjetl-Unie bezig is het gebied
van Moermansk en Archangelsk in
versneld tempo te industrialiseren,
wat samengaat met een bevolkings
toename.
Machtsconcentratie
Voor Noorwegen, maar ook voor
Finnen en Zweden, betekent dit
een machtsconcentratie vlak bij
htm gebieden, die traditioneel ui
terst dun bevolkt zijn. Noorwegen
heeft in het noordelijk deel een
bevolkingsdichtheid van twee inwo
ners per vierkante kilometer.
Door het klimaat en de slechte eco
nomische mogelijkheden Is het
moeilijk mensen naar het noorden
te lokken. De beweging gaat steeds
in zuidelijke richting. De wegver
bindingen naar het noorden zijn
slecht en grote delen van het jaar
in verband met sneeuwval onbe
gaanbaar voor zwaarder verkeer.
In het uiterste noordwesten heeft
Noorwegen een 195 km lange grens
met de Sowjet-Unie. De Noorse
grensbewaking bestaat uit ca. 200
man, terwijl aan Russische zijde
door ongeveer duizend grensbewa
kers wordt gepatrouilleerd. Hoewel
Noorwegen de laatste jaren steeds
meer manschappen van zijn 12.000
personen tellende leger in noorde
lijke richting heeft gedirigeerd,
vreest Oslo voortdurend dat er
grensgeschillen zullen ontslaan.
Want bij een érnstig conflict is
Noorwegen gedwongen onmiddellijk
hulp in te roepen van zijn NAVO-
De Russische marine doet nauwelijks meer onder voor de Ameri
kaanse, en is met de modernste landingsboten uitgerust. De mili
ciens van de Russische kruiser Michail Koetoesow zijn aan het
oefenen met luchtdoelbatterijen.
bondgenoten. Die kunnen pas na
geruime tijd bijstand bieden, omdat
de Noren steevast hebben gewei
gerd NAVO-kernwapens en buiten
landse NAVO-troepen op Noors
grondgebied te stationeren.
Dit beleid was een uitvloeisel van
de gemengde gevoelens die Noorwe
gen voortdurend jegens de NAVO
heeft gekoesterd. Het liefst zouden
de nogal nationalistische Noren al
hun zaakjes zelf regelen. Het oude
Noorse dilemma is de onmiddellijke
/nabijheid van de Sowjet-Unie, die,
volgens Oslo, steun van de NAVO
onontbeerlijk maakt. Maar het
nieuwe Noo,rse dilemma is dat de
NAVO, met de VS als hoofdmacht,
de gunstige ligging van Noorwegen
graag willen benutten om de Russi
sche marinemacht te kunnen de
monteren. Voor Noorwegen bete
kent dat zowel van de zijde van de
NAVÖ als van het Warschau Pact
sterke pressie kan worden Ver
wacht.
Diepzee-technologie
De NAVO- en vooral de Ameri
kaanse pressie op de Noren komt
voort uit het antwoord dat van die
zijde komt op de uitdaging van de
sterk gegroeide Russische noordelij
ke vloot. Het voornaamste gevaar
dat de Russische marine bedreigt is
de ontwikkeling van de Amerikaan
se anti-vloot technologie. Deze
maakt een fijnzinnig gebruik van
de modernste - diepzee-technieken.
Tot die technieken behoren uiterst
nauwkeurige opsporings- en waar-
nemings-apparaten die op de oce
aanbodem kunnen worden ge
plaatst. Een dergelijke apparatuur
kan op grote diepte worden gekop
peld aan onderzeese torpedo-batte
rijen die op afstand kunnen wor
den ingesteld en zo nodig worden
afgevuurd.
Het Franse maandblad Le Monde
Diplomatique meldde in september,
naar aanleiding van een publikatde,
dat de Amerikanen al aardig ver
zijn gevorderd met hun diepzee-
technologie. Zo had het Chrysler-
concern in samenwerking met de
universiteit van Miami een 25 me
ter lang onderzees station ontwik
keld voor de marine, dat door duik
boten kon worden bemand met 'a-
quanauten'. In 1973 was al een
produkt van dit 'Atlantis-project'
ergens op de oceaanbodem neerge
laten op een diepte van 300 meter.
Het in 1973 van kracht geworden
verdrag tot demilitarisering van de
zeebodem verbiedt dit soort militai
re toepassingen niet omdat in het
verdrag slechts installaties op de
zeebodem worden verboden als zij
specifiek bestemd zijn voor massale
vernietigingswapens, te weten
kernwapens.
Voor de NAVO en de Amerikanen is
het van belang dergelijke appara
tuur zo dicht mogelijk bij de Russi
sche vlootconcentraties en op de
Russische vlootroutes te plaatsen.
Het ligt voor de hand dat de wate
ren bij de Noordkaap, het gebied
tussen Noorwegen en Spitsbergen
en de regio, die zo dicht mogelijk
bij Moermansk ligt, het meest inte
ressant zijn. Maar voor de Sowjet-
Unie is het bijna van levensbelang
te verhoeden dat de Noren bij een
toepassing van een dergelijke tech-^
nologie met de Amerikanen in NA-
VO-verband 'onder zee' gaan. Dit
betekent dat de Noren van twee
kanten onder druk komen te staan.
Aardolie
De strategische verschuiving in
noordelijke richting is voor Noor
wegen nog ingewikkelder geworden
sinds voor de Noorse kust grote olle-
en aardgasvoorraden zijn aange
troffen. Noorwegen wordt al 'het
Koeweit van het Noorden' genoemd
en Noren heten nu 'Arabieren met
de blauwe ogen'. Uit vrees voor een
oncontroleerbare economische en
sociale omwenteling heeft Noorwe
gen besloten zijn olierijkdommen
slechts stapje voor stapje tot ont
wikkeling te brengen. Zo heeft Oslo
bepaald dat de olieconcerns alleen
in het zuidelijke derde deel voor de
Noorse kust naar olie en gas mogen
zoeken. Ten noorden van de 62ste
breedtegraad is dit taboe.
Door dit besluit is Noorwegen al
onder pressie gekomen van de
Amerikanen die willen dat Oslo
zijn olievoorraden zo snel mogelijk
volledig gaat exploiteren en niet
slechts 20 tot 50 pet. ervan. Noor
wegen verzet zich daartegen en be
sloot onder meer niet toe te treden
tot het door de VS gedirigeerde
Internationale Energiebureau (IE-
A). Deze IEA dient immers de rijke
olieverbruikende landen te bunde
len tegen de olieproducenten en
zoekt maatregelen om de westerse
afhankelijkheid van Arabische aard
olie zo snel mogelijk te verminde
ren. Met een volledige exploitatie
van de Noorse voorraden zou dit
een forse stap zijn in de richting
van het door de IEA gestelde doel.
Maar behalve de vrees voor een
sociaal-economische ontwrichting
vrezen de Noren tegenacties van de
Russen als overal in het door de
Russische vloot bevaren zeegebied
booreilanden verrijzen, die boven
dien door Amerikaanse technici
zouden zijn bemand. De Russen
zouden kunnen vermoeden dat deze
booreilanden stiekum ook worden
gebruikt om hun vloot in de gaten
te houden. Maar ook zou een zeer
snelle concentratie van oliedollars
in Noorse handen het Russische
wantrouwen wekken dat die voor
versterking van de Noorse defensie
zouden worden gebruikt. De Noren
weten nu al nauwelijks hoe zij hun
olieinkomsten doeltreffend moeten
aanwenden, onder meer door een
tekort aan werkkrachten en een
nog te kleine industrie om een
groeiende binnenlandse vraag naar
produkten te verwerken.
Spitsbergen
De Noren hebben bovendien reden
om goede betrekkingen met de
Sowjet-Unie te handhaven nu men
sinds november met de Russen on
derhandelt over de verdeling van
de zeebodem tussen noordelijk
Noorwegen en Spitsbergen. Bij dit
overleg zal naar verwacht op de
achtergrond het thema van de ma
rinestrategie een geducht woordje
meespreken.
Voor Noorwegen dat lange tijd als
arm land bekend stond, is daarmee
een zorgelijke period^ aangebroken
van een huis vol vleesspijzen waar
over men twist. De zeer gewaar
deerde tijd van een droge bete mét
rust daarbij lijkt nu definitief voor
bij te zijn.
ate - - - - -
Indonesië vlieg je op het ogenblik het goedkoopst met de Rus-
Het veiligst wellicht ook, want er is nog nooit een Rus gekaapt,
tr voordelig is het zeker via Moskou.
menige Indonsiër wekt m'n reisroute verwondering. 'Vliegt
rjoflot nog op Djakarta?' Een Chinese tokohouder ?egt bevreesd,
hij toch maar liever meer aan de KLM betaalt dan een Rus-
h stempel in z'n paspoort te riskeren. 'De willige prooi van Mos-
en het communisme,' zoals in de a.r-pers (en niet alleen daar-
de 'republiek Djokja' werd aangeduid in de jaren 1945-1949
25 jaar na de soevereiniteitsoverdracht een land te zijn ge
len waarin eeh van de gevaarlijkste beschuldigingen luidt, dat
iets rpet het communisme uitstaande heeft gehad. En voor
etiket 'New Left' is men al even beducht.
i i P
stal
rdou
ltn
'est
lla:
sto kt
hid<
pu
vol
hl
len
'In, Jf
er
in| I.
ve-
ijjn Ja
ie-hi
Als gewoon toerist is de journalist Ben van Kaam naar Indonesië gereisd,
maar hij hoort nu eenmaal tot de generatie, die bewust heeft meegeleefd
met de na-oorlogse strijd om Indonesië's onafhankelijkheid. Dus is zo'n reis
hoe toeristisch opgezet ook een gerede aanleiding alles, ook uit het
eigen geheugen, nog eens op een rijtje te leggen.
Die poging stempelt bijgaand 'toeristisch reisverslag', dat wij met toe
stemming van auteur en redactie in enigszins bekorte vorm overnamen uit
het maandblad 'Voorlopig'.
de oppervlakte bespeurt de
op Java niets meer van de
jj
munistische partij, die na die
Rusland en China de derde in
wereld geweest moet zijn. Wel
hij op huiver om over politiek
iraten. De kampen zitten nog
politieke gevangenen. Tot op
i-niveau is het leger de zich
elijk manifesterende macht.
Javanen, die aanvankelijk ver-
ïtingen hadden van Soeharto's
we orde, üiten zich pessimis-
i. In veel gesprekken valt het
d corruptie.
van mijn gastheren wijst me
len stuk grond naast zijn huis.
Is van een Chinees, maar een
le-offlcier heeft het kort gele
voor zichzelf ingepikt. De Chl-
durft er niets tegen te onder
en.'
zakenman laat me een bedui-
Ie kwitantie zien voor de Indo-
e oliemaatschappij Pertami-
De goederen heb ik afgèleverd,
r de kwitantie krijg ik telkens
g. De man die opdracht tot
Jetaling moet geven, wil eerst
'«penningen voor zichzelf. En
iet nu nog een arme drommel
maar hij rijdt in een aircondi-
!d Mercedes!'
iarta 1974. Van Indonesië weet
geinig of niets: de namen van
jeneraals en de politici stoet-
iel ik door elkaar. Maar zicht-
is in Djakarta de uitbundigste
Ide naast de schokkendste ar-
le. Paléizen van woningen en
hotels. In dezelfde miljoenen
bedelaars, dakloze gezinnen
Ier enig bezit, stinkende krot-
;i djken, kinderen die hun hand
euden omdat ze honger hebben,
macht van het geld is nog
ld een van de sterkste machten
wereld en de Indonesiër, die
's bezwijkt voor de verlokking
de aangeboden rijkdom, zal
de eerste zijn in de wereldge-
mfedenis, die zijn idealisme en
]W aan de zaak van zijn volk
voor de schotel linzenmoes die
ni^fote ondernemers hem bieden.'
Is een citaat uit een artikel van
van Randwijk, geschreven na
ladjati, oktober 1946.
laai bem maar aan, want zijn
"ariteit met de Indonesische
leidsstrijd staat tenminste vast.
Evenals die van de 'deserteur' Prin-
cen, de voormalige Nederlandse mi
litair, die aan de kant van de
Indonesiërs vocht, later officier en
parlementslid werd in Indonesië en
hoofd van het Instituut voor de
Verdediging van de Rechten van de
Mens. Ik wil hem opzoeken in Dja
karta en vraag zijn adres. 'Dat kan
niet', wordt me verteld, 'ook hij zit
in de gevangenis.'
Gevangenen
011-
eb-
or u
tnpscht
Er zijn het afgelopen jaar weer veel
gevangenen bijgekomen. Naar
schatting een 850. De rellen in
Djakarta, precies een jaar geleden,
toen de volkswoede zich richtte te
gen met name de Japanners en
hun -economisch Imperialisme, wa
ren de aanleiding. Tal van kritische
intellectuelen werden opgepakt, an
deren kregen de aanzegging dat ze
het land niet mochten verlaten.
Wat moet je, 25 jaar na de soeve
reiniteitsoverdracht, als Nederlander
aan met zulke gegevèns? Er dringt
zich een voor Indonesië uiterst
pijnlijk beeld op. Gevangen zitten
op het ogenblik globaal ge
schetst de geestverwanten van
uitgerekend die Nederlanders (een
minderheid), die werkelijk solidair
waren met de Indonesiërs in hun
onafhankelijkheidsstrijd. En 'be
grip' krijgt de huidige Indonesische
regering vooral van de vroegere ko
lonialen hier te landei die de 'repu
bliek Djokja' met geweld wilden
vernietigen. Die waarschuwen nu
tegen 'bemoeizucht'.
Een bezoek van drie weken aan
Java maakt van niemand een Indo-
nesië-kenner. Je doet een indruk
op, de boeken en artikelen die je
voortaan leest over'Indonesië heb
ben een decor gekregen, En je hebt
de schok ondergaan, die een eerste
ontmoeting oplevert met een Azia
tisch 'ontwikkelingsland', zoals dat
in het verdoezelend westers jargon
heet.
Ander verhaal
De tijd is er nog niet rijp voor,
maar ik hoop dat Nederlanders en
Indonesiërs samen eens de econo
mische geschiedenis van hun lan
den gaan schrijven. En dat zal een
Betjak uitnodiging tot een
wanverhouding.
Foto: Audiovisie/Hans Samson.
ander verhaal zijn dan wat thans
nog als het juiste, beeld geldt, ver
moed ik.
De volksmond zegt het al precies.
Het snuggerste is degene, die het
buskruit heeft uitgevonden. En dat
waren niet de Indonesiërs. Het bus
kruit heeft meer vernietigd dan de
kasteelmuren van de Europese adel.
door Ben van Kaam
Het was niet voor de aardigheid,
dat de Europese kooplieden lood
zware kanonnen lieten plaatsen op
de schepen, waarmee zij uitvoeren
om handel te drijven in Azië. Ren
dabel bleek het zelfs om schepen
mee te sturen met alleen maar
kanonnen. Die braakten geen
christelijke beschaving uit, wel
krachtige argumenten om zich op
de markt maar te schikken naar de
wensen van degenen, die het bus
kruit hadden uitgevonden.
Het voormalige stadhuis van Bata
via wordt thans als historisch mu
seum ingericht. Ervoor staat te
recht een enorm kanon, waar
voor, naar de overlevering wil, de
Javanen een mystieke eerbied heb
ben gekoesterd. Men zag er zelfs
een vruchtbaarheidssymbool in.
Vruchtbaar voor de westerse econo
mie is het In ieder geval geweest.
'Was u al eerder in Indonesië?'
vraag de vroegere guerrilla-com
mandant van de TNI. Zo te zien
taxeert hij mijn leeftijd. 'Nee, ik
was net te jong', zeg ik. 'Een vriend
van me was hier wel als militair.
Een Javaan spuwde hem in Soera-
baja eens in zijn gezicht, toen hij
in het peloton voorbij marcheerde.
Dat verwarde hem. Hij begon zich
iets af te vragen. Net als ik was hij
opgevoed in het idee, dat de Java
nen vooral dankbaar waren voor het
zegenrijke werk van de Nederlan
ders, voor de bescherming die ze
genoten tegen de benden van de
TNI, de 'ploppers', die de bevolking
terroriseerden en die heulden met
Moskou. U was als guerrilla-com
mandant ook een soort communist;,
zo was ons geleerd.'
De vroegere Indonesische legeraan
voerder reageert geamuseerd, toch
ook een beetje gechoqueerd. Com
munist? Hij?
Het prikkelt mijn plaaglust. 'De be
wijsstukken zag ik gisteren hier
nog in het legermuseum. Allemaal
wapentuig van communistische ma
kelij. In Nederland waren de com
munisten en (sommige) socialisten
ook uw beste vrienden. In anti
revolutionaire kring was uw vrij
heidsstrijd een extreem links zaak
je. 'Extremisten', zo noemde men u
ook. Toen ik er later meer van
wilde weten, kon ik nergens Hatta's
gedenkschriften kopen. Alleen een
communistische boekwinkel had ze'.
Geamuseerde verbazing. Hatta
communistisch?
Ik begin te aarzelen. Overdreef ik
niet een beetje?
Terug in Nederland sla ik oude
jaargangen op van Nederlandse Ge
dachten. Maar jawel hoor. Nog in
het nummer van 26 september 1949
(kort voor de soevereiniteitsover
dracht) tracht AR De Kwaadste-
niet, puttend uit socialistische
bronnen aan te tonen dat Hat
ta al in 1929 onder één hoedje
speelde met de communisten.
Tralies
De armen uit de derde wereld blij
ven op het tv-scherm in Nederland
veilig achter het glas. We behoeven
geen tralies voor het tv-apparaat
aan te brengen om een al te recht
streekse vorm van bezitsspreiding
tegen te gaan. Tralies zitten er wel
voor de ramen van de 'haves' in
Indonesië, al hebben ze dan veelal
de vorm van een siersmeedwerkje.
Vooral vrijdags steken bedelende
vrouwen, vaak met babies, en oude
mannen hun handen erdoor.
Eens zit ik op mijn eentje lekker te
eten, wanneer bedelaars voor het
smeedwerk verschijnen. Met be
schaamde kaken kauw ik mijn
voedsel en graai snel naar wat roe-
Piah's om m'n eetlust te redden.
Maar het went al. Het is verbijste
rend zo snel als wanverhoudingen
wennen.
De eerste dag was ik er niet op
voorbereid. Bij een stoplicht legt
opeens een oude, invalide bedelaar
zijn hand op mijn arm om de
aandacht te trekken. Ik verstarde
helemaal. De man heeft geen roepi-
ah van me gehad, want ik was
verstijfd van schrik bij deze niet
geplande confrontatie. Ik wist me
1 geen raad, durfde de man niet eens
aan te kijken. Armen en hongeri-
gen horen op~ het tv-scherm,
sympathiek ingeleid door Aad van
den Heuvel. Het is een schok om ze
opeens voor je te zien staan en ze
iets tot je te horen zeggen.
Wanverhouding
Het duurt een week voor ik in
Djokja in een betjak durf te stap
pen, want ook dan begeef je je in
een wanverhouding. Een betjak is
een driewielige fiets met een over
dekt stoeltje voor een passagier.
Het wemelt in dé steden van be-
tjaks, voortgetrapt door arme
veelal van het platteland afkom
stige Javanen, die ze van Chine
zen huren om een hap rijst te
verdienen. Het is zwaar werk in de
tropische hitte, maar dé armoe in
Indonesië is zo groot, dat 25 jaar
na de soevereiniteitsoverdracht er
twistgesprekken ontstaan wie het
voorrecht mag hebben een Hollan
der van een tachtig kilo voort te
fietsen.
Ik voel me hoogst ongemakkelijk,
wanneer een oude, magere Javaan
bij een brughelling moet afstappen
omdat zijn gewicht ontoereikend is
de trappers naar beneden te krij
gen. Hijgend duwt hij me voort. Dit
is. wat mij betreft, niet het meest
geëigende moment voor de weder
komst des Heren.
Goed, je kunt proberen uit te leg
gen dat de man zich vrijwillig aan
bood. Ik heb hem toch niet ge
dwongen met een zweep of zo? Het
is mogelijk niet precies wat hij zich
van 'merdeka' had voorgesteld,
maar voor hem is het de gewoonste
zaak van de wereld zo te zien. En
stellig betaal ik hem meer dan de
Javaanse vrouwjtes, die zich soms
met z'n drieën in één betjakstoeltje
persen op weg naar de passar. Op
die manier verdient hij aan mij
zijn hap rijst. Ging ik lopen, dan
deed ik hem zelfs tekort! De VU-
economen moeten maar eeips ver
klaren hoe het komt dat deze oude
Javaan zich in het zweet fietst om
mij te vervoeren, inplaats van ik
hem.
Vrije Javaan
Hij brengt me tot vlak voor de
rondleidingen-ingang van de kra
ton van de sultan. De sultan van
Djokja was 'goed' in de oorlog, hij
was ook tegen de Nederlanders en
zolang die nog in Batavia zaten,
kon de Indonesische regering bij
hem terecht. 'Het roofnest Djokja
had uitgeroeid moeten worden',
volgens Gerbrandy. Het is niet ge
beurd. De stad dankt aan haar
gastvrijheid de universiteit waar we
net voorbijkwamen.
Wanneer ik na een uurtje de kra
ton heb bekeken, staat de oude
betjakrijder me zowaar nog op te
wachten voor verder transport.
Voor een paar gulden fietst hij me
her en der de stad door. Ik vinei
het geen geld voor de bewezen
dienst, maar na een weekje betjak
rijden, begint de zedelijke verwor
ding. Ik word prijsbewust en ga
onderhandelen wanneer er een ta
rief wordt gevraagd, driemaal zo
hoog als het bedrag waarvoor
naar je ontdekt een arme sloe
ber je ook nog zal fietsen. Ach
eigenlijk gaat het niet eens om die
paar kwartjes, maar je wilt niet
aangezien worden voor een sufferd,
die niet thuis is op deze markt.
Eenmaal verwijst een betjakrijder
me naar een concurrent. Hij zelf is
juist in het stoeltje gekropen voor
zijn middagtukje. Had z'n verdien
ste voor die dag kennelijk al bin
nen en wenst thans vredig te soe
zen. Eindelijk eeü vrije Javaan.
Een luie, vindt misprijzend het
Westen.
Tegen kolonialisme
Een kwarteeuw na de soevereini
teitsoverdracht is elke nette Neder
lander tegen kolonialisme. We zijn
zelfs gekwetst wanneer iemand ons
daarvan beschuldigt. Hoe kwamen
we aan die afkeer van het ver
schijnsel? De kater na de soeverei
niteitsoverdracht onder buitenland
se druk (Amerika) getuigde niet
van veel innerlijke overtuiging dat
het geen pas geeft een vreemd volk
te overheersen. Maar Nederland is
thans rijker dan ooit. Niets kwam
uit van de voorspelde rampspoed
bij het verlies van Indië. Het was
dus kennelijk voor onze welvaart
helemaal niet nodig, dat er een
Nederlandse gouverneur-generaal
op een troontje in Batavia zat.
Ik vrees dat we toen opgelucht tot
algemene verwerping van het kolo
nialisme overgingen. Tegen de sla
vernij in de vorige eeuw gingen we
ook heel anders aankijken, toen het
instituut economisch overbodig
werd.
Van Randwijk in 1946 (ten tijde
van Linggadjati)'De afhankelijk
heid van Indonesië die met staat
kundige middelen niet te handha
ven bleek, kan met economische en
financiële middelen bevestigd wor
den en zelfs versterkt.'
Irritatie
Een vooraanstaand Indonesiër
vraagt me vlak voor mijn terugkeer
hoe de jongere generatie in Neder
land tegen Indonesië aankijkt. Ik
bespeur veel irritatie in Indonesië
over kritiek van Nederlanders (Jan
Pronk in De Rooie Haan). Moet
nou uitgerekend dat kapitalistische
rijke land, dat hier geen zweempje
democratie duldde, zélf gevangen
kampen had, de Indonesische rege- -
ring de les komen lezen? Men pikt
het niet. En bevestigd wordt het
idee, dat Nederlanders eigenwijze
betweters zijn, die gewoon door
gaan met betuttelen, thans met
ontwikkelingshulp. 'Jonge Colijn-
tjes,' zegt men gesprekspartner
spottend.
Maar ik denk, dat Colijn juist op
geroepen zou hebben tot begrip
voor de manier waarop Soeharto
c.s. de boel beredderen en gewaar
schuwd zou hebben tegen het uiten
van kritiek op de binnenlandse po
litiek van een ander land. Want
dat schept geen gunstig handelskli
maat. En van Coen tot Colijn kwa
men we hier om geld te verdienen,
meen ik. De rest was bijzaak. Het
wordt een pittig gesprek, waarin we
van mening verschillen of de Jonge
generatie in Nederland wel of niet
een boodschap dient te hebben aan
Nederlands koloniale verleden.
De Nederlanders in Indonesië (zen
ding, missie, ontwikkelingshulp)
zitten niet lekker, ls mijn Indruk.
Ik tref afstomping en cynisme,
maar ook sociale bewogenheid,
waarmee men geen raad weet. Met
wie moet je so'idair zijn in het
huidige Indonesië? Kun je als Ne
derlander nog iets zeggen?
'We mogen Indonesië niet in de
steek laten' zegt een oude vriend
van het land me. De vraag, die me
bezighoudt is: liet Prlncen, die nu
gevangen zit, Indonesië in de
steek?
I