Het Kwartet ging
in 1941 'met vlag
en wimpel' onder
lentaar
Verbod van 'Rotterdammer'-bladen was
escalatie van maandenlang proces
ikplaats
'onferentie
het weer
Warmer
weerrapporten
'Bij de Standaard'
jWlAMTiET ZATERDAG 18 MEI 1974
BINNENLAND T5/K7
Israëlische regering be-
r de verleiding, terreur
te beantwoorden en de
127 onschuldige Israëli's te
")or het bloed van tientallen
inwoners van Libanon te
Tüat de aanvallen op Liba-
ieel bedoeld waren als een
"tperatie, kan niet als een
ide omstandigheid gelden,
pen bloedbad onder de bur-
Dg als een der effecten van
lire actie te voorzien is - en
Ijschc chef-staf heeft laten
sdat hij er niet door was
j dan dragen de iriitiatiefne-
die actie er de volle verant-
iheid voor.
I strijdmethoden 'versterken
fijdse haatgevoelens en ma-
Ivinden van een oplossing
Dit is een citaat uit een
I die het moderamen van de
j Kerken in Nederland naar
Ivan de,slachting in Ma'alot
Igeven. Maar het geldt even-
I de slachting in Libanon.
|van Israël zouden zich aan
t van hypocrisie blootstellen,
d duidelijk erkenden.
hten voor ons bezet vader-
len we terroristen genoemd',
jPalestijnse guerrillaleider ge-
als de Israëli's burgers
ren, zijn het helden'. Hij
'fyijk. Als Palestijnen burgers
jlfen, omdat ze daar politiek
uvan verwachten, maken ze
^dig aan terrorisme, maar als
jlig van welk land ook, Israël
ijl, hetzelfde doet, verdient
eden evenzeer als terreur te
eroordeeld.
Het is begrijpelijk, dat dr. L. de Jong voor zijn studies over bezet Nederland
genoodzaakt was tot een keus uit de voorhanden stof. Zijn publikaties zijn
reeds naar aantal en omvang indrukwekkend genoeg. Blijft het feit, dat op
een enkel punt discussie mogelijk is over de keus, althans in zoverre bepaal
de zaken niet of al te globaal zijn behandeld.
van de Anti-Revolutionai-
worden, als de Christelijke
Tuindersbond niet be
slat deze agrarische werkge-
\isatie een waardevolle
voor a.-r. politiek talent
t zowel de loopbaah van de
leuvel als die van de heer J.
de huidige voorzitter van
VWie deze bewijzen niet
\d genoeg vindt - wat we ons
nauwelijks kunnen voorstel-
e kan er nog aan toevoegen,
■«genwoordigc voorzitter van
B, de heer R. Zijlstra, is
igen voor het ondervoorzit-
van de ARP. Dit alles strekt
natuurlijk tot eer. Maar wat
betreft, zou het de vraag
laniproepen, of deze partij zich
"nodende bewust is van het ge-
de heer Hogendijk in
umnummer van A.-R. Staat-
!d.|eft gewaarschuwd - dat ze
u^Jkunnefa ontwikkelen tot een
d (spartij.
:chtvaardigd de voordracht
j1" eer Zijlstra in menig opzicht
v:h, mag zijn, erg oorspronkelijk
2o.|k geval niet. Wij zouden ons
'gebaren kunnen voorstellen
partij die niet schroomt zich
'iehoeksverhouding (met CHU
I te verwikkelen. Zou het b.v.
verrassing zijn ge-
2ii de ARP na 95 jaar einde-
z|ecn plaats voor een vrouw in
DR|dcramen had ingeruimd, of
e voorzitter van de ARJOS
qua de functie van onder-
van de partij had toebe-
Het gebouw dat 'De
Rotterdammer' in
1922 in gebruik
nam aaii de Goud-
sesingel in Rotter
dam.
Om met de deur in huis te vallen:
naar, mijn mening heeft schrijver in
zijn laatste, vijfde deel, waarin ook de
rol van de pers in de behandelde
periode aan de orde komt, zich tezeer
beperkt tot enkele landelijke bladen,
een onderscheiding die in de pers
wetenschap al voor een belangrijk
deel is achterhaald.
Te verwachten is, dat de studie van
dr. De Jong waarmee trouwens
niet het enige en ook niet het laatste
woord neergeschreven wil zijn ook
op dit punt aanvulling zal krijgen.
Het is mij bekend, dat bijvoorbeeld
de Nederlandse Vereniging van Jour
nalisten geïnteresseerd is in een ge-
schiedbeschrijving van de 'legale' pers
onder de bezetting, naast hetgeen al
bekend is geworden over de 'illegale'
pers. In bet onlangs verschenen boek
van Dick Verkijk heeft, zoals bekend,
de radio in deze al een voorsprong
genomen.
Summier
In afwachting van die aanvulling acht
ik het passend, en zeker in de kran
tencombinatie waarvan zij thans deel
uitmaken, even stil te staan bij iets
wat in het jongste deel van De Jongs
boek niet dan uiterst summier aan de
orde komt, te weten wat het verbod
in oktober 1941 van de toenma
lige Kwartetbladen. Eigenlijk zouden
we moeten spreken van de Kwin-
tetbladen: het waren er vijf, ook de
Nieuwe Utrechtse Courant behoorte
ertoe, maar daarmee is na de bevrij
ding iliet opnieuw gestart.
Gemanoeuvreer
Ik zou vermelding van dat verbod in
De Jongs studie gerechtvaardigd
hebben gevonden, behalve om het feit
zelf ook om het merkwaardige gema
noeuvreer dat zich daar omheen en
vanbuitenaf heeft voorgedaan. Geluk
kig is ook dat stukje persgeschiedenis
vastgelegd. H. Diemer wijdde er een
uitvoerig hoofdstuk aan in zijn 'Ver
menigvuldigde gedachten' uit het jaar
1951 en zelf beschik ik over een
uitvoerig en door de toenmalige direc
teur J. Groenewegen zorgvuldig bijge
houden dagboek, alsmede een
afschrift van alle, officiële en minder
officiële, stukken. Dezer dagen dit
alles nog eens doorlezend, raakte ik
opnieuw getroffen en opnieuw kwa
men alle herinneringen uit die vreem
de weken bij me op. Iets wil ik er
juist op deze plaats wel van vertellen
Als kerkbodes-
door dr. E. Diemer
Oud-hoofdredacteur van de
Kwartetbladen en lector in de
perswetenschap aan de
Vrije Universiteit te Amsterdam.
Maar zij vormden modern uitge
drukt de escalatie van een proces
dat al maanden eerder op gang was
gekomen.
Ik herinner me nog hoe onze kranten
er de eerste maanden van de bezet
ting uitzagen: het leken wel kerkbo-
dés. Onze redactie voor kerkelijk en
geestelijk leven en voor schoolzaken
had het bar druk. Elke dag, tot op de
voorpagina, lange artikelen en be
schouwingen, die, hoe belangwekkend
en nuttig op zichzelf, alle niet even
veel met de actualiteit van doen
hadden, tenzij om het Nederlandse
volk indachtig te maken welk een
rijkdom het ook in deze opzichten
bezat.
Maar in het voorjaar van 1941 werd
het al moeilijker. Zo herinner ik me.
dat we toen van de bezetter een vies
antisemitisch stuk toegeschoven
kregen een eerste aanwijzing van
wat ons nog te wachten kon staan.
We lieten weten, het om des gewetens
wil niet te kunnen en zullen plaatsen.
We hoorden er aanvankelijk niets
meer over, maar juist in de dagen
van liet verbod kregen we van de
Sicherheitsdienst nog eens een boete
opgelegd van 3000,wegens gebrek
aan medewerking.
blijkt, dat men ons op het ministerie
langzamerhand in het vizier hadden
gekregen.
H. Diemer heeft toen gekozen voor
het hoofdredacteurschap: ik Werd aan
gewezen om hem in geval van afwe
zigheid (men moest in die tijd aan
alles denken) te vervangen: en zijn
schoonzoon J. Groenewegen, reeds
lang in een leidende positie aan het
bedrijf yerbonden, werd directeur.
Maar spoedig, zou blijken, dat het
ministerie met deze oplossing, die
men als een schijnoplossing zag, wei
nig was ingenomen. Er had, zo wenste
men daar, natuurlijk een vacature in
het hoofdredacteurschap dienen te
ontstaan.
Intussen zette voor heel de pers de
verscherping zich voort. Het uit
breken van de Duits-Russische oorlog
in juni 1941 was voor de bezetter een
reden temeer tot beklag over geringe
medewerking, ook van de zijde der
dagbladen, en omstreeks half septem
ber ontstaan dan de geruchten over
een aanstaande, wijdomvattende 'pers
reorganisatie', waarVoor als motief
werd aangegeven 'papierschaarste'.
Hoe weinig gefundeerd cht motief was
kon hieruit blijken dat alleen al onze
onderneming op het ogenblik van het
verbod nog voor een jaar of anderhalf
papier voldoende had.
Het feitelijke gebeuren lag in de
maanden september-oktober 1941.
Wankelmoedigen
Voorjaar 1941 ook openbaarde zich
enige wankelmoedigheid bij enkele le
den van de redactiestaf: zouden, we
door ons algemene houding niet de
toorn van de bezetter ons op de hals
halen? Dat is het begin geworden van
een poging om het beleid van de top
te doorkruisen, een poging die straks
de gang van zaken rondom het verbod
nog zou vertroebelen.
Een van de wankel moedigen kwam
begin juni 1941 van het ministerie
van voorlichting terug met drieërlei
opdracht: 1. H. Diemer, tot op dat
ogenblik zowel directeur als hoofdre
dacteur, zou moeten kiezen tussen
beide functies: 2. er moesten buiten
landse overzichten geplaatst worden;
3. de 'nieuwe richting' moest duide
lijker naar voren komen. Waaruit
Verbod aangezegd
Vrijdagmorgen 26 september is dan
inderdaad op de binnenkomende post
de aanzegging van het verschijnings
verbod na 1 oktober. Er wordt uiter
aard met verdeelde gevoelens van
kennis genomen. Maar zeker de top
van het bedrijf, ook daarin gesteund
door stellig de grote meerderheid van
het personeel, is toch wel gerijpt tet
de overtuiging, dat het verbod ook
inhoudt de mogelijkheid om te
kunnen verdwijnen. Men vergete niet,
dat de bezetter aan het begrip 'sabota
ge' langzamerhand een wel zeer ruime
uitleg was gaan geven. Ook De Jong
schrijft: 'Wij twijfelen er dan ook
niet aan of deze (de bezetter) zou een
persstaking of iets wat daarop leek,
met harde strafmaatregelen gebroken
hebben'.
Maar voor onze kranten zouden aan
het ogenblik van het verschijningsver
bod zelf nog wel enige verzoekingen
voorafgaan. Allereerst is bij dezelfde
post die als datum 1 oktober noemt
een schrijven dat uitstel tot en met
15 oktober aankondigt. Een reden
wordt voorlopig niet aangegeven,
maar al spoedig blijkt, dat inmiddels,
buiten medeweten en zonder instem
ming van de top, twee leden van de
redactiestaf naar Den Haag zijn geto
gen en teruggekeerd met twee aanwij-
H. Diemer: 'Ge hebt het begin
sel gediend
zingen: voor voortbestaan van de bla
den moet aan twee voorwaarden wor
den voldaan. De scheiding van direc
tie en hoofdredactie moet op ook voor
het ministerie bevredigende wijze
worden geregeld, en H. Diemer werd
gezien als een beletsel. Geantwoord
wordt alleen, dat deze zaak aan de
bevoegde instantie, het college van
commissarissen van de onderneming,
zal worden voorgelegd
Kapers
Intussen doemen ook de kapers al op.
Een concurrerend blad biedt een ad:
vertentie aan, waarin het' de aandacht
op zich vestigt, andere bladen pro
beren al te gaan werven onder perso
neel en bezorgers. Tegelijk is de tocht
der wankelmoedigen naar Den Haag
voor de directie reden genoeg om
bij rondschrijven van 29 september
iedere actie in de hangende zaken te
verbieden. Maar de wankelmoedigen
blijken wel moeilijk in de hand te
houden.
Tweede verzoeking op de eerste is*
niet ingegaan: de bladen kunnen
voortbestaan, zo wordt ons onge
vraagd meegedeeld, indien wordt sa
mengegaan met 'De Nederlander' (van
CHU), boven welk blad eveneens het
verschijningsverbod hangt. Het ge
sprek met 'De Nederlander' heeft
plaats op 8 oktober, en wel, zoals H.
Diemer schrijft, in de meest vriend
schappelijke vorm en in grote open
hartigheid. Maar bij de vier aanwezi
gen twee maal twee blijkt de
'lust tot fusie zo klein en het verlan
gen naar het einde van de algemene
situatie zo groot, dan van beide zijden
aan het ministerie afwijzend zal wor
den bericht.
pag beginnende topconferentie
premiers van Nederland,
de Nederlandse Antillen
oekomstigc onafhankelijkheid
ïame kan als bij voorbaat het
'geslaagd' worden meegegc-
verstandhouding in het per-
vlak (en daar moeten top-
:ies het vooral van hebben) is
uitstekend en alle geprik-
poin zijn weggenomen. Trou-
"'.«i meer dan het uitspreken
politieke wil, mag (en hoeft)
van deze cpnfercntie te wor-
aif nacht.
c wil per 1 januari 1976 uit
wr inkrijk stappen, Nederland cn
jen willen daar geen moeilijk
/er maken en evenmin willen
len iets in de weg leggen als
*flid cn Suriname dat verder
re(g regelen. Dat is allemaal
jch Het behoeft nu allemaal
d cn vaststelling cn daarvoor is
rie esprek.
:ta
odferna beginnen de eigenlijke
1 idelingen, en daarmee de
moeilijkheden. Om maar
laslg te noemen: Suriname zal
'oc dc komende onafhankelijkheid
kj, idwct of iets dergelijks moeten
waarin de rechten van de
leden (en de Surinaamse bevol-
ie staat uitsluitend uit minderhe-
n vast8c'e§d-
rol
tu( t karwei is in Suriname nog
:ei idaan. Zo zijn er meer techni-
v'® oeilijkheden, die ondanks alle
t0 c wilsuitspraken de komende
problemen genoeg zullen ge-
it wordt een weekeinde om erop uil
te trekken. In heel Nederland blijft
het zaterdag en zondag droog met
medewerking van een volijverige zon.
Regen en onweer, zo die er al zijn, in
Europa, blijven ver buiten onze gren
zen, vermoededelijk ook maandag. Het
ivordt overdag iets warmer met over
het hele land middagmaxima van 20
tot 25 graden Celsius. De belangrijke
regenval in de nacht'van maandag op
dinsdag is dus niet meer dan een
intermezzo geweest.
Na wegslippen van de kleine depres
sie naar midden-Europa is een stabiel
hogedrukgebied uit Scandinavië op
imponerende wijze op komen zetten
Met een centrum van 1030 millibar en
uitbouw in zuidelijke richting blok
keert het de doortocht van oceaande
pressies op de route zeegebied ten
noorden van d e Azoren - IJsland
Deze kunnen alleen tot in Ierland
regen brengen. Cork tapte gistera
vond 10 mm af.
De onweersactiviteit in Frankrijk was
gisteravond nagenoeg overal verdwe
nen. Ons temperatuurlijstje vermeldt
Plauen in de DDR op 11 graden
Celsius maximaal, Stettin en Aber
deen 14, Tours 17, De Bilt en Bir
mingham 21, Straatsburg 22, Lille 24,
St. Dizier ten oosten van Parij s en
Perpignan 25, en de drie Sp aanse
stations Calamocha, Saragoza en Se-
villa respectievelijk op 26, 27 en 31
gr. C.
Onze medewerker Dekkers in Oud-
Beijerland geeft een paar aardige bij
zonderheden over tornados in Ameri
ka. Van februari - april is er een
maximum in Mississippi en Alabama,
namelijk 198 op een gemiddeld jaar
lijks aantal van 354. Het maximum in
paril en mei is in Texas 151 (jaarlijks
gemiddelde 328 in mei en juni in
Kansas 193 (jaargemiddelde 413!, De
totale tornado-schade in de Verenigde
Staten gedurende het tijdvak 1915 tot
1950 was ongeveer 476 miljoen dollar,
7.961 doden bij 5.204 tornado's op
2.306 tornado-dagen. Volgens het U. S.
Wethaer Bureau bedraagt de gemid
delde jaarlijkse schade door hagelbui
en (vooral in het groeiseizoen de
'witte plaag' genoemd) overigens meer
dan die veroorzaakt door tornado's
HOOG WATER. 19 mei: Vlissingen 12.16
Haringvlietslulzen 1.25 13.46, Rotter
dam 2 19 14.59. Schevcnlngen 0.54 13.20,
IJmulden 1.33 13.57, Den Helder 5.07
17.46. Harlingen 7.50 20.10. Delfzijl 10.03
22.11.
20 mei: Vlissingen 0.32 12.57. Haringvliet
slulzen 2.11 14.31, Rotterdam 3.05 15.43.
Schoveningcn 1.3S 14.04. IJmuiden 2.15
14.39. Den Helder 6 II IS.41. Harlingen
8.47 21.00. Delfzijl 10.52 23.01.
Amsterdam
zwaar bew.
19
0
De Bilt
licht bew.
19
0
Deelen
licht bew.
19
0
Eelde
onbewolkt
19
0
Eindhoven
licht bew.
20
0
Den Helder
licht bew.
17
0
Luchth. Rtd.
licht bew.
19
0
Twente
onbewolkt
18
0
Vlissingen
zwaar bew.
19
0
Zuid-Limburg
onbewolkt
19
0
Aberdeen
onbewolkt
14
0
Athene
onbewolkt
23
0
Barcelona
onbewolkt
21
0
Berlijn
regen
17
0.1
Bordeaux
licht bew.
18
0
Brussel
onbewolkt
21
0
Frankfort
onbewolkt
19
0
Genève
regen
22
9
Helsinki
licht bew."
16
0
Innsbriick
half bew.
20
0
Kopenhagen
licht bew.
Lissabon
onbewolkt
20
0
Locarno
zwaar bew.
23
0
Londen
zwaar bew.
21
0
Luxemburg
onbewolkt
19
0
Madrid
onbewolkt
25
0
Malaga
onbewolkt
29
0
Mallorca
licht bew.
25
0
München
onbewolkt
16
0
Nice
zwaar bew.
19
0
Oslo
half bew.
20
0
Stockholm
onbewolkt
13
0
Wenen
regen
13
0.4
Zürich
zwaar bew.
19
0
Casa Blancha
zwaar bew.
Istanboel
motregen
Las Palmas
zwaar bew.
24
0
New York
licht bew.
Tunis
zwaar bew.
28
0
«flZZEb SNEEUW
•y.jc. oH.it»
WS& BEWOLKING
M BAX.TEH».
10 MIN. TE UW.
Echter nog zou aan de verzoekingen
geen einde zijn. Aan de vooravond
van het ingaan van het-verbod, op 14
oktober, wordt directeur Groenewegen
ontboden naar het departement van
volksvoorlichting, waar hij te uiterlijk
half een wordt venvacht. In zijn dag
boek lees ik: 'In Den Haag aangeko
men, moet ik in de telefooncel eerst
het adres opzoeken van het depar
tement, want ik weet zelfs nief waar
het staat'. Ter plaatse zelf treft hij tot
zijn niet geringe verbazing het vol
gende gezelschap: twee heren van 'De
Standaard', zijn beide eigen wankel
moedige redacteuren, en tenslotte een
foute hoofdambtenaar van het depar
tement. Ik heb van het toen volgende
onderhoud een vrijwel woordelijk ver
slag. Weer uit het dagboek van Groe
newegen: 'Ik greep dadelijk papier en
potlood en ging aantekeningen ma
ken. Ik was de enige die dit deed en
ik kon dit bijna tot het einde der
bespreking volhouden, toen (de amb
tenaar) hierover, aanmerkingen ging
maken'.
Uit het gesprek zelf blijkt, dat ten
departemente, hoezeer men van Stan
daardzijde doet voorkomen zelf door
het gedane voorstel te zijn overvallen,
met in elk geval de directie van dat
blad een plan is doorgesproken, in
feite hierop neerkomend dat onze bla
den bij 'De Standaard' zouden worden
gevoegd, onder directie en hoofdre
dactie van dat blad en met 'eventuele
aanvulling van het personeel uit de
ontslagen 'Rotterdammer'-mensen'.
Een opmerking uit de mond van de
ambtenaar: Er zou een hoongelach
door Nederland gaan, als bleek dat
twee gelijkgezinde bladen elkaar nu
nog niet hadden kunnen vinden. Bij
het verlaten van het departement
menen de beide wankelmoedigen
Groenenwegen nog te moeten influis
teren, dat de directie van 'De
Standaard' 'al bijna de gehele zaak
had ingepikt'.
Vanaf het Haagse station organiseert
Groenewegen dan nog een spoedbe-
spreking met onze top in het thans
allang niet meer bestaande Maas-
stadiori. Dat is namelijk het beet be
reikbaar voor onze president-commis
saris P. J. Kolijn (met een K) uit
Gouda, van wie we ook in deze krank
zinnige weken onvergelijkelijke steun
en bemoediging hebben ondervonden.
Ook dit gesprek herinner ik me nog
bijzonder goed. Lang behoeft het niet
te duren. 'Er bestaat natuurlijk de
grootste eenstemmigheid', schrijft
Groenewegen in zijn dagboek, en zo
was het metterdaad. Ook aan deze
fusie kunnen we niet meewerken, en
dat wordt nog vanaf het Maasstadion
via ons kantoor aan het departement
telefonisch meegedeeld met de toezeg
ging van schriftelijke bevestiging
Juist op ons kantoor zelf terugge
keerd worden we weer naar de tele
foon geroepen: het is opnieuw het
departement; Groenewegen schrijft er
van: 'Eindeloze storingen, tot einde
lijk blijkt dat het een kruisgesprek is:
het departement had ook ons aange
vraagd en nu komt zijn aanvrage
binnen'. En hij voegt er heel mense
lijk aan toe: 'We krijgen allen een
verschrikkelijke lachbui van opge
kropte zenuwen'.
De laatste
De volgende dag, 15 oktober 1941, zal
voor onze kranten dan de laatste zijn.
De nog resterende werkzaamheden
worden verdeeld. Het hoofdartikel
van H. Diemer zal des nachts worden
gezet. Ik zelf krijg de opdracht de
hele dag bij 'de steen' aanwezig te
zijn en ook de correctie in het oog te
houden: we willen gevrijwaard zijn,
dat er iets buiten ons om in de krant
zou komen.
En het mag gezegd worden: het werd
een indrukwekkend nummer, als wa
ren de kranten schepen die met vlag
en wimpel ten onder gingen. Stellig
lag er ook een brok genade in, ook in
de wijze waarop H. Diemer van zijn
lezerskring, goeddeels door hem en
onder zijn leiding opgebouwd,
afscheid kon nemen. Hij schreef ten
besluite: 'Oudere en jongere lezers,
het ga U wel. Laat Gods Woord Uw
dagelijks richtsnoer blijven. En 1 aat
ons samen de bede opheffen tot onze
trouwe Verbondsgod: 'Verzadig ons in
de morgenstond met Uw goedertieren
heid, zo zullen wij juichen en verblijd
zijn in al onze dagen. Verblijdt ons
naar de dagen, in dewelke Gij ons
gedrukt hebt, naar de jaren in de
welke wij het kwaad gezien hebben.
Laat Uw werk aan Uw knechten ge
zien worden, en Uw heerlijkheid over
Uw kinderen.
En de liefelijkheid des Heren onzes
Gods zij over ons; en bevestig Gij het
werk onzer handen, ja het werk onzer
handen, bevestig dat'.
Ontroerend
De volgende dag, 16 oktober, is er de
ontroerende afscheidsbijeenkomst
met het voltallige personeel. Er wordt
dan verantwoording afgelegd van het
gevoerde beleid, en tot H. Diemer
wordt dan namens het personeel ge
zegd: 'Namens allen breng ik U dank,
dat U in principiële en praktische
kwesties neen gezegd hebt. We
zullen het moeilijk hebben, want de
toekomst grijnst ons tegen. Toch zijn
we U dankbaar, want gij hebt ons
niet gevoerd naar de ondergang, maar
ge hebt het beginsel gediend'.
Dat is het einde, al wachten nog
moeilijke afwikkelingszaken. Ook van
de bezorgers volgt het afscheid. Voor
Groenewegen wordt woensdag 22 okto
ber nog een gedenkwaardige dag.
Eerst hoort hij dan eindelijk waarom
de Sicherheitspolitei de boete heeft
opgelegd: wegens 'onzakelijke' bericht
geving' en 'bij herhaling zullen stren
gere maatregelen volgen'. Men wist
op die afdeling blijkbaar nog niet
eens van ons al-niet-meer-verschijnen
af. En 's avonds is er het afscheid van
zijn bezorgers in Den Haag; ze hebben
daar hun eigen vereniging. Groene
wegen zelf krijgt een rookstandaard.
Er zijn dagboek vermeldt: 'Eén bezor
ger, die naar 'De Standaard' is overge
gaan, wordt staande de vergadering
als lid van hun vereniging geroyeerd'.
En ook: 'De vergadering, die door
huil voorzitter met gebed was geo
pend, wordt door mij na dankzegging
gesloten. Bij welke andere krantenon
derneming zou een dergelijke verga
dering mogelijk zijn geweest?'
Eigenlijk ben ik dr. L. de Jong dank
baar, dat hij mij ertoe heeft gebracht,
mij nog eens in die merkwaardige
dagen in te leven. Dagen van moei
lijke. diep ingrijpende beslissingen,
tegelijk van een toenemend vaste me
ningsvorming, van een loslaten dat
tenslotte alleen moeilijk is vanuit een
vroom gemoed. Zo heb ik het ook bij
H. Diemer ervaren. Hij had in de
jaren dertig een boek geschreven over
het nationaal-socialisme. dat over
wegend niet gelukkig kon heten. Zelf
heb ik zijn houding rondom het ver
bod van wat zijn levenswerk mocht
heten mede als pen ruime rehabilita
tie gezien. Zijn daad van nu was beter
dan zijn woord van toen.
Al moest het dan, naar zijn latere
berekening, nog drie jaren en zeven
maanden duren, voordat hij opnieuw,
in vrijheid en met zijn medewerkers
uit de donkere uren, zijn bijdrage
kon gaan leveren aan de verwerkelij
king van de christelijke dagbladpers
in ons land.
'Een beetje moeilijk ogenblik om opslag te vragen, beste Simpkins.*