I. H. SCHEPS: EEN iVEN ONBUIGZAAM IAN ALS SCHOUTEN de plaat Belangrijke rol in de groei van het katholieke volksdeel ^Dud-kamerlid geeft levendige beschrijving van stuk geschiedenis en boeiende autobiografie 'g js POP Og Historische Velvet Underground I jjOUW/KWARTET ZATERDAG 31 AUGUSTUS 1974 BINNENLAND T11-K13 door dr. J.J. Buskes et eerste deel van 'Scheps inventariseert' telt 736 bladzijden. Er volgen nog twee delen. Het gehele erk zal zeker tweeduizend bladzijden tellen. Dat noem je nog eens een inventarisatie, e titel vind ik niet zo gelukkig. Inventarisatie betekent boedelbeschrijving. Het woord doet mij :nken aan het kantoor van een notaris, waar een klerk een dorre lijst opmaakt van de nagelaten jzittingen van een gestorvene, terwijl het gaat om de levendige beschrijving van een brok Neder- ndse geschiedenis en een boeiende autobiografie. dit eerste deel gaat het om het nig. Ook in hun welsprekendheid waren. De goeden idealiseert hij rzet tegen en de collaboratie met waren zij verwant. niet. Ook zij maakten fouten, al nazi's in de jaren 1940-1944, om Geen van de tegenwoordige par- waren ze goed. De fouten spaart hij geschiedenis van de SDAP, het lementariërs van de AR Partij en niet, al tracht hij ook hen in hun W, de VARA en Het Volk in die de PvdA bezit het charisma van ren en om de rol van J. H. ,'eze uitzonderlijke welsprekend- :heps in heel dit gebeuren. neid, die aan de oude kanselwei- et is een wat rommelig en soms iS'nr!S°Ute^ te breedsprakig maar wel een aJJ??eJ?pn? ijzonder boeiend boek geworden, 51.™'^^,i5SS5" ischreven door een in de goede Swl Van n van het woord onbuigzaam en pPiif aYhih genzinnig man, die zijn gehele de' Het ^erechU ^as dat 'aRijd ven, afkerig van compromissen, ofPto nHoii in eigen weg is gegaan uiterst dezelfde bij Schouten betekende al- 'tisch in een onrechte solidaritert tlJd "etzeltde'. hetgeen bij Scheps fiuscn in een oprechte solidariteit. bepaald nlet het geval was Die falen te begrijpen. De meeste, voor de toekomst heil zame aandacht besteedt hij als so cialist aan het falen van vooraan staande socialisten, behorende tot het socialistische establishment. Maar ook het falen van Colijn, Oud en De Geer heeft zijn volle aan dacht. Daar staat dan weer tegen over zijn grote waardering voor bij voorbeeld de familie Krop, van wel ke de stamvader, de zo bekende zijn politieke handelen altijd ^d in noïitlek oozicht socialist Papisten- en socialistenvreter, ds. ir 7iin fplnnf Vippft lat.pn hpnalen Wera UI politiek OpziCÜt SOCiailSt, K Rnitprrtam in hPt. vprrp oor zijn geloof heeft laten bepalen. __rof riQ.-rlr vermoed dat ik een van de d' Ï2?fll,5e2gf„Aer^5d f? elnigen ben. die Scheps vanaf het tnAl S?houten «heidir geSfo?- :gin van zijn publieke optreden enrechtzSSfg bleef Twee w' j!i.nleLZ.°Zl"" mannen van karakter en volstrekt integer, in de jaren 1940-1945 on verzettelijke representanten van het verzet. danken aan het feit, dat wij jna even oud zijn ik werd iboren in het laatste jaar van de egentiende en Scheps in het eer- |te van de twintigste eeuw als el aan het feit. dat wij beiden jgroeiden in de wereld van de reformeerde kerken en de AR- lartij en vanaf het begin een ge- ikgerichte belangstelling hadden. i heb: Scheps staande op een zeep- |st, horen evangeliseren in het osterpark en op het Amstelveld. ijn brochures over protestantis- e en rooms-katholicisme zijn in lijn bezit. Ik heb hem gevolgd, toe j in Vlaanderen aan het werk was evangelist, en zijn 'Vlaamse litsen' met als ondertitel 'Lie- :r een zatterik dan een geus en (ndere verhalen', gelezen. or,n 1931 wordt hij lid van de SDAP. ïij gaat in de politiek, wordt de nan van het verzet, voorman in de PvdA en voorzitter van de Prot. christelijke Werkgemeenschap van (ie PvdA. Krop van Rotterdam, in het verre verleden fel door Scheps bestreden werd. Wat schrijft hij onroerend over die oude ds. Krop en zijn zonen. Niet minder ontroerend over een zoveel minder bekende maar voortreffelijke figuur als Jacob Jan Hamelink. Verzet Van deel I zijn 416 bladzijden ge wijd aan het verzet. Uiteraard een subjectieve vertelling. Gelukkig ook maar, al betekent het woord sub jectief geenszins, dat Scheps de zaken Volledig is de beschrijving van het verzet allerminst. Dat is ook niet Scheps' bedoeling geweest. In be paald opzicht betreur ik dat». De namen van Gravemeyer, Bruins Slot en Van Randwijk worden slechts één- of tweemaal genoemd, heel even, ter zijde. Over het ker- Te mild J. H. Sclicpt» tingstijd lieten afweten. Alsof De Geer en Roel HouWink typische vertegenwoordigers van 'Kerk en Vrede' waren en alsof niet de meeste hoofdbestuursleden van 'Kerk en Vrede' vanaf het begin verzetsmensen zijn. geweest, die niet minder dan Scheps de prijs voor hun verzet hebben moeten be talen. scheef trekt. Hij geeft voor zover ik kelijk verzet horen wij niets. Wie het beoordelen kan, een betrouwba- 'Kerk en Vrede' beoordeelt naar re beschrijving en analysering van wat er door Scheps over gezegd het gebeuren, en een even betrouw- wordt, moet wel de indruk krijgen, bare beoordeling van degenen, die dat het een vereniging was van in de bezettingsjaren goed of fout half-zachten, die het in de bezet- Een veel te milde beoordeling is die van de vooraanstaande NSB-er J. H. L. de Bruin. Evenals Scheps heb ik met De Bruin in een openbare vergadering over het nationaal-so- iende-ei ie AR en gereformeerde kip, die t te broeden op het ,ei waarin het ven van Scheps begon, zag tot jn ontsteltenis, dat hij een eende had uitgebroed. Scheps ging vemmen en kwam wel een heel nd uit de buurt van de AR en ereformeerde kippenren terecht, al erken je in zijn optreden door de - ren heen altijd weer zijn afkomst, fiet wat zijn geloofsinzichten en jn politieke overtuiging, maar wel at zijn persoonlijkheidsstructuur ïtreft, doet hij mij altijd denken Jan Schouten: onbuigzaam, rincipieel eigenzinnig en rechtlij- Dr. J. Schouten Dr. H. Colijn Jhr. mr. D. J. de Geer ciallsme gedebatteerd. Scheps in 1939, ik al in 1935. Maar Scheps vergist zich, wanneer hij zegt dat De Bruin zich door allerlei maat schappelijke ellende tot de NSB aangetrokken voelde en als zodanig een bewijs was, dat de kapitalisti sche samenleving van voor 1940 schuldig is aan het ontsporen van op zich behoorlijke mensen als deie stafspreker. Scheps blijkt De Bruin niet gekend te hebben. Ik heb hem door en door gekend. Evenals Scheps heb ik hem nadat hij zijn straf had uitge zeten, ontmoet: een geslagen man, die oprecht schuld erkende en mij zelfs vergeving vroeg voor wat hij mij in de bezettingstijd had aange daan en dat was nog al wat. Zijn keuze voor de NSB had niets te maken met maatschappelijke ellen de. Evenals van Geelkerken was hij een afschuwelijke Streber, die in de NSB zijn kans zag. In de honger winter zou ik een verzetsman ont moeten in het Jaarbeursgebouw in Utrecht. Ik passeerde een tafel, waaraan in vol ornaat De Bruin, Mussert en nog twee hoogwaardig heidsbekleders van de NSB zich te goed deden aan een overvloed van spijzen en wijn. Ik kon niet nala ten De Bruin hij hoorde evenals ik tot het Hersteld Verband recht in de ogen te zien en tot hem te zeggen: 'U hebt het ver ge bracht, broeder De Bruin'. De Bruin liep rood aan, maar zweeg. Mussert liep ook rood aan, maar zweeg ook. Beiden omhoog gevallen. Een eenzijdig, maar waardevól' en uitermate boeiend boek van een dapper man, die zijn felste ge schriften tegen de nazi's tijdens de bezetting onder eigen naam publi-' ceerde. Twaalf geshriften werden in dit boek als bijlagen opgenomen (blz. 469-731). De Geer Nummer 10 is Scheps antwoord op De Geers na diens terugkeer in 1942 gepubliceerde apologie. Dit antwoord verscheen anoniem. Na de bevrijding heeft De Geer aan Scheps verteld, dat hij in de veron derstelling leefde, dat ik dit ant woord geschreven had. Dat was niet het geval, al heb ik op mijn wijze op de terugkeer van jhr. De Geer gereageerd. De eerste de beste zondag na diens terugkeer moest ik preken in de Duinoordkerk in Den Haag: een jeugddienst voor HBS-ers en gymnasiasten. De koster wachtte mij bulten op. Hij deelde mij mee, dat jhr. De Geer op een van de eerste rijen in de kerk zat en dat er in de kerk een hele deining was. Toen ik op de preekstoel stond voelde ik de hoogspanning. De sfeer was geladen. Wat moest ik doen? Ik moest wel reageren maar wist niet hoe. In zulke situaties wordt het je gegeven. Ik moest bidden. 'Wij bidden U voor onze ko ningin en haar terugkeer'. Ik liet er spontaan op (volgen: 'en voor onze regering, voorzover hier niet tegenwoordig'. De spanning verdween. Men had mij tevoren gezegd, dat jhr. De Geer na de dienst de dominee altijd de hand kwam geven. Dit keer deed hij het niet. Scheps geeft van de hele geschiede nis van De Geer een voortreffelijke beschrijving, analyse en beoorde ling (blz. 311-342). zoals hij ook een even scherpzinnige beschrij ving, analyse en beoordeling geeft van het falen van dr. Colijn in de eerste tijd na de bezetting (blz. 278-310). Schrijvend over De Geer spreekt hij over een drama, schrijvend over Colijn óver een na tionale ramp. Verzen In dit boek wordt ook een in 1941 door Scheps gepubliceerde bundel van door hem geschreven verzen opgenomen, gepubliceerd onder zijn eigen naam. Die moet men lezen om Scheps te leren kennen. Uiterst merkwaardige verzen over zijn ge loof in het socialisme: een idealis me, dat mij volstrekt vreemd is. Het meest werd ik getroffen door het vers 'Het zijn de Joden niet', waarin Scheps blijk geeft, in 1941 het wezen van het nationaalsocia- listische antisemitisme scherper onderkend te hebben dan de enkele meeste kerkelijke autoriteiten het in dat jaar deden. Met enkele re gels uit dit vers sluit ik mijn be spreking van Scheps' bbek met een diep respect voor de schrijver af Het zU" de Joden niet. die Joden haters honen en spottend spuwen in het aangezicht. Zij kronen inet de puntenkroon de Joden niet. ZIJ ver wonden Hem. die, waarlijk God en mens-Jood tevens, bevonden werd m één God-mens te zijn. zij drukken seen rietstal In de joden-hand. noch nagelen in de Joden-voet. I.af door hun overmacht, doorboren zij geen joden-hand, als zij Uw Joodse hand doorboren. Hun zondenbrand van Jo den-haat verschroeit liet. Goddelijk gelaat van de God-joden-mcns. .Andermaal versloegen zij dien Heer. die God en mens en Jood en 't Licht iler wereld Is. Nieuw schonden zij het menselijk Godsgehelmnis.Het zijn de Joden niet, die Joden-liaters ho nen. Het is de God-mens-Jood die zij aldus onttronen, wiens liefde in geen sfeer van Joden-haat kan wonen. Dr. J. J. Buskes bespreekt: 'Scheps inventariseert', deel I, door J. II. Scheps. Uitg. Semper Agendo, Apel doorn; prijs ƒ25,95. AGBLAD Vandaag zal het dagblad De Tijd uit de Nederlandse cultuur verdwij nen. Het blad zal dan 129 jaar hebben bestaan. De heer A. van Domburg, oud-kunstredacteur van het blad en oud- lector aan de universiteit van Nijmegen, beschrijft hieronder een hoofdstuk uit de geschiedenis van het blad JAAR WEG lijk al kende uit hun werkzaamhe den aan het maandblad De Ge meenschap. Met zulke medewerkers konden Laudy's opvattingen corres ponderen. Van Lamsweerde (Herluf van Merlet) en Leonardus van den Broeke waren toen af actief in het legertje van LaudyVan eerstge noemde mocht schrijver dezes de filmrubriek overnemen, van laatst genoemde de toneelrubrieki Vóórdat deze avantgarde optrad, was het in de katholieke pers nau welijks gebruik dat men aandacht schonk aan de verrichtingen van kunst en cultuur. Toneel, literatuur, beeldende kunst, film waren zaken die als zeer bijkomstig werden be schouwd en volgens sommige pries- )e woelige evolutie der laatste jaren heeft de katholieken van Nederland in drie lagen verdeeld: de behoudenden, de vooruit- itrevenden en de middenmoot; drie groepen die ieder voor zich )lijkbaar het voortbestaan van het katholieke dagblad niet kon- len garanderen. 'oor de een was De Tijd te agres- ief. voor de andere te ouderwets, oor de rest. de onverschillige mid- enmoot: een nu eenmaal bestaan- e katholieke krant. )e aloude geest van strijdbaarheid, e enige die werkelijk telt. de enige ie De Tijd zijn aanzien heeft ge- even, heeft het moeten afleggen egen de onverschilligheid van de rave groep, aan wie de dynami- che twijfel, door een van de laat- te pausen aanbevolen, ongemerkt voorbijgegaan, de groei van het katholieke olksdeel in ons land heeft De Tijd een belangrijke rol gespeeld, vooral waar het betreft de belangstelling 'voor de culturele ontwikkeling van ons volk. Tegen wantrouwen en verdachtmakingen in heeft mijn eerste hoofdredacteur Alphons Laudy zijn moedige strijd gestreden en zijn 'ongehoorzaamheid' beleden als het ging om een eerlijke be scherming van wat de mensen als vrije en denkende wezens meenden te moeten doen of laten. Uit deze oprechte geesteshouding heeft hij jongere krachten als An ton van Duinkerken en Jan Engel man aangetrokken, die hij natuur- Een vroegere hoofdredacteur van 'De Tijd'. Alphons Laudy ters mocht het woord 'film' niet eens in een katholiek blad voorko men. Jawel. Alberdink Thijm schreef zijn toneelkritieken al voordien, maar niet in een katho liek dagblad. Eensgezindheid Opmerkelijk was de eensgezindheid van die nieuwe 'club', die door Laudy als volledig zelfstandig werd bejegend en waar nodig verdedigd tot het uiterste. Hij stoorde zich niet aan klachten en (natuur lijk ongesigneerde) verdachtmakin gen. Hij spoorde aan tot eerlijke, waar nodig scherpe kritiek. Zo ver schenen lange reeksen schermutse lingen op allerlei gebied, ook bin nen de geloofsgemeenschap, waar de kritiek soms scherper en minder sportief was dan daarbuiten. Laudy slaagdë-erin een redactie te formeren, die wonderlijk eensge zind was en waar geen oneerlijke concurrentie toegang had. Als men nagaat, dat het katholieke maand blad De Gemeenschap, sterk ver want aan de geest van De Tijd, van de preekstoel af werd bestreden, kan men gemakkelijk uitrekenen, hoe de strijd van krant en maand blad eruit zag in die dagen, een strijd die de doorbraak onmisken baar heeft bewerkt. Die doorbraak is door Laudy voorzien en mede tot stand gekomen. De lijn werti doorgetrokken door mr. L. Schlichting. mijn tweede hoofdredacteur, voorheen corres pondent in Rome. Ook hij was voorstander van de vrije doorbraak en de gevarieerde belijdenis. Schlichting arriveerde op de krant een paar jaar voor de oorlog uit brak en was tijdens de oorlog de perfecte leider van de redactie. Een leider niet in de zin van Fllhrer, maar een man die het werk van ae verschillende krachten samenbond. Zijn eerste schermutseling met de vijand was meesterlijk. Een Duitse majoor, of hoe zo'n man dan heette in Adolfs tijd, kwam op bezoek om even uit de doeken te doen wat wij te doen en te laten hadden. De hele redactie werd bijeengeroepen in het grootste vertrek van het gebouw. Schermutseling Een krijgsman met de bajonet op het geweer ging in de houding staan bij de deur en het gesprek begon. Het duurde minder dan een kwartier en Schlichting had de lei ding in een doeltreffender Duits dan de majoor zich kon voorstellen. Niet lang daarna kregen we een paar krijgslieden in huis die zich met een paar mitrailleurs aan de ingang van het gebouw opstelden, alsof er een vesting verdedigd moest worden. Dat wós ook wel zo, maar de verdedigers waren Schlich ting en zijn mannen en de vesting was de krant. De hoofdredacteur had op een ge geven moment geheim contact met een paar Duitsers die minder vrien delijk over hun Führef dachten en waardevolle inlichtingen konden geven. Bovendien had hij een hoe veelheid min of meer waardevolle en in alle geval verdachte papieren bij een notaris bezorgd, die ze na de oorlog weer aan hem ter hand stelde. door A. van Domburg Een andere triomf bestond in het merkwaardige feit. dat talloze jo den zich op De Tijd abonneerden. Na de oorlog werd de strijd voort- gezët in het gewoel van de geestes- verwarring die zich met grote snel heid voortzette. Ik moet het bij enkele namen laten: Van der Kal len als hoofdredacteur, de oude garde met hem en nieuwe krachten als Cor de Groot. Leo Hanekroot, Charles Boost. André Rutten. Wam de Moor. Ben Kroon, Jan Willem Hofstra, Herman Hofhuizen; tot en met de jongsten, thans aan bod, al of niet verschijnend in het toe komstige weekblad, dat de. oude strijd zal voortzetten en wie weet, nog eens als dagblad zal opduiken, waarop ik mij. als ik het beleven mag, zal abonneren. St. Joseph Toen kwam na de Duitse inval in Rusland een bevel van de bezetters om de campagne in de Sowjet-Unie met een sympathiserend hoofdarti kel te begeleiden. Dat was het al lerlaatste wat Schlichting zich kon voorstellen. Maai1 hij schreef een fraai stuk over. St. Joseph, patroon van de katholieke kerk. een onder werp dat nou nooit eens aan de orde was gekomen. Het gevolg was een razende woede van de 'over heid' die de boosdoener onmiddel- 'ijk ontsloeg en de krant een boete van tienduizend gulden oplegde .In plaats van een concentratiekamp werd het eigenlijk een dubbele triomf voor Schlichting. De schrijver van dit artikel, de heer A. van Domburg door Willem-Jan Martin Sterling Morrison is alweer eert hele tijd schoolmeester, terwijl Doug Yule en Maureen (Moe) Tucker, gemeten naar de aanhoudende doodse stilte rond hun persoon in de Internationale Muziekpers. waarschijnlijk nog slechts formeel aan het roek-wezen verbonden zijn. Van het personeelsbestand van The Velvet Underground, waarvan een in '69 gemaakte en nu uitgebrachte serie live opnamen (1969 Velvet Underground Live With Lou Reed, Mercury 2 LP's nr. 6643 017) op de draaitafel ligt te blinken, weet alleen Reed, sinds hij in '70 de groep de rug toekeerde, met een gezonde regelmaat de aandacht op zich te vestigen, zoals nog onlangs via de bijna perfecte live-elpee Rock 'N' Roll Animal. Anderzijds zijn er dan nog de al eerder 'uitgedropte' (vóór '69) sterren John Cale plus de Duits-Poolse (Pools-Duitse?) onheilsprofete Nico, die na verschillende solo-projecten (afgezien vhn Cale's co productie met Terry Riley) nog weer recenter zo maar eens samen op de planken stonden, in gezelschap van Kevin Ayers en de bij Roxy Music ontslagen Eno, hetgeen onder de titel The First Of June door de firma Island werd geregistreerd. Maar het gaat hier dus om The Velvet Underground van vijf jaar terug, een groep, die, zoals Elliott Murphy in zijn voor het overige nogal wat onzin verstrekkende hoestekst terecht vermeldt, veel mensen bang moet hebben gemaakt. Door de thema's die, waar in San Francisco en omstreken tezeldertijd 'love and peace' gepredikt werd, een natuurgetrouwe afspiegeling vormden van de keiharde kanten van het Amerikaanse grotestadsleven (kille onpersoonlijkheid, drugs, zelfdestructie). Door de muziek, die zelfs in zijn spaarzame lieflijker momenten (Sunday Morning. Femme Fatale, I'll Be Your Mirror) iets ijzigs had, maar vooral monotoon doorbonkend en wrakkig knetterend de bizarre sfeer nog eens tientallen malen intensiveerde. Anderzijds vormde en vormt dat juist ook het onweerstaanbaar fascinerende van The Velvet Underground. De betreffende live-productie geeft eenenander precies goed weer. De boel is niet bijzonder goed opgenomen, het geluid zakt herhaaldelijk weg, maar net dat stoffige karakter, die bijna-ongeïnteresseerdheid hoe de muziek op de plaat zal komen, die ook het vroegere studiowerk van de formatie vertoont, maakt een van de essentiële punten van het geheel uit. (En tekent voor mijn betrekkelijk bezwaar ten aanzien van het soms wat al te overdadige perfectionisme dat de heren David Bowie, als producer van Transformer, en Wagner en Hunter, de gitaarcracks van R R Animal, aan het werk van Lou Reed hebben toegevoegd). Het repertoire is grotendeels bekend en bestrijkt het materiaal van de elpees The Velvet Underground With Nico, White Light/White Heat. Velvet Underground en Loaded plus de eerste solo-elpee van Lou Reed. De uitvoering van Sweet Jane en New Age is enigszins anders, maar echt nieuw zijn alleen We're Gonna- Have A Real Good Time Together, Over You en de medley Sweet Bonnie Brown/It's Just Too Much. Prima nummers, zoals alles natuurlijk, en wat tot slot de individuele bijdragen van de groepsleden betreft: als Sterling Morrison zo goed les geeft als hij hier de sologitaar behandelt, dan kunnen zijn leerlingen dik tevreden zijn. Ander werk Verder met The Meters en hurf elpee Cissy Strut (Island ILPS 9250), een verzameling al weer wat ouder werk van de formatie, die hier zijn eerste bekendheid verwierf door de uitstekende activiteiten op de laatste twee platen van Dr John (In The Right Place. Desitively Bonnaroo). The Meters op persoonlijke titel betekent een zo mogelijk nog smakelijker hap swingende New Orleans-muzlek. met een syncopische rithmiek als centraal gegeven (let vooral op de wijze van bassen, waarbij niet alles wordt ingevuld, maar gaten worden getrokken voor de andere instrumenten) en een minimum aan solistische actie. Dat laatste kan misschien remmend werken od de variatie, doch de swing maakt veel. zo niet alles, goed Waarna nog rest melding te maken van Anymore for Anymore door ex-Faces Ronnie Lane, een poging tot wat meer folk' dle nèt mlslukt. omdat Lane toch vooral de branieschopper, is. een w^>gde.te„rugkeer van Robert Wyatt met Rock Bottom en Hergest Ridge van Mike Oldfield.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1974 | | pagina 13