Technisch bekeken gooit 'Cobra' de hoogste ogen joleculaire rotstreken biologie probleem pvolger >zocht )pen of voorzichtig doorgaan met riskante proeven? 1WARTET WOENSDAG 20 NOVEMBER 1974 BINNENLAND K13 Woud van moeilijkheden bij opvolging Starfighter i medewerker jente ervaringen, zoals de oorlog van Yom-Kippoer die in oktober 1973 woedde tussen Is- sen reeks Arabische landen, zijn politici en militairen op nieuwe gedachten gekomen: klei- ;n als Nederland moeten wél beschikken over grote aantallen gevechtsvliegtuigen, omdat jers bij een béétje oorlog nog steeds bij bosjes omlaag worden gehaald. De kleine landen en willen niet kwaliteit met kwantiteit blijven combineren. Of anders gezegd: het is herland geen haalbare kaart om én veel gevechtsvliegtuigen te blijven kopen én ze dan nog )n veelzijdig te laten zijn als bijvoorbeeld de 'Starfighter'. it dan ook vast dat de ig van de 'Starfighter' Ierland zal worden aange- n zijn luchtmacht in taak- e beperken. Na bittere de- eeft de NAVO op 7 decem- toestemmlng gegeven tot •king van de Nederlandse lngen. Zodat de machines 1980 de plaats van de :er' gaan innemen, niet zullen zijn voor onder- 5 van bommenwerpers op igten en ook niet voor het i van Amerikaanse atoom- naar aanvallende landen, te functies, nu nog toever- an de 'Starfighter' blijven val gehandhaafd. eisen is al heel wat. De nieuwe Vliegtuigen moeten, zo ert men uit de rampzalige ie verliezen van vorig Jaar aljagers verloren binnen en), zéér wendbaar zijn. hoge eisen aan aerodyna- roomlljning) en aan de nkele machines die thans el zijn als mogelijke 'Star- pvolger bezitten een twee junstlge verhouding tussen it en vlleggewicht als de er' kent. Vergeleken bij de llegtulgen - die reeds hun In hebben in de Oostblok- schrompelt de 'Starfighter' een log toestel, dat vooral )e koerswendingen op gro en de grens nadert van •baarheid. In weerwil van igenschappen, zoals klim- vermogen en maximum-snelheid gaat de 'Starfighter' thans in mili taire kringen door voor verouderd. Vol trots laten vliegtuigbouwers dan ook deze dagen aan politici en journalisten hoogstandjes zien waarvoor de 'Starfighter' absoluut ongeschikt is. Vrij simpele, zeer wendbare mid- delllchte jachtbommenwerpers van eenvoudige constructie, dat moet het dus worden voor Nederland. Daarbij - alweer een 'les' van het strijdtoneel in het Midden-Oosten - moeten de nieuwe machines volge stouwd zitten met allerhande elek tronica, vooral voor het richten van raketten op vliegtuigen en grond doelen. Voorts: radar voor eigen koersbepaling en elektronische uit rusting voor het storen van de radar van de tegenstander. De Rus sen hebben met hun nieuwe SAM- raketten de NAVO-leiders de stui pen op het lijf gejaagd. Vandaar de nadruk op verbetering van radar en inbouw van radar-storings-appara- tuur. Hierbij dient aangetekend dat geen enkele van de vier machines die doorgaan voor mogelijke 'Star- fighter'-opvolger nu al is voorzien van ern complete radar-storings- apparatuur: daar wordt in de grote Westerse landen nog driftig op ge studeerd, mee geëxperimenteerd. Sedert 1966 Sinds 1966 wordt door krijgskundig Holland nagedacht over een opvol ger voor de 'Starfighter' Vier jaar nadat dit toestel van Amerikaans ontwerp (in 1953 door vice-dlrec- teur Kelly Johnson van de firma Lockheed ontworpen) zijn Intrede had gedaan bij de Nederlandse luchtmacht, is het denken aan zijn vervanging dus al op gang geko men. De eerste grote stap in dit denken was negatief: in 1968 zei de toenmalig minister van defensie Den Toom 'nee' tegen het denk beeld van Engeland, West-Duits- land, Italië, België en Canada, om gezamenlijk, zonder Amerikaanse bemoeienissen, een alles-kunnende opvolger voor de 'Starfighter' te ontwerpen, uit te testen in serie- bouw te nemen. Men sprak van MRCA, Multl-Röle Combat Aircraft, oftewel: gevechtsvllegtuig-voor-vele taken. 'Nee' zei Den Toom omdat volgens hem de MRCA, zoals die op papier was geschets, te zwaar, te log en te duur leek te worden. Op grond van dezelfde overwegingen stapten weldra ook België en Cana da uit het MRCA-project. De reste rende landen hebben sindsdien doorgezet: in augustus van dit jaar vloog de eerste proef-MRCA. Duur is de machine in elk geval gewor den: zeker dertig miljoen gulden per stuk, wat twee maal zoveel is als Nederland over heeft voor een jager-bommenwerper. Meebouwer Het resultaat van al de discussies over taakstelling van de Nederland se luchtmacht is de afgelopen jaren trouw meegedeeld aan de directies van fabrieken die straaljagers bou wen. Vooral de Amerikaanse firma Northrop, die al eerder via een Canadese licentie-houder de lichte NF-5-jagers aan Nederland leverde (en voorts voor 20 procent eigenaar is van Fokker), beroemt zich erop 'sinds 1966 te hebben meegebouwd aan de Nederlandse opvolger voor de 'Starfighter' zoals een zegsman het uitdrukt. Van de Franse Das- sault-fabriek kan hetzelfde worden gezegd: ook daar werden discussies over toekomstige taken van de Ne derlandse luchtmacht 'vertaald' in telkens weer aangepaste ontwerpen voor nieuwe gevechtsvliegtuigen. Sinds 2 mei is het menens gewor den: Denemarken, Noorwegen. Bel gië en Nederland, tezamen de zoge heten 'Noord-West-fiank van de NAVO' stelden een stuurgroep in van ministers plus experts, die bin nen vier maanden zou moeten uit maken welk vliegtuig het meest ge schikt is De leden van de stuurgroep spra ken met elkaar af te streven naar een eensluidende keuze. Want dat zou licentiebouw door de vier lan den, die tezamen 350 machines wil len kopen, tot een haalbare en relatief voordelige zaak maken. Na enig wikken en wegen concludeerde de stuurgroep dat vier vliegtuigen 'technisch gelijkwaardig' zijn als opvolgings-kandidaat: een verbe terde versie, genaamd 'Eurofighter', van de Zweedse Saab J37 'Viggen'; een nieuwe loot aan de 18 jaar oude 'Mlrage'-stam van de Franse firma Dassault-Bréguet, te weten de Mirage F.1./M-53. En voorts twee Amerikanen: de YF-16 van General Dynamics. En de YF-17, bijgenaamd 'Cobra' van Northrop. Alleen laatstgenoemd vliegtuig is twee-motorig; de drie overige be zitten slechts één voortstuwings bron. Tot de vliegtuigen die meteen bui ten de prijzen vielen van de stuur groep, behoren ondermeer: de reeds genoemde 'alles-kunnende' MRCA (te zwaar, te duur, te log), de Frans-Engelse Jaguar (te beperkte taakstelling), de Engelwse Harrier, die verticaal kan opstijgen bijvoor beeld van vliegdekschepen of au tosnelwegen (te beperkte taakstel ling; technisch riskant), de Frans- Engelse Alpha-Jet (veel te licht), de Amerikaanse Tiger-Ü van firma Northrop (te oud basis-ontwerp), en de Amerikaanse Phantom (ver ouderd; te gering vermogen). Zó veer moet de stuurgroep gere- .erd hebben bij het selecteren van de vier kandidaten voor de eindronde. Een eindronde die op 15 september voorbij had moeten zijn, maar nu is uitgelopen tot medio januari. De stuurgroep heeft onder meer besloten tot dit uitstel omdat óók in Amerika wikkers en wegers aan de arbeid zijn: de Amerikaanse luchtmacht probeert thans de YF- 16 tegen de YF-17 'Cobra' uit. Bei de machines zijn tussen 1972 en 1974 ontworpen en gebouwd, van beide twee proefexemplaren. De beste van de twee wordt binnen kort in serle-produktie genomen, zo heeft de Amerikaanse luchtmacht- leiding aangekondigd. Aanvankelijk had de luchtmacht van de V.S. helemaal niet zo'n haast met een middelllchte Jachtbommenwerper. Twee ontwikkelingen deden haar bijdraaien: ten eerste de naderende vervanging van de vele honderden Europese 'Starfighters' (waarvoor in de vroege jaren '70 eigenlijk alleen een nieuw Mirage-model de serieuze opvolgingskandidaat leek). In de tweede plaats bet verloop van de oorlog in het Midden-Oosten, die aanschaffing van grote aantal len vrij lichte, vrij goedkope, vrij eenvoudige vliegtuigen plotseling tot een nieuwe eis maakte in de ogen van de luchtmacht-chefs. Op dit moment overweegt de Ameri kaanse luchtmacht de aanschaffing van 650 van zulke machines, afge leid van de YF-16 of YF-17 - de winnaar dus. Verkoopagenten De Amerikaanse luchtmachtmensen treden thans op als verkoopagen ten: ze bewerken hun Europese col- lega s met sterke argumenten. Ge meenschappelijke seriebouw van 650 voor de V.S. en 350 voor Europa bestemde straaljagers, dat gaat een kostprijs-verlagende affaire worden (want Zweden koopt maar weinig eigen Viggens en de Franse lucht macht is slechts 'in' voor hooguit 40 Mirages van het F.l/M-53 soort). Bovendien, zo zeggen luchtmacht- 1 i fl§fe tÉt £Ö!ifS§S Dit is Northrops 'Cobra', die technisch bekeken waarschijnlijk het beste uit de bus zal komen. Maar de zaak ligt niet alleen tech nisch. en industrie-Amerikanen: onze ma chines, zowel YF-16 als YF-17, zijn technisch superieur. Ze zijn binnen twee jaar ontworpen en gebouwd. Ze vliegen nog maar enkele maan den - de YF-16 sinds April, de YF- 17 sinds augustus - maar ze hebben nu al honderden testvluchten ge maakt. Ze voldoen aan de eisen. Dit bewijst de superioriteit van de Amerikaanse vliegtuigbouw. Anders dan 'Viggen' of Mirage' zijn YF-16 en YF-17 geheel nieuwe ontwerpen ze zijn doorbraken op het gebied van de aerodynamiek en toch sim pel in onderhoud en bediening. Bo vendien zijn in deze toestellen nieuwe materialen toegepast waar Europa nog van dróómt. Zó ongeveer spreken de propagan disten van de Amerikaanse ge- vechtsvllegtulgen-nleuwe-stijl. Hun argumenten zijn geldig. De YF-17 'Cobra' van Northrop heeft een 50 procent betere verhouding tussen stuwkracht en gewicht dan Zweedse 'Viggen' of Franse 'Mirage'. De mo derne aërodynamische vormgeving houdt de 'Cobra' in zelfs de wildste bochten goed bestuurbaar. Tech nisch gesproken lijkt de YF-17 'Co bra' het winnende paard tussen YF-16, 'Viggen' en 'Mirage*. Trou wens de laatste gegevens omtrent de YF-16 de andere Amerikaan, zijn óók indrukwekkend. Maar de waarschijnlijke technische superiotiteit van de 'Cobra' mag niet zondermeer leiden tot aan schaffing van dit toestel door Ne derland en andere naties. Er spelen ook politieke overwegingen mee. Hierop wordt ingegaan in een an der artikel in deze reeks. Dit is het eerste artikel van een serie van drie. 5 Jner riep een groep zeer vooraanstaande Amerikaanse bio- :/(jle wetenschappelijke onderzoekers op, af te zien van een eJnet name genoemde experimenten. Het ging om proeven sin de reageerbuis wordt gemanipuleerd met DNA, de stof Ie erfelijke eigenschappen van alle levende organismen ;elegd. ïven zouden volgens de Sen, moleculair-biologen "met dit soort onderzoek gen, wel eens grote gevaren inhouden voor de mens- stelde daarom voor, met |erimenten te stoppen tot Inzicht in de risico's is illjke oproep is niet alleen ir de nog jonge moleculal- HÜe, ook buiten dit weten- ^bied is aan schrijver dezes Ier voorbeeld bekend. Er is i aanleiding voor nadere te meer omdat ook Ne- onderzoekers zich op het bezinnen. Onder andere de vereniging 'Weten evangelie' en de Protes- itelljke artsenorganisatie 'ember een studiedag, len willen weten om wat ileculaire rotstreken' het term 'molecular dirty ird voor het eerst gebruikt wetenschappelijke tijd- Nature). Maar bovenal vraag: wat doen wij er- 'en dergelijk embargo wijs, iltreffend? Of moeten wij iek, dat van .grote bete zijn voor de bestudering :er en de uiteindelijke be daarvan, toch voortzetten, omkleed met speciale m voor de veiligheid? |t alles schuilt de nog meer 'J.e vraag of de kennis van erfelijkheidsleer de tig jaar niet sneller ge- dan ons zedelijk Inzicht tbrulk van deze pas ver acht over het levende or- lilatie jaren vijftig maakt de leen ongekend snelle ont- door. Dat werd ingeleid zoek van Watson en de structuur beschreven erfsubstantle, het DNA. betekenis was, dat zij op konden verklaren ischappen van ouder op erven. n onderdeel van de chro- I in de kernen van 11- jEjfcllen. Het bestaat uit draadvormige bouwstenen. De rangschikking van deze bouwste nen, dchter elkaar langs elk DNA- draadje, bepaalt de erfelijke eigen schappen van ieder individu. Zoals de volgorde van letters in een be paald woord de betekenis uitdrukt, zo brengt de bouwsteenvolgorde in het DNA de erfelijke eigenschappen tot uitdrukking. In tegenstelling tot ons alfabet kent het 'alfabet' van het DNA maar vier 'letters' (verschillende bouwstenen). Toch kan het levende organisme met dit beperkte aantal letters elke eigenschap tot uitdruk king brengen, onder meer omdat zij worden gebruikt volgens een be paald codesysteem. Deze zogenaam de erfelijkheidscode is in de Jaren zestig ontcijferd. Alle levende we zens in de natuur maken gebruik van dezelfde code. Dat betekent dat de erfsubstantie van de mens de zelfde 'woorden' en 'zinnen' ge bruikt als het DNA van een mug en een olifant. Wanneer DNA uit het ene in het andere organisme zou worden overgebracht, kunnen zich dus geen moeilijkheden met de ver staanbaarheid van de erfelijke boodschap voordoen. Een van de boeiendste aspecten van het moderne biochemische on derzoek is dat men erin geslaagd is om DNA uit de ene cel te Isoleren en vervolgens bij een andere cel te laten binnendringen. Op die pla nter zijn aan een bestaand organis me nieuwe erfelijke eigenschappen In een code die vier verschillende 'letters' gebruikt (A, C, G en T in deze schematische voorstelling) liggen in DNA de erfelijke eigenschappen van het organisme vast. Vlak voor dat een cel zich gaat delen, zijn in de kern de chromosomen duidelijk zichtbaar, die DNA bevatten waarin erfelijke eigenschappen zijn gecodeerd (links). Bij de deling worden de chromosomen paarsgewijs ver deeld over de beide dochtercellen, die daarmee elk een kopie van die in formatie meekrijgen (rechts). DNA van een virus kan in een chromosoom worden 'ingebouwd' en zo mee gekopieerd worden. opgedrongen. Inderdaad blijkt de nakomelingschap zulke opgedron gen eigenschappen mee te krijgen. Deze, voorlopig nog beperkte, mo gelijkheid om brokken erfelijke in formatie ('genen') over te dragen, houdt de kiem in van manipulatie door de mens van erfelijke eigen schappen. Met nadruk moet erop worden gewezen dat dit gemanlpu- leer nu nog hoofdzakelijk gebeurt in proeven met bacteriën en virus sen. Maar virussen zijn deeltjes die weer kunnen binnendringen in de cellen van planten of dieren, en soms ook in cellen van de mens. Een derge lijke infectie heeft vaak ogen schijnlijk geen gevolgen. De erfsub stantie van het virus kan zich ech ter als onderdeel van een chromo soom in de gastheercel nestelen. Het is zelfs niet eens zo eenvoudig om het virus-DNA daarin aan te tonen. Men kan met recht zeggen dat het in het gastheer-DNA is ondergedoken. Kanker Maar de gevolgen kunnen zeer ver strekkend zijn, bijvoorbeeld bij kankerverwekkende virussen. Op het eerste gezicht is er aan de cel die zo'n virus-DNA in zich herbergt, niet veel te zien. Toch ontwikkelt zich uit die cel in een geschikt proefdier een kwaadaardig gezwel waaraan het dier ten onder gaat. De conclusie is duidelijk: ook een hoger organisme als een laboratori umproefdier (muls, rat, hamster) kan de geïmporteerde vreemde ge nen van een virus aflezen. Met de opgedrongen eigenschappen worden ook de dochtercellen behept. In een daarvoor geschikte omgeving ont staat zo een duidelijk waarneem baar gezwel. Het is begrijpelijk dat het inzicht in deze. hier maar heel oppervlak kig geschetste, verschijnselen van uitzonderlijke betekenis is voor de bestudering van kanker. De laatste Jaren zijn daar enkele nieuwe vor deringen bijgekomen, die een ver dere uitbreiding lijken te bieden aan onze mogelijkheden voor on derzoek. Zo zijn er enzymen ontdekt, die de draadvormige moleculen van het DNA op speciale plaatsen kunnen doorknippen. De losse uiteinden die zo ontstaan hebben, populair uitge drukt. de» eigenschap dat ze 'kleve rig' zijn. Zodra ze in eikaars nabij heid komen, zullen ze zich aan elkaar hechten. Wanneer nu met zo'n enzym twee verschillende soor ten DNA-moleculen worden doorge knipt, wordt op die manier de aan- Het lange draadvormige DNA-molecuul is hier door een techni sche kunstgreep vrijgemaakt uit een virusdeeltje. eenhechting mogelijk van genen die oorspronkelijk van elkaar wa ren gescheiden doordat ze in ver schillende DNA-moleculen zaten (of zelfs in verschillende chromoso men). Verwarring Het aanbrengen van zo'n knipje gebeurt niet willekeurig, maar op een plaats die gekarakteriseerd is door een specifieke volgorde van de DNA-bouwstenen. Men zou het knippende enzym kunnen vergelij ken met een schaar die overal knipt tussen de woorden 'rotstre ken' en 'in'. Zouden die woorden behalve in dit artikel ook elders in de krant worden aangetroffen wat voor een dagblad niet al te onwaarschijnlijk hoeft te zijn dan wordt ook daar geknipt. Bijvoorbeeld: 'Moleculaire rotstre ken in de biologie' en 'Rotstre ken in de Amsterdamse onder wereld'. Omdat de ontstane uitein den 'kleverig' zijn. zullen er twee nieuwe combinaties kunnen ont staan: 'Moleculaire rotstreken in de Amsterdamse onderwereld' en 'Rot streken in de biologie'. Deze ingreep verandert nogal wat san de Inhoud. En dat gebeurt ook yanneer men door m .nlputelle met door prof. dr. L. Bosch bacterie en uit een bacterieel virus. Tot op de dag van vandaag is niet bekend wat de biologische werking is van die combinatie. Wel werd al in 1972 op een internationaal bio chemisch congres in Amsterdam openlijk geprotesteerd tegen voort zetting van deze experimenten. De bacterie die bij alle bovengenoemde proeven wordt gebruikt, huist in onze eigen darmen. Een sterke vermeerdering van deze gen-combinaties binnen de darm- bacterie zou zich wel eens binnen de mens kunnen voltrekken, zonder dat dit de eerste tijd aan het licht zou treden. Weliswaar behoeven de genen die in de hamster kwaadaar dige gezwellen oproepen, dit nog niet bij de mens te doen. Maar het risico is moeilijk te schatten, omdat het hier om nieuwe gen-combina ties gaat, die zich wet eens anders (schadelijker) zouden kunnen ge dragen ten opzichte van de mens. Het is mogelijk dat de kwalijke gevolgen pas veel later zouden blij ken zodat dan bovendien grote aantallen mensen of dieren deze genen hebben opgenomen. Veel on derzoekers achtten het daarom al in 1972 beter om dit gevaarlijke DNA maar in de diepvries op te bergen, en in elk geval geen expe rimenten uit te voeren om te zien wat voor Interessante biologische eigenschappen dit DNA wel zou kunnen hebben. Embargo enzymen een hergroepering be werkstelligt van genen uit twee verschillende chromosomen. Er be staan namelijk nog andere enzy men, zogenaamde llgasen, die de breuk tussen twee klevende uitein den heizen, Zo ontstaan nieuwe, volledig intacte DNA-moleculen, waarvan de brokstukken (groepjes van genen) ingrijpend door elkaar geschud zijn. Zo is men er in 1973 en 1974 in geslaagd om genen van een kikker- visje en genen van een bacterie aan elkaar te hechten en die com binatie bij de bacterie naar binnen te loodsen. De bacterie ging daarna produkten maken die normaal al leen in een kikker worden aange troffen. Iets dergelijks is met een bacterie en een bananenvlieg uit gevoerd. Spelen met vuur Bij argeloze beschouwing lijkt dit misschien meer op een geraffineerd wetenschappelijk spelletje dan op een speten met vuur. Maar er is alle reden om minder argeloos te reageren. Al in 1972 slaagden de Amerikaan Paul Berg en medewer kers erin, genen van een virus dat bij hamsters kanker veroorzaakt, te koppelen aan enkete genen uit een Dit jaar heeft een Amerikaanse commissie dus het staken van dit soort experimenten voorgesteld, of ficieel gesteund door de Nationale akademie van wetenschappen van de Verenigde Staten. Het voorstel is tamelijk gedetailleerd. Ook worden experimenten afgewezen, die mani puleren met genen die verantwoor delijk zijn voor de resistentie tegen antibiotica, of voor de produktie van bepaalde giftige stoffen. Uiter ste voorzichtigheid wordt voorge steld ten aanzien van plannen om dierlijk DNA met DNA van bacte riën te combineren. Gevraagd wordt, een adviescommis sie in te stellen die de mogelijke gevaren nader moet bestuderen. De commissie zou nadere richtlijnen moeten uitwerken om zowel de ver spreiding van gevaarlijk DNA tegen te gaan als om voorlichting te ge ven aan de betrokken onderzoekers. Tenslotte wordt voorgesteld om be gin volgend jaar een internationale bijeenkomst te beleggen, waar alle wetenschapsmensen die met deze onderzoekingen bezig zijn, met el kaar kunnen overleggen over zin volle experimenten en eventuele ge varen. Onlangs werd In Davos al een dergelijk congres gehouden, waaraan ik ook heb deelgenomen. Dr. L. Bosch is hoogleraar in de biochemie aan de rijksuniversiteit in Leiden. In een tweede artikel zal prof. Bosch de wenselijkheid en de haalbaarheid van het Amerikaanse voorstel behandelen. Hij komt daarbij terecht op bredere vragen over wetenschap en verantwoorde lijkheid.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1974 | | pagina 13