Over de EO en over een pastoor
voorlopig
'Ik pleit er voor dat een paar stemmen in de wereldraad
van kerken naar de tweede plaats worden gedrukt'
Kapers op de Goede Hoop
Prof. dr. Heiko Augustinus Oberman:
Vandaag
door Aldert Schipper
door A. J. Klei
Beroepingswerk
Trouw
Kwartot
mOLW/KWAMTET ZIAjTERIDAG 11 MEI 1974
KERK iT2yï)
De Jn TübLngen docerende kerkhistoricus prof. dr. H. A. Oberman heeft een
veertiendaagse reis door Zuid-Afrika gemaakt. Hij vertrok als medestander
van de wereldraad van kerken, die door middel van het programma tot be
strijding van het racisme ondubbelzinnig steun verleent aan de Afrikaanse
bevrijdlngsstrijd. Hij keerde terug als bewust criticus van de politieke koers
van de oecumenische beweging.
Prof Oberman steekt zijn pasverworvcn opvattingen niet onder stoelen of
banken. In een serie van maar liefst acht uitzendingen, variërend van een
half uur tot een heel uur voor de NCRV-mlcrofoon, geeft hij royaal blijk van
zijn ideeën. Bovendien bereidt hij een boekje voor, dat onder de titel 'Kapers
op de Goede Kaap' deze zomer bij Kok in Kampen zal verschijnen.
Van zijn ommezwaai zegt hij zelf: 'Ik bevind mij in de uiterst hachelijke
situatie van die mensen, die na de oorlog zeiden dat er weer een verzoening
met Duitsland zou moeten komen. Ik heb ze gehaat en verfoeid. Ik dacht:
dat onderscheid maken tussen Duitsers en nazi's is een gemene propaganda-
leugen van Dulles en Adenauer. Nu ik in zo'n situatie ben gekomen, kan ik
me voorstellen dat sommigen we zullen verfoeien, maar aan de andere kant
geloof ik dat lk voldoende op de werkelijkheid georiënteerd ben, dat men
er wel naar zal moeten luisteren.'
Prof. Oberman is acht Jaar als hoogleraar verbonden geweest aan de Harvard
Universiteit in de Verenigde Staten en hij is sinds 1966 hoogleraar in de
kerkgeschiedenis in de universiteitsstad Tübingen, waar hij onder anderen
de theologen Jürgen Moltmann en Peter Beyerhaus als zijn collega's heeft.
HOLTEN De hervormde professor dr. Heiko Augustinus Ober
man is na een veertiendaagse studiereis door Zuid-Afrika terugge
keerd met ernstige bezwaren tegen het oecumenisch programma tot
bestrijding van het racisme in zijn reisbagage. Hij maakt als kerk
historicus thans een vergelijking tussen de kruistochten en het pro
gramma tot bestrijding van het racisme. Beide zijn. zo zegt prof.
Oberman, uitgelopen op een echec, dat voor de kerk onnoemelijk
schadelijk is. v
'Ik maak me grote zorgen dat een
kerk in Europa, die aan geloofwaar
digheid verloren heeft, tracht die met
andere middelen weer terug te verdie
nen. Daar zit een kortademige bereke
ning achter. Het zal blijken dat je
voor een korte tijd de symnathie
kunt verwerven van een bepaalde po
litieke groepen. Voor een tijdje zul je
nog modern lijken, maar al heel gauw
zal ontdekt worden dat je uit heel an
dere bronnen gevoed wordt en dat je
toch niet een betrouwbare coalitie
partner bent'.
Confrontatie-koers
De kritiek van prof. Oberman op de
wereldraad van kerken is onder meer
dat deze op 'confrontatie-koers' is.
'We ontnemen onszelf alle mogelijk
heden om tegen het blank racisme
werkelijk iets te doen. als we niet op
een veel breder front het racisme aan
pakken. We moeten met een even dui
delijke stem in Nigeria en Oeganda
als in Zuid-Afrika spreken. Als we dat
niet doen, dan wordt het voor vele
overtuigde christenen die in opposi
tie zijn in Zuid-Afrika onmogelijk
nog te luisteren naar de Wereldraad.
Dan kan de wereldraad niet meer een
appèl doen op het geweten. Hij biedt
zich dan niet als gesprekspartner aan',
zegt prof. Oberman. De hoogleraar
vindt dat er weliswaar een aantal ge
matigden zijn, zoals prof. Berkhof, en
dr. Lukas Vischer, maar men heeft
Zuid-Afrika eigenlijk al afgeschreven.
Daarmee worden in Zuid-Afrika zelf
steeds verdergaande stappen uitgelokt
waardoor het land vanzelf dat zal
worden waar het door de wereldraad
van kerken nu al voor gehouden
wordt'. Op deze manier zal de wereld
raad volgens prof. Oberman mede
schuldig worden aan wat in Zuid-Afri
ka gaat gebeuren.
Een van de oorzaken van 'de bekering
van prof. Oberman' is het gesprek ge
weest dat hij gevoerd heeft met de
ook in Nederland niet onbekende
prof. André Hugo, 'een man die van
dag tot dag zucht onder het juk van
de apartheid en als christen onder de
verdenking staat van communisme'.
Prof. Hugo is in Kaapstad hoogleraar
in de klassieke letteren. Hij was voor
zitter van Sprocas, thans opgeheven
studieproject inzake de christelijke
houding in een apartheidssamenleving
en is aanhanger van de oppositionele
progressieve partij.
horen. Hugo zegt onder meer dat hij
de steun van de wereldraad aan de
bevrijdingsbewegingen niet kan goed
keuren. 'Wij zien dat in de eerste
plaats niet als bevrijding, maar als
terreur, vooral als we bedenken dat
deze gericht is tegen de zwarte bevol
king zelf. De wereldraad stapt te ge
makkelijk over de toekomst heen van
niet alleen de blanken, maar ook van
de meerderheid van de zwartle Zuid-
afrikanen'.
Ik: Als de Zuid-Afrikanen het opne
men tegen de bevrijdingsbewegingen,
dan scharen zij zich aan de kant van
de Portugezen en Rbodesiërs.
Prof. Oberman: 'de Zuidafrikanen
rond het Christelijk Instituut weten
best dat er binnen een jaar of vijf on
afhankelijke Zuidelijk-Afnkaanse sta
ten zullen zijn, waar nu nog Portuge
zen zijn. Maar ze zijn bang dat de.e
beweging niet zal stoppen voor de
grens van Zuid-Afrika. De oppositie
en het verzet in Zuid Afrika zien niet
alleen deze bevrijdingsbewegingen,
die noodzakelijk zijn, zij horen ook
onze Nederlandse argumentatie, die
niet gericht is op bevrijding van de
Portugese gebieden, maar emotioneel
op Zuid-Afrika. Zuid-Afrika wordt be
last met onze onlustgevoelens over
ons eigen verleden en een heden van
een algemene verslapping.'
Emigratie
Terreur
Omdat prof. Oberman een royaal aan
tal lezingen voor de NCRV heeft
voorbereid, staat ook het gesprek met
prof. Hugo op een bandje, dat hij laat
Prof. Oberman heeft met dr. Beyers
Naudé gesproken over het besluit van
de hervormde en gereformeerde syno
den niet langer mee te werken aan emi
gratie naar Zuid-Afrika. Prof. Ober
man: 'Beyers Naudé werkt aan een
rapport over dit onderwerp, dat deze
zomer gereed zal zijn. Had men daar
niet op kunnen wachten? Dat de
synode op grond van twee bijzinnetjes
in de documentatie die ter tafel lagen
met zo weinig voorbereiding zo'n be
slissing neemt, dat behoort tot het al
lerergste kerkelijke stradivaria dat
men zich kan denken; dat vind ik een
schande'.
Ik: U gebruikt uitspraken van mensen
als Beyers Naudé als argument voor
uw opvattingen. Wanneer zij anders
zouden spreken, dan zouden ze niet
langer kunnen werken. Vindt r het
dan nog wel eerlijk om hun uitspra
ken te gebruiken?
Prof. Oberman: Met dit argument kun
je iedereen die je wilt uitschakelen.
Bij een man als Beyers Naudé Liggen
woord en handelen zo dicht bij el
kaar, dat je geen moment kunt den
ken dat hij niet zegt wat hij denkt.
Een man als Hugo lijdt aan een ziek
te, die een grotere zorg is dan wat an-
Prof. dr. Heiko Augustinus Oberman: Van belang is wie je kiest
als je zegsman in Zuid-A frika
deren hem kunnen aandoen. Die men
sen laten zich niet bang maken'.
Ik: Beyers Naudé vindt Zuid-Afrika
een politiestaat. Bent u dat met hem
eens?
Prof. Oberman: 'In Trouw/Kwartet
stond dat Beyers Naudé Zuid-Afrika
een fascistische staat noemt In wer
kelijkheid heeft Naudé gezegd dat
Zuid-Afrika een fascistische staat is,
indien de twee wetten tegen "besmette
organisaties' en opstandige vergade
ringen zouden worden angenomen.
(Dit is inmiddels gebeurd, a.s.)
Kijk, door dit soort details wordt
Zuid-Afrika in een hoek gedrongen,
waardoor het voor hen onmogelijk
wordt naar ons te luisteren. Het nare
is dat we gelijk gaan krijgen. Als ik
u steeds als een rotzak behandel, dan
wordt u dat ook op den duur. Door
dat we Zuid-Afrika te hard aanpak
ken, bevorderen we een proces dat we
niet willen. Ik zie de situatie als ui
terst griezelig, maar Zuid-Afrika is
nog steeds een democratie. Kijk maar
eens naar de pers. Alleen blijft de de
mocratie beperkt tot de blanken.
Maar een ding moet u niet vergeten.
Over tien jaar zal in Zuid-Afrika in
elk geval een veel-rassige regering
zijn; maar ook dan naar onze normen
zal het misschien geen optimale
rechtsvorm zijn'.
Thuislanden
Ik:Denkt u dat zo'n democratische re
geling er kan komen zonder geweld?
Prof. Oberman: 'Er is een groeiende
haat onder de zwarte bevolking, al is
dat nog maar in kleine kringen. De
meeste zwarten hebben nog niet zo'n
economisch niveau bereikt dat zij be
langstelling hebben voor iets an
ders dan het blote bestaan. Als de
zwarte lonen omhoog gaan, zal de be
wustwording evenredig groter wor
den. Ik heb intussen veel meer hoop
dan vroeger op de ontwikkeling van
de thuislanden. Daar is een oefentor-
rein voor zwart zelfbestuur en voor
de grote groepen zwarten in de steden
een emotionele uitlaatklep. De ont
wikkeling van de thuislanden, dat zou
een vreedzame weg kunnen zijn, maar
die wordt eerder belemmerd dan be
vorderd door de tussenkomst van de
wereldraad van kerkèn.
Ik: Verwacht u dat de blanken bereid
zullen zijn hun macht met de zwarten
te delen?
Prof. Oberman: 'Onverwacht en rnbe-
doeld door de blanke leiders, die het
plan voor de thuislanden hebben op
gezet, blijken de thuislanden van
meer politiek gewicht te zijn gewor
den. Vijf jaar geleden had niemand
kunnen dromen dat een zwarte leider
van een thuisland, chief Gatsha Bu-
thelezi met een politiek leider van de
oppositie in het blanke parlement,
Schwarz, samen een plan zou opstel
len voor een federatief Zuid-Afrika.
Wat er in de kamende jaren voor ont
wikkelingen mogelijk zijn, weet nie
mand, maar je moet wel oppassen dat
je niet bij voorbaat de ontwikkeling
negatief schildert om dc.rmee het
standpünt van de wereldraad van ker
ken een groter werkelijkheidsgehalte
te geven.
Hopeloosheid
Ik: Jongere groepen, zoals de Black
Peoples Convention en de studenten
zijn het wel eens met de standpunten
van de wereldraad
Prof. Oberman: De Black Peoples
Convention moet je vergelijken met
de Black Panters in de Verenigde Sta
ten. Die vonden Martin Luther King
ook een Uncle Tom. De Black Peoples
Convention is een randgroep, die zich
niet verantwoordelijk voelt voor het
geheel van de maatschappij. Die ziet
er geen beweging meer in en is over
geleverd aan hopeloosheid.
Ik: U zegt dat de Black Peoples Con
vention zo'n extreme groep is, maar
wat dan te zeggen van het African
National Congress en mensen als
Mandela die op Robbeneiland zitten?
Prof. Oberman: Het is van belang wie
je kiest als je zegsman in Zuid-Afrika.
Ik vind dat het erg ver gaat, als je
deze groepen maakt tot diegenen die
moeten bepalen hoeveel hoop je kunt
hebben in Zuid-Afrika's toekomst. Die
organisatie is inderdaad ook een expo
nent van wat er onder de meeste
zwarte mensen leeft Als je morgen
vrije verkiezingen zou houden, zou
men in Genève wel eens verbaasd
kunnen zijn.
Ik: In Rhodesië stelde de commissie
Pearce ondubbelzinnig vast dat de
zwarten niets moeten hebben van een
voortzetting van een bewind als van
Smith. Zou Zuid-Afrika zo wezenlijk
anders liggen?
Prof. Oberman: We moeten ons los
maken van de voorstellii g van Zuide
lijk Afrika als een blokbeeld. We
moeten onderscheid maken tussen het
Portugese kolonialisme en het regime-
Smith en de situatie in Zuid-Afrika.
Of de zwarte bevolking van
Zuid-Afrika voor of tegen de steun
aan bevrijdingsbewegingen is, ont
trekt zich aan onze waarneming. Maar
er zijn duidelijke aanwijzingen dat de
meerderheid daar tegen is. Stel echter
dat de meerderheid van de zwarten
voor wapengeweld is, dan blijft de
vraag of ons geloof ons toestaat om
de wapens daarvoor te leveren.
Dwaling
Er komen op de krant wel eens brieven binnen van mensen die in
het nieuwe liedboek alleen maar een verzameling van onbekende
en onzingbare versjes kunnen zien. De afzenders krijgen geen ge
lijk van mij, er staan prachtige dingen in het liedboek en al kun
je inderdaad niet alles vlotiveg uitgalmen, de maandagse radio
rubriek Met uw instemmingdoet heel wat om je met nieuwe en
oude liederen vertrouivd te maken.
Nu bood de EO-televisie laatst een
zangavond uit een nieuwe hervorm
de kerk in het Noordhollandse Hui
zen, de woonplaats van ir. J. van
der Graaf, algemeen secretaris van
de gereformeerde bond. Ik zocht
vlijtig het hele scherm af of ik hem
ook zag. of misschien zijn vrouw,
die ooit de burelen van de Kwartet
bladen gesierd heeft. Ze waren er
niet bij. Maar htft gaat me ook om
iets anders.
Ik merkte dat de hervormde Huize
naren nog de oude psalmberijming
zingen, de staatsberijming van 1773,
en dat ze dit doen op langzame, hele
noten, ondersteund door krachtig or
gelspel. Op het moment dat ik zulk
zingen hoor, ga ik ervoor door de
knieën en vergeet ik Frits Mehrtens
en de hele bups.
Hoe dat komt? Jeugdsentiment na
tuurlijk, en ik zou eigenlijk dol
graag nog eens dergelijk psalmge
zang willen begeleiden. Fijne accoor-
den bedenken, het pedaal laten ron
ken. nou ja. Maar ik word er ook
door gepakt omdat dit zingen zo stoer
klinkt Het heeft iets onaantast
baars. 'Wij steken 't hoofd omhoog
en zullen d'eerkroon dragen!' Tus
sen haken, weet hervormd Huizen
wel dat de nieuwe berijming het
mooier heeft? Daar luidt deze regel
uit psalm 89: en met geheven
hoofd de kroon der ere dragen.'
Intussen moet een mens drommels
goed in de gaten houden dat hij
niet aan de uiterlijke tekenen van
langzaam zingen en een vertrouwde
berijming blijft hangen. Welnu,
daar had ik ditmaal weinig moeite
mee en dat kwam door het volgen
de. De samenzang werd afgewisseld
door het optreden van een mannen
koor. waarvan de leden verkleed wa
ren als vissers of zoiets. Dit koor le
verde een paar bijzonder sentimen
tele bijdragen, die tegenover de ste
vigheid van psalmwoord en psalm
melodie nog extra slap klonken.
Maar in deze uitzending werd dit al
les één stichtelijke pot nat. De ca
mera's gleden liefkozend langs de
paar Huizer mutsen, die onder de
schare te vinden waren, en bleven
met voldoening rusten op de ge
streepte boezeroens van de zanglusti
ge heren op het podium. Met dit ge
heel voor ogen (en oren) komt snel
de vraag naar boven, of je op deze
manier de christelijke godsdienst,
met inbegrip van eerbiedwaardig
psalmgezang, niet gevaarlijk dicht in
de buurt van folklore neerzet.
Iets dergelijks zie ik met en rondom
het nieuwe liedboek niet gebeuren.
Alleen daarom al niet. omdat het
liedboek geen sentimentele versjes
herbergt, welke ten onrechte soms
voor bevindelijk worden versleten.
Voor een écht bevindelijk lie<*aioet
je wel bij het liedboek zijn, aa er
de liederen van de grote piëtist Ger
hard Tersteegen maar op na (hier is
edn regel uit lied 388: 'Mijn ziel,
waar zult gij om te rusten heen?').
Maar en nu kom ik eindelijk te
recht waar ik heen wilde wat de
presentatie van geliefde liederen te
veel krijgt, krijgt de presentatie van
het nieuwe liedboek te weinig.
NCRV en EO zijn druk in de weer
met draaiende molenwieken, wappe
rend wasgoed, eeuwenoude boogven
sters en weet ik wat meer om graag
gehoorde psalmen en gezangen te
omlijsten en via het beeldscherm be
haaglijk in de huiskamer te bren
gen. Maar zo gauw het gaat om het
nieuwe liedboek worden we preuts.
Er kan nog geen drijvende wolk van
af en een dreunend kerkorgel wordt
als de weerga ingeruild voor een
paar kuise blokfluiten. Waarom ei
genlijk? Op die manier loop je ge
vaar van het liedboek een aangele
genheid te maken voor een zekere
élite, en dan ben je net zo ver van
huis als wanneer je met gesteven
mutsen of gestreepte kielen je m
flokloristische contreien ophoudt
Kortom, we moeten het nrduwe lied
boek beter verkopen en wat luid-
duchtiger venten met wat daarin
aan gemakkelijk aanspreekbare lie
deren staat
Probleem
Tot zover over en naar aanleiding
van wat de EO uit Huizen (N.-H)
bood. Nu de in de kop boven dit
verhaal aangekondigde pastoor. Dat
is de oudkatholieke pastoor A. R.
Heyligers, die in het blad 'Gemeen
schap der kerken' van de raad van
kerken het licht heeft geworpen op
een nog maar weinig besproken oe
cumenisch probleem. Dit probleem:
hoe spreken we de ander aan? Pas
toor Heyligers beschrijft levendig
hoe griezelig het was toen hij voor
'teerst van zijn leven 'dag dominee'
zei. En hij kan zich hdel goed voor
stellen dat een dominee vanwege de
brandstapels iets weg moest slikken
alvorens onbevangen 'dag pastoor' te
kunnen uitbrengen. In zijn .Heyli
gers', geval viel het dan weer wat
mee, omdat hij niet rooms, maar
oud-katholiek was
Ja, maar hoe wist zo'n man dat-ie
met een oud-katholieke pastoor van
doen had? Droeg deze soms een
bord op zijn toog? 'tKan net zo
goed zijn dat de dominee pas via
een geweldige schrikreactie achter
het oud-katholiek-zijn van de ander
kwam, bijvoorbeeld doordat de pas
toor achteloos een kind tevoorschijn
haalde: da's mijn oudste zoon (een
vrucht der zonde.o nee. hij zal
óud-rooms zijn!). Pastoor Heyligers
wijst er tenslotte op dat tegenwoor
dig iedereen zielsgelukkig met het
woord 'pastor' jongleert, daar valt
zowel een pastoor als een dominee
onder.
Het valt te betreuren dat pastoor
Heyligers zijn onderwerp niet uit
puttend behandelt. Nu weet ik nog
niet, wanneer ik een geestelijke aan
moet spreken als pater, of als pas
toor, of als rector, of als eerwaarde.
En omgekeerd zal een (oud-)katho
liek niet helder voor ogen staan,
waar en wanneer het meneer-schap
van iemand eindigt om plaats te ma
ken voor het dominee-zijn. Mis
schien kan de raad van kerkdn in
deze leemte voorzien en een over
zichtje geven.
Tenslotte een flard van een gesprek,
gehouden door een domineesecht
paar en door een van mijn collega's
op een conferentie opgevangen.
Hij (hartelijk): kijk, daar heb je nu
dominee Dinges, over wie Klei laatst
in de krant schreef.
Zij (bozig): die stukjes van Klei lees
ik niet meer!
Ik: Vindt u dan dat christenen nooit
iemand wapens mogen geven, die
zichzelf uit een terreurbewind be
vrijdt?
Prof. Oberman: 'Degenen die bijstand
van de kerk nodig hebben zijn zo 1
de onderdrukkers als de onderdruk
ten. Als in Zuid-Afrika een terreur-
bende inbreekt, dan zal de kerk aan
beide kanten haar dienst moeten aan
bieden. Het is een soort moderne
dwaling dat de kerk steeds alleen aan
de kant van de onderdrukte wil staan.
Het is niet de taak van de kerk om
die bevrijdingsorganisaties te onder
steunen.
Ik: Ja, maar die bevrijdingsorganisa
ties bestaan voor een aanzienlijk deel
uit goede christengelovigen. Hebben
wij dan aan die mensen geen Lood-
schap?
Prof. Oberman: 'Ik zeg niet dat de be
vrijdingsbewegingen de wapens niet
hadden mogen opnemen, maar dat de
argumentatie van de wereldraad, die
wil dat wij die bewegingen steunen
een gevaarlijke ideologie is, die geen
theologie meer is. Je« moet verschil
maken tussen je eigen politieke ver
antwoordelijkheid en de verantwoor
delijkheid van een wereldraad van
kerken'.
Hiermee lijkt een moderne variant
van de in Duitsland niet onbekende
'twee-rijken-leer' te zijn geformuleerd,
die in de toekomst wellicht nog van
zich zal doen spreken.
Belangrijke krachtlijn
De studenten van prof. Oberman in
Tübingen een stenciltje. Langs de
klaarstaan om zijn nieuwe ideeën te
verwelkomen. Prof. Oberman: 'Tijdens
mijn laatste semester verscheen in
Tübingen zullen althans niet- alleen
rand stond: SA-SSSASS-SA enzo
voorts. In het midden stond maar één
zin: Prof. dr. Heiko Augustinus Ober
man: Het is een leugen dat het Derde
Rijk de Joden vervolgd heeft'. Ik heb
die twee die dat geschreven hadden
bij me gehaald. Het waren twee theo
logen, leden van de marxistisch-leninis-
tische studentenbond. Ik zeg: hoe kun
je zoiets van een Nederlander met
mijn voorgeschiedenis beweren? Toen
kwam als antwoord: subjectief is het
niet waar, maar objectief hebben wij
gelijk. Wij scheppen zo haat tussen
de studenten en u, die de werkelijke
afstand tussen u en de studenten ont
maskert'. Prof. Oberman vervolgt: 'Dit
is een belangrijke krachtlijn, ook in
de berichtgeving van de wereldraad
over Z-Afrika. Ik pleit ar voor, dat
een paar vastgelegde scherpslijpers in
de wereldraad 'want daar hoor ik')
naar de tweede plaats worden ge
drukt. Dan hoeft New Delhi of Bang
kok niet herroepen te worden. Maar
dan kan de staf met grotere wijsheid
aan het werk gaan zolang mogelijk
in contact blijvend met de christenen
en lid-kerken in Zuid-Afrika.
EN BOGEN ZICH NEER
Met deze woorden eindigt het gedet
te uit Exodus dat wij vandaag leze^r
Mozes heeft Aëron ontmoet en hem
les meegedeeld wat God hem bij d
braamstruik gezegd heeft. Aaron heeiv
die woorden, begeleid door de tefc1
nen, doorgegeven aan de verzameld 1
oudsten van Israël. Het volk nu gelooi,
de, staat er dan. Ze aanvaardden du
het ongelofelijke van de boodschaj
God had acht slagen op hen en ht
ellende gezien. En dan lezen we:
knielden en bogen zich neer. Een n
aktie waarover we wel even mogen n
denken. Met de oude kerk zijn we p
wend op sommige feestelijke zondj
gen (waarom eigenlijk niet altijd?) t
dens de lezingen van het evangelie c
te staan. De kerk wil daarmee zegge
nu komt de grote afkondiging, de
kondiging van de bevrijding, de vt
lossing. God heeft acht geslagen op o:
en onze ellende gezien. Hier staat d
de Israëlieten knielden en zich boge
Waren ze er zo door verbijsterd? W
wilden ze ermee zeggen? Knielen b
tekent zoiets als: ik ben de minde
ik ben me bewust dat ik hier iets kri
waar ik geen recht op heb. iets dat i
verspeeld heb of dat mij ook in mij
gedachten niet toekomt. Ik denk di
dët de motivatie van dit neerkniel!
is. Een zeer terechte houding. Een g
baar waarin ze hun bijzondere erkei
telijkheid en dankbaarheid willen uate
Iets dat wij hier kunnen leren. 1
spreken veel over de bevrijding 4
het evangelie brengt, en terecht. Mu
we kunnen ook gemakkelijk vervalle
in een soort vanzelfsprekendheid vj
die bevrijding. We aanvaarden het t
zijn er blij mee. Maar tot dit kniel!
en neerbuigen toe? Dat is een vrai
die vandaag en morgen met ons m«
gaat (Exodus 4, 2831)
NED. HERV. KERK
Beroepen: te Zevenhuizen (ZH).
(toez); C.S. Verwoert te Menaldum; I
Voorthuizen: J. de Vreugd te Haaftec
te Amerongen: W. Goedhart te
Voorburg.
Aangenomen: naar Amsterdam: L.
Blok, scriba centrale kerkeraad te
Amsterdam.
Bedankt: voor Nieuwe-Tonge en Wijl
bij Heusden: H. v.d. Post te
Bergambacht.
GEREF. KERKEN
Beroepen: te Harlingen: P. Riemersm
te Rotterdam-Alexanderpolder; te
Dirkshorn: D. Verwey kand te
Amsterdam.
GEREF. KERKEN (VRIJG)
Beroepen: te Rozenburg: S. de Vne
kand. te Zuidlaren.
GEREF. KERKEN (VRIJG. BV)
Bedankt: voor Urk: W. v.d. Lingen
Spakenburg.
CHR. GEREF. KERKEN
Aangenomen: naar Delft: J. C. L.
Starreveld te Kornhom.
GEREF. GEMEENTEN
Beroepen: te Sioux Center en te
Franklin Lake: J. v. Haaren te
Amersfoort; voor Almelo: J. Karensl
Opheusden.
(ADVERTENTIE)
Uit hetmei-nummer:
Respect voor moslims, dr A. Wes
seis
Prof. Oberman vergaloppeert ziel
in Zuid-Afrika, ds R. J. van de
Veen
Er is alleen een visserman, dr J. J
Buskes
Uit de keuken van Ikors Woon
voor Woord, IL Leene, Karei Eijk
man, Aart Staartjes, Bert Bouma
e.a.
Over het gezag van de bijbel, dn
S. Noorda en drs. J. A. Montsma
Denktrant, Ben van Kaam
Gedenken, drs N. A. Schuman
Politiek inprenten
Néém/Gééf een abonnement op h
maandblad VOORLOPIG. Al was ht
voorlopig voor een jaar. Of vraag eei
proefho. Adresseer: VOORLOPIG
Antwoordno. 101, Delft. Geenpostzi
gel nodig, f20,50 p.j. (Stut
j 13,90).UitgaveKok/Meinema.
De Rotterdammer
Nieuwe Haagse Courant
Nieuwe Leidse Courant
Dordts Dagblad
Uitgaven van
B.V. De Christelijke Pers
Directie:
Ing. O. Postma,
F. Diemer
Hoofdredactie:
J. Tamminga.
Hoofdkantoor: NZ. Voor
burgwal 280, Postbus
859, A'dam. Telefoon
020-22 03 83. Postgiro:
26 92 74. Bank: Ned.
Midd. Bank (rek.nr.
69 73 60768). Gem.giro
X 500.